Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1683
DA.VID BLES, 's Levens winter.
tont Bles-tentoonstelling,
Met een nogal uitgebreid overzicht van
David Bles' werkzaamheid opent de
Larensche Kunsthandel een nieuwe reeks van
maandelijks afwisselende tentoonstellingen.
Voor deze eersteling heeft men zich veel
moeite gegeven; aan den catalogus werd
bijzondere zorg besteed, luxueus met zijn
breed formaat en bladen van geglaceerd
papier; een aantal reproductie's boyendien
er in opgenomen. Bij de samenstelling kan
het zeer op prijs worden gesteld, en b\j
alle toekomende gelegenheden aanbevelens
waardig dat de lijst van 60 werken werd
gegeven chronologisch-gewijze, met aan
duiding meestal van het juiste jaartal bij
ieder nummer. Een beschouwing over den
schilder, betreffend zijn aard en beteekenis,
onderteekend Ed. Becht, gaat als inleiding
vooraf. Het epistel schijnt meer te zijn een
warme aanbeveling van Bles' kunst bij het
publiek, dan een critische bespreking. Het
lykt me wel wat overdreven, juist dezen
schilder met zooveel nadruk voor te stellen
als het slachtoffer der grillige wendingen
van heerschende kunstbegrippen. Is hij in
verhouding van zijn verdiensten, tegenover
sommige anderen, die meer in trek raakten,
op het laatst van zijn leven wellicht niet
naar zijn werkelijke waarde geschat, het is
ook weer zeer de vraag of de eerbetuigingen
tijdens meer roemvolle perioden van zijn
loopbaan ook al eens hem niet al te kwistig
toebedeeld werden. Dat de persoon van
den kunstenaar, de smartelijke ervaring
van zijn roem te overleven niet bespaard
bleef, is een overweging hier niet op zijn
plaats. De miskenning van dezen schilder kan
nooit een diep-ergerlijke schijnen,
omdat hem nooit een plaats in den
voorsten rang van een geslacht
kan toegewezen worden. Bij zijn
dood schreef ik ter herdenking in
dit blad het volgende: Als we uit
het vroeger geslacht er zoo velen
huldigen, door plaatsing hunner
werken en rangschikking hunner
namen tusschen die, welke de groot
meesters aanduiden van het gilde,
i zijn we slechts consequent als we
nu den naam van David Bles toe
voegen aan de naamlijst der schil
ders van het huidige geslacht. Een
ieder stelle dan de maat van zijn
eigen waardeering, al naar zijn
persoonlijke voorkeur. Deze is wel
geen banierdrager, veel minder
een baanbreker geweest, maar hu
droeg toch zijn vaantje dat hij zorg
zaam voor eigen gebruik bewaakte
en naar zijn inzicht had opgesierd.
En dapper trok hij daarmedexuit,
en het mocht door lustig klapperen in de
nabijheid, bij wijlen tot belangstellend toe
kijken verlokken als de broedere banen van
ontzagwekkender vanen op een afstand
waren. In het huishoudelijk leven onzer tegen
woordige kunst was h\j een medegenoor,
die zijn zitplaats wakker voor zichzelf ge
reserveerd hield, en onder veteranen, aan
het oude devies getrouw, het meest spre
kende type van de onverdroten handhaving
hunner overtuiging. Zijn werk was de stel
lige uitspraak van de meening, die in een
schilderij het onderwerp wil doen heerschen,
een gedachte bij ieder werk wil voorop
gezet zien, alsof een schilderij te lezen
DAVID BLES, By de wieg.
moet zijn en niet te zien. Maar hij was uit
die richting toch een der kernachtige ver
tegenwoordigers. "Want uit zijn werk doet
ons weldadig aan een zekere terugstraling
van de nuchtere humor en onergwillende
satire van echt hollandschen volksaard die
in zoo menig spreekwoord haar karakter
doet voortleven. Bles was als zoodanig de
naaste verwant van Troost, die door zijn
oolijke zetten en luimige uitvallen, het tot
een zekeren graad heeft gebracht als illu
stratieve verschijning in onze kunst. Tot
het uitspreken zijner guitig
gedachte'intenties heeft Bles zich, met de oude Hollan
ders tot voorbeeld, naarstig bevlijtigd in het
DAVID BLES, Muziekpartij.
handwerk van schilderen, en hoe
wel binnen zekere grenzen, een
prijzenswaardige verdienstelijkheid
bereikt".
Ik geloof niet, hiermede Bles
aan waardeering te kort te hebben
gedaan.
Eerder wil het me, na beschou
wing van deze tentoonstelling, toe
schijnen, dat die algemeene ken
schetsing nog te zeer miste leen
nadere keuring der hoedanigheden, j
De beteeken'S van Bles is gelegen
in een nog al duidelijke afspiegeling
der eigenaardigheid van den geest,
heerschende in een beperkt tijdvak
en binnen een zekere buurtschap
der maatschappij. Zijn humor is
zeer matig ernstig; de kunstbe
oefening scheen hem een even
luchtig iets, als het onderhouden
van een luidruchtig-schertsende
conversatietoon. De kunst van Bles
is te nemen als de uiting van een
met schildersvaardigheid bedeelden
goedlachschen optimistischen lezensgenieter, die
op alle aangelegenheden gaarne Jglpssen
maakt en een fijnen takt heeft in het
ridiculiseeren van personen en toestanden. Hij is
daarbij geneigd tot een smaakvol arrange
ment der kluchtige tooneeltjes, ze sierend
veelal met de kleeder dracht en het salonmilieu
uit een meer coquetten tijd. Als hij geen schil
der was, had hij een uitnemend samensteller
kunnen geweest zijn van gelegenheids
stukken of kluchten, op te voeren in
den huiselijken kring bij een familie
feest. Zijn humor of satirieke toespeling is
niet von superieure orde; daar is niet merk
baar de fijne plooiing van den lach, die is
als de gereserveerde opmerking van een
levenswijze in zijn afzonderlijke wereldbe
schouwing. Men herkent er eerder de be
minnelijke snaakschheid van een man van
burgerlijke beschaving, die steeds zijn lui
mige uitvallen binnen de perken weet te
houden, nooit buiten het welvoegelijke gaat
met zijn grappigheden en kwinkslagen,
met zijn ondeugende toespelingen op de
koortsvlagen van oude hoeren, die gaarne
in het vleesch knijpen van aardige mei
den. Bles is, om een parralel te trekken
volstrekt niet een voornamer talent dan
Justüs van Maurik. Zijn
karakterteekenen" moge somwijlen scherper komische
accenten vertoonen, de mise-en-scène wel
eens even verrassen door vernuftige vinding
als bij de Ware JHlettant, aan satirische
geestrijkheid wordt hij ver overtroffen door
Bakker Korft', en ook Allebéis voornamer
in zijn ingenieuse vinding en gedistingeerde
voordracht van een anecdote. Beider werk
is bovendien rijker aan schilderdeugden,
snediger, puntiger de eerste, volleren fijner
de laatste. De verdienstelijke vakman kan
in Bles' schilderijen intusachen meermalen
gewaardeerd worden, vooral als hij beza
digder in de kleur wordt, of zijn wat gladde
en kleurige schilderwijze op een bijzondere
manier verzorgt, zoo keurig mogelijk tot
uitvoerigheid wil brengen. Zijn aquarellen
intusschen zijn dikwijls eerder behagend.
W. STEE.NHOFF.
DAVID BI.ES, Acht jaar gewacht.
DAVID BI.ES, De mooie min en de grootvaders.
iiiniiiiitiiliHiiimiiiiMMiiiiiitiiiiiiiiimii
iiniimimiimi
iiiimiiiimiiiii
Tooieel.
De belangrijkheid van Ernst."
Wy zeiden de vorige week, dat een dialoog
soms om haar zelfs wil kan genoten worden;
door geest, zelfs door vernuft. Wy dachten
daarbij ook aan Oscar Wilde, hoewel zij a
The importance of being earnest" ons toen
nog onbekend was. In dit stuk, het De
belangrijkheid van Ernst" der voorstelling
by' De Hagespelers", geniet men wel zér
de dialoog om haar zelfs wil; door de eigen
schappen van geest e a vernuft beiden.
In The importance of being earnest" heeft
men den schitterenden dialoogschrjj ver Wilde
op zijn best. Het werk is vrij van romantische
bestanddeelen, herinneringen aan de oude
draak", die andere stukken van dezen auteur,
als The woman of no importance" en, het
eveneens door Verkade gespeelde, An ideal
husband", ongelijk maken en bederven. Wij
hebben hier een stuk dat spot rnet den ei se h
van persoons-inleving, die de
tooneel-schrijfkunst stelt ook voor het blijspel. Een stuk
dat opnieuw bewijst, hoe een sterk talent
strafieloos spotten kan met vele eischen. De
vraag, of het werk dan toch den tijd ver
duren" zal, biyve hier onbeantwoord. Onder
het oog van den Wilde uit zijn dandy-tyd,
is men eenigszins huiverig,... tijdelijk, voor
min of meer zwaarwichtige" beschouwingen.
Wy allen in de zaal hebben bij de opvoe
ring veel gelachen. Wy hebben gelachen
ook om woorden en situaties di * in den grond
wijzen Daar eene pijnlijke werkelijkheid. Want
Oscar Wilde heeft, bij het schrijven van het
stuk, zich dan wel niet in bepaalde personen
ingeleefd, hij kende ter dege de menschen
van zijn wereld, zijn wereld die niet in alle
opzichten typisch Engelsen is, en de dia
loog van The Importance" is rijk aan die
kennis. Wij hebben gelachen, van harte,
om andere plaatsen, die gevaarlijk na-ver
want zijn aan de lagere klucht, gevaarlijk:
voor schrijvers van minder geest en smaak
dan deze auteur.
De dialoog van The importance" kan,
en wil, om haar zelfs wil genoten worden.
Hetgeen niet verhindert, dat het stuk een
uitnemend geconstrueerd gebouwtje is en
b. v. nimmer storende verrassingen brengt,
M . J. N. Van Hall, hoe vreemd hy ook tegen
over werk als The importance" zal komen te
staan, kan in n opzicht tevreden zyn : het
is une pièce bien faite".
Dit spel van Oscar Wilde, een spel van
Wilde inderdaad, zal reddeloos verloren gaan
in eene voorstelling, welke niet eenigszins
op de hoogte staat van de geest en de smaak
des auteurs. Wat bleef er te genieten vun
de talrijke paradoxen, indien zy niet door
den tooneelspeler konden worden
genoten I Wat bleaf er van Wilde's geest en
de goede smaak die als wachter stond bij
zekere grenzen, indien de voorstelling die
zekere grenzen" overschreed: indien het
komische werd aangedikt, indien er een
opzet blyken ging om komisch te zijn.
De voorstelling van De Hagespelers" nu,
had in de eerste plaats dit zeer goede, dat de
bedoelde grenzen niet werden overschreden.
En verder toonde zy deze, meer positieve,
deugden: Begrip aldoor en zin voor het ko
mische van beter allooi, hoe dol dan ook soms,
by' de leiding. Eene geslaagde overbrenging
van dit begrip, voor zoo ver noodig, op
de kameraden-tooneelspelers. Het komische
kwam met groote, schijnbare onbewustheid
over de lippen; en de acteurs beiielden,
waar gevorderd, het ondoordringbare gelaat
van Curumilia. Dan: er was de gewenscMe
local-ton" in de voorstelling. Eduard Ver
kade, optredend als Algernon Moncrieff, deed
gevoelen wat distinctie beteekeat, mede voor
een rol ?an dezen aard. Gelukkig gevonden
stil spel" voltooide eene creatie van fijn
komische werking. En mej, Pine Belder heeft
met de onbewustheid waarvan wy' hierboven
spraken, haar rol, Lady Bracknell, v o o
rtreffelijk gezegd. Het decor: een zeer
behoorlijke kamer voor het eerste be
drijf en eeae aardige oplossing van een
tuindecor voor'II en III: een prieel dat de
geheele tooueelruimte over meer dan twee
plans inneemt, en ons, toeschouwers, waarlijk
in den geest binnen zijne latjes-wanden ver
plaatst.
Mevrouw Warren's Bedry'f."
Verleden jaar ontleende de voorstelling
van Mevr. Warren's Bedry'f" bij Het
Tooneel", Royaards' gezelschap, hare belang
rijkheid, na het stuk zelf van Shaw,
aan de vertolking der Mevr. Warren" door
Mevr. van Kerckhoven?Jonkers. De reprise
brengt cns ook sterk spel in andere rollen, van
door het gezelschap nieuw-verworven krachten.
Mevr. van Kerckhoven, in het eerste bedrijf
en, vóór haar groote tooneel met Vivie" in het
tweede, ook nu wel iets over de schreef gaand,
gaf op plaatsen waar het stuk aan een
bloedrijke natuur-aanleg alle ruimte laat: in het
bedoelde groote-tooneel en in het andere van
het laatste bedrijf, spel dat zoo mogelijk van
nog grooter expansieve kracht leek dan dat
van verleden jaar. Tegenover haar stond thans
als Vivie" Mevr. Car. van Dommelen, Mevr.
van Dommelen speelt de Vivie als een vrouw
van ras, een vrouw sterk van gevoel, onaf
hankelijk van begrip, die, na eene (nieuwe ?)
diepe ontgoocheling te hebben ondergaan, in
bitterheid zich opsluiten gaat bij den arbeid.
Zij heeft daarmee aan het Vivie-probleem,
probleem, min of meer, voor ons, Hollanders,
een wel wat eenvoudige oplossing
gegeven. En gezien van de Engelsche Vivie
uit, voor zoover wij de rol dan kunnen
begrepen, ontmoet de Vivie-v. Dommelen
wel eenige bezwaren; sommige woorden
van de rol al dadelyk, doen in den
mond van déze Vivie vreemd aan. De heer
van Bruggen, in zijn tooneelkroniek van
Woeosdag jl. (Hbld. Avondblad), geeft eene
andere oplossing van het probleem: Vivie is
eene harde, koele vrouw. Ook deze oplossing
ly'kt ons te eenvoudig. Want, b.v., er is een
dan wel zeer vreemde daad van Vivie in het
stuk: het plotselinge neerdrukken van de
loop van Frank's geweer, aan het slot van
het derde bedrijf. Wij hebben intusschen
zeker een m e n s c h gevoeld in de
Viviev. Dommelen; ja, zij was de overtuigendste
Vivie van het viertal dat wij hier te Amster
dam hebben gezien; en de opvatting van
mevr. v. D. tast niet het wezen-ljjke aan van
het stuk, dat is: zijn ondergrond van social
horror" (zie Shaw's inleiding tot zijn Plays
pleasant and unpleasant"). Wij zijn daarbij
nog nimmer by eene opvoering zoo getroflen
door het groote-tooneel in het tweede be
dry'f; de grootscheepsche mevr. Warren had
thans eene harer waardige tegenspeelster.
Jammer dat mevr. v. D. de uitspraak van
sommige klinkers niet beter verzorgt.
Ook het spel der anderen was interessant.
En wat blijft het stuk zich goed houden!
FRANS MIJSSSKN.
CbariTari.
Want dit is de eere van den kroniek
schrijver," aldus prof. Van Veen over dr.
Bronaveld in Mannen en Vrouwen «te
Beteekenü, hy ziet niet ter rechter- noch ter
linker zijde; hij wil de dingen niet anders
zien, dan hij ze ziet, en ook zells zijn vrienden
niet ontziende, zegt hij de dingen zooals hg
ze ziet."
Zien wij juist, dan zien wij niet in, waarom
wy in den hoogleeraar niet zouden zien wat
hij zelf in dr. Bronsveld ziet (zie in het
bedoelde kroniekje eenige regels hooger) nl.
een fijn stilist".
Blijkens het verslag van de vergadering
van moderne predikanten te Leeuwarden, is
prof. dr. B. D. Eerdmans na ernstige studie
tot de volgend slotsom gekomen:
Wij hebben niet te winnen by verkeerde
beschouwing."
Hoe paradoxaal deze uitspraak op het
eerste gezicht moge schijnen, bij eenig na
denken zal men moeten toegeven, dat zij
een grond van waarheid bevat.
De minister van L. H. en N. nam op het
Veeartsenijkundig Congres het woord en
sprak van het genoegen dat hy had eenige
woorden van afscheid te kunnen spreken".
Het was trouwens bekend dat de Eegeering
niet met het congres ingenomen was.
En vervolgens die andere ziekte", zei
nog Z. E., de tuberculose, die geesel der
menschheid, welke zoovele veelbelovende
levens afsnijdt, door hun ontwikkeling te
.,stuiten".
Wie tot nog toe mocht gemeend hebben
dat een geesel een onhandig ding is om
mede te snijden, weet nu hoe bij het instru
ment moet hanteeren: hij heeft er eenvoudig
de ontwikkeling van het te snijden voorwerp
mede te stuiten.
Adv. Haarl. D.
Gelegenheid aangeboden tot het maken van
huiswerk voor leerlingen van scholen.
Het werd inderdaad tijd dat de jeugd van
deze taak ontlast werd.
Maasbode, 23 Sept.:
Uit deze spons, wanneer ze goed wordt
uitgeknepen, druppelt het peuleschilletje van
ongeveer acht millioen ..."