De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1910 9 januari pagina 5

9 januari 1910 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1698 DE AMSTERDAMMER W E E K £ L AD V O P R N E D E R L A N D. J -,' . t } . ; , * ' : ,.. .' ??< Vraagt Uwen leverancier niet slechts om Bouillon-Blokjes, maar uitdrukkelgk om M A CJ 11' s BOUILLON BLOKJES met de Kruisster, want deze zjjo de beste. Prijzen PI. 0.30 LIBERTY "A uniquc opporiuntly lo secure "thébesïEnglish poems at a' ^'ridiculously cheap price.' 3000 SESAME BOOKLETS, bound in Art Linen. 'Every pnge is adorned with a headline of special design and ih'arc is a beautifully finished frontispiece ta each volume. VO'bï7 cM. GO lo 10O paBOï. SALE PRICE Each FL. 0.15 One doran copics various tities ; FL. 1.7O VOLUMES IN THI3 CERIES ARE: 1. In Rftemoriam. Tcnnyson. 2. Provcrbs o? Solomon, Lcmuel, and Agur. 3. The Book of Judiih. From the Apocrypna. 4. Tho Anoient Mjjrinsr. - Coleridge, S. The Lifs of Johnson, Macaulay. 6. The Rufaaiyat of Omof K'iayya;n. 7. Christaba!. Colerid^c. . 8. Great lioush's from fcmcrs-in. 9. Waysida Thoughts f.-om LcngCollow. 10. Wayside Thc'jqats (;-j.m Tennyson. 12. Tho Goldon L'nii of TiSe idship. 13. Great Thoughts from tiia Ancionts. 14. The Angal in tha Hou-:0. Patmors. IS. The Eva of St. Agnes. Ker'ï. 17. Word-Picturss from Ruskin. 18. Of QUSBII'S Garüais. Rus!:in. 19. Chrisimas Carolï. . 2V. Sonneïs from the Portuguese. E. B. Browning. It is adv'.sabtc to wrlte at o.nce for the above B T*-^.-> ^- '*£*?? ~v ' T. - ~f 'ij and :£p fnfarni lisj whelher* substi uï»s, foif"!j tities afr&ady sold xïut, are desired. A postal order sh'ould be sent with the order for the abovo and the amount for postage added at the rate of 1 et. per copy. First applications have precedence untill ,,the list is sold out." SALE CATALOGUS POST FREE METZ&CO^ LEIDSCKF3TFÏAAT STERDAM SOLE REPRESCHTATIVES IN HOLLAMD UIT DB NATUUEJ. CCCLVI. Eolithen. Dat zijn de oudste antiquiteiten en dus de merkwaardigste dingen, die er bestaan. Wie uit den naam tolithen zou willen afleiden wat het eigenlek zijn, moet al heel gelukkig raden; Vnursteen-werktuigen. l en 2 in gebruik bij Australiërs. :> en 4 eolithen. want letterlijk vertaald zyn het dageraadsteenen. Er worden vuursteenen mee bedoeld, die volgens sommige geologen en praehistorici, afkomstig zijn uit den oertijd van de industrie, de oudste getuigen van mensche lijke nijverheid, dus de eerste werktuigen van den mensch. Den verloopen zomerhadikinZaid-Vlaande ren het voorrecht, er een groot aantal van te zien, pas gevonden in de buurt van Spiennes, een van de klassieke plekken er voor. Ik heb ze eerbiedig betast, die stomme getuigen van millioenen jaren her; ik heb ze aangevat, voorzichtig, aandachtig en ze op aanwijzing van een overtuigde zóó in de hand gehouden als het behoorde, dat wil zeegen zooals onze voor ijstydelijke voorvaders ze in de hand hielden, toen zij er het vleesch van een tapirof hyenadijbeen mee afschraapten of de huid van een bison van het binnenvet ontdeden. De gelukkige vinder en bezitter van dat boodschappen-net vol voorhistorische werk tuigen daar op de Frarsche grens, van die hotel-tafel vol eolithen daarinYperen,twijfelde geen oogpnblik meer aan de juistheid van zij o. meening. Voor hem waren die puntige en hoekige en ronde vuursteenen volkomen betrouwbare getuigen van de eerste men schelijke industrie, en zoo overtuigend sprak De Anpsta-Yictoria crèclie te Berlijn Tijdens -de kerstvacantie te Berlijn zijnde, bezocht ik verschillende inrichtingen, <?>. a. déAugusta-Victoria crèche. In deze crèche worden niet alleen kinderen gedurende den dag verzorgd, maar vele blijven doorloopend. Verder is er et n opleidings school voor kiriderjuffrouwen en toekomstige directrices van cièches aan verbonden. Het, bezoek aan deze crèche was een waar genot, m. i. mag zij werkelijk als een modelinrichting beschouwd worden. Het huis, dat speciaal voor dit doel gebouwd is, is ruim en luchtig, voorzien van alle moderne ge makken en praktische inrichtingen op het gebied der kinderverzorging. Wat wij vooral trof, waa dat blijkbaar bij de inrichting de gedachte voorgezeten heeft, om de kinderen zoo goed en krachtig mogelijk te maken. Men merkt dit vooral wanneer men het kleine aantal kinderen, dat toegelaten wordt, vergeijkt met de groote ruimten waarin zij verzorgd worden. Waar ik in ons land in verscheidene cièches groote opeenhooping van kinderen aantrof, en dan zoo sterk voelde, dat het bestuur niets anders beoogde, dan de kinderen veilig te bewaren, worden zij hier uit hygiënisch oogpunt in de meest gunstige condities gebracnt. Wij begonnen de bezichtiging van bovem af. Op de vierde verdieping is de electrieche waschinrichting. Op de derde verdieping be vindt zich de mooie ruime keuken, de melkkeuken met ijskast, waar het voedsel der zuigelingen klaargemaakt wordt, verder de slaapzalen der leerlingen van cursus A, de badkamer, zit- en slaapkamer van een der verpleegsters en een groot terras, waar heen bij goed weer de zuigelingen der dag en nachtcrèche gebracht worden. De tweede verdieping bevatte de dag- en nacht crèche, die geheel afgezonderd is van de dagcrèché, elk heeft zijn eigen personeel, het doel van deze scheiding is het voor komen van besmettelijke ziekten, waarvan de kiemen zoo gemakkelijk medegebracht kun nen worden door de kinderen, welke 't avonds naar huis gaan. In vier groote vertrekken zijn 22 wit gelakte ledikantjes geplaatst, elk aan het voeteneinde voorzjen van een hangtafeltje, waarop alle ustensiliën geplaatst zjjn, die bij de verzorging vaij het kindje gebrnjkt worden. In ejke zaal| z\jn een of 'twJ*T steeneaTbadkuipejr Daaraan grenzend &? een grooter slaapzaal en spéelzaal voor hoogstens 12 'oudere kinderen t'pt den leef tijd van 3 jaar. De reden wfiarom deze kinderen hier doorloopend verzorgd worden, is dat de moeder ziek of overleden is, cf wel dat da ongehuwde moeder niet genoeg ver dient om er zelf voor te zorgen. De opname is altijd maar tijdelijk, geen enkel kindje blijft drie volle jaren. Op deze zelfde ver dieping bevindt zich nog de spreekkamer van den dokter, die elfeen dag komt en elke zuigeling bij de opname onderzoekt. Verder een groote slaapzaal voor de leerlingen van cursus B. De eerste verdieping bevat de woonvertrekken van de leerlingen en direchij en vertelde hij ervan en wees hij aan hoe elke steen in de hand gehouden werd, den duim hier in deze indeuking, de vingers zoo in die inkeepintr, dat het op het laatst scheen, of hij er zelf bij geweest was, toen ze gebruikt werden. Nu had ik er van te voren al heel wat over gelezen, teekeningen en foto's er van bestudeerd, maar de werkelijkheid gaf mij een teleurstelling. Voor mij waren het vuursteenen als zoovele andere, zonder eenig bewijs, dat ze als werktuig hadden gediend. Eerst toen mij aanschouwelijk de merkteekentn van het gebruik werden getoond al die bijzondere afschilferingen en schelpachtige Bias- en sprongplekken, die aan ongebruikte vuursteenen nooit moeten voorkomen, begon ik er eenig begrip van te krijgen, waaraan een geoloog zoo'neolith van een ge wonen vuursteen weet te onderscheiden. Daarbij komt nog iets, dat op goed ver trouwen, op de wetenschappelijke eerlijkheid van den vinder steunt. Hoe weet namelijk de oorspronkelijke vinder of de latere be zitter dat die steenen zoo oud zijn? Kan niet de eerstede beste boerenjongen op zoo'n vuursteen zijn speellust hebben botgevierd, zijn mes hebben doen vonken of thuis op de sleutels hebben geprobeerd? Dit nu was van de ons op die geologische excursie vertoonde vuursteenen volkongen zeker: ze waren bij het uitgraven onmid dellijk in wetenschappelijke handen over gegaan, hun oorsprong was echt en als zoo danig voldoende bedocumenteerd; ze waren afkomstig u'.t aarllagen, waarvan de betrek kelijke ouderdom door de aanwezigheid van fossielen,?zonder eenigen redelijken twijfel bepaald kon worden ; die aardlagen met de vuursteenen in kwestie waren ouder dan het oudste dilivium, behoorden tot de laatste teitiaire gronden, d. w. z. vóór den Europeeachen ijstijd gevormd. Dit nu, het onloochenbaar feit dat zij uit zulke oude lagen zijn te voorschijn gekomen, maakte bet voor velen zoo moeilijk aan de eolithen te gelooven, ze als werktuigen door menschen gebruikt te erkennen ; want er was nog geen schijn van bewijs gevonden, dat er toea al menschen op aarde bestonden. De tot nu toe ontdekte menschelijke overblijf selen waren alle opgedolven uit veel jongere diluviale lagen; aaaar naast deze be?eerde of werkelijke instrumenten uit den tertiairtijd kon geen rnenschenbotje of menschentandje gelegd worden, uit de zelfde laag afkomstig. En de mogelijkheid dat deze voorwereld lijke vuursteenen door natuurkrachten toe vallig zóó bewerkt waren dat het opzettelijk mensehenwerk geleek, was niet geheel buiten te sluiten. Wel pleitte de logica er voor ze te be schouwen a!s de primitiefste kunstproducten. Er bestaan honderden zulke vuursteenen uit trice, een inoote rnime; cursuskamer, wacht kamer en slaapkame.s voor de verpleegsters, terwyl eindelijk het parterre grootendeels voor de dagcièche bestemd is. De zuige lingen liggen hier niet in bedjes maar in ruime kinderwagens, die er echter eenigszins wonderlijk uitzien, daar zij, evenals een wieg voorzien zijn van eert Stang met gordijn. Het praktische van hét gebruik dezer kinder wagens is, dat zij zoo ijteiaakfcelük naar buiten gereden kunnen woïdeBv» Ia deze afdeeling worden niet meer dan 20 zuige'ingen en 10 grootefe kinderen opgenomen. Voor deze laatsten is een eigen. glaa^i en speelzaal. De kinderen worden om 6"% 'uur gebracht. De kleinsten worden onmiddellijk ontkleed, .ge baad en geheel in kïren van het huis gestoken, terwijl de gtppieren driemaal per week een bad kiijgeri.' Zij hebben over'hun kleeren een boezelaar van de inrichting aan. Naast het huis is' een flinke tuin, met vele zandhoopen. ???'Het doel van de yereeniging voor kinderbevtearjjldatsen, 'wilke in -'t geheel 6 «rèches heeft, is otn* mede te., werken aan de bestrijd.ng der zuigelingensterfte en door uitstekende! verzorging1'én goede voeding de kin ieren, welke aan hare hoede toevertrouwd worden, zoo levenskrachtig mogelijk te maken. Aansluitend aan' dit'doel' z^Jff cursussen, die hier gegeven wprden. i .De leerlingen welke deze cursussen volgen,,.worden in de eerste plaats voorbereid voor de taak van kinderjaffrouw, het hier geleerde zal van haar werkelijk een bekwaipè, vertrouwde steun voor het gezin vormei.'Dan k,unnen de leer lingen van deze: opleidingsschool op haar beurt weer d» leiding; op: tfich nemen van dergelijke inrichtiagen ; ten sjotte kan ook dit onderwijs,, van i>root;e beteekenis zijn voor baar, die van plan rfjrjdëverpleegster te worden, daar voor nog niet den verlangden leef tijd bereikt hebben. Maar ook zij, die geen be paalden, nauw omschreven,werkkring zoeken, doch die gedreven worden door den wensch mede te helpen ter bestrijding van de groote sociale ellende van onze maatschappij, kun nen hier veei; leerer, dat haar een wegwijzer kan zijn voorliter weiken, vooral ten behoeve van het kind, het on gel ftkk i ge kind oer armen, dat zooveel zorg te kolt &<jint;->, De cursus ^. dnurt 6"! m'aariden en bestaat uit theoretisch en prijttfteh'«onderricht. De theoretische ,va;kkeu z$i d'eneïstèbeginselen der anatomie,, oje verp|feging en voedingvan het jonge kind; algemeejle by$$iite, paedagogie: Dït onderwijs wordt diïbr.'Jsefl«dökteï' en een onderwijzeres gegeven*Heftf^a%tisWJe;ónderricht omvat de verzijging van het kind, spelen, koken en nu|fig£_han4werk,en. Dit onderwijs wprclt door <$êVerpleegden en een onderwijzeres "onder tjsezicht "van deSdirectrice gegeven»-^. ;; j | ' ; .? l cj'\ Cursus B duurt 8 maarlden enfia bestemd tot vorming v,an bek'tfd;1110 kindermeisjes. Het onderwijs ia geheel praktisch en onayat de verzorging y,an kinderen, de behandeling der wasch, hét schoonmaken der kinder kamer en nuttige handwerken. Ten s'otte worden aan jonge gehuwde vrouwen of meisjes, die verloofd zijn, de ge legenheid geboden om zieh in de dagcrèche te bekwamen de verzorging van kinderen. Zij krijgen een beknopte cursus over zuige lingenverzorging van den dokter. De indruk, welke ik bij het verlaten der cièche mede nam, is dat de Augusta-Victoria Vereeniging voor Kinderbewaarplaatsen, welke deze crèche en opleidingsschool gesticht heeft, een goed, navolgenswaardig werk verricht heeft, zij voelde de diepere, sociale beteekenis van dit werk, en wil bet hare bijdragen tot leniging van veel ellende en tot verbeiering van den algemeenen gezondheidstoestand. J. C. VAN LANSCIIOT A MEETEL De dames, die geen gelegenheid hadden de exposition de robes de soiree et de bal" in Maison Kirsch te zien, eullen er zeker gaarne eenige bizonderheden van willen hooren. Alle prachtige modellen beschrijven zou onmogelijk zijn, de beperkte plaats van deze rubriek in aanmerking genomen. Ik wil echter eenige der kostbaarste en een paar eenvoudiger toiletten nader omschrij ven, hoewel woorden niet bij machte zijn dergelijke gecompliceerde creaties duidelijk weer te geven. Het schitterde en straalde bijna alles in goud en zilverglans, zoodat ze\fa mijn vlinderoog verblind werd. De bonte bloemenpracht op velden en in bosschen is er niets by. Stel u een onderrobe voor van wit satijn, daarover een korter kleed van gris-perle mousseline de soie geheel met zilver broderie belegd, over dé' beide zijbanen uitgeknipt, terwijl alleen de breede geborduurde en geschulpte rand de voor- en «.chter-banen verbindt en de witte onderrobe van onderen eenigszins nauwer bijeen trekt, zooals nu mode i<. Schitterend en toch teer door de fijne combinatie van wit en gris perle 'u dit ge distingeerde toilet zoowel voor een jonge als oudere dame geschikt. Ean ander gecom pliceerd bal of soiree-kostuum was van ge drapeerd wit satijn over een roae dessous. Over het wit satijn een zwart chantilly kan ten fourreau, welks puntige zijbancn aan de achterzijde het witte satijn open liet en van onderen te zaam worden gehouden met een boude." van goud broderie waarop geikleurde steenen, een ander in kleiner formaat was aangebracht achter pp het coisage en een van voren op zij. Langs het decolletéeen band van satijn bewerkt met groene pailletten, waarover lang£ d&gcheude*» groeft satijn was gedrapeei-d me* zwart chantilly kant af' ? ' ' * Voor jonge meisjes ontdekte iktweeall rliefste bal-toiletjes, !'een van jose mousseline over witte tullen paületé; die als niet glins terende dauwdruppels bezet onder de overrobe glansden. Een geheel witte robe van tulle Malvire, zeer eenvoudig fai;on met breeden strook van onderen en een berthe langs het decolleté, was op orig neele wy'ze gegarneerd met wit satijnen klokjes langs den strook en de bertie. Jongen eenvoudig, geknipt voor een bal blauc" waarop alleen achttienjarige pas uitgaande meisjes ver schijnen. Deze enkele grepen uit de brillante collectie van Maison Hirsch" mogen u animeeren zelve eens een kijkje te gaan nemen. * * * De baronesse de Vaughan heeft over het algemeen une bonne presse" gehad; maar in de Belgische hofkringen telt zij meer dan n vijand. Men vertelt dat de zoogenaamde fijn gebouwde" baronesse groote enkels en polsen heeft, dat zij er geen aristokratigchemaar degelijk burgerlijke deugden op nahoudt, en de gewoonte h«eft in winkels op de pry «en af te dingen, niet alleen om den koning, die als... zaïinig bekend stond, genoegen te doen, maar uit eigen verkiezing. Haar verstand was niet ontwikkeld. In een museum, «ag men haar gapen en Léopold II werd dikwijls onaangenaam getroffen door haar zoutelooze grappen en opmerkingen over Griek?che en heiligen-beelden. Haar woorden waren even min als haar persoon hoffühig", maar de koning raakte er aan gewoon, en eindigde met glimlachend te zeggen: Que voulez vous c'est un enfant". Een zeer onopgevoed kind dan toch l Eens wilde de koning toen hy met haar, die in spot de koningin van de Congo" werd genoemd, in het park van Laeken wandelde, haar voorstellen aan prinses CletQ'entine..; Deze liep toen juist op hetzelfde pad hen tegemoet; maar nauwelijks bad haar vorstelijke vader uitgesproken of de p-rinass.-liép rustig door zonder verder eenige aandacht te wijden aan de voorgestelde. ? . Nu, je dochter is wel beleefd," riep de. baronnesse hoogst verontwaardigd uit, in:haar beleedigd gemoed van volkskind niet besef; fend hoe diep gekwetst de prinses zich tnoest gevoelen. De baronnes d« Vaughan zal zich wel meermalen beklaag l hebben over het gemis aan opvoeding" bij de vorstelijke ver wanten van den koning en bij de haute aristocratie", die «ij misschien een enkelen keer ontmoette. Geperst vleesch. Laat een kort, breed n stevig broodblik maken met beweegbare ooren en een deksel met handvat die niet op maar in het blik pasf. Nu waecht men l}4 kilo kalfslappen zonder vet onder de kraan laat ze uitdruipen op een vergiet en smeert ze in met zout, peper en noot; leg op den bodem van het blik een paar laurier bladen, nagels, pieteraelie en prij; daarop het vleesch goed gelijk tezen de kanten, doe' de dekiel «r op e'n 2 bordjes aan weerzijden van het handvat; 2 zware steenen of ijzeren gewiebtenf tjp"- e echoteltjee. 'Nu laat men het vleeech gaar kooken au bain Marie irca twee uren lang. Dan giet men de bouillon af, zeeft ze en roert er 8 gelatineblaadjes door;-keert-den blikken vown op een schaal voorzichtig om; giet een deel van de bouillon weer in en laat die stijf worden; snijdt truflels aan schijven en legt die er op, doet het vleesch in zyn geheel op den laag stijve bouillon en giet de vloeibare over alles heen. Den vol genden dag keert men den vorm om na ze ?weer met water te hebben gewassehen en garneert het vleesch met citroenschijven en pieterselie. VLINDER. Voorhistorische vuursteen-groeven, uit bet neolithische tijdperk, ontdekt bij Spiennes (F. L. Cornet). Profiel van een groeve bij Spienres. (Naar Rutot.) later tijd.uit het jongere steentijdperkdermenschelijke geachiedenis, gevonden in grotten, in hunebedden, in graf heuvels, soms bij mensche lijke geraamten. En aan deze twijfelt niemand, ze dragen volkomen duidelijke bewijzen van bewerking; ze zijn voor het gebruik geschikt gemaakt,hetzij alsschtapers,krabbers,splijters, of hakkers. Dat is onloochenbaar te zien aan de rijen splinterpunten, aan de clats" en retouches", soms aan de symmetrie; de jongere zijn diorboord voor een steel of althana een stok,en dienden wellicht alg hamer; of ze werden gebruikt als slinger aan een koord van boombast. In de serieën van musea is heel goed vooruitgang en ontwikkeling op te merken; ze zijn, als alle* in de wetenschap, ingedeeld in groepen, de jongste heeten : neolilhen, de oudere: palaeohthen; en daar zij niet het begin geweest kunnen xijn van de werktuig' en wapenindustrie der steentijdmenscheu, moeten er, al waren of worden ze nooit ge vonden, wel oudere, eenvoudiger vormen ondersteld worden. En de oudste zal wel zijn, de natuursteen zelf, die er door zijn toevalligen vorm, door handzaamheid en een scherpen kant aanleiding toe gaf, hem a's mes te gebruiken bij het beenschrapea; de sporen van het gebruik en, na afstomping, van het opnieuw scherp slaan, kunnen zichtbaar ge bleven zijn. Zulke steenen nu zijn het, die eolithen genoemd worden, de allervroegste, die den dageraad, de ,/os" de schemering van de beschaving vertegenwoordigen. Hieruit blijkt wel, hoe moeilijk het is zekerheid te krijgen van de echtheid van zoo'n stuk vuursteen; en dat het bij zeer vele wel moet blijven bij een vermoeden, een toegeven van [de mogelijkheid, dat het inderdaad artefacten zijn. Het spreekt ook wel van zelf, dat de praehistorici zichzelf niet wenschen te bedriegen en nog minder een ander; er is op allerlei wijze nagegaan, of vuursteenen door water en vuur en beweging, door wrijven en slaan tegen elkaar bv. in een wild-? bergbeek of een maalstroom, de merkteekenen konden verkrijgen van de steenen, die als eolithen worden beschouwd. En geheel onmogelijk bleek dit niet. Bij een krijtfabriek, waar in een kuil met een soort van draaienden ijzeren eg,;e het krijt onder water be verkt werd, om er de vuursteenen uit te verwijderen, vond een twijfelaar onder het uitschot" van den krijtmolen, vuursteenen, die al bijzonder veel van de merkteekenen der eolithen vertoon den; het blijft echter de vraag of ooit in de natuur zoo'n proces plaats grijpen kon. Nog spreekt de massa van de eolithen-vondsten tegen de theorie: duidelijke paleolithen zijn ze:dzaam. Maar ook zijn feiten bekend geworden, die vóór de theorie pleiten. Het terrein bij piennea, waar op ongeveer 10 Meter diepte vuursteenen in kwestie gevonden worden, is nauwkeurig onderzocht. Ouder de bovenste lagen, afwisselend bestaande uit klei, leem en zand, wordt al op vijf meter diepte een laagje grint en krijt met vuursteenen ge vonden, waarbij er zijn die zonder eenigen twijfel door mensch-n bewerkt zijn; het zijn bijlen in den amandelvorm, die ook elders wer den gevondenen die totdeneolithen behooren. Daaronder ligt weer een meter dikte kleilaag en onder deze rust weer een steenlaagja waarin eveneens voorhistorische bewerkte (Uit Cornet Geologie.) steenen werden gevonden, maar veel minder goed bearbeid. Nog lager ontdekte men weer ontwijfelbaar bewerkte steenen, maar al weer minder zorgvuldig bewerkt en nog een paar meter dieper bevinden zich de niet onbe twistbare bewijzen van de oudste mensche lijke industrie: de eolithen. Niet ver van deze plek, ook bij Spiennes, zijn in de diepe krijtlaag die de ruwe vuursteecen bevat, openingen ontdekt, blijk baar gegraven kuilen; en van deze gaan pij pen, ware mijngingen naar boven naar de diluviale lagen; daar zijn ook jongere in strumenten, de bijlen uit de neolithische periode van het stpentijdperk gevonden, tegelijk met overblijfselen van mammoeth en neushoorn. Hier was dus een industrie een mynwerk aan den gang gezet, waar de voor-historische mensen zich van het materiaal voor nijn toen al onontbeerlijke werktuigen en wapenen kwam voorzien. Toch blijft er voor velen reden tot twijfel of onder de vuursteenen der onderste lagen, ook al gebruikte voorkomen en er dus in het laatst van het tertiaire tijdperk al menechen be stonden, die werktuigen, zij het ook alleen steenen gebruikten. Maar nu is er den 27 Oct, 1907 bij Heidelberg een rest van een rnenseh gevonden, een onderkaak; deze lag ontwijfelbaar in een aardlaaar, die vóór den ijstijd werd gevormd; ook door zgn vorm gaf dit beslist menschelijke overblijfsel bewijs van zijn hoogen ouderdom. Dit ras, deze homo heidelberaiensis kan de gebruiker en be werker van de eolithen geweest zijn. E. HEIMANS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl