r BIJVOEGSEL van De Amsterdammer, Weekblad voor Nederland, van 13 Maart 1910. Vrij naar Gustave Doré. De leeuw oud geworden, >Ik kan mij best begrijpen, dat iemand, die de herhaaldelijke onjuistheden en de onderlinge tegenspraak (van Dr. Kuyper) ziet, met name als het geen geestverwant (van hem) is, zegt: >hij liegt en verdraait alles " " Mr, A. de Jong, hoofdredacteur van de anti-revolutionaire ' Rotterdammer''. Amst. Boek- en Steendrukkerij, v/h. Ellerman, Harms & Co. Dr. A. Kuyper. Zeekre leeuw, eens schrik van 't woud, Treurde nu, verstramd en oud, Dat zijn glorie dus moet tanen; Al zijn eigen onderdanen, Door zijn zwakte sterk en stout, Kwamen om hem aan te randen: Eerst een trap der paardenpoot, Toen een beet der wolventanden, Straks van de os een horenstoot! De oude leeuw, van smart aan 't hijgen, Brult niet eenmaal maar blijft zwijgen, En verwacht getroost den dood. Mr. A. de Jong. Maar als de ezel ook durft naadren, Kookt hem eensklaps 't bloed in d' aadren. Zulk een hoon kan niet verkropt: Willig zal ik 't leven derven," Roept hij, maar dat hij mij schopt, Dat is meer dan tweemaal sterven!" (Vert. /. /. L. ten Kate).