De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1910 8 mei pagina 7

8 mei 1910 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

Nö. 1715 DE AMSTERDAMMER WEËBLAD VOOR NEDERLAND. «childerg genoeg in Holland die in Antwer pen en in Brunei geleerd hebben en zware kleur opdeden ? En .de§e hebben took wol een» onder de Belgen daar talemten ontmoet? Of honden ze die stil en laten ze die rustig gaar koken in hnn eigenland «ch top? Zjjn wövoortdurend nog zoo voortreffelijk, e* weten wjj in Holland alles en zgn de andere landen (behalve Frankrijk natnuriyk) vol van achterlijke leerlingen en analphabeten? Waarom ia er niet eens een tentoon stelling van Ver wee? Waarom ia er niet ook «ene tentoonstelling van werk van Cesar ?de Oock? Het is evenmin een schilder ala zoovele anderen die de wereld zal ontstellen, maar er is een fijne, toch vaste gemakkeIgkheid in egn kleinere werken, die Boudtn ook had. Het best Igkt hu mg wanneer bg «en w\jd landschap schildert, en dit vol beweging zet door allerlei kleine figuren. Er is dan iets van gratie in hem; van een kiesche, wat dartele gevoeligheid, die niet «onder melancholie daarom is. Hg mist het «Is lekker Belgisch eten zgri dat de Oyena «oma konden hebben hg is niet als Boudiu «n heeft toch wat van Bondin. HU Ig'kt niet. op dezen in kleur, maar lig* heeft analogie met dezen door de gemakkelijke «peelsehe plaatsing der figuurtjes. De kleine schilderijtjes, op deze wijze gegeven, hier in ?Gent (ser studie») hebben een aangenamen «maak. Er is bier eveneens een werkje van J. P. A. Antigua (1817 1879) dat een ?schilder doet zien in een liggend figuurtje. Van Gabriel is bier een werk dat aan dat in den Haag (gemeente museum) sterk herin nert, van Tholen een aantal herfstboomen (alt 1894} dat niet gemakkelijk genoeg van oriën tatie is, maar in een grond zeer fijm van kleur tegenover het oovrig geel. PLASSCHAEBT. NASCHRIFT. Het stuk over Breitner corrigeerde ik zelf niet, vandaar dat ik nog gaarne het volgende verbeterd zag: kolom I, regel 9: gebonden, lees: gehouden; regel 22: herstelling, lees: telling; kolom U, regel 8: htast" moet weg gelaten worden: regel 17: lees: van den katalogns; lees regel 25 achter de komma: toen ter tgd, en nog, genoten moet worden; lees laatste regel: er ia geen statigheid in ?dete twee uitingen; kolom III, regel 16 v. o. lees: levend»; kolomIV, regel21: bontheid, lees: boudheid; 12 v. o. lees lucht voor licht; 3 v. o.: nut, lees : wat; kolom V, 8 v. o.: heus, lees : hem, etc. De sciirijrer rao BeiHt als Erzi-her." n. Uit een brief van Langbehn deelt Gurlitt het volgende mede: Rnhe ist die erste GeUtespflicht". Der Mengch aoll sich atets undt uberall in uachster Beziehung zum Weltgeist, dem ?Geist des Ganzen fühlen." De wereldgeest had uit hem gesproken. Hy trok zich terug uit de wereld, die hg ala orgaan van de wereldgeeat 9) gediend had. Deze gedachten iiimiiimiMiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiliiiiiiMmiiiHiiifiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiniii ETE.NSCHAPPEUJKE Alweer die kometen-geleerdheid l" zal de lezer uitroepen, wg beginnen er nu genoeg van te krijgen en goed begrijpen doen wij het toch niet; van het begin van den winter af hooren wg nu over niets anders dan over kometen. Ge moet er nu mee eindigen". Stel n gerust, lezer of liever laat mg u gerust «tellen, het wordt niet geleerd, er wordt evenmin gesproken van gevaar en nog veel minder van 's werelds ondergang. Hoe zou men trouwene daarover kunnen schrijven n n de lente zich tooit als een jonge bruid l Neen, ik zal n veeleer wat losse ver halen doen alsof het geen lente is, maar strenge winter en wg «amen om een knappend haard vuur zitten en «teren in de kronkelende vlammetjes die wtl minia'unr-kometenataarten gelgken. Het onderwerp interesseert n toch wel, ja, niet waar, het heeft eeuwen lang iedereen bekoord en doet het in dit jaar dubbel. Want voor n allen schuilt de bekoring van ?deze hemellichten in hnn staarten en het zou ?een mooi probleem zgn voor de beoefenaars ?der talrijke se :ni-wetenschappen van onzen tg'd om uit t a maken welk intiem verband «r is tnsschen den terugkeer van de s taart«ter van Halley en de gril om onze medemenschen gestaart ten tooneele te voeren. Het ia mogelgk dat zg het ontdekken, maar ik voor mg blijf het betreuren dat het bg «taarten gebleven is en Rostand, toen hy zag «ankomen dat de eerste opvoering van ?Ghantecler in 1910 zou plaats hebben, niet vlag den titel veranderd en den inhoud om gewerkt heeft en de acteurs en actrices niet ala hemellichten heeft doen schitteren. Guitiy zon de zon geweest zgn: Brillecler, Simone «en komeet met blauwznnr in haar staart «n zoo voorts. Het ia een idee ala een ander: er zouden vallende sterren in opgetreden zgn en de rol van Venus... Lazer spy't het n ook niet dat het zoo heel anders geloopen is? Maar ik zon over kometen vertellen, van vroeger en van nu. Oude boekjes interes seeren u misschien evenals mg, vooral omdat ?de lezing er van u aliy'd weer voert tot het, Voorstelling van een komeet als zwaard. Oude prent. wijzen op de grote Mystici der middeleenwen, zg' schgnen hem naar 't Katholicisme gevoerd te hebben. Algemeen wordt vermoed, dat, ala er nog boeken van hem gevonden worden, deze sterk mysties gekleurd zullen zgn. In 1900 woont hg in Würzbnrg. Hg" was ziek, half gek. De mensen, bg wie hg woonde, zeiden hem de huur op, omdat ze dachten met een misdadiger of gek te doen te hebben. Hg wilde zich niet bg' de burgerlike atand opgeven. In deze tg'd ia hjj naar Rotterdam gekomen en is daar in de Oldenbarneveldatraat in de kerk der Dominikanen door Pastoor Havekes in d a'Katholieke Kerk opgenomen. Deze mede deling berust op het verhaal van genoemde pastoor aan de heer Heinrich Vorwald (cfr. Hochland, 6 Jhrg. 8. 127.) Dari was hy in Lübeck. In de zomer van 1900 woonde hy' in Lohr a. Main en werd daar voor een godsdienstwaanzinnige aangezien. Hy had immer een wgde oostersche pantalon aan, hield immer zijn paraplu voor zgn gezicht, knielde voor alle Mariabeelden en had eeuwig eenrojenkrans in zgn hand. In zgn woning sloot hy zich op met grendels, lijdend aan vervolgings waanzin. Ook van daar joeg men hem weg. Dan woonde hg in Koblentz. Het laatst leefde hg in een klein hotelletje in Mijnenen. Hg was daar atreng vegetariër. Hg Correspondeerde met de elite van de katholieke en niet-katholieke wereld, ook nog met Mommsen. In 't jaar 1907 was hg te Roaenheim (Tirol) in 't Gasthof König Otto" en was doodziek aan maagkanker. De Münchener schilder Rissen 10) hield Ueta atreng verborgen. Toen eindelik een dokter geroepen werd, was Lang behn reeds dood. Zgn l|jk werd overgebracht naar Poch bei Füratenfeldbrück en werd er den 3en Mei 1907 begraven onder een hoge linde, waarin eena volgens de legende de heilige Edigna ge leefd had. Van zgn katholicisme is niets anders bekend geworden als juist zgn speciale ver eering voor genoemde heilige. Óp zgn graf staat een y'zer kruis. Daarop: J. A. L. Geb. 1851 f 1907. Het bovenstaande is alles, wat vanLingbehn bekend is. Wilde hg onbekend zgn? Wüszten sie, wer ich bin. Sie würden mir anders geganübertreten," zei hy dikwels tegen de eenvoudige mensen, met wie hy omging. Hg' leed er onder, dat die mensen hem niet kenden en hem nog niet zonden kennen, ook al zeide bg, wie hg was. Zijn anpnymiteit lij k t mg overigens een contradictie. Zgn boeken eisen voor alles en in alles persoonlikheid. Hg, de groot-persoonlike, verzweeg zgn ik. Maar de wereld heeft recht dat ik te kennen. Was hg van het geslacht der middeleeuwse groten, die onder hun liederen geen naam zetten, alleen. die dit heeft geset in dichten," van het geslacht der middeleeuwse architekten, die grote daden deden, stenen tot leven IIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIMIIUIIMMIHIMIIIIMtllllllHlllllllllllllllllttlllllM niets nieuws onder de zon" van ik weet niet meer welken wijsgeer. Zoo zal het u getroffen hebben voor de ramen der boek winkels een kleine brochure te zien met iets over het vergaan der wereld in den titel. Gg hebt u afgevraagd waarom dien schrik aanjagen den zin, waarvoor gij nergens een voldoende verklaring vindt. Want de wereld gaat niet ten onder en de schrjj ver weet dat evengoed als wg. De verklaring er van vindt ge ook niet zoo gemakkelijk; ge moet daartoe ruim 150 jaar teruggaan toen dezelfde ko meet (van Halley) voor de eerste maal terug verwacht werd. Te Leeuwarden verscheen toen (1756) een dergelijke brochure getiteld: Naukenrig voorberigt van den schrikkelijken Comeet dewelke zig waarschgnelyk binnen korten tgd zal vertonen. Met een onderzoek of dezelve de Aarde hevig schokken of in de Brand steken zal." De onbe kende schrijver verklaart in de inleiding dat hy den titel ijsselyk klinkend" gemaakt heefc niet omdat ikdezaake voorzoijsaelyk boude, maar om daar door de nienwsgierigheit gaande te maken, want de lieden hebben het meest zin aan het gene dat vreesaelg'k is, dat kopen ze... en zg' vallen op zulke zaken ala de vogelen op het zaad" enz. Ge ziet den schrijver van 1910 hetzelfde doen als zgn collega van 1756. Voila tout. Wat een komeet is weten we niet precies, dat is echter geen reden om er niet over te praten. In elk geval weten wg er heel wat meer van dan een paar eeuwen geleden en wat de exacte wetenschap aangaat is er dan ook zelfa op het gebied der kometen heel wat nieuws onder de zon. Wat de naam komeet wil zeggen, weten alle lezers van dit weekblad, klassiek of niet klassiek opgeleid. Maar zg zullen niet allen in staat zgn tot de zorgvuldige en fraaie definitie van Mulerius: Coma op 'tGriexis i so veel te aegghen aU ayt gekemde lang hayr diemen om t' cyraet en de pronckrie laet wassen daervan heeft dit schijnsel haer name met eenighe onderscheyi. Want altemets schynt dat 't hayr rontom uyt hangt dan isset eygbentlyck een comeet. Somtyts gelyckt het een s teert ofte roede somtyts een baert dan hietet op 't Griex Pogoniat dat is baerdeman. Ende 't corpus daer dese baerdt ofte steert an vast is ghelyckt wel een sterre, daaromme wordet oock ghenoemt itella comata, etella barbata ende stella caudata. Dat is een sterre met lang hayr ofte locken, een sterre gebaert ende een sterre met een steert. Dan by Aristotelei worde de name van steert niet gebrnyekt." Men kan deze beschrijving vinden in een zeldzaam weikje van 1619 waarin zich drie korte verhandelingen bevinden; die van ge noemden Nicolans Mnlerins is uitgegeven bij Hans Sas te Groningen en heet: Hemelsche Trompet, Morgenwecker ofte Comeet met een Langebaert «n het voorwoord van dit opstel is te merkwaardig om het u te ont houden; wat er in gezegd wordt vindt men in hoofdzaak in de meeste verhandelingen uit dien tijd terug. Tot den Christen Leser. Wy worden daghelycx gheleert ende vermaent, dat Godt niet alleenlyck Rechtvaerdich is, maer oock Barmüertich. Syn rechtvaerdicheyt giet op onsen verdiensten, die niet cleyn en zyn. Want door het stadich toenemen van onsen souden, als van snypen, brassen, proncken enle hovaerdich pralen, wekten, maar geen steen vonden om hun naam daarop levend te doen zgn? Wg, Hollanders, moeten de man eren, die in z^n boek mét Rambrandt ook het land van Rembrandt geëerd heeft ala de bakermat der vrijheid. (11) WBNZBL FKANKBMÖLLK. 9) In 1889 had hg' reeds deze gedachten. De schilder Vorlaader kreeg de opdracht van hem, om een tekening te maken op het volgende thema: Wenn man mit dem Welt geist allein ist, so ziemt es sich nicht, daas man die Nase durch die Tour steekt, urn nachzuspuren, was er treibt". De tekening vond hg later goed, alleen was de Weltgeist nicht affektlos" genoeg. 10) Deze man kan ongetwijfeld ophelde ringen over de zonderling geven. Tot nu toe heeft hy het niet gedaan. 11) Het was eerst mgn plan geweest, ook in 't kort weer te geven, wat Lanjbehn in Rsmbrandt als Erzieher zegt over Holland. Maar evenmin als de inbond van heel 't boek in 't kort weer te geve a is, evenmin ook, wat hij geschreven heeft over Holland und Preusen", Freiheitssin der Hollander", Niederdentsche Politik", Verhollaaderong", Zweierlei Hollander", Holland und Griechenland", Niederdeutsche Kunstpolitik". ilg men in nuchter verslag de verraaaende konstrukties en eigenaardige paradoxen ont leed, dan doen ze het niet meer. De oester moet in zgn schaal gegeten worden. Ben paar staaltjes als lokmiddeltje om de lezer zélf te doen lezen het hele boek; over Pruisen en Holland: Die Deutschen sollten physisch wie geistig mehr zn Hollandgangern werden; Deutschland konnte der Annexionsfurcht der Hollander arabesten dadnrch ein E ode machen, dasz es sich von ihnen annektieren liesz". Tatfachlich haben die Hollaader bisher in Staat, Kunst und Handel mehr geleistet als irgend einanderer besonderer deutscher Stamm; und eben darum, weil sie dea Bagriff der Freiheit in ricbtiger Weise ver standen, als eine Aufrechter aaltung der geionderten Volkstümlichkeit, der volkst mlichen Persönlichkeit, der pertönlichen Ueberzeugung. Es ist jene echte d en t se hèArt von Liberalismus: der Kampf u aas al te Recht. Ein aristokratischer Zug fehlt dieser gesinnung nicht". Von Holland ans wurde 1688 Eng'and befreit uad von England au3 bezopen die geistigan Urheber der französischen Rerolution von 1789 ihre politischen Ideen. Statt an die einfaci o der doppelt abgeleitete wird man also besaer tun, sich an die urapr ngliche Quelle aller heutigen politiscben Frei heit zu halten: ara Holland selbst". Msn vergete bij het lezen van bovenstaande zinnen nier, dat Rembrandt als Erzieher in» 50 oplagen in honderdduizende exemplaren verspreid is. We mogen de man dankbaar zgn. Prof. dr. Gurlitt heeft verzocht, dat ieder, die ieta weet van Langbehn, het ter zijner kennis brengen zon. Ala iemand in Holland, bg v. te Rotterdam iets nadera van Langbehn weet, wordt hg beleefd uitgenoodigd aan d»eehrgver van dit lllllllllllllllllllllimilllMHIHIIimillllllMIHMlIIII Voarstelling van een komeet. Oude prent. mitsgaders e;;hen ende bedriegen ende ,,t' ghene wy nu verawyghen, verwecken wy Gods torn om eyn straffe te laten gaen over landen ende luyden. M-\er syn barmherticheyt ia so groot dat hy ons laet waerschouwen door syn extra ordinaris boden, als nu door d*se Hemels Trompet ende Morgenwecker opdat wy met die van Ninive ons tot God kerende met vasten ende bidden, met echreyen eude wenen, die wel verdiende straffen moghen ontgaen. Dat gonne on3 Gadt door syn grote barmherticheyt." Kometen dus gepromoveerd tot afgezanten uit den Hooga als waarscauwends tee enen. Het waa zoo mal nog niet en het was vooral begrijpelijk. Want hoe zoudt gij zelf te moede zijn als ge van de loopbaan en het wezen van een komeet hoegenaamd niets wist en rondliept met de vaste overtuiging dat het in elk geval iets vreesely'ka was dat bij zyn weg nfltn door den dampkring der aarde? Ge zult antwoorden dat ge dit niet weet om dat ge nog nooit een verschrikkelijke ko meet" gezien hebt en ge zult mg' tegenwer pen dit men in 1618 toch wel wist dat een komeet geen bewoonster is van onzen damp kring. Ja, men kon dat weten, want de groote Tycho Brahe had over de komeet van 1577 een werk geschreven groot 465 bladzyden in Qaarto" en daarin betoogd dat die komeet in elk geval verder weg waa geweeat dan de maan. Maar 1. wilde dat hetzelfde zeggen voor alle kometen? en 2. zou in dia tijden een dergelijke wetenschap pelijfce ontdekking apoedig haar weg vinden in met-wetenschappelgke kringen en daar. dadelyk een ganatig onthaal vinden? Het lykt er niet naar. Neem bij f. het boekje terhand van den Vliaaingschen predikant Js. Ciemens, dagteekenend-t van L665, dus by'na een eeuw na Tych» Brahe'd ontdekking. Da achry ver com bineert het raadsel: de sneeuw met het raadsel, da kometen tot n verhandeling over beide. Sneeuw en vyar-damp of Een korte verhandelinge over den Sneeuw en Cometen T*ee Staeltjaus Uyt Scheppera Ma><aiyn Jo1} 38-21 Naer de Natuur ontledight en naerde Schrif ure toa-gepaat Tot algemeene opweckinge. De volgende wyaheden worden hierin ver kondigd : I. Drie derlei Meteoren zijnder 1. Uit de artikel daarvan mededeeling te doen. Sporen wgzen er op, dat Laagbehn lang in Holland geweest ia. Eventuele mededelingen ont vangt gaarne Wencel FrankemöUe, Bingel 270, Amsterdam. Ooi de belangrijkheid, de geheimnisvolle sluier te lichten van het leven van Langbebn, wordt aan de dagbladen beleefd verzocht dit verzoek in hnn kolommen over te nemen. De Mai Maar" IQ Denemarien. Ia Denemarken was tot het jaar 1931 niets anders van Multatuli bekend dan d» geschie denis van Saïdjah en Aiinda. Toen heeft Carl MicheUen zeker begrepen, dat het aoo niet langer ging en heeft de Max Have laar" in zgn landstaal overgezet. Zjjne ver taling is inderdaad zeer verdienstelijk en hadde zg ooit Multatnli onder de o ogen kan nen komen, gesteld dat hg Daensch had gekend, hy ware er beslist mér tevreden over geweest dan over de beruchte Dnitacae vertaling van T. titröaaer. In de keuze van hetgeen Michelsen meende te kunnen weglaten wij stellen dat het niet anders ging is hg o ver het algemeen niet ongelukkig geweest. Hy heefc b.v. weg gelaten de op de eerste bladzij de van het boek voorkomende opdracht aan schrijvers gade, mevr. de baronesse van Wijnbergen. alsmede het z.g. onuitgegeven tooneelspel" van Bar hertje, die hangen moet. Voorts missen wg ook aan het einde van het derde hoofdstuk het gedicht Moeder, 'k ben wel ver van 'c land Waar me 't leven werd geschonken, enz. Verder, in het achtste hoofdstuk de zin snede zgn beelden, die altijd genomen waren uit het leven, dat hem omringde," met de daarop volgende 16 regels en het vers: 't Is zoeter hier zgn Maker luid te loven, enz. Ook bet gedicht: Ge vraagt waarom toch de Oceaan, enz. dat in het elfde hoofdstuk voorkomt en het stemmige, Mein Kind, da schlagt die neunte Stunde, hor! aan het einde van het veertiende hoofdstuk zijn, jammer genoeg, gecoupeerd. Deze weglatingen zijn echter begrijpelijk, daar het vertalen van gedichten nu eenmaal zgn bezwaren heeft. Waar Multatuli echter het keurslijf heefc weggelaten, kwyt Michelsen zich behoorlijk van zgn plicht, zoo bg Sa djah's meditatie : Ik weet niet waar ik sterven zal, enz. waarvan ik hier het eerste vers laat volgen. Jeg ved ikke, hvor jeg skal do. Jeg; har set Havet, da jeg rarpaa Sydkyiten (medmin Fader for at vinde Salt. Hvis jeg dor paa Havet og min Krop bliver (kastet ud paa Dybet, kommer der Hajer. De vil svömme rnndt om mit Lig og spörge: (Hvem af os skal sluge det Legeme der ? Men jeg hürer det ikke. De eerste zin klinkt belaas niet arg mooi.. Ik weet niet waar ik sterven zal". Dat klinkt zangeriger, nietwaar? Lucht, als Winden etc. 2. Uit Water, Hagel, Sneeuw etc. 3 Overige en hier onder zyn de Cometen. Sommige en dat soo vremt niet brengen haer tot het vierde, tot dampen uyt d'Aerde. II. Eenige vindt men seggen sommige boven de Mane omtrent den 8wier der Pla neten. Andere leeger en in het derde of opperste deel der Lucht omtrent het Ele mentaire vyer. III. Omtrent wat saysoen, stont en tydt openbaert haer een Comete? Antw.: Al lermeest in den Herfst; minder in den Lente en allerminst in den Winter, om dat [seggen zg] de sonne soo krach tig h niet en is om aampen op te trecken, oock om dat de Aerde dan door Vorst en Koude soo veel dampen niet nyt en waeaemt, ten zij het een slappe Winter is als nu. Hier heb ik voor 't eerst n der klassieke jaartallen (nl. 1577) uit de kometenhistorie genoemd. Dit is eciter niet het eerste. Vóór dien was n), al bekend dat kometenstaarten van de zon zgn afgewend. Wanneer ik hier ging vertellen van alles wat betrekking heeft op de loopbanen en eigenschappen der kome ten, zou ik van de mg toegestane ruimte in dit blad misbruik maken. De lezer vergunne mg daarom alleen de klassieke jaar tallen te noemen. Deze zgn: 1531. Apianus (Peter Bienewitz) hofastronoom van iarel V en Ferdinand I merkt op dat de staarten der kometen in alle pun ten van de kometenbaan (die hy overigens niet kende) zich uitstrekken in eene richting tegengesteld aan die waarin van uit de kometenkern de zon gezien zou worden. 1577. Tycho Brahe en Kepler nemen beiden een zeer heldere komeet waar en eerstge noemde komt eenige jaren later tot de con clusie dat zg verder weg staat dan de maan. 1660. Heveliua (te Dantzig) beweert, zonder bet te bewijzen dat een komeet een parabool beschrijft. 1680. Doerfel toont aan dat de opvolgende waargenomen plaatsen eener komeet vol doen aan een parabolische loopbaan, waarvan de zon het brandpunt is. 1686. Newton publiceert zgn beroemde werk: Philosophiae natnralis principia ma thematica", waarin o. a. de leer der algemeene aantrekking wordt ontwikkeld. Deze leer ver klaarde onmiddellijk n de door Kepler aan gegeven ellipsen der planeten n de door Ooerfel aangegeven kometenparabolen, 1705, Halley merkt na een onder wek aan gaande de loopbanen van 24 kometen op, dat de banen der kometen van 1531, 1607 en 1682 nagenoeg identiek zijn en voorspelt kort daarop dat, daar het niet volkomen identiek zgn dezer banen op rekening te stellen is van storingen teweeggebracht door de aanzienlijke massa's der grootere planeten, men hier te doen zal hebben met n en dezelfde komeet, die in 1758 of 1759 terug zal keeren. 1758. De komeet welker terugkeer door Halley voorspeld is, wordt 25 Dec. door Palicach ontdekt, en daarmede de eerste der periodieke" kometen geënróleerd. 1881. Eerste photographiën van een komeet. De groote komeet van 1577, die Tycho Brahe tot zyna^Ègjitdekking bracht, komt in de Nederlandsèft«:'iitteratuar meer dan eens voor. Ons ellendig a Nederlaut (lezen wij in 1619) heeft "mede ghesmaeckt ende beproeft de kracht ende werckinithe des Comeets in Novembris dea Jaers 1577. Tot inJannario des volghenden Jaers verschenen. Hoe vreeselick dat dese geweest is te aanschouwen Het puntdicht dat Havelaar achter op d» kwitantie van De Kopiist" schreef. Vihgt florins... qael tréwr! Adieu I litt rature, heeft Michelsen inderdaad niet «onder geest vertaald in: Farel, Kopist, Farell Jeg ser dig ikke mere, enz. Waarom hg dat niet eenvoudig in het Fransen heeft laten staan, ii mij intnsachen niet recht duidelijk. Vele Maleische en andere vreemde woorden zgn eenvoudig weggelaten, resp. door Deensche woorden vervangen. Het omslachtige verwgzen naar noten en ophelderingen heeft men daardoor wel voorkomen. Maar de vrij heid, die de vertaler neemt, ia in deze toch wel wat erg groot. Waar het maar evenmogelgk was, werden woordspelingen overgezet, b.v. waar Droog stoppel het heeft over rijmen. De wind ia guur en 't ia vier nut". In de Deensche vertaling lezen wg daarvoor Oet begynder at ane og Klokken er tre", hetgeen eigenlijk beteekent Hat begint te sneeuwen en 't ia drie uur". De ondertitel De Koffieveilingen der Nederlandsche Handels-Maatschappij" wordt in de korte voorrede een geestige inval genoemd. Dat ij intuaschen slechts zeer relatief! want ze beduidde ook een uitval l En een zeer ernstige! Resu moerende kan ik niet andera zeggen, dan dat Carl Michelsen wel verdienstelijk werk geleverd heeft. Het boek ziet er netjes uit. Het werd uitgegeven door de Gyldendalske Boghandels Forlag te Kopenhagen en dat zegt reeds genoeg. Ja, de Max Havelaar" is overgezet in de talen van nagenoeg alle landen. Doch niet zoo zeer met hetzelfde doel, waarover de schrijver het heeft op de voorlaatste bladzyde. Daar zegt hg: ... als men mg bg voortduring niet ge loofde..." Dan zon ik mgn boek vertalen in de weinige talen, die ik ken, en in de vele talen die ik leeren kan, om te vragen aan Europa, wat ik vruchteloos zon hebben gezocht in Nederland." In het buitenland heeft men zgn boek echter nooit anders beschouwd dan als een literair phénomène. FEEDEEIE VIN MONSJOU. Londen, melio April. uitspraken m Mohammed. Betaal een arbeider zgn loon, vóór dat hem het zweet opdroogt. * Niemand heeft een beteren drank gedronken dan hg, die in Gods naam een toornig woord inslikt. * Engelen spraken: O God! is er iets van hetgeen gy hebt geschapen, dat sterker ia dan steen?" God zei: Ja, ijzer is sterker dan steen, want dat kan den steen verbrijzelen." De engelen spraken: O Heer, is er ieta door u geschapen, dat sterker is dan ijzer?" IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIJIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIII konnen veel hier te lande noch in leven synde ghetnygen ende de bloedighe Oorloghen die daerop ghevolcht syn vertellen." Het moet u wel getrofien hebben dat altgd een komeet gezegd wordt slechte dingen te voorspellen. Nooit vindt men vermeld dat iemand zegt nu de hemel zich zoo fraai tooit, zal bij 7. mgn op banden zjjnd hnwelgk wel recht gelukkig worden," maar altgd nu zal de pest wel uitbreken, de koning binnen kort sterven," a. a. Ao., 377. In dit Jaer verscheen een groote Comeet ende daer volghde andermael een groote Aerdthevinghe met op-legginghe van Water waerdoor groote schade aan Landen ende Lnyden gheschiede. Maar ook hier is er niets nieuws onder de zon. De wetenschappelijk ontwikkelden wa ren, zoodra de baan dezer hemellichten vast gesteld was, zoodra daarbij bleek dat zg aan natuurwetten gehoorzamen, dadelijk gereed om alle bijgeloof prya te geven. En zelfs al vóór Newion's Principia uit gekomen waren, vindt men de meening bestreden dat kometen alleen rampen voor spellen. Ik verwy's daartoe naar een oratie van professor Graevius te Utrecht van 1682, waarover een volgenden keer meer. Laat ik mijzelf echter eerst van den titel ver» lossen, want deze bezwaart mg en als ik eenvoudigweg spreek van de oratie van Graevius" handel ik waarschijnlijk niet in den geest van zgn Geest. Overtuig u er zelf van: Redenvoeringh ofte Oratie van de Cornet en Vernietigende het gemeene gevoelen dat deselve yets quaets Aenkundigen. In de Latynsche Tale uytgesproken tot Utrecht door den teer Beroemden ende Hooghgeleerden Heer, de Heer JOANNES GEOHQIUS GBABVIUS Meester in de Vrye Konsten, Doctor in de Philosophie ende Professor in de Welapreec kentheyd ende Historiën In het DuyUch gebraght door H. V. QUBLLENBÜBQH Tot Utrecht. By Johannes Bibbins Boeckverkooper in de Korte St. Jans-straet Anno 1682. Lgkt het n niet dea Gaten zuviel?'' (Wordt vervolgd.) J. VAN DKE BlLT. ^Voorstelling van een komeet als bezem. ^,4 ; Oude prent.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl