De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1909 12 september pagina 10

12 september 1909 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR MEDERLAND. No. 1681 totaal der faillissementen vertegenwoordigt. In 1906 bijv., in financieel en economisch opziöht een gunstig saken-jaar in de Vereenigde Staten, zon 85.9 pOt. in 1905, een bg uitstek voordeelig handelsjaar, 33.4 pCt. van het aantal faillissementen door gebrek aan kapitaal zijn veroorzaakt. Dit hooge en tamttfijk stabiele cjjfer, r ai m een derde <van alle failliet-verklaringen in Amerika, bewijst «tas dot ook dddr de han delstoestanden aan hetnelfde ernstige euvel mank gaan als in Europa, waar hot echter daorgoiuu niet zóó groot e v«*hondingen aan neemt, nl. dat aan niat-fcapitaal-kraohtiBe firma's te lichtvaardig en te groot krediet wordt verleend. Misschien is dit eenigermate te verklaren door het onverbeterlijk Amerikaansch opti misme, dat nich op eoo velerlei wij KB open baart. Als voorbeeld daarvan kan gelden een groote maatachappü, eenige jaren geleden opgericht door een alkntnert (?) in den Staat Kentucky, die schatten winst in uitzicht stelde uit d«a verkoop van Jordaanwater, om Amerikaangche kinderen te doopen. Groote hoeveelheden vaa het water uit den heiligen stroom werden ia flesscheia naar Amerika' getransporteerd, maar d« Aaj«rikanen kochten het water niet en in plaats van de verwachte nwüieeiien dollars zitten de aandeelhouders nu metKiillioenen flesechen heilig water, dat er op d«n döur zeker niet frisRcber op zai worden. Niet minder verwondering baart het zeer bescheiden percentage, dat aan speculatie" het mislafckea van zaken toeschrijft. Alge meen zou men. denken, dat voor deze rubriek in Amerika een hoogere raming kan gel den. Of 4e .opgftxe van l pOt. inderdaad de offMeele waarheid nat^j komt, ie echter moeielyk te eontroleerea. Vermoedelijk zyn het de ^efwttowdea »elv«n, die de oorzaken van hun tegenspoed in zaken opgeven en dezen zullen waarschijnlijk liever gebrek aan kapi taal of onvoorziene ongelukken de schuld geven, dan speculatie. Want den speculant, die geld verdient, wordt doorgaans een brevet van scherpzinnigheid en kranigheid uitge reikt, terwijl h\j, die er door ten gronde gaat, als een ongeluksvogel, zoo niet als een domoor wordt gekwalificeerd. Ook het bescheiden cüfer der door scherpe concurrentie" veroorzaakte faillissementen moet verwondering wekken en is vermoede. lijk niet onvoorwaardelijk betrouwbaar, tenzij de bewering juist is, dat in vroegere jaren^ de concurrentie ia Amerika zoo enorm veel' slachtoffers heeft geëischt, at er thans bijna niet m«er over zijn, zooals bijv. de petrolenmtrust, die de zaten van duizenden heeft doen te gronde gaan. Het meest vruchtbaar terrein voor failliet gaande zaken is in den loop der jaren van Irieven van Oom Jodocus. LUI. plaats veranderd. Vroeger speelde het noord oostelijk gedeelte der Vereenigde Staten in dit opzicht de hoofdrol, later echter heeft het centrale Westen zich op dit gebied geducht geweerd. Hier groepeert zich vooral om Chicago en St. Louis de economische bedrij vigheid, waar zekere misstanden en systema tische bedriegerijen van allerlei aard zjjn voorgekomen, . De tarwe-bettra te Chicago is berucht we gens hare hausse-manipulatie'» en speoulatie's van twijfelachtig gehalte. Het centrale Wes ten had jaren lang een verdachte handels reputatie: van de 1606 frauduleuse faillissemen, die gedurende 1908 in Amerika zyn geconstateerd, behooren 1065 in dit gedeelte der Vereenigde Staten thuis; .de verhouding van door bedrog te niet gegane firma's of corporatie's is dair l op de 370, terwijl dit voor het zuidelijk gedeelte l op de 1200, voor de verdere Westelijke .Staten l op de 1350 en voor de Oostelijke .slechts l op de 2400 is. Hieruit mag men allicht de gevolgtrekking maken, dat in de steden van de Oostelijke Staten de meer gezonde en eerlijke handelsbeginselen der West-Europeesche naties allengs zyn doorgedrongen, terwy'l men in het centrale Westen nog meer aan minder geoorloofde pi airtijken op handelsgebied schijnt vast te houden. Daar wordt blijkbaar de strijd op handelaterrein nog gevoerd met wapens, die men ia het Oosten, als onvereenigbaar met eerlijkheid en goede trouw, buiten werking heeft gesteld. 10/9 '09. V. D. S. Waarde Neef! Nederland heeft stof tot juichen en jubelen op decz' laatsten dag van Oogstmaand. Tot al 't goede dat reeds te oogsten werd gegeven, behoort zeker de ver jaring van der Konicginne geboortedag, in uitmuntende gezondheid, zegen en geluk door deze Oranjetelg bereikt, niet meer als Jonkvrouwe, niet meer als Gemalin van een liefhebbend Gemaal alleen, maar tevens als Moeder van een dierbaar Pand. In Nederland, 't plekje grr,nds tcaar ^Juliana's wiegje staat, krijgt deze jaarklimming luistervoller beteekenis. Heel den lande herdacht met uitbundig vreugdebfitoon deez' Koninginnedag. Maar... ook de elementen vierden hoogtij. Aan de keatstcwniing deed dit ?oor Onderwijzers. Nu er voor pensioensverzekering door sommigen geijverd wordt met het argument, dat een verzekerde zijn eigen pensioen verdund heeft, terwijl de van staatswege gepensioneerde, die gén premie betaalde, een soort bedeelde is, en dat bygevolg invoering van de verplichte pensioensver zekering een hervorming zou wezen van hooger moreel gehalte dan de invoering van staatspensioneering, wensch ik eens een armoedigen kant van die zelf verdiende" pensioenen te laten zien. Uitgaande immers van dezen eisch gedeeltelijk fictie dat het pensioen moet zyn evenredig aan de betaalde premiën, zijn de pensioenen d«r onderwijzers geregeld zoowel naar de grootte van het salaris, dat die onderwijzers hebben genoten, als naar hun aantal dienstjaren. Ik heb hier enkel de regeling van de pen sioenen voor de openbare onderwijzers op het oog. Art. 40 der lager onderwijswet zegt over het invaliditeitspensioen: ,2. Pensioen wordt insgelijks verleend aan een ondergeen afbreuk; het feesttertoow kwam echter weinig tot zijn recht". Ik had juist dit mij uit het hart ge grepen proza dat zich trouwens als het ware beweegt langs den afgrond der poëzie uit een onzer bladen voor je overgeschreven, ik zat juist te bepeinzen hoe er moeilijk een lieflijker titel voor onze Koninginne gevonden kan worden dan die van Jonkvrouwe, tevens Gemalin en Moeder", of een treffender beeld voor ons bemind Nederland dan het plekje, waar Juliana's wiegje staat:" immers wiegelt niet de hope, de toekomst van ons vader land in dat broze wiegje mede? Broos, zoolang tenminste de wensch van het volksliedje niet vervuld is dat het er vijfentwintig zijn" (cotijmictivus adhortatirus leerden wij op de Latijnsche school), de oran j espruiten bedoel ik, niet de wiegen. Juist was ik dus aan het mijmeren over veel dat liefelijk is en wel luidt, toen Annet bij mij binnen kwam, over mijn schouder keek en, net als ik dacht, met een schamper lachje vroeg of ik mij nu in Oostersche jour nalistiek oefende in de hoop op het lintje, dat mij ditmaal weder was voorbijgegaan. Die jeugd tegenwoordig! Dat lacht, ja dat spot met het heiligete; zelfs onze eigen kinderen, aan wier opvoeding wij alle zorg besteed hebben, die er aan te besteden viel, zelfs onze eigen kinderen doen daaraan mede. En hartverscheu rende ouderplicht! om te onder zoeken hoe diep zij reeds gezonken was, antwoordde ik haar: ..Neen, Annette, hoe hoog ik het stelle, het ridderkruis is niet meer het hoogste ideaal waar naar ik streve, zoolang ik niet ltofraa<l zal wezen, zal het beste dat in mij is niet bevredigd zijn." Ach waarom Iiad mijn vaderplicht mij tot het nemen dier proeve verleid ? Droever ontgoocheling omtrent haar die de kroon behoorde te zijn van onzen ouderdom had ik mij niet kunnen denken: wijzer, die na tienjarigen diensttijd uit hoofde van ziek- of lichaamsgebreken voor de waarneming zijner betrekking ongeschikt is en ontslag heeft bekomen" enz. Art. 42 zegt: 1. Het pensioen beloopt voor elk jaar dienst een zestigste deel van de jaar wedde, die over de laatste twaalf maanden, aan het ontslag voorafgegaan, tot grond slag gediend heeft voor de bepaling der bijdrage, in het volgende artikel vermeld, doch mag nimmer het twee derde gedeelte der jaarwedde te boven gaan." Nemen we nu het meest ongunstige ge val. Een onderwijzer heeft 10 dienstjaren en krijgt ontslag wegens ziekte. Hij heeft over de laatste 12 maanden, aan zijn ontr slag voorafgegaan, een minimum salaris genoten". Na 10 dienstjaren zou zijn sa laris verhoogd moeten zijn, dit bedroeg na het einde van het 5e en tot het einde van het 10e dienstjaar ? 600, was dus de laatste 12 maanden ook ? 600. Stellen we nu, dat bedoelde onderwijzer ongehuwd is en dus geene vergoeding voor woninghuur krijgt, dan heeft hij na zijn ontslag recht op 10 maal het V6o deel van ? 600, dat is dus precies ? 100.?. Met die /100 per jaar moet hij het nu maar verder zien te stellen. Hij kan nu trachten er wat bij te verdienen, wat natuurlijk niet zoo ge makkelijk is voor iemand ontslagen wegens lichaams- of zielsgebreken. Ik heb hier het meest ongunstig geval genomen, waarbij iemand nog pensioen kan krijgen. Laat ik een ander geval noemen. Ik zelf ben een onderwijzer, ontslagen wegens ziekte met meer dan 10 dienstjaren. Door mijn meerder aantal dienstjaren en door gehuwd te zijn (wat me aanspraak gaf op woninghuur en daarmede ook het pensioen ver grootte) is mijn pensioen op ruim / 200 per jaar vastgesteld. Ik had nu den tijd en heb rondgezocht naar een of anderen werkkring. Nu, dat is me niet meegevallen. Na een maand of drie was ik zoover, dat ik met verschillende werkzaamheden ruim ? 4.. per week verdiende. Mijne totale inkom sten bedroegen dus toen die ? 4.?plus mijn pensioen (ook + ? 4.?j is samen ?8.?per week. Eerst langzamerhand is mijn positie verbeterd. Nu is mijn huwelijk kinderloos, maar ik vraag u: hoe ongunstig is nu wel het geval van een onderwijzer in ^pijne toenmalige omstandigheden, die kinderen heeft. Of van hem, die aan een ziekte lijdt, welke hem ongeschikt maakt voor welk werk ook. Mijne ziekte is van dien aard, dat ik nog geschikt ben voor verschillend werk, waarbij nog komt, dat ik ook nog uit anderen hoofde een voorsprong heb bij andere wegens ziekte ontslagen onderwijzers. In een stuiplach brak zij op de sofa te zamen" en vóór ik van mijn ontsteltenis en verontwaardiging bekomen was, had zij je Tante geroepen en bij haar binnen treden begroet met de woorden: Frau Hofriithin Jodocus gestatten Ihnen den hochlobligen Herrn Hofrath Jodocus vorzu stellen!" Maar daarmee had zij toch buiten den waard gerekend, want je tante, al ziet zij mij wat te veel de gebreken van je nichtje door de vingers, is onverbiddelijk gestreng wanneer zij vergrijpen vermoedt tegen den eerbied aan je oom verplicht. En met welgevallen luisterde ik dan ook naar de moederlijke vermaning, doch toen er als verweer kwam: Maar mama, vindt u dan ook die heele lintjesbeweging niet malle ij del tuiterij en die hofraad-benoeming niet echte moffen-onzin T' toen kon ik niet nalaten het mijne erbij te voegen. Neen meisje", zei ik en jij mijn jongen moogt naar dit betoog ook wel eens aandachtig luisteren Neen mei?je, zóó past het in de eerste plaats niet te spreken over dingen zoo na verband houdende met het baste, dat wij in ons vaderland bezitten: ons Vorstenhuis. Het is de vraag of hier wel beoordeeling laat staan dan spotternij geoor loofd is. Maar nemen wij dat eens aan, dan komen wij toch tot het besef dat ons eerder bewondering past. Immers ligt er in die hofraad-benoeming niet de edelo bedoeling besloten om de burger lijke bewoners van ons democratisch vaderland den weg te banen, die hen voert tot het hof P Komt zoo het hof met vorstelijke gratie hun zelfs niet halverwege tegemoet ? Is het niet toe te juichen, dat te midden van dien kring van schitterenden Nederlandschen adel brave en geleerde burgermannen worden toegelaten. Was het vroeger slechts de hofnar, die uit die kringen werd gerecruteerd, nu vinden wij er een archivaris, een advocaat, een predikant, een genees*t Is zeker treurig, dat een onderwijzer, die voor een gering salaris een zeker niet gemakkelijken werkkring heeft, nog niet verzekerd is van een behoorlijk pensioen, dat hem althans voor armoede vrijwaart, als hij wegens ziekte zijn werk moet neer leggen. Eenigen tijd geleden vroeg in de Vacature een oud-onderwijzer wegens lichaamsgebre ken eervol ontslagen met een pensioentje, te klein om een dragelijk-bestaan te hebben," financieelen steun. Hier kan ik zeker zeggen: voor commentaar zie boven. April '09. X. Mout yan TlscMten. (Vervolg van pag. 3.) Schoonheid en Onderwijs,Ko.5: Anna de Ranitz, Iets over naald- en vlechtwerk in hetHaagsche Huis van Barmhartigheid". J. D. K., xamen-teekeningen. Ida Heijerinans, Ten toonstelling Vakschool voor meisjes in den Haag. Onze Kunst, No. 9: J. O. Kronie;, Thomas Hendricksz. de Keyser J. Scbmalzigaug. De VUIe tentoonstelling van Internationale kunst te Venetië. T. Landré, Later werk van Jan Eisenloeffel. Het Huis Oud en Nieuw, afl. 7: AndréVlaan deren, Het Walen Weeshuis te Amsterdam, II. M. E. Honck, Wandelingen door oudDeventer, I. Belangen en Recht. B. P. Gompertz Jr., Bernstein en Treub, II. D. v. O., De evolutie der private uitgaven in zeven eeuwen. Bona fiie, Tooneeltroniek. Op den uitkyk, enz. De Lelie, afl. I, Jrg. I: Ida van EtnstedeWinkler, Kunstnaald werk. Jozef Meesters, Misrekend. Het kindje, gedicht van August van Cauwelaert, muziek van Emile Hullebroack. Joh. Wigman, Achter wolkenhemel. S. van Bogaert, De toegepaste kunsten. H. Linnebank, Letterkunde voor vrouwen. Dr. A. K. Noyons, De vrouwelijke taak der verzorging, en?. Nituw Frouwenlevtn, Sept. '09: Notaris A. Moll, Moet algeheele gemeenschap van goede ren het wettelijk gevolg van het huwelyk zijn? en welk aandeel moet de vrouw hebben in 't beheer der goederen van de echtelieden?, (slot). H. de Boer, Geldersche schilders in Pulchri Studio. Lotusknoppen, XP.10: H.T. E .Wetenschappe lijke ttieosophie. Phaeton, Goethe's Fanst, enz. De Boekzaal, No. S: Dr. H. E. Greve, De beteekenis eener openbare leeszaal en boekerij in het leven eener groote stad. D, B. v. Eyswijk, Het tienjarig bestaan van de openbare leeszaal en bibliotheekva Dordrecht. Jhr. mr. E. van Beresteijn, Het plan voorde nieuwe openbare leeszaal te Utrecht, enz. ? De Nieuwe Taalgids, 3e jaarg.. all. 5. De Hollandsche Revue, No. 8: Frentespiece: H. Colijn. Wereldgeschiedenis. Onze woning. De toekomst van Zuid-Afrika in den strijd tegen de Engelscbe invloeden. Moet men melk koken? Opleiding toten in verpleging.?Karakterschets: Jac. v. d. Bosch. Revue der tijdschriften. De Revue der Uitvindigentn Ontdeklringen,TSo.5: Mr. Frencb Sheldon. Enkele interessante geschiedenissen omtrent Egyptische mum mies. De oorsprong van ster en halve maan", enz. De L'vende Natuur, No. 9: E. Heimans, Kalkzoekende en kalkmydende planten. Jac. P. Thjjsse, Een kruisbekkenjaar. A. M. J. Garjeanne. Botanische varia. MoleschoH, No. 10: Dr. G. W. Bruinsma, De verdeeling der geslachten in Nederland. -?Dr. H. Pinkhoï, Dwaalbegxippen omtrent krank zinnigen en kraukzinnigenverpleging. De Aarde en haar Volken, No. 40: Me-r. B. Chantre, Onderweg in Tunis. De Boe top, een gemakkelijke" Dolomiettop, enz. Jeugd, afl. 9: Mauk, met 'n auto de wereld rond, enz. Eigtn Haard. Levensdafje, door Anna van Goch-Kaulbach, Il.fsloi). Het kasteel Ampsen in de oude Graafschap Zutfen, door Frederike J. van Uildriks, I, met af b. Water, door Jer°. de Vries, by de plaat. Wolkefiect in den Polder, (naar de aquarel van P, P. Schiedgee). Wroeging, door L. v. W. Het vierde Eeuwgetij van de ontdekking van de Hudson, door Jer°. de Vries, I, met afb. Planten en water, door dr. A. J. M. Garjeanne, II. Feuilleton. De ontdekking van de Noordpool. Eduard Verkade. Herinne ringen aan Koninginnedag te Amsterdam. De uitbarsting in Indië. De zomer van 1909, alles met afb. heer en een pianist: straks allen zooals de beide eersten reeds hofraden," of mis schien geloofs-raad," gezondheids-raad," muziekraad." Hoe meer nuances, hoe liever het mij is. En als jij, overvaren meisje, dat moffen-onzin gelieft te noemen, dan toont dat wanbegrip van een der beste dingen door de vorsten onzer naburen tot stand gebracht: kleur en schakeering in het maatschappelijk leven. Dacht je dat het vanzelf was, dat in plichtsbesef en plichtsbetrachting het Duitsche volk en de Duitsche ambtenaren bovenaan staan? Neen het is de voort durende prikkel tot onderscheiden, tot uitblinken, die hen daartoe brengt. liet ambtenaarsleven is, om het zoo uit te drukken, het laveeren op de levenszee van den eenen raadstitel naar den andere, van het ridderlint, naar het officierskruis en van het kruis weer naar de comman deurster. Noem het ijdeltuiterij in je jeug dige ondoordachtheid, maar je zult een maal leeren begrijpen, dat achter dezen schijn het streven ligt van elke menschenziel naar het hoogere, ja het hoogste. Ik kan dan ook geen ridder tegenkomen of het besef wordt levendig in mij: ziehier n die althans nmaal in zijn leven in directe aanraking geweest is met het verhevene. En nietwaar, in een burgerlijk land, waar de zucht tot ceerhaling, ja tot nivellatie zoo sterk is, daar doet het dubbel goed te zien hoe langs de geleidelijke lijnen van het veelkleurig lint, langs den melkweg van strikken en kruizen en sterren de verbinding gelegd is tusschen burgerdom en vorstenhuis. De kans, de hope om ingeschalmd te worden in dien schitterenden keten van burgertrouw, zet ook onze ambtenaren aan tot de plichts vervulling, die wij kennen en die hun zoo goed staat. Aan het einde van zijn veertig'jarigen dienst ziet de belastingen-post-commies, de ministerieambtenaar, en de landsverdediger, zien ook brave gemeente-dienaren en bekwame TfüBstlied Tosr wtó wacht. > ber allen Düchern Flie?t Zeppelin, Und met Feldstechern Suchen *>ie ibn In Du ast und Ranch; Schon schwebt er zum Grunewalde. Warte nur, balde Fliegen wir auch. (Kladderadalss).) behartigers van den provincialen water staat, evenals de kruisvaarders het be loofde Jeruzalem, het kruis blinken, dat licht zal geven in hunnen ouderdom. Dat geeft hun moed en kracht om te volharden tot het einde. En trouwens is het voor elk Nederlander niet een streelend gevoel te denken, dat daar in Den Haag van uit de Kanselarij der Nederlandsche Orden een wakend oog ge slagen wordt op al onze daden, de weeg schaal wordt gehanteerd of niet te gelegener-tijd de belooning voor burger deugd kan worden toegezwaaid? Welk een edel, verheffend beroep, dat van den heer Von Franck onzen nauwgezetten kanselier..." En dr. Daniels dan, de dubbele officier," onderbrak de onver beterlijke mijn woordenstroom. Ea dr. Daniels," ging ik voort, dr. Daniels is juist van de nauwgezetheid van onzen kanselier het treffend voorbeeld. Het bewijst, dat hij niet slechts op de ver diensten let, maar ook nagaat of de gegeven waardigheid wel ter dege beklijft. Ik ken dr. Daniels niet, maar is het niet mogelijk, dat men van hem niot in nmaal een officier kon maken, dat hij eerst om zoo te zeggen, in de grondverf moest gezet worden ? Ongelukkig wien het treft, maar voor ons een bewijs te meer voor de groote, ik zou haast zeggen, de teedere zorg waarmede van den Haag uit onze geridderden ook verder worden gevolgd." Papa", zei het nest, ze moesten u lintjesraad maken" en meteen wipt3 zij vliegensvlug de kamer uit, tante en mij achterlatend, slechts in staat tot het wisselen van een diepdroevigen blik. AVant is er, mijn beste jongen, niet alle reden zich te bedroeven over het bederf in het jonge, het opkomende geslacht, helaas de hope des vaderlands." Denk bij wijlen eens aan het gepijnigd vaderhart van Je OOM JODCXTS. G-ids voor Buitenlandsche Hotels, Pensions, Uitstapjes. BASEL K N U A. GENUA. Hotel Royal (Aquila). Tegenover het station en n.iby de haven. Electr. licht. Centr. verwarm. Alle comfort. Hollanders ten zeerste aanbevolen. Eigen. GEBES. EODIMO. GENUA. Hotel de lat'illc. Naar het zuiden gelegen met prachtig uitzicht op zee en omgeving. Vroeger Palazzo Fiesco. Disitsch Hotel Ie R. Met alle comfort. Daitsche Eigen. WALTEEB & OESTERLE. Centraal punt van midden l International Hötel-Telegraafcode voer kamerbestellen Europa. Interessantste stad aan den Rijn. Hoofd stad der zijdeindustrie, 11 beroemd om haar uitmun tende onderwijsinrichtingen als: Universiteit, gestic-ut 1459, Muziek-, Knust- eu Industriescuolen. Prachtvolle Promenadewegen. Alle Hollandsche touristen du Zwitserland bezoeken, officieren en beambten op hun reis van en naar Ned. Indië, wordt een oponthoud in £asel ten ze.irste aanbevolen. Aan 't Centraal-Station bevinden zich 4e met allen tomfort ingerichte 4 Ie Rang llütcls: Hotel Univers. Hotel Euler. Hotel Victoria & XationaL Hotel Scliweizerhof. 1 kar 1 i 1 2 kan O 2 3 3 3 3 3 4 4 4 4 i ^ ner 1 bet 2 per 2 bec 3 aers 2 3 4 3 4 5 6 7 4 5 6 7 8 9 1 soonsbed. . . . . , Alba. Albaduo. ArrJj. Abee. Belab. Birac. 13onad. Ciroc. Carid. Calde. Cadnf. Casag. Danid. Dalme. Danof. Dalag. Dirich. Durbi. Kinderbed Kind. Salon Sal. Privaat badkamer Bat. Bediende kamer Serv. AANKOMST. Tasschen 1'2 n. 's nachts en 7 n. 7 nar en middag: middag en 7 uur: , 7 n. en 12 n. 's nachts V E E B L IJ F. Eén nacht Pass. Meerdere nachten Stop. Afbeatelling Cancel Mooiste vr^'e kamer Best. Goede Bon. Eenvoudige Plain. -ago !Waggiore I.OCARXO Zwitserland. 15°ke<H6n- Hotel Ie Eang. Pension vauaf g franc. lO.OOO M.= Schaduwrijk park. Geliefd Herfst- en Winterverblijf. Prospectus. Door Hollanders veel bezocht. Granmatin. Matin. S. ra. Gransera. Schiller-Hotel garni nabij li et Station, tegenover de nieuwe Kantonalbaiik. Alleen kamers met ontbijt. Mooi, rustig gelegen. Lift. Centr. verw. Vestibule, Lee8- en Damessalon. Electr. licht. Kamers met private badkamer. Kamers ran -2?4 francs. Ontbijt fr. 1.25, Ei?. ED. LEIMGRUBER, 31 O N T K E i: X. Familie Hotel. Modern comf. Tegenover de aankomst der treinen en in de nabyh. van 't station. Centr. ligging. Gr. Restaurant. Diverse bieren v/h vat. O. LEIBBKAXD, Splendid-Hotel. WIESBADEN. IMöiels ter Mes Hotel WILHELM. Eerste rang. Termalbaden uit eigen bron

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl