Historisch Archief 1877-1940
G A
Na 1&71
DE AMSTERDAMMER WEEK B L AD VOOR NEDERLAND.
DAMEJ&
?i* ? «????
£enige vrienden van 4e te vroeg overleden
geftreWB dkeetrice van bet Nationaal Bureau
vowr Vrouwenarbeid, Marie Jnngius, zenden
ee» rondschrijven, waarin om bijdragen
gevraagd wordt, ten einde de nagedachtenis
der ia xoo vete maatschappelijke kringen
betreurde vrouw op bet passendst teeeren.
WÜlezen o. a. in het rondschrijven:
«Zóó komen dan thans de
ondergeteekeBden tot u ooi uwe medewerking te vragen
voor bet plan to» stichting van een
RU8TFONDS voor min-, of onvermogende
ABaSBiDtttBHS 'kfT HOOFD OP HAND, waaraan
de saam van Marie Jungius zou verbonden
zijn. Mag bet ons gelukken door de bijdra
gen van velen een kapitaal! je bijeen te
brengen', dan is dus de bedoeling uit de
jaarlijksehe rente enkele vrouwen of meisjes
in staat te stellen door volledige rust hare
werkkracht te herwinnen na al te
afmattenden arbeid, of wel na een ziekte weer
op krachten \ékomen.
.Omtrent beheer en inrichting van dit
Marie Jungius Rustfonds" zullen nadere
regelingen worden bekend gemaakt, terwijl
niet aal verzuimd worden, voeling te houden
met die stichtingen en vereenigingen, in
wier oprichting of arbeii Marie Jungius
een overwegend werkzaam aandeel heeft
gehad. Yoorloopig is me j. M. van Dijk,
expenningmeesteres van de Nationale tentoon
stelling van Vrouwenarbeid en van het
eerste Congres van Kinderbescherming,
aangezocht en bereid bevonden de gelden
in ontvangst te nemen en te beheeren."
De circulaire is onderteekend door talrijke
personen en uit de meest onderscheidene
kriogen. Het adres der penningmeesteresse is
M*jr M. VAN DIJK,
Amst. Veerkade 27, 's-Gravenbage.
Jais en
Eenvoudige Handleiding.
De onderen oader ons herinneren zich nog
dien tg'd, dat het vleesch de hoofdzaak was
bij d* voeding, dien tjjd, toen men als kind
geaoodttakt werd zijne portie vleesch op te
eten, al Torens iets anders te kragen. Menige
traan is er toen vergoten om drooge boeuf
van drie dagen, die haast niet door de keel
te krijgen wae, of vet varkenavleegch, niet
af gebraden,' dat haast niet verdragen werd.
Maar de belooning kwam, bestaande uit een
halte sinaasappel, want ge kosten / 0.10 in
dien tjjd, en wij waren overgelnkkig er mee.
Die tjjjden zijn gelftkkig voorbij, naast
vleeieb, ia kleiner hoeveelheid, mi m t men
tegenwoordig een groote plaats in aan
vrncpten, jsttVs, confltnren. Niet langer zijn die
een luxeafiikel, neen, ze »yn een uitstekend
voedingsmiddel geworden, vooral voor
kindertn. Tech bestaat er soms vrees, dat zij
in miscrediet zullen komen, door de vele
minderwaardige producten met salicylznur
kleurstoffen sacciarine .bereid, die in den
handel gebracht warden, Wügeven terstond
toei "UaV er* veel'stfpè!e.nre waar voorkomt,
maar deze ia over 't algemeen duur, daarom
is het van belang de fabricage van jams en
conflturen weer in 't huisgezin te doen plaats
hebben, en meenen w$, dat naa-t de vele
recepten, die reeds bestaan, eene eenvoudige
bandleiding niet onwelkom zal zijn.
'ilgemeene Kegel» bij het eanfijten en het
maken van jamt. Men neemt steeds een telfde
hoeveelheid tukker als vruchten, en wel gewone
witte, onnenaltchle suiker, en voor covfi turen,
prima kwaliteit vrachten, voor jams daaren
tegen mindere kwaliteit, zoo mogelijk min
of ; meer onrijp; ook gekwetste vruchten
kubnen dienst doen. Onrijpe vruchten, zooals
iiiiiHlHtiinniliiiiiiiiiiniiiiiiimi
UIT DB
Vlfegenvallen en Convergentie.
CCCXXIX.
Ze stonden er nog, aan den hoogen
bloemrüken Rijnoever, de py'pbloemen, de planten
waarvan ik de vorige week vertelde; precies
op de zelfde plaats, waar ik ze twaalf jaar
geleden voor het eerst bloeiende vond.
Ook dit is een merkwaardig iets, hoe goed
wilde planten de standplaats die ze eens
hebben veroverd, weten te behouden. Men
zou zoo zeggen, dat er in die twaalf jaren
en wie weet hoelang ze er al stonden
vóór ik ze opmerkte, allicht een of ander
zaad was aangespoeld of aangewvaid, dat
planten deed ontkiemen, beter ongeschikter
was voor diezelfde plek, en met hun
wortels de püpoloem- wortels konden ver
dringen. Maar zoo iets gebeurt in den regel
niet. Waar. een flinke groep vaneen bepaalde
plantensoort eens is gevestigd, blijft de kolo
nie soms eeuwen lang bestaan, indien geen
menscbenhanden of overmachtige
natuurkrachteninvrypen.Erzyn gevallen geboekt van
planten, die overal eldeig zeldzaam zijn, en
sedert meer can honderd jaar op enkele, bij
de botanici welbekende plaatsen voorkomen.
Van gewone planten wordt dat in den regel
niet opgemerkt; maar als het een merkwaar
dige plant geldt, zooals die Pijpbloem, en
een andere die er vlak naast groeit, en
waarover ik later nog iets vertellen moet ,
dau loopt het geval in het oog en wekt het
verklaar lust van de vakmenecher.
Er moet iets besta n, dat aan goed geves
tigde plantenwortels het vermogen verleent,
zich te verdedigen tegen indringers. Maar wat?
't Is niet aan te nemen, dat er juist op dat
eeneplekjeeen bijzonder mineraal in den grond
zon zitten, of dat er een bijzonder gunstige voor
waarde zou bestaan, wat de omgeving betreft,
die, meer dan voor andere planten, juist voor
deze gunstig werkte. Men zou eerder op
theoretische gronden kunnen onderstellen
dat de grond uitgeput juist moest raken, daar
steeds weer dezelfde speciale zouten aan dat
kleine plekje gronds worden onttrokken en
nooit teruggegeven.
Isde oor '.aak, waarom zulke zeldzame planten
blijven bestaan zonder zich noemeuswaard uit
te breiden, al moeilijk te vinden, nog lastiger
is het na te gaan, hoe ze er gekomen zijn;
juist daar; terwyl uren in het rond geen tweede
exemplaar is te vinden.
Het kan natuurlek doodgewoon toeval zyn,
of wat men daarvoor houdt ; het lot van een
zaadkorrel, aan wind of weer of water over
gelegerd, is al zeer wisselvallig. Voor som
mige van die zeldzame, vasthoudende planten
wier groeiplaatsen als eenzame, verspreide
men in Engeland veel voor de jams gebruikt,
zqn danrom uitstekend, omdat zich daarbij
een natuurlijk snor ontwikkelt, dat, waar het
niet aanwezig is, somt door citroenznur
»ervaagen moet worden. Vruchten die veel sap
bevatten, sooals bessen en kersen en soms
aarjbeien, moeten een deel van dit sap ver
liezen, omdat de jams anders niet vast worden,
alvorens men ze met de suiker vermengt,
by andere vruchten is dit onnoodig. Enkele
vrachten sooals kweeperen en sinaasappels
moeten vooruit gekookt worden. Wij richten
ons naar de natuurlijke volgorde en be
ginnen mét:
Sinaasappel of nagemaakte Oranjej&m, 6
sinaasappels, 6 schillen van sinaasappels of
by voorkeur mandarijnen, zelfde gewicht
suiker als de gekookte massa en M stokje
vanille, 10 gram citroenznnr (100 noodig).
De sehillen en de sinaasappels worden n
nacht in water gelegd met twee lepels zout,
voor het weeken van,déschil, den dag daarna
er uitgenomen en heel fl:n gesneden, zonder
dat er n pit m blijft. Men kookt ze dan
GEHKSL gaar in nieaw water, met het H stokje
vanille, en laat het water bijna verkoken.
Nu weegt men het kooksel en neemt evenveel
suiker, die men in een platte pan zeer sterk
verhit, steeds over den bodem roerende, om
de suiker los te houden; zoodra zich hierin
lichtbruine klontjes beginnen te vormen,
doet men er iets van de vrachten bij, de
suiker moet dan sissen; steeds meer vruchten
doet men er bij, tot dat al het sinaasappelmoes
en de suiker n kokende massa is. Dit laat
men nagenoeg tien minuten flink koken, zon
der schuimen, zet daarna de pan terug en
laat het verder een uur zacht koken, het
kooksel wordt dan weggezet tot den volgen
den dag; heeft het dan de verlangde dikte,
zoo doet men het in fiesschen, bedekt het
met een papier in alcohol of brandewijn ge
drenkt, en zet het. in warm jaargetijde, op een
koele plaats. Is bet niet stijf genoeg, zoo kookt
men het nog ns op. Bij rijpe sinaasappels
is toevoeging van opgelost citroenzunr
gewenscht; pas in 't laatst, ata de massa koud
is, er door te roereu, en niet op te lossen in
een metalen of alluminium pannetje.
Rhaba'bermoe» of stukjes (de suiker niet
schuimen).
Rhabarbermoes bestaat uit kleine stukjes
rhabarber, van het buitenste schilletje ont
daan, men weegt ze, neemt hetzelfde gewicht
aan suiker en verhit die, volgens opgegeven
racept Dan worden de stukjes rauw er bij
gedaan onder voortdurend roeren, daar zij niet
terstond zulk een vochtige massa geven, als
by de sinaasappels het geval is
Na tien minuten zijn z\j fijn gekookt en
worden dan verder behandeld juist zooals
in het vorige recept de sinaasappels.
Stukjes rhabarber verkrijgt men door jonge
bij voorkeur roode rhabarber te nemen, deze
in stukken te snijden van een halve vinger
of langer en ze niet te schillen. Deze vermengt
men voorzichtig met de heete suiker, laat ze
eenige minuten doorkoken en verder zacht
confijten. Citroenzuur is hierbij overbodig.
Onrijpe kruiibetten (suiker niet schuimen).
De onrype kruisbessen worden even onder
het water staande, tien minuten ongeveer
gekookt, goed roerende voor het aanzetten,
daarna afgenomen en gewogen met het nat.
Hetzelfde gewicht aan suiker wordt verhit
'(zie sinaasappeljam) en het kookeel langzaam
tiierby gedaan. Da behandeling is juist de
zelfde als bij sinaasappels, citroenzuur over
bodig.
Rijpe Kruisbessen Deze worden niet vooraf
gekookt, maar rauw bij de verhitte suiker
gedaan, niet schuimen en gekookt zooals ver
meld bij de sinaasappels. Citroenzuur naar
smaak by te voegen goed opgelost, als het
kooksel koud is.
Aardbeien en benen. Vooral de laatste
ontMiiiiiiiilliiiiiiliiliiiiiiMitiimiiiimiiiiiiiiiiiittiiHitiiiiimuiifiiHiiiiiim
eilandjes in ons land liggen, is evenwel een
gissing geopperd, die veel schijn van waarheid
heef r. Zoo voor de kieritsbloemen, de mooie
hangende dambord i lokken, die alleen by
Zwolle, bjj den Haag en nog op een of twee
plaatsen in ons land voot komen; voor de
wilde gele boschtulp; voor de witte leucojum
of hangende zomerklokjes van Weesp en
Haarlem en ook voor deze Aristdlochia van
den dninrand, de Rijnoevers en Zuid
Limburg Er schijnt een gewoon-historische
grond voor te bestaan, geen natuur histori
sche. Het vermoeden is uitgesproken en in
sommige gevallen gestaafd, dat althans daar,
waar meer dan n soort van die conserva
tieve planten bjjeen groeien, in ouden tijd
een kasteel of een klooster zal gestaan hebben.
In de middel een wen en later ook nop, wer
den in den slot- of den klooster tuin een aantal,
bijzondere planten, om bepaalde redenen (in
den regel als vergif plant of geneesmiddel,
soms als liefde- of toovermiddel) uit andere
landen overgebracht en voortgek weekt.
Mogelijk is dit ook met onze pypbloem
het geval; ik keek er den harden hoogen
zandwal eens op aan, twintig meter hoog
boven den mooien stroom. Daar behoorde
eigenlyk een ruïne by; evengoed ala hoogerop
aan den Duitschen Ry'n.
Wat een uitgezochte, prachtig met wild ge
was begroeide plek voor een roofslot. Uit den
|0
?o
o
p
o
ZIJN NACHTMERRIE. (Puck.)
De ttem van zijn vrouw:
Maak nou wat voort met
het toekfiQÓpen vent, gauw
wat, anders komen we weer
te laat in de komedie." .
nu lummimmiiiiiiiiMiiiiniii iiiimmii
wikkelen te veel sap, om de jam goed vast
te kunnen krijgen, 'toen- kookt ze dus even
5 minuten op, (mftt ;een;weinig water, op den
bodem der pan, voor het aanzetten), legt ze
op een vergiet ea neemt het; uitdruipende
nat als bessensap; de bessen die op't vergiet
liggen, (nipt uitgedrukt), worden gewogen en
by hetzelfde gewicht verhitte suiker gedaan
en op de bekende manier gekookt
engeconfijt, zonder tchuimtn, citroenzuur overbodig
By aardbeien ontwikkelt zich vaak ook veel
sap, maar dit kan voor gelei dienen. Men
laat hiervoor, als de aardbeien klaar zijn,
rauw bij de suiker gekookt, ze tot den vol
genden dag staan; is het mogelijk zoo houdt
men ze, zoo als ze zijn, in aanmerking
nemende, dat jam in het staan sty rer wordt.
iiiMiiimimimiii imiiiMiimiililuiiiiiimniii 111*11111111111111111
toren van zoo'n kasteel kon de torenwachter
uren ver over het vlakke land ten Noorden
en te Zuiden heen toren en het vruchtbare
land aan den voet kon heel wat vee en
knechten voeden.
Maar dat zjjn louter stoute vermoedens.
Een ander is bet weer: dat het geval een
geologische kwestie U, en de pypbloem, die
nu nog hier en daar aan Rijn- en Usel-oevers
groeit, ook op andere plaatsen den ouden loop
der rivieren aanduidt, toen ze nog tnsschen
hooge zandige oevers ons land doorslingerden.
Voor deze onderstelling spreekt de
geographische verspreiding van de pijpbloem; hoe
verder naar het Zuiden, hoe veelvuldiger de
plant voorkomt. In de wynbergen van Bingen
en Büdesheim is het een gewoon onkruid; en
de oevers van Zwitsersche en Italiaansche
meren zijn er op sommige plaatsen zso dicht
mee begroeid dat de voet in de stengels ver
ward raakt. Voor de eerste ghsing daarentegen
spreekt weer het feit, dat de wortel als Radix
aristolochiae in de oude apotheek te koop
was en voor ve -schillende, niet even onschul
dige doeleinden werd gebruikt.
Dit is allemaal heel inte
ressant gelijk elke natuur
bes piegeling; maar het haalt
niet bij de positieve
werkelijke wonderen, die het
leven van deze plant ons
Weascht men dit niet, dan neemt men een
deel van het kooJtsel, door een fijne zeef ge
dropen en laat dit behoorlek verdampen, tot
dat een druppel op een kond hord gedaan
niet meer uitloopt, dan is de gelei gereed.
By beide citroenzuur naar smaak. :
Conjiturtn (suiker «cftuimcn). Waar men voor
jam allerlei vruchten, ook tweede kwaliteit,
kan gebruiken, moet men voor conflturen
priaaa kwaliteit rijpe vruchten nemen en bij
onrijpe aarde, een deciliter water voegen.
Men neemt eveneens een gelijk gewicht
aan gewone witte onvervalicnte suiker, en
schudt ook de vrachten rauw er in wanneer
de suiker goed verhit is mét het water,
maar men zorgt dat de vruchten niet stuk
koken en neemt ze zoo noodig er uit,
zoodra ze gaar en zacht zijn daarbij de
suiker schuimende. Bij aardbeien, frambo
zen en rijpe krnisbessen is dit reeds na 5 a
10 minuten het geval, bij kersen, abrikozen,
perziken enz. duurt het langer. Deze beide
laatste kannen het best met de pit gecoufljt
worden evenals pruimen en reine clandes,
omdat ze dan beter heel blijven. Wanneer de
vruchten uit de suiker zijn, laat men deze nog
dikker koken, zoo dik als men verlangt, en
giet ze warm over de vruchten. Na een maand
of langer kookt men het nat nog n keer op.
Hoe langer zy staan hoe lekkerder zy worden.
(Slot volg?). A. v. LEEUWEN-FRANCKEN.
iiiiiiiiiiiliiiilililiiliiltlliirllHillliHilllllllMllliliHiiliiimiiiililillillmiii
Polaire. Margherita van Italiëniet
langer automobiel-rijdster. Verjaardag
vanpririfefjeYolanda. Eene Egyptische
feministe.
Polaire, de jeugdige tooneelspeelster, voor
't oogenblik het troetelkindje der Paryzenaars,
heeft in ongeloofelijk korten tijd, van
liedjeszangeres in een café-concert, zich een
eereplaats weten te veroveren onder de eerste
Par ij ach e actrices.
De muziek-kritikns en romanschrijver Willy
(Henri Gauthier-Vülais), die met haar trouwde,
heeft den stoot gegeven aan Polaire's artistieke
opleiding.
Zij is geen Parisienne zooals men wel denkt.
Polaire werd in Algeriëgeboren en is daar
door ook het Arabisch nog een beetje machtig.
Haar hart gaat open als zij een Arabier ont
moet. Dat toonde zy' te Marseille, waar zy
in baar eerste groote succes rol optrad
(Claudine). Op den hoek van een straat, neerge
hurkt op qjn matje, ontdekt Polaire een
Arabischen frnitverkooper. In een wip is de
ranke, graciense Polaire naast haar vriend
neergehurkt, dien zij in 't Arabisch begroet,
en, met wien zy half Fransch, half Arabisch
een levendig gesprek voert over haar kinder
jaren. Geheel verdiept in de herinneringen
aan haar prille jeugd, een-en-al oog voor den
glunderen Arabier, ziet Polaire niet, dat een
troepje omstanders glimlachend staan te kyken
naar de levendige bewegingen van het ele
gante persoontje.
Met den bekenden Lucien Guitry, den to>
ueelspeler, die nu in plaats van den ver
scheiden Coquelin, den titelrol zal créecren
in Rostacd's Chantecler" speelde de intelli
gente, temperamentvolle Polaire in les
Hannetons." In Ia G!u" speelde zy de rol, die
in 1882 dooi de gevierde Réjane was gecreëerd.
Op 't oogenblik brengt Polaire de
Paryzenaars in verrukking door haar creatie van
Gyp's Le Friquet" door Willy" voor 't
tooneel bewerkt.
Polaire's eenig vriendinnetje" is haar git
zwart hondje Zézette, dat haar meesteres
o wal vergezelt. Polaire's schrijfpapier prijkt
met Zézette's foto. Polaire ia geen klassieke
schoonheid, maar haar levendig, schrander
gezichtje met den grooten neus en grootën
IHIIIIIIIHUIIfmillllllllNII
openbaart. Ge herinnert n de opsomming
van merkwaardige feite a, die ik u den
vorigen keer gaf en waaruit ge zelf de
bloembiologie van onzen inlandschen aronskelk kunt
opbouwen. Snijdt ge een bloem van deze
inlandsche pypbloem open, dan treft u de
groote overeenkomst van de inrichting tot
kruisbestuiving met die van de a onskelk; en
tegelyk het groote verschil in uiterlijk van de
geheele plant. Vergelijk om uw geheugen te
hulp te komen de beide figuren maar eens
met elkaar.
In beide vindt ge een soort van zak of toet,
waarin de vliegen binnen komcn;daaronder een
vernauwing of een pijp, dicht bezet met neer
waarts gerichte stijve haren of stekels; daar
onder in beide gevallen een ketel; die doét
dienst als gevangenis voor de vliegjes, die in
den val zjjn geloopen, opgesloten, alszezgn,
door de haren, die door hun richting wel toe
gang maar geen uitgang verleenen.
Ook de uitwerking van de vliegenvangst
en het nut voor de plant van deze gecom
pliceerde bestnivingsmachine is in beide ge
vallen vry wel gelijk. Zoowel aronskelk als
Aronskelk, geheele bloem en geopende
ketel op halve grootte.
Pypbloem, geheele bloem en geopende bloembuis
met ketel op dubbele grootte.
mond, i* bettotd «a bewegelijk. Van het slanke
peivooatje met de wespen-taille en het prach
tig donker krullend haar, gaat een sugges
tieve bekoring uit.
* ? ?
Margherita, koningin-weduwe van Italië,
heeft gedurende de laatste jaren bewezen,
welk een hartstochtelijke liefhebster van
automobiel-rijden zy was. uitgestrekte reizen
ondernam zy per automobiel. In een van
haar mooiste auto's reisde zy door ons land.
En nu is 't rj)den in automobielen haar door
medische autoriteiten verboden. Een niet
geringe teleurstelling l
Koningin Margherita was vóór eenige maan
den behept met aangezichtspijnen, en,
rhumatieche aandoeningen van hals- en schouder
gewrichten. Vandaar het zoo teleurstellend
verbod.
Gedurende haar ongesteldheid werd zy
byna dagelijks opgevroly'kt door het bezoek
van haar drie snoezige kleinkinderen Yolanda,
Mafalda en Umberto.
* *
l Juni j,L werd het oudste prinsesje Yo
landa, het kindje met de mooie, zwarte,
weemoedige oogen van haar bekoorlijk moe
dertje, koningin Elena, acht jaar.
Ter eere van Yolanda'8 verjaardag, had de
koningin over de 300 kinderen op het Quirinaal
genoodigd. Allemaal kinderen uit Messina en
Reggio, die de schrikkelijk aardbeving-ver
woesting overleefd hebben. De tuinen van
het Quirinaal weerklonken van het gejuich
en gelach der jeugdige gasten, wier spelletjes
persoonlijk door de vriendelijke moeder van
het jarige prinsesje werden geleid.
Elk kind kreeg als souvenir aan den feest
dag een stuk speelgoed, en een zijden zakje,
geweren in de kleuren van Italië, gevuld
met bonbons.
Geen wonder, dat de zachtmoedige, intel
ligente Suuvereine van 't zonnig Zuiden de
populariteit geniet, die ieder weldenkend
mensch der beminnelijk, koninklijke Vrouwe
van harte gunt.
*»* .
Mevrouw Mulaika Baaszil, echtgenoote van
een ry'ken grondbezitter in Tayoum, den
Bedouin Abdul Sattaar maakt in Egypte
propaganda voor de beginselen die zy
met hart-en-ziel voorstaat: de belangen en
rechten der vrouw; haar maatschappelijke
positie; de opvoeding der meisjes; de ver
houding tusEchen man en vrouw. Mulaika
Baaszil, is de dochter van een Arabischen
dichter en rechter. Zy zelf schryft ook,
leverde eenige artikelen aan het blad de
Geriela. Haar feministische beschouwingen
ouderteekent zy : Baahisza fil Baady'a
(Vorscheres in de wöestyn).
Een onlangs door haar gehouden confe
rentie te Cairo, werd bezocht door een luttel
aantal mannen, doch, onder de 260 toe
hoorsters was de fine fleur uit Cairo's voor
naamste harims.
Mulaika slingert den banvloek over
veejwy'very, heftig protesteert zy tegen de sloome
werkeloosheid, de dofie onverschilligheid,
en de gebrekkige, verstandelijke ontwikkeling
der hiarim- bewoon s terg.
Toen Ab'dul Sattaar twee jaar geleden de
energieke Mulaika. ten-huwelyk vroeg, bad
het jonge meisje juist haar examen voor
onderwijzeres gedaan.
Zy huwde Abdul Sattaar, maar vorderde
van hem, dat hij, op zy'n eerewoord zou De
loven, nimmer, tijdens Mulaika'd leven, een
tveede vrouw te nemen. De jonge man
willigde haar verzoek in, en heeft er nog
geen oogenblik berouw van.
Hy verheugt zion over de voorbeeldige
wijze, waarop zijn vrouw haar huishouding
bestuurt: een voorbeeld van orde en net
heid voor een aantal hem omringende
Mahomedaanache families. CAPRICE.
pypbloem zijn wat men in de botanie noemt
protogynisch of eerst-vrouwelijk. Dastempel
is al ry'p om het stuifmeel te ont fangen tot
bevrucdting van den stamper.éu dag minstens
vóór de e gen meeldraden zich openen, om het
bevruchtend poeder te ontlasten De vliegjes
nu bly ven in den bloemketel opgesloten tot dit
laatste staiinm, het mannelijk tijdperk, in het
bloemenleven is ingetreden; dan zijn ze
rondom bepoederd en meteen worden ze in
vrijheid gesteld. Want nu verdort opeens de
geheele versperring van haren. Bij-
Aristolochia gaat dat zeer snel en grondig, de stekels
in de bloembuis verdwijnen zoo compleet,
dat er alleen zwarte stipjes overblijven. De
vliegjes kunnen er uit en zy maken onmid
dellijk gebruik van hnn vrijheid, om weer in
een andere jonge bloem naar binnen te krui
pen en weer een dag gevangenis te ondergaan.
Meteen bestuiven ze dan den nieuwen
stempel, en eerst een dag later komen ze
weer vry, opnieuw met ander stuifmeel be
laden. De bloem laat dan tevens zy'n slip
over de opening vallen, ten teekeu dat er
niets meer te halen of te brengen ?alt.
Is het nu niet vreemd, dat een,,ia
debloemenwereld zoo zeldzame vliegenval-mekankk
voorkomt by twee planten, alsof de eene het
oorspronkelijk kunstje van de andere bad
afgekeken. Waren het verwante planten,
dan behoefde dat geen verwondering te _
wekken; maar aronskelk en pijpbloem zy'n
in de verste verte geen familie van elkaar.
De eerste vindt ge voor in uw flora in de buurt
van de lelies en grassen, de pypbloem veel.
verder op, in de buurt van de sleutelbloemen.
Ik heb n al vroeger een paar van zulke
raadselachtige gevallen van convergentie
verteld, van zulke zonderlinge overeenkom
sten in de natuur by wezens, die in het
natuurlijk stelsel wel zoo ver uitstaan, dat
aan een naaste verwantschap niet te denken
valt. Soms kan nog een gissing geopperd
worden, dat gely'ke climatologische in vloeden
of een wisselwerking tusschen insecten en
bloemen er toe bijgedragen hebben, zooals
by mimeerende dieren; maar dat is bier toch
waarschijnlijk niet het geval. Wel komen er
iu de pypbloem dikwijls vliegjes te land, die
nauw verwant zy'n met de diertjes die ook
het meest in aronskelken de beg'uiving
bevorderen; maar het gaat bezwaarlyk, zich
een voorstelling te maken van de wijze waarop
die zaken den ongewonen vorm van de bloem
en de ingewikkelde bestuivingemechaniek zoo
speciaal beïnvloed kunnen hebben.
Voorloopig moeten we Aronskelk en
Aristolochia maar by het ry'kje onverklaarbare
natuuiwonderen zetten, en geduldig afwach
ten tot eens het genie komt, dat ons een aan
nemelijke verklaring aan de hand doet.
E. HKIMANB.