De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1909 26 september pagina 5

26 september 1909 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

1683 DE AMSTERDAM M ER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. ONGEËVENAARD in fijnheid van smaak en krui d vermogen is MAGGl's AROMA met de kruisster ter verbetering van zwakke soepen, bouillon, jas etc. IIIMIIIIMHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIttllMllllllllllllinillllllllMIIIIIIIMI Lifia Schneiier. Geb. 1831 te Weenen. Gesr. 2 Sept. 1909. Lina Schneider, opgeleid tot onderwijzeres, zeide door baar huwelijk met den tenor Carl Schneider in 1856, het onderwijs vaarwel en volgde baar man naar Rotterdam, toen htf aan de opera aldaar verbonden werd. Daar legde zij zich toe op geschiedenis van kunst en letteren, in het bizonderderNedeilandsche, vertaalde de Beatrijs" en dichtte de cantate Bpnifacias. Van Rotterdam ging zij met baar man naar Keulen. Hij werd er leeraar aan het Conservatorium; zij leerarea in kunst en letteren aan het Victoria-Lyceum. Lina Schneider bleef in voortdurende lit teraire betrekking mee Hollandsche schrijvers en kunstenaars, zoodat Lodewijk v. Deyssel haar noemde de litteraire consul tnsschen Nederland en Duitse bland. In Keulen gaf zij ook les in de Nederlandsche letteren en wekte er vooral liefde voor Vondel's dichtwerk. Zij vertaalde gedichten van hem, en bij de herden king van zy'n SUOsten geboortedag te Keulen, 17 November 1887 zijn treurspel Jephia, dat door haar geestdrift op dezen gedenkdag aldaar in het Duitsch voortreffelijk werd vertoond. Door haar ijveren is toen ook een gedenksteen in het huis, staande in de Witchgasse, ter plaatse waar voorheen Vondels geboortehuis stond, aangebracht en plechtig onthuld. Te Amsterdam heeft zij later lezingen ge houden over litteratuur en kunst. Van hare vertalingen dient nog genoemd Jonckbloet's Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde". Lina Schneider werd in 1872 benoemd tot eerelid der Maatschappij van Nederl. Let terkunde te Leiden, terwijl de Nederlandsche Kegeer in g haar in 1873 de groote gouden medaille van verdienste verleende. Mevr Lina Schneider, geboren Weller, was eene beminnelijke, hoogstaande, geestdriftige, veel goed-doende vrouw, die in haar land en het onze een schoonen naam heeft ver worven en nalaat. J. H. E. UIT DE NATUUR CCCXLI. Het vervroegen en verlaten van den bloei. Er was een tijd, dat een geteekend of geHchilderd bloemstuk werd afgekeurd door de kenners, als zijnde onwaar, indien er talpen met dahlia's of als er leliei jes met rozen tegelijk op waren afgebeeld; zoo'n font verried dat er niet onmiddellijk naar de natuur was gewerkt; immers de kunstenaar kon geen bloemen, die in verschillende jaargetijden ontluiken, naast elkaar en in natura voor zich hebben gehad. Ujj moest óf uit het ge heugen of van schetsen hebben gewerkt; hetgeen op zichzelf heel goed kon zijn, maar wat tot een fout werd in decompositie; want de natuur was geweld aangedaan, en dat werd gevoeld als iets verkeerds, iets dat den aesthetischen kenner onaangenaam aandeed. Tegenwoordig is zoo'n kritiek, hoe waar hij was en blijft, uit den tijd, evengoed als Tollens het is met zijn kenschetsing van den Brjke:.?'s zomers heeft hij ijs en 's winters heeft hu fruit l" De kunst van het vervroegen en verlaten van bloemen is zoo ver gevor derd dat een appeltak en een hazelaar, beide in bloei en naast elkaar in n vaas gezet, tot model kunuen genomen worden en dat er niets bedriegeljjks meer behoeft te schuilen in een afbeelding van bloeiende lelietj es van dalen rondom een kerstboom. Het is hoofdzakelijk het Kerstfeest, dat den stoot heeft gegeven tot het vervroegen en verlaten van den bloei. Als de natuur ons geen bloemengeur en bloemenkeur meer wil schenken, wordt het genot er van het best gewaardeerd en betaald. Wanneer in Duitschland en Frankrijk, en in Engeland vooral, het groote huiselijk feesi naderde en de kamerversiering overdacht wt-rd, voelde ieder het gemis van bloemen; de naïve en kin derlijke bekleeding van den groenen kerst boom voldeed niet meer, hulst en maretak leken te grof en het was altijd hetzelfde; er moest iets nieuws, wat fijners, of mooiers bij komen, Schaf bloemen, veldbloemen in den winter! Daar was geld, veel geld mee te verdienen en dat scherpte het vernuft van de bloemkweekera. Nu is er geen mensch, die beter weet dat men de natuur geen geweld moet aandoen, dan een bloemkweeker; die ondervindt tot zijn schade bij elke poging, dat Barendje nog altijd gelijk heeft en dat je je zelf plaagt, als je de natuur plaagt. En toch, het is zoo ver leidelijk den hoogsten prya te kunnen maken, door de vlugste te wezen met aanbieden. En de beste klanten willen het nu eenmaal; ze kijken niet zoo nauw en weten ook lang niet allen, dat al dat getrokken" goedje toch nog niet het ware is, en ook niet, hoeveel er ge plaagd, gesold en gekweld is; op vernuftige wijze, dat is waar. Maar waarom zou een plant die in Mei, Juni of Juli al uitgebloeid is, in December Qeen dertien in 'i dozijn. Vrouwen als geroutineerde smokkelaarsters. Etn briefje van Legouvéaan mevrouw Scribe, Dikwijls heb ik een vroolijk oogenblik doorleefd, wanneer ik hoorde, wat sommige dames alzoo vergen en verwachten van haar dienstboden! In haar naïveteit, ook wel door onerva renheid, rekenen zij dat een dienstbode, en dan nog wel een Meid-allén"U la bonne a tout fair>-", The maid of all work", Das Madchen für Alles1' (onze naaste buren achten n meisje, even goed als wij, in staat alles te doen) voor alles ty'd vindt, en haar werk onberispelijk! zy. Ik heb wel eens meenen waartenemen, dat die vrouwen, die, wanneer zij voor de zware meid-allén taak zouden staan, de grootste stoethaspel t j es zouden zijn, dat, juist die onredzame kind-vrouwen aanmatigend en overdreven worden in haar eischen. Ik hoop, voor de rust onzer dienstmeisjes, dat huisvrouwen, die, vijf pooten aan n schaap verlangen" (wat heel dwaas is, want 't beestje loopt veel beter, op zijn (hem door Moeder Natuur toebedeeld viertal) niet de advertentie zullen gelezen hebben, die 31 Aug. j.l. prijkte in de Krefelder Zeilung Ben buitenmcisje van goeden huize, R. C. oud 16 jaar, bedreven in alle huiselijke bezigheden, handig met de naald, zoekt een betrekking als meid-allén in een deftig gezin. Is ook in staat de beginselen van klavier-spel te onder richten." Dat is toch knap, nietwaar? En dan zoo'n jong ding! Die belooft 't record te slaan onder haar vakgenooten. Wanneer zal zij tijd vinden om piano-les te geven? Zal zij er niet een gedeelte van haar rust aan moeten offeren? In aller Herr Gott's Frühe" uit bed springen, den lieveling wiens beurt het is te studeeren, wekken, wasechen, in de plunje schieten, onder haar leiding laten trommelen: Jan er leit een kip in 't water, kip er leit een Jan in't water" zal, dunkt mij, de eenige manier zijn. De vinger oefeningen zullen 't drenzig accompagnement zijn van 't gesnurk der ouders; wanneer men zulk een juweel als dienstbode heef t, kan men zich 't genot veroorloven wat langer te slapen dan gewoonlijk! Volgens een Engelsen, geïllustreerd week blad, heeft een onlangs opgemaakt statistiekje, bewezen, dat, van de honderd reizigers, er 75 smokkelaars zijn,... en, for shame! dat het getal smokkelaarsters dat der smokke laars vér overtreft. * * * 't Is een vreemd, doch bekend verschijnsel, dat er menschen zijn, die in den vreemde toevend, gaarne handen vol geld uitgeven om allerlei goederen en snuisterijen (dikwijls onartistieke vodden) te koopen voor eigen gebruik, of, om bloedverwanten en vrienden ten geschenke te bieden. Zij zijn vlot in 't doen van aankoopen, zien niet op geld, tot... zy aan de douane komen. Dan worden zij op eens kleinzielig gierig, zóó gierig, dat zij hun inkoopjes smokkelen. Alles liever, dan die onnoozele belasting-peiraingen offeren. Vooral vrouwen, vinden er een malicieus pretje ie, de beambten der grens-stations te verschalken. Er zijn dames, die er een eer in stellen haar aangeboren smokkelaars-genie zóó te ontwikkelen, dat zij beroeps-smokkelaars de loef afsteken. Een Engelsche dame bluft er op, dat zij par fum en sijde in Frankrijk gekocht, niet aan de grenzen had aangegeven,maar lekkertjes" gesrnokkel i. Toen men haar meedeelde, dat zij maar een luttel bedrag voor inkomende rechten had behoeven te offeren, antwoordde zij: Dat weet ik best, maar smokkelen is zoo grappig !" De smokkelmanie der reizigers maakt 't werk der douaniers niet altijd even gemakkelijk. Verdenken zij iemand, stellen zij een onderzoek in, waaruit blijkt dat de verdachte niet smokkelt, dan worden zij voor onkundige ambtenaren mitgemaakt; krijgen een reprimande, worden soms bedreigd met ontslag. Vooral in 't wederrechtelijk invoeren van kant, zijde en preeiosa, ontwikkelen dames uit de groote wereld een vindingrijkheid, niet licht te evenaren, zeker niet te over treffen. Allemaal vrouwen, die met een lelieblank geweten kunnen zweren, dat zij nog nooit n cent gestolen hebben. Gestolen, neen! maar zij zijn zich niet bewust van oneerlijkheid, wanneer zij den keizer niet geven wat des keizers is." In de onlangs verschenen briefwisseling tnsschen den vruchtbaren schrijver van treur en blijspelen en kluchten: Eugène Scribe en Ernest Legouvê, den fijnen essayist en dra maturg, komen aardige bizonderheden voor, over de samenwerking van beide schrijvers. Zij ge ?en elkander niets toe in goede manieren en hoffelijkheid; zy houden zich verre van den esprit bohémien", door velen gehuldigd als een tikje artistieke genialiteit. Tijdens hun drukste collaboratie op drama tisch gebied, even vóór de première van Aranda schrijft Scribe aan Legouvé: Waarde vriend! Op al uw verlangens zal worden ingegaan, dat beloof ik. Uw naam zal niet worden bekend gemaakt dan wanneer gij het wilt en waar gij het wilt; uw incognito zal niet worden opgeheven, als ge dat ten slotte óók nog wilt, ofschoon ik liever zag, dat het succes aan ons beiden te beurt viel, al moest ook de val van het stuk alleen op mij neer komen. Maar we zullen vermoedelijk geen val" zien... Ik hoop, dat de heele familie bij de eerste voorstelling tegenwoordig zal zijn, en, dat wy dien dag allemaal samen zullen eten in de rue Ollivier, omdat die dichter bij den schouwburg is. Vrijdagavond, 26 Maart, 1847." Voorzichtig Zeppelin, als je goms landen wilt! (Lust. Bldtter.) al niet weer op nieuw kunnen beginnen ? De bloemknoppen van vele bloemen, zijn dan al kant en klaar; het schijnt, dat ze alleen maar wachten op wat warmte, meer licht en lauwe voorjaarsregen om te ontlui ken. Welnu, geef ze die in de kas of in de kamerserre en ze zullen u in ruil voor uw kosten en moeite hun geur en hun kleur geven! Als het zoo eenvoudig toeging in de natuur, indien het alleen maar een kwestie van warmte en vocht was, dan was er al veel eerder' van den winter een zomer gemaakt, wat de bloe men betreft. Er zijn wel enkele wilde planten, die inHazeltak met katjes eenzijdig" gebaad. Uit Molisch: Das Warmbad. derdaad alleen van warmte en regen afhan kelijk zyn, en die ook gaan bloeien zoodra de menschen of de natuur ze die verschaft, al is het midden inden winter; maar dat zijn zeldzame uitzonderingen en ze dragen in l den regel óf nietige onooglijke bloempjes, of ze zijn om andere redenen niet voor kamer versiering geschikt. Jnist de meest begeerde geur- en kleurplanten van de lente en den zomer weigeren, ondanks warmte en vocht, eerder te bloeieu dan zij in den natuur doen; om het weer met een kunstterm te zeggen: ze laten zich niet trekken". Om tot de oorzaak van die weigering te komen, moesten de vakman en de botanicus de natuur zelf ondervragen, en het bleek dat bijna alle planten van de gematigde luchtstreek en vele ook van de tropen en van hoogere breedten noodzakelij k een periode van rust behoeven, het is een soort winter slaap, in sommige gevallen ook een zomerslaap, dien zij noodig hebben, om in vollen bloei te kunnen komen. Wat daar gebeurt in het binnenste van de plant, van de bloemknop en ook van de zaden tijdens de maandenlange rust? 't Is nog altijd niet geheel en al opgehelderd. Voor de hand lag te onderstellen, dat er een ingewikkelde chemische werking noodig is, om de producten te doen ontstaan, waaruit de geur- en kleurstoffen worden bereid, evenals die, welke voor de voortplanting benoodigd zijn. Vooral nam men aan, dat er een lange tijd noodig was, voor de suikervorming uit de reservestoffen, die in zomer en herfst door de bladeren verzameld worden. En deze op wetenschap en ervaring be rustende meening is het geweest, die aan de vakmannen leiding heeft bij hun pogingen en hun proefnemingen, om ter wille van hun klanten en huu beurs, de planten wakker te roepen uit hun rust, juist op den tijd dat de ruim betalende bloemenliefhebbers bloe men verlangen. Immers, een bepaalde, ook voor leeken merkbare suikervorming valt somtijds, (bij erwten en aardappels b.v.) samen met temperatuursveranderingen; door warm weer worden de erwten, door bevriezen de aard appels zoet; is de temperatuur niet te laag geweest voor den aardappel en andere plan ten, dan kan een verhooging de suiker weer bijna plotseling in meel doen veranderen. Ik heb u die geschiedenis al eens in bijzon derheden verteld. Sterke afkoeling tot even onder het vries punt, soms met uitdroging er brj en met in donker zetten, is een van de eerste middelen geweest, die de kweekers met goed gevolg toegepast hebben, om b.v. de zoo gewenachte lelietjes van dalen het bloeien in den zomer te beletten. Door ze dan tegen den winter ge leidelijk en gelijkmatig warmte en vocht te geven, ze te trekken als bloembollen, kwa men ze in bloei, als het verlangen er naar bij het publiek het sterkst is. Nu kunnen ze op bestelling geleverd worden, haast den geheelen winter door. Maar bij die van de natnur afgekeken mid delen, die alleen door de willekeurige maaten tijdsbepaling van het proces tot kunst middelen werden, is het niet gebleven. Er zijn heel onnatuurlijke middelen gevonden. En het zijn juist de niet-natuurwetenschap pelijk opgeleide kweekers geweest, die de zonderlinge moderne kunstmiddelen om plan ten uit hun rust te doen ontwaken, hebben uitgevonden. Eerst toen de vakmannen al proeven hadden genomen, zijn de botanici de zaak op wetenschappelijke wijze gaan on derzoeken en hebben een poging gedaan tot verklaring, Of is het geen onnatuurlijk middel on door een bedwelming een slapende plant te dwingen van zijn gewone winterrust afstand te doen? Of ze er toe te brengen bij ontijd te gaan bloeien, alsof die rust geheel of ten deele overbodig was?Toch, hoe onverklaarbaar tot nu toe ook, het is een feit, dat door ze te onderwerpen aan een lange bedwelming door middel van aether of chloroform, sommige planten uit hun winterrust kunnen gewekt en tot rijkelijk botten en bloeien worden aangezet; en dat gaat nog wel met zeer begeerde snijbloemen, zooals seringen, en met zulke, die zich door kunstmatige warmte en andere natuurlijke trekmiddelen niet licht laten vervroegen. Als ge het niet weet, zult ge het de wilgenkatjes, de seringen en andere zomerheesters, die straks weer achter de ruiten van onze groote bloem winkels terecht ieders aandacht trekken, niet aanzien, dat zij een dergelijk proces hebben doorstaan, als wij Een toestel voor het baden van potplanten (doorsnee; r is verwarmingsbuis). l'it Molisch: Das Warmbad. menschen bij een ernstige operatie hebben te ondergaan. Inderdaad, hoe vreemd ook, het is een feit, dat veel blad- en bloemknoppen door dezen prikkel, door deze aether- of chloroformkuur tot een verhaast bloeien overgaan. Het is een kunst Bewerking, die tegenwoor dig in het groot wordt toegepast, en waar spe ciale a'eliers voor bestaan; daarheen worden de afgesneden takken opgezonden, en nog weken, eoms maanden, nadat ze bedwelming hebben ondergaan, werkt de kuur na. Dit is martelen, zult ge zeggen, als ge veel voor planten voelt; toch is het niet zoo erg, als het knoeien met wilgenkatjes, dat som mige kleinhandelaars doen om hun klanten met kerstmis bloeiende wilgenkatjes te be zorgen. Als ge niet goed toeziet bij het koo pen, stoppen ze u takken in de hand, die wel wat getrokken zyn, maar waarvan de knopschubben zijn afgeknepen en ds binnenschubjes uiteen gepeuterd, om ze het voor komen van katjes te geven, die pas beginnen A KETER E2JESA CLOTH . . F!. 2.65 EiESTAN CLOTH . Fl. S.S5 37; Z? S5 A jf^ /?, g? P..JÏR« ST^^T ETi ^3^^I wït-ïa iiifr«4 'fei?'v;>'l^?ïi"a t H »i» jt* S 3 ? fr- B %!r ** ^URAKl CLOTH . FS.3.60 DOUBLÉWIDTH NEW DES5GN3 !N FLORAL FLANNEt L .2C A METER PATTEfïNS ON REQ5JSST Op dit briefje schrijft Ernest Legouvéhet volgend antwoord aan mevrouw Scribe: Mevrouw ! Vergun mij, aan u mijn antwoord te rich ten, om wat meer ongedwongen een boel goeds van meneer Scribe te kunnen zeggen. Ik wét, dat ik u niets nieuws ze?, wanneer ik u meld, dat Scribe my een allerhartelijkst en allerbeminnelijkst briefje heeft geschreven. Het zal u niet verwonderen, al heeft het my veel genoegen gedaan. Weet u, wat hij mij heeft voorgesteld? Als het stuk succes heeft, onze beide namen te noemen, en, als het valt, allén de zijne. Het tegenovergestelde zou ik liever zien, om aan de couranten te doen weten, wóórom het stuk geen succes had: omdat hij er niet allén aan werkte. Hoe 't zij, ik heb weer eens een bewijs van groote genegenheid gekregen, dat tot het hart spreekt. Ook vind ik het iJée om samen hui selijk te eten, uitnemend, wij gaan er graag op in. Ik wensch meneer Scribe alle mogelijke succes, ten einde hij eenigszins voor zijne moeite beloond worde. Wat mij betreft, Ik bén al beloond. Aanvaard mevrouw enz. ERNEST LECOUVK." Wat zou 't minder kil in de wereld zijn, indien de menschen, naar 'i voorbeeld dezer Franschmannen, er op bedacht waren wat warmte naar elfeander uit-te-stralenl CAPKICE. te bloeien. Ze komen natuurlijk niet veel verder. Dan is de bedwelmingskunr veel beter; daar zit geen bedrog achter, alleen een raadsel voor den kooper; maar, wat de eigenlyke oorzaak betreft, ook voor den kweeker en den botanicu? beiden. En evenzoo is dit het geval met het nieuw ste vervroegingsmiddel, dat voor sommige snijbloemen en potplanten het aether-procéd belooft te vervangen. Dat is de vervroeging, de rustverbreking door middel van een warm bad, eigenlyk een heetwaterkunr. Want de werking bestaat in het n keer toedienen van een bad van 30 a 35 graden Celsius gedurende 10 d 12 uren. Zools ik zeide, het kunstmiddel is door kweekers, niet door planten-physiologen be dacht. Maar een bekend botanicus prof. dr. Hans Molisch, van wiens phyBiologische studies ik u al vaker heb verteld, heeft de zaak streng wetenschappelijk aangepakt en onder zocht. Aan het feit, dat door een eenvoudig warm bad sommige planten hazelaars en wilgen en andere, die zich anders niet gewillig toonen bij het vervroegen, uit hun winterslaap kunnen worden gewekt, valt niet meer te betwijfelen. Ook deze onnatuurlijke prikke ling wekt ze op, evenals een bedwelming met aether, en evenals deze werkt de behandeling" na, blijft de uitwerking rustend of latent." In dien men de gebade" planten voorloopig gewoon laat doorrusten en eerst een poosje later in het licht en de warmte zet, blijkt het dat de prikkel nog even goed werkt, als wanneer onmiddellijk na de kuur de tak of de bloem in de kas werd gezet. Dit geeft het practisch voordeel, dat de ook kleinere kwee kers hun materiaal kunnen opzenden naar een inrichting, waar in het groot en dus goedkoop gebaad" wordt. Maar ieder die er lust en gelegenheid toe heeft kan zelf in het klein de proef nemen. Wie het in optima forma wil doen uit liefheb berij of om voordeel, kan ik als hij het nieuwe middel nog niet kent, aanraden het kleine geïllustreerde boekje aan te schaffen dat prof. Molisch voor kweekers en liefhebbers heeft geschreven: Das Wairnbad. Jena.Gustav Fischer 1909 (35 blz. voor 80 cent). Vooral uit een theoretisch oogpunt en om de overtuiging, die zij geven van de deugdelijk heid van het middel, indien het oordeelkundig wordttoegepast,zrjn meestal de proeven buiten gewoon belangwekkend ; maar vooral die met gedeeltelijk baden van de planten. De afbeel ding hierbij ui* bet genoemde boekje overge nomen, bewijst dit zonder verdere omschrijving met woorden. De rechterzijde van de hazelaartak is gebaad in November en de katjes zijn negen dagen later al viermaal zoo lang gewor den en bloeien rijk en stuiven op natuurlijke wijze; de linkerzijde is buiten het warme bad gehouden en doet of er niets gebeurd is met zyn wederhelft. E. HEIMANS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl