Historisch Archief 1877-1940
Na 1699
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
HET VERTROUWEN
MAGBI's Arema
verbetert oögeubllkkelijk den smaak van
zwakke soepen, bouillon, groenten, sausen enz.
MABfiïs Bouilloi Blokjes.
Deze dienen voor de bereiding van eenen
beerlijken kop bouillon.
der huisvrouw verdienen ten volle de gunstig bekend staande
MACGI Producten
ftoettN), nfflatttffli in 't fcbntil en ToortrMt m mm.
MA66r$ Soepen in Tabletten
geven in korten tijd, slechts met water ge
kookt, aangenaam smakende en voedzame soepen.
mtmiiimmiiiwmmmnmmmmiiiiiiimiimiiiiimiiiiiimiitiiimiiimmumiimiiMiiiiiiiiiHiitiim
De Moed m ons tennis" BB bet M.
f Vervolg).
Stellen we eerst dn vraag: wo-dt er inde
meaa e gewinnen rekening gehouden met
wat voor het kind noodig en nuttig ia?bv.
wat zijn kleeding betreft? Zie onze kinderen
aan, zooals ze dagelijks te vinden zgn in
openbare tuinen en parken l De moedera, die
zich nog niet hebben kunnen verheffen boven
<ie enge sfeer van haar tehu s"en andere, even
bek i on pen tehuizen", zorgen er allereerst
voor, dat ze mooi' zjjn aangekleed, volgens
haar smaak althans. Ze ontsiert maar «l te
dikwijl', volgens mrs. Gilman, de ernstige,
liefelijke schoonheid van een kindergezichtje,
de bevallige bewegingen van het kleine
lichaampje, door zware lappen atflf laken,
gesteven atrooken, en reusachtige, knikkende,
< p'.ichtig gegtrneerdt) hoeden, die beter
zooden s aan op het hoofd van n Ashantie
hoof Iman.
A's de een of andere teekenaar ons de
S xtynscbe Madonna met haar kicd eens
schetste in hetzelfdecostuum dat onze moeders
en kin leren dragen, als die onsterfelijke
Cherub! rekken ons eena aanstaarden van onder
on-noielijke hoeden met rjjke veeren,
miafchien zouden dan velen een schok krijgen,
die hen plotseling deed inzien, hoe we onze
kleintjes voortdurend miamaken l
EQ dan niet te vergeten, boe we met
andere kleeren hun vrjje be veging belemme
ren hen beletten, zich normaal te ont
wikkelen.
En daa de voeding is die overal in orde,
daar, waar de beroemde Lady of the house"
«r voor te zorgen heeft? Helaas, ze gaat
daarbij maar al te dikwijle te werk volgeo
cude, overgeleverde gebruiken, waarbij het
kind onmogelijk geheel gezond kan blijden.
Ken enkel man te Bnffalo heeft een paar
jaar geleden in n jaar de kindersterfte met
1500 doen afnemen, allén door overal aan
bet publiek vlugschiiften te doen uitieelen,
waarin hu aan de moedera leerde, hoe ze
de melk voor haar kleinen dienen toe te
bereiden. Dat «preekt boekdeelen l *)
De in haar huishouden opgesloten moeder
gelooft nog veelal blindelings dat de
traditioneele moederliefde" en moederzorg' haar
a'a bij instinkt doen weten, wat at of niet
goed is voor een kind en se droomen
voort, zonder zich eerst op de hoogte te stel
len; en ondertusachen liggen er duizenden
en duizenden kinderen op onze kerkhoven,
die niet hadden behoeven te sterven, als ze
goed en verstandig verzorgd waren geworden!
Als er bg de" vrouwen meer algemeene
*) Ik sag in verschillende 'parken in
Duitschland moeders, die ha ir kleine kinderen koffie
toedienden in de zuigflesch, in plaats van
melk l En, n klein ziekelijk kindje te
Eisenach lurkte aan een flesch die er al heel
vreemd uitzag. Ik informeerde wat het voor
drank was en kreeg ten antwoord: bier".
IIIIIIIIIIIIIHIIIIlnlIllllllllllllllmimlMIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIJII/lMllllllmilll
UIT DB NATUUR.
CCCLVII. Zonderlinge dieren.
Men behoeft niet tot de diepzee-dieren of
de microscopische wezens af te dalen, om
zonderlinge op het eerste gezicht raadsel
achtige vormen te vinden. Ook onder de
zoogdieren zijn er. die een mensch heel wat
te denken geven, eer hy met het dier vrede
beeft, «n er iets meer in gaat zien dan een
karikatuur, een wangedrocht, een mislukte
grap der natuur.
Het zoogdier, dat den naam van zoölogische
paradox wel in groote mate verdient, is
de mieren-eter van Zuid-Amerika. Er zijn
stellig weinig dieren, die zoo vaak en zoo
algemeen bij beschaafd en onbeschaafd de
lachtspieren of de spotlnst aan het werk
hebben gezet, als deze gewone gast van onze
dierentuinen. Geen diergaarde is dan ook
compleet zond-r mie en eter, al zijn ze er
niet larg inleven te honden. n een bezoeker
beeft stellig een hoofdzaak overgeslagen, als
tg een aanwezigen, mieren-eter niet heeft
bekeken.
Nu laat de Joeroemi, zooals zijn naam in
Paraguay luidt, zich jammer genoeg niet altijd
ten voeten uit zien. Het is wel geen nacht
dier, maar hij verslaapt in den regel een goed
deel van dag; da. r door moet de nieuwsgierige
meestal tevreden zijn met een grooten
hoop haren en een paar poolen met kromme
nagels. Met behulp van de herinnering aan
een plaatje vult men dan wel aan en ia ten
minste gedeeltelijk voldaan.
Maar treft ge het dat het onzen gast be
haagt, zich uit zijn lui opgerolde houding los
te wikkelen en, zoo als zijn gewoonte is, met
een slingerend v aart j e op het hek en den
beschouwer toe te schieten den moet ge u
zelf bedwingen, om niet, evenals met uw
jeugdige medekykers het geval is, eerst aan
uw schrik en dan aan uw lachlust uiting
te geven.
?Zoo ieta mals staat op eena voor u, dat ge
in het eerst niet weet, wat het vooreind of
achterstuk is. En het duurt een poos, eer ge
voor u zelf hebt uitgemaakt, dat aan dien
langen hals inderdaad geen kop ontbreekt,
maar dat het de kop zelf is; want bij nauw
keurig toezien vindt ge het kleine oogje; en
de beide lapjes, een eindje meer naar achte
ren, moeten wel de oortjes zijn. Nog gekker
wordt bet, ah die lange dunne kopstang nog
verlengd wordt door een eind zwart beweeglijk
koord, dat, tot een halven mater uitgerekt,
als een dunne pekdraad de ijzeren stangen
omslingert.
Wat een onevenredigheid tusschen vóór en
achtereind l Hoe slecht schy'nt die ontzagljj ke
staart en het zware harige achterlijf te passen
bij dien dunnen langen kop, waaruit als uit
een koker de lange roltong wordt vooruit
gestoken l Nog verwarder wordt het beeld
kennis, meer onderlinge associatie en onder
linge vergelijking bestond, als ze haar enorme
verantwoordelijkheid alt klam voelden,
inptaatt van al* individu, dan zou dit alles heel
andera zijn. Kennis en ervaring moeten ver
werven worden door breed opgevatte en
langdurige studie; niemanl verkry'gt ze door
ondurrtni dezelfde persoonlijke experi
menten te herhalen.
Zeker, er zijn veel vrouwen en moeders,
die het gewicht van eau dergelijke studie
beseffen en de daardoor verkregen er varingen
in prak t y'k brengen, maar vergeleken by de
groote meerderheid, die er geen notitie van
nemen, is haar aantal nog maar klein.
Wij hebben dus gezien dat in het tehuis"
en bg de aan baar tehuis" gebonden moeder
het kind op het gebied van voeding en kle.e
ding nog maar al te veel te kort, komt l En
hoe staat het met zjjn veiligheid f
Mfj. Gilman komt, ter beantwoording van
deze vraag, aandragen met een heele massa
conrantenberichten, die ze in den loop van
n jaar uit n enkele stedelijke krant
knipte een treurige lijdensgeschiedenis
van verbrande, gestikte, verdronken, ia
emmers met kokend water gerallen, of ver
giftigde kinder'jes: allerlei gevallen, die we
dagelijks ook in onze bladen vinden, en die
niet direkt spreken van de absolute veiligheid
van ons tegenwoordig tehuis I
En dan nog de vele kleine gevaren, die ik
hier niet behoef op te noemen ieder kent
ze, en ieder weet, dat in on» tehuis" een
kind voort iurend bewaakt dient te worden,
als we 'c daarvoor willen bewaren. Als we
dit niet doen, dan wordt het ondeugend"
met welk woord we gewoonlijk aanduiden de
natuurlijke lust tot onderzoek van den jongen
geest, de natuurlijke beweeglijkheid van het
jonge lichaam, die, als ie geen rationeelen
uitweg vinden, zie a «stuurlij k oefenen op
onze gecompliceerde werktuigen, onze meu
belen en sieraden.
Ea dan," vervolgt mrs. G. als een kind
al deze bezwaren gelukkig heeft doorgewor
steld, welke zijn dan de voornaamste indruk
ken, die hij overhoudt uit zijn tehuis?""
Het gewichtigste feit is zeker: liet eten.
Daarmee is iedereen in ly'n omgeving een
groot deel van den dag bezig. Er wordt veel
tijd besteed aan de bereiding telkens worden
er eetwaren bezorgd door slagers en kruide
niers, en het dienstmeisje, of de moeder gaat
uit om andere in te koopen. De drie of meer
maaltijden per dag zijn hél gewichtige mo
menten, en dat niet het minst by de hoogere
standen,, waar de kinderea minder te zien
krijgen van de bereiding der spijzen, maar
waar ze gedurende eiken maaltijd zorgvuldig
worden onderwezen hoe ze moeten eten en
dat met een ernst, of hun zieleheil er van afhing.
Behalve het eten neemt ook de kleeding
een te groote plaats in. De kinderen hoor en
ook daar veel over spreken, en in niet rijke
huishoudens zien ze voortdurend de een of
ander bezig, ze te maken of te repareeren
De zorg voor het lichaam komt te veel op den
voorgrond in ons tegenwoordig tehuis dat
ia een feit.
Ten slotte vraagt mrs. Gilman: Kunnen
we dan niet, door een spontane krachtige
inspanning, ona een voorstelling maken van
een tehnic, waar de oude liefde heerseht
tusschen vader en moeder, waar dezn'fle
gemakken, dezelfde behaaglijkheilen schoon
heid gevonden worden, die ons nu zoo lief
zijn, en waar de familie even nauw aaneen ge
sloten ia, naar zonder keuken ? Misschien
zelf-1, in een heel vér gevorderden droom,
zonder bepaalde eetkamer? Een gezin,
waarin de moeder een wijze, sterke, verant
woordelijke persoonlijkheid zon zyn, vol be
langstelling ia, en zelf mee werkende aan
den vooruitgang der menschheid; en die
aan haar kinderen, in de heerlijke uren van
samenzijn, bet rechte begrip trachtte bg te
brengen van wat het leven i», en boa het werkt.
Thans kunnen de meeeten van ons zich dat
nog niet voorstellen. We zijn uitgebroed
in de keuken- of eetkamer-atmot-feef, en het
woord moeder" heefc voor velen van om
nog de beteekenis van kookster" of huis
houdster" en als we het woord gezin"
booren, dan denken we dadelijk aan een
eettafel.
Of Charlotte Perkins Gilman in alle of in
vél opzichten gelijk heefc, ook waar Int
onze Nederland'che tehuizen" betreft??
Ieder oordeele zelf hierover.
Wat mij betreft, ik vind veel waara in
haar kritiek, maar het zal, vrees ik, nog lang
duren, eer we haar ideaal van een tehuis"
geheel bereikt hebben vooral ook daar dit
voor een groot deel afbanit van de maat
schappelijke toestanden. Het is echter goed
te weten, hoe we oos d* toekomst in dit
opzicht voorstellen, en ondertussen kan
iedere vroaw in haar eigen tehuis" al heel
wat verbeteringen aanbrengen n ze
propageeren. N. VAN HICHTUM.
Inbond van TüWfteii.
De Vrouw en haar Hui&, No. 9 : Johanna
A. Wolterg, Heden. E'ii. M. Rigge, Oas
Printje. C. A. Worp- Roland Holst,
Bijenteelt als vakopleiding. Ericus, Fox
terriërd Voeding en opvoeding van huishou
den. Georg Grüaewald Kzn., Berijmde
boomen. Elis. M. Rogge, O >er tentoon
stellen. A. M. Gouda, De bewerking van
naaldkant. Cato Neeb, Zijden mof met
ahawl. E. von Sichart, Moderne
onderkleeding. B. E. van Osselen-Van Delden,
Een praatje, Kinderatukje voor een groene
bruiloft M. H, Kinderspel en speelgoed.
M. de B. N. S., Onfce/babykleeding. V.
Bagafella, Over niets en iets. E'ck wat
wils, enz.
iiiiMiiiiiiiiiiimiiiiiiiimiMiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiumiiiiHiiiiii
Martha Regnier Conférenciere over de mode.
Stlma Lagerlöf. Solidariteit bij
staking te New- York. Benijdenswaardig
echtgmoot. Recept. Rectificatit . Druk
fouten vorig weekblad.
Onlangs trad de gracieuse actrice Martha
Régnier, die op het oogenblik in la petite
iiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiMiiiiimiiiiiii
Groote Miereneter.
?wm dezen miereneter door de kleurteekening;
de aschgrauwe en peper-en-zout-kleurige
haarboaeen zijn van voren opeens afgebroken
door een zwarte das van korte borstelharen:
een nauwe stijve stropdas die van de schou
ders en den keel naar achter is omgeslagen
en midden op den rug vast zit. Het lijkt
werkolijk of het eigenlyke dier daar ophoudt, en
er het voorstuk van eenander ongelijksoortig
wezen, een vreemden vogel of zoo, aan vast b
genaaid.
De vooruitstekende knieën van het dier
werken er toe mee, aan zoo'n kunstbewer
king te denken ; die scheeve driehoek van
een vogellyf zit er zoo ongemotiveerd slecht
op, dat ge werkelijk den naad zoekt. Wel
loopen de rugmanen een eindje door tot dicht
bij de ooren ; maar dat kon een huidlap zijn
van het achterdier, die bij de operatie over
den bals is heengelegd, om de wondnaad te
sluiten; een gedachte nog versterkt door een
witte kleurzoom, die onder de ooren begint
en op den rug boven de nekdas eindigt.
Dat verkeerde, dat verdraaide van het dier
krijgt nog meer uitdrukking door de voor
voeten waarop het, schijnbaar met tegenzin,
steunt bij het loopen. Die voorvoeten staan
naar birmen gekeerd en vertoonen daar
ontzagly'ke nagels zoo groot en sterk als van een
beer. Op de foto zijn ze, juist doordat ze naar
binnen zijn gekeerd, niet te zien; ze lijken
nog verminkt ook, doordat de kromme punten
van dre nageh weer omhoog gericht zijn.
De achterpooten alleen zyn, hoewel kort en
krom, overigens normaal gevormd; dat wil
zeggen, daarin ligt weer het type van
een gewoon modern dier, waarmee we onwil
lekeurig het beest in verband trachten te
brengen. En werkelijk, alleen door het dier
als een antiquiteit te beschouwen, krijgen we
er vrede mee ; hij behoort tot een trio
ouderwetsche dieren, dat tot een zeer oud tijdperk
van onze aarde behoort en waarvan alle drie
door de zoölogen in historisch verband worden
gedacht. Ia de meeste diergaarden vindt ge
minstens een tweede van het drietal dicht
bij de miereneters onder dak gebracht; dat
is de luiaard. Het derde een gordeldier is
nog al zeldzaam en ontbreekt meestal op het
appèl. In een goede diergaarde zooals onze
Artis is het door een ander wonderdier uit
Australiëvervangen; door een mierenegel;
een heel ander en nog veel ouder dier ; al
is er een treffende overeenkomst door de
levenswy'ze, door de convergentie"; een ver
schijnsel, dat we samen nog wel eens bespreken
zullen.
Nu moet ge als alle drie tegelijk present
zijn, uw oog eens van het eene dier op het
andere doen overgaan; de kromme nagels
van den mieren-eter vindt ge terug, met de
overdaad van rughaar, by den luiaard, die daar
achter u aan zijn stok hangt. Depijpvormigekop
en de roltong is weer te zien bij de mieren-egel
in het glazen hok, en is er een Bolita een
groot gordeldier, dan treft u ook den overgang
van voorstuk op achterdeel, de kromme
nagels en de uitgerekte voorkop.
Wellicht herinnert ge u iets van het gebit
van deze dieren; de luiaard en de gordeldieren
hebben een gebit dat zoo verarmd is, dat nog
maar weinige ongelukkige kiezen over zijn;
Chocolat t>" een groot en wel verdiend succes l
: ehaalt, ala conférenc ere op m de Ranaisamre,
et théatre, waarvan haar man Farrise",
directeur is geworder.
Het onderwerp wa : Li mode féoninine.
Hnt publiek zat reeds eenige oogen Mikken
In ongeduldige afwachting toen de lang ver
wachte in grooten baast op het podium ver
se ieen, zich verontschuldigende dat haar
automobiel opgehouden was geworden door
een der vele en daaglykiche Parysche
encombremants". Ik hei geen tijd gehad
mij een weinig te verven," zei zy', en zal
dit nu hier voor u doen, dan kunt gy tevens
zien, hoe een actrice zich opmaait voor zij
op de planken verschijnt." Aldus begon de
conférence over rte mode. Aan het eind
defileerden de eleganttte collega's der spreek
ster in de pracitigtte toiletten.
Bj dit dérllébleek dat de ligne" nog
steeds in eere worde gehouden. Zoo men
drapeert dient dit slechts om de lichaamslynen
nog meer te doen uitkomen.
Het eenigszins styve brokaat werd gedra
gen voor japonnen in stijl met den fictum
Marie Antoinette. Men zag visite-toiletten
van donker flu veel overvloedig gesoutacheerd
en langs den rok en mantel met ranken van
skungs gegarneerd, reusachtige moffen
?renad ere" genoemd, lange bonten mantels
over lichte visite-j sponnen, hoeden van
zwart fluweel met veeren of gr os-1 ulle waarin
toefjes rozen, hierbij zwarte dicht bewerkte
voiles, die iets mystieks geven
aaneenviouwengelaat en zeer flatteeren. Eogelscbe
scarfs" geheel met goud geborduurd en met
bont afgezet verleenden een oosterache pracht
aan toiletten in stemmige nuance. Zeer ori
gineel en succesvol was deze conference met
tot slot het défllévan bekende actrices,
eene verrassing voor het verrukte publiek.
Selma Lagerlöf, de bekende Zweedsche
schrijfster, die onlangs de Nobel-prijs
srekregan heef', is den 20sten Novenber 1858
in eene kleine boerderij van de provincie
Vertnland geboren. Zij heeft over iie geboorte
een grappig en schilderachtig relaas in de
Matin" geschreven. Eene oude vrouw, die
in het dorp door ieder tante Veucervik"
genoemd werd, en als kaartlegster bekend
stond, stak tegen negen uur 's avonds haar
hoofd door de deur en vroeg aan de oude
mevrouw Lagerlöf hoe bet met het nieuwe
k leinkind stond. De twee gaan aan het raden,
wat het leven der jonggeborene zal zijn.
Zij zal krygen, wat zij verdient", zegt de
grootmoeder. Eu het toeval?" vraagt tante
Veunervik. Dan haalt zij de kaarten te voor
schijn. Da lamp beschijnt het vredig
tooneeltje en grootmoeder Lagerlöf glimlacht
om tante Veunerviks manie.
Ik zie ... ik zie ... een ziekte", prevelt de
laatste.
Ieder het zijne", verklaart optimistisch
de andera
Ik zie... groote reizen, het kind zal dik
wijls van woonplaats veranderen. Maar ...
zij , zal haar geheele leven geen weeftoestel
de mieren-eter heeft evenals de mieregel zyn
gebit heelemaal afgeschaft, ja zelfs zyn kaken
zijn zoo goed als verdwenen: zijn heele kop
ia bijna een pijp, een koker geworden; de tong.
neemt de functie over van kaken eutanien
En die is voldoende om de termiten en de
mieren te lijmen, zyn eenig voedsel, (behalve
ingeval van nood wormen en larven) dat uit
de gaten te voorschyn krieweit, zoodra de
groote nagels een bres hebben gehouwen in
den harden wand van het nest of in den hollen
boomstam. Zoo noodig, duikt de heele kop in
de donkere holte, en de beweeglijke tong
doet zyn uit- en inwendig werk.
Stelt men zich voor, dat hij er ook voor
naar boven moet klimmen, dan zouden zyn
klaiwen best als klimhaken dienst kunnen
doen; op de wyze zooals de luiaard ze ge
bruikt. Er zijn trouwens soorten van mieren
eters, die in de boomen leven. De overdadig
schijnende ruigte van zijn pels beichermt
hem als een deken wanneer hij slaapt; ook
tegen overlast, het deert hem weinig als
de mieren-soldaten hun kaken in de dikke
haren zetten; ook de huid zelf is als gelooid
leer; hier en daar liggen er bov.ndien nog
hoorn schubben of platen op of onder.
Die platen doen weer denken aan het
pantser van een gordeldier. Alleen de staart
lijkt onsoverbodip;misschien is
heteennunutteloos overblijfsel uit vroegeren slaat toen het
nog een boomdier was als de luiaard eu niet
zoo verspecialiseerd, door zijn voedsel. Het
kan ook een pronkmiddel zyn, in oorsprong en
beteekenis overeenkomende meteen
fasantenof pauwenstaart. Hij draagt dien staart bij
het loopen meestal stijf achterwaarts uitge
strekt, wat hem den mooien Portugeeschen
naam van Bandeirad.it is de vaandeldrager",
heeft bezorgd.
E. HEIMANS.
***
CORRESPONDENTIE.
Gaechte Heer !
In uw zér gewaardeerde feuilletons inde
Groene", concludeert u o. a. uit het simpele
feit, dat de" planten reageeren op licht-prik
kels (Paddestoelen??) dat zij oogen" hebben.
Vordert de consequentie nu niet, dat u
eveneens moet aannemen, dat óók de on
organische fctof oogen" heeft? Immers de
heele photografie, en ook het verkleuren",
is niets anders dan eene reactie op licht.
prikkels. Ia uw voorstelling dus niet een
klein beetje embronillant".
Uw da.,
D. L.
Bovenstaande briefkaart ontving ik naar
aanleiding van my'n opstel over
plantenoogen. Daar de schrijver alleen met initialen
onderteek ent en dus zijn vraag geplaatst
wenscht te zien, mag en kan ik hem niet
per brief antwoorden; buitendien het verwijl
aanraken", gaat tante Veunervik opgewonden
voort. En de grootmoeder schudt het hoofd
vol misnoegen:
Werd zij maar zoo handig als gij, tante
Vennervik ! '
Zij zal veel met boeken en papier te doen
lebban, vervolgt de kaartlegs er onverstoor
baar.
Wat beduidt dat ? Zon zy met een armen
dominee trouwen? Als het maar een goed
man is l"
Zij zal nooit trouwen", verklaart de tante
aan de teleurgestelde grootmoeder.
Moge züdan een goed en braaf mensch
worden."
Dat wordt zij," zegt tante Veunervik.
Nu weet ik genoeg," fl uiten de andere,
als zy dat maar wordt Het is het eenige
dat ik eigenlijk noodig vind te weten!"
* *
*
Een alleraardigst voorbeeld van solidariteit
gaven on.angs vijftien ryke dames te
NewYork, door haar automobielen af te staan voor
een propogandatocht der stakende arbeidsters
van de hemdenfabrieken aldaar. Ruim vyftig
staaketers, begeleid door leden der Womans
Trade Union League" hadden in de auto's
plaats genomen en reden 's middags de Fifth
Avenue op en neer en door de
fabriekabuurten, overal stroobil letten rond werpend.
De bijval en sympathie waren groot en
algemeen.
« *
*
Gehoord van een gelukkig gehuwde vrouw:
Wat eet je man nu het liefst?
O allea wat er niet in huis is.
* *
*
Groeritensla voor 10 a 12 personen.
% blik prinsesseboontjec, >» blikdoperwten
No. 2' IK theekopje vol flageolet- boonen
blik stoofaapergea (met heet water op
zetten), circa 12 worteltjes.
Men schikt of de groenten elk op een
hoopje apart, doet er wat zout en een tikje
azijn over, en giet er mayonnaise over, of
men roert ze allen samen met wat mayonnaise
lucht u door elkaar, met voor het mooie en
smakelijke gezicht, nog wat mayonnaise er
over. Men dient ze bij het geperste vleesch
of schikt ze er omheen.
Door ongesteldheid van Vlinder moest aen
kapelletje vliegensvlug de drukproeven
doorzweven, daardoor zijner eenige fouten blijven
staan in het Weekblad van 8 Januari. De
meest saillante wil ik doen rectificeren.
Bij de beschrijving der expositie- Hirich
werd een stof aangegeven als tulle Milvire;
het moet zijn: tulle Maline.
In mijn recept voor geperst vleesch"
moet op den derden regel van onderaf gele
zen worden: na dezen (den vorm) e?en in
heet water te hebben gehouden.
VLINDER.
van embrouillant te zyn, mag een
populariseerder ia geen geval op zich laten rusten,
te meer daar het in dit speciaal geval stellig
onwaar en het verwijt dus volkomen onver
diend ia.
In mijn opstel heb ik een kort-resum
gegeven van hetgeen door physiologen van
grooten naam in den laatsten ty'd over het
onierwerp is gepubliceerd. Mijn" voorstel
ling ia het dus al niet; bovendien heb ik
voorzichtigheidshalve het psychisch zien, ge
heel buiten bespreking gelaten, wat niet alle
botanici doen; er is dus alleen sprake van
lichamelijk zien in mijn stukje, zooals ik
duidelijk heb geschreven.
Maar met photografie en verkleuren" heeft
het onderwerp alleen in zooverre iets te
maken, dat bij planten zoo wel als bij geprepa
reerde glasplaten of gekleurde stofien, het
lieht voor ons waarneembare veranderingen
veroorzaakt.
Bij de genoemde niet-bewerktuigde voor
werpen evenwel gebeurt er niets anders,
dan dat het licht een scheikundige wer
king oefent: een zilverzout of een kleurstof
ontleedt. In de door mij aangehaalde voor
beelden van gewone groene planten evenwel
(geen paddestoelen) geechiedt heel iets anders;
daar worden bepaalde bewegingen uitgevoerd,
die voor het leven van die planten van be
lang zyn; en die doelmatige bewegingen (in
hoofdzaak een verplaatsing der bladeren in
den gunstigsten stand ten opzichte van het
opvallend licht), voeren de planten uit met
gewrichten, die, zelf niet belicht, berickt ont
vangen van veranderingen in de richting van
het licht dat op de bladeren valt. Dit is zien",
licht waarnemen en daarvan door beweging
blijken geven; hiertoe bepaalt zich ook het zien
van sommige lagere dieren. Daar komt nog by
dat, zooals ik schreef, bij enkele planten niet
over de geheele blad vlakte, doch slechts hier en
daar enkele bepaalde cellen, worden opge
merkt, die door hun vorm en inrichting het
vermoedea wettigen, dat zij de speciale organen
zyn, die de wijziging in de richting van de
zonnestralen opnemen; en van deze organen,
ocellen of enkelvoudige oogjes genoemd, moet
langs een geleiding de licbt-richtingsprikkel
worden overgebracht naar de
draaigewrichten in den bladsteel.
Indien u bij het fotografeeren bij geval
eena uw geprepareerde glasplaat, uit zich
zelf vooruit of achteruit ziet bewegen over
de bodemplank van de camera, en wel
naar de juiste plaats van instelling, die
u niet vinden kon, vertel het my dan eens.
En kunt u bij microscopisch onderzoek in
de gevoelige laag evenals bij planten ieta
als oogbollen met lenzen ontdekken, die op
geheimzinnige wyze naar de wieltjes en
schroefjes telegrafeerden, dat deze zoo en zoo
moesten draaien hetgeen blijken moet uit
het feit, dat ze het deden en goed deden
toe schrijf mij dan eens weer zoo'n briefkaart.