De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1910 5 juni pagina 12

5 juni 1910 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12' DE A'MMRDA^ÏM'ËK W E1 E E B L' A' D V OW N' ff D A K V. No. 1719: T«d«ételeuftrtÖHM bim^'ntët dedftjair T?*WttchW opbrlttrgrt, otofèv«*r 445 M oenbnlhekr- en dns w«*i? -arfaider dtó hét jaar B«l 'baMKKJk'gTOötere -opper-rlskte-is ditm«tf: oote-mel voiwjstrlrtM-wte befccrawd; Vaarvcör itf de eereté-pllMtit de noor^wWtelgk Stat»* iri;a«Bm»rHiit(korfl«n. Bepaalde g* get«l»; M«WMttt«i' knnnwi-uit Washington in -deHwtsrfe Tnertc'dezerm»wri'WordMi teg»moet gM&e&,; maar terwijl de whrtertarwV gewboilijk reeds eind» Judi wordt gemaaid, kont de- voorjtóretBrw»- eerst laat' zomer aan de beört efl is deze du* langer ? blootgesteld aan de luimen van w»èr en wind. Bijn deze verder gunstig; dan- kunnen de Vereenigde Staten - ditma*} een tarwe-oogst van 700 millioen- bnshele en wellicht meer verwachten: MM» ook in dat geval dient rekening ge houden met de' toenemende- eigen behoefte voor de' g«*t»aig in aantai stijgende bevol king van Amerika Vooral in die jaren, «en rijken oogst hebben, treden de Ver. Staten, wat uit voer-capaciteit betreft, minder op den voorgrond. Dit is'in- dft jaar het geral geweest en de vooruitzichten voor het komend oogstjaar zjjn nagenoeg dezelfde, vooral doordien Ca nada, dat als urttóertand van tarwe snel in beteekenis toeireenrt, thaas, ten deele ook door de vestiging van vele fwmeïs uit de Ver. Stxtea, eeir belangrijk grootere opper vlakte met tarwe heeft bebouwd. Canada verbouwt eveneens voor jaarstar we, maar omtreüt z^n oogst-resultaten kan voorloopig, -nog niets* met zekerheid worden gezegd. Voor Amerika echter zyn dit jaar die re sultaten van het grootste belang. De handels balans is door den verminderden uitvoeren een sterke toename van den invoer minder gunstig1 geworden. De kapitaalbehoefte der AmerlkaaDEclie spoor wegen1- is' wwder zeer groot. Wel is door plaatsing van groote be dragen van Amerikaansche fondsen, met name- speorweg-obligatiën, in Europa aan de gondvewerrdingen derwaarts een einde gema»kt, maar' alleen door een goeden oogst, en vooral door een beteren kat oen-oogst kan Amerika het tegoed in Europa weder zoodaïigdoen toenemen, dat in een voldoende financiering van- de geldbehoeften van spoor wegen en industrie behoor!$fc kan worden voorden. In-DuitseWand is de weersgesteldheid over het algemeen voor het jonge gewas güostig geweest. Vooral was dit in den loop der vorige maand het geval, waardoor ook de stand der rogge, die eerst twijfelachtig was, is verbeterd. Natuurlek heeft men nog geen zekerheid, maar naar de verschijnselen te oordeelen, mag DnttscblaBd dit jaar een rijken oogst verwachten en wat- van niet gering belang is een-vroegtüdigen oogst. Uit Rusland luiden de berichten eveneens zeer gunstig. Na-een reeks van minder'goede jaren", b «d het 't vorig'jaar een rijken oogst, wawdoof het erin slaagde op'de wereldmarkt voor granen"- een toonaangevende positie in te nemen. "Tot half-Mei 1). was Eusland's uitvoer, sedert het begin van de nu ten einde loopende g*aan-camp»goe, in millioenen tonnen: 1808/9 1809/10 ta»we 1.74 5.07 rogge 0.16 0.40 haver 0.69 l . gerst 2.45 2.82 Van Busland's tarwe uitvoer ging, in mil lioenen tonnen, naar: 1808/9 1809/10 Engeland. . Nederland . Italië. . . Frankrijk . Dnttschland. België, , . 0.30 0.33 039 0.28 0.13 0.03 0.92 0.95 0.82 039 0.19 0.38 ?iitiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii van Oom Jödocus. LXXI. W aarde Neef! Je begrijpt hoe Tante en ik dezer dagen baden in weelde, zwelgen van genot. Niet, helaas, doordat wij zelve mede zijn opgegaan naar de hoofdstad om deel te nemen aan de huldiging; van onze Koningin met Haar Man en Haar Kind door Haar volk. Hoewel de muren onzer woning anders zeker niet sterk genoeg zouden zijn ont weer stand te bie den aan onzen aandrang om daarheen te vliegen, kluistert mij nu de intiemer band van een licht, maar thans dubbel hinder lijk podagra aan stoel en huis, en Tante, voorbeeldige echtgenoote die zij is, deelt het leed der ballingschappe. Gelukkig is dat zoo zwaar niet als het eerst scheen. Zooals elk goed Vaderlander immers kunnen wij in den geest op den Dam zijn en in de gansche stad genieten van de heerlijkheid der feestvreugde. En Let wordt ons zoo gemakkelijk gemaakt nietwaar, door jouw ambtgenooten, de heeren van de Pers. Er ontgaat ons geen trekje, geen enkel historisch oogenblik, en voor oude lieden als wij, al zoude ook de algemeene vreugdestemming misschien zelfs nog onze beenen van de vloer bren gen kunnen (men vergeve mij de zondige gedachte!) heeft het toch wel wat vóór om het genot te smaken in de rustige Rusland heeft dus voor een groot gedeelte in de1 tarwe- behoefte - van Europa gedurende de IdopeUde ? campagne voorzien, terwijl Am&> rika en' ook Argentiniëwat meer op den achtergrond zyn' getreden. By' bovenstaande opgave dient nog vermeld, dat een gedeelte van de Russische-tarwe, naar Nederland en Belgiëuitgevoerd, feitelijk voor Duitsche consumptie was bestemd en over die landen zijn wég-naar Duitschland vond. ; tlit Hongarije wordt' de stand van den oogst als buitengewoon gunstig geschetst, niet alleen wafr de winter-, maar ook wat de-zomergewagBEJD betreft. Bij normale weersgesteldheid kan van tarwe, rogge, gerst en haver een meer dan gewone opbrengst worden verwacht. Natuurlek heeft dit alles invloed uitge oefend op de prijsbeweging van granen. Te Chicagöia Mei-tarwe van l tot 18 Mei 11. van 115 tot 112% Amer. cents, te Berlijn van B. M. 227 tot E. M. 2151A teruggegaan. Aan de Duitsche markt was'de teruggang gróoter dan in Amerika wegens het enorme Russische aanbod. De verlaging van Mei op Jnüa.s. bedraagt te Chicagöpi. m. 10 Amer. cents, n.l. van 112% tot 102% Amer. cents, maar te Berlijn van R. M. 215X tot R. M. 204, of circa S. M; 11 K. Voor Rusland heefc -het belangrijk gr*anexport een gestadige toevloeiipg van goud opgeleverd en in gernimen tyd waren de econoiaitehe omstandigheden in dit land niet zoo gunstig als thans. Russwöbe- industrieele waarden worden te Par UB steeds meer gevraagd en van bankaandeele», waarvan verschillende ook aan de beurs te Berlijn ' zijn genoteerd, worden aan beide markten thans groote posten om gezet en tot stijgende koersen. Dientengevolge zyn ook de Russische Siaatf-fondsen en Spoor wegwaarden-sedert begin Mei ).l. niet onbe langrijk gestegen. De 4 K pCt. Wladikawkas prior. Oblig. o.a. die eenjaar geleden & 88 pCr. ongeveer werden geëmiteeid, zijn thans den paiikoers genaderd. Dnitschland's economische belangen zijn niet in die raste afhankelijk van den landbouw als dit in de meeste landen het geval ia. Maar niettemin ia een goede oogst ook voor de Duitsche industrie van groote beteekenis, want door haar steeds toenemend export is zij op hare beurt weer afhankelijk van de oogstreenltaten in vele andere landen, waar van de koopkracht in nauw verband staat met die resultaten. V. D. S. 3/6 '10 Het Goud V:M de Peel, door H. H. J. MAAS. Uitgegeven door P. M. Wink, Amers foort ... de werkende mins is mer 'nen hond, dèa ze van den eenen kant naor den andere schuppea, en as ie jankt, schuppe ze 'm nog ens, dat-ie de moei mot halde... zooëis '6 krek." Deze woorden van een afgewerkte, jonge vrouw bevatten de grondidee van den IQ vig ^n roman, dien de heer Maas in het licht heeft ge zonden. Wanneer hij meedoen wilde aan de mpdevan twee titels, had hy hem roman van misère" kunnen noemen, van misère, laagheid en domheid; want er ia in dit boek geen enkele lieve ontroering, geen zachte verteederin?, geen hoopvol geloof; het is van verbittering en dof verdriet en afgestompte dierlijkheid aaneengesmeed. Het eerste boek teekent ons de omgeving, waarin de schrijver ons brengen wil: het arme heidorp, waar de daglooners zwoegen bij de harde boeren voor weinig loon; waar 't jonge volk vrijt met elkaar, omdat de omstandigheden er toevallig toe leiden, zonler veel nadenken en zonder veel gevoel; tot ze zich aan elkaar gekoppeld zien voor een lang leven van zorg en ellende, met veel huiskamer, in stee van daarginds in de woelige, benauwende volte! Ea wij ge nieten toch precies hetzelfde. Ik heb daarbij de leiding : eiken dag verzamel ik uit de bladen de meest treffende verhalen en dan s'avonds lees ik alles aan Tante voor. Ea als ik haar dan daarna zie zitten achter de theetafel zoetjes ingesluimerd, dan glijdt over haar gelaat een lieve glimlach en ik ben er zeker van, dat zij dan de Koninklijke Moeder aanschouwt met Haar Kind, vóór het historische venster, of op het nog historischer Welk een wondermenschen zijn die journalisten toch ! Hoe treffend kennen zij de sluipwegen van de menschenziel, hoe heerlijk weten zij deze op te voeren tot die gezonde heilige verrukking, tot dien staat der extaze, waarin wij alle dingen zien schitteren in licht, bloesemen en bloeien, waarin elke handeling dat verhevene en grootsche krijgt, dat zich als een heerlijke geestesverovering grift in onze herianeriug. Was er beter, korter weg om ons op te voeren tot die, ik zou haast durven zeggen verrukkelijke, zij het ook slechts geestelijke, dronkenschap dan dit heerlij k vloeiende, ruischende en riekende proza, waarmede het Handelsblad de week opende, alsof het mot n dichterlijken klaroenstoot, die fee-sten ineens opheffoa wilde tot waarlijk Koninklijk pail. Het is te schoon om het hier niet weder geheel neer te schrijven, trouwens ik doorproef daarbij nogeens al de reeds nmaal gesmaakte vreugde: Eerst die treffende schildering van het historische terrein van actie: Het Darnrak van den Dam gezien ____ Hoogaaneengeschouderdeningebeeldhouwde rust, breed werend het aanjuichend zonne-gelach... zóó de massieve huizenmassa links. En ter rechter: eerst die blanke openheid van blij stralend licht, met daarachter het kleurrijk stadspanoraam. Dan ginds, verder op, het immens beursgebouw, naar vóór geschoven, tot aan de straat den voet. Midden daarvan het Damrak, breeduit, doch nau wend wijkend totinijl-blauw nevelverte, waarin het Centraalstation opdoemt. Eo boven dat Amsterdamscheschilderij armoede, veel' ziekte, en elk jaar een kind. Dan het tweede boek begint er mee kooitste plotseling het opwindende vooruit zicht van veel-geld-verdienen door alle Peeldorpen. Een paar vreemde reenmaatschappijeu zochten nieuw exploitatieterrein. Nadat men eerst troepjea van eenige heeren over de grauwe Peelvlakte verkennend had zien ronddwalen, verscheidene keeren waren onderhandelingen met de gemeentebesturen begonnen om de Peel te koopen. Nu zou er w^rk ia O7ersr'oed komen, nu zouden de loo nen naar bovjn gaan! B^n van de heeren moest ergens gezegd hebben, dat ze wgd-af van hier, diep in Holland of nog verder, ook zulke fabrieken hadden, en dat daar menschen waren, d:e met een paar zoons alleen met turf-st^ken iedere week veertig gulden maakten, veertig gulden l... 't Leek als een sprookje van 't peperkoe kenhuisje, dat ze in hun kinderjaren Wf l eens gehoord hadden, toen ze een boterham kre gen'van droog brood en in hun verlangend denken hadden gesrnuli aan de onbekende lekkernij, waarvan in vreemde landen" zoomaar huizen werden gebouwd. Maar nu zon-het zeker zijn. Ze waren ver bijsterd door het ongekende geluk, dat op eens over hen gcheen neer te komen dalen." Maar 't werd alles desillusie, en de veran dering, der toestanden bracht de uitgeputte bevolking slechts gröoter leei. Oadoelmatige exploitatie, schandelijke kmpenjen, gedwon gen winkelstelsel, drank, versromping. ais gevolg "an te onophoudelijk nijpend gebrek..., het worden nu slechts andere faetoren, maar ze bewerken dezelfde troostelcoze narigheid, als in de tijden van 't boerenbedrijf Een is er, die alles doorziet, die alles begiijpt, en die nu eens niét alleen op eigen voordeel is bedacht, en niét wijkt, omdat hy tegen de groote heeren" niet op kan. Het is de onderwijzer De Visscher, de martelaar voor ontwikkeling en vooruitgang, een MnltatuH in 'i, klein, met mï.der poze, minder ecbijn, maar ook veel minder- gioots, en minder menschelijks. IQ de teekening van deze figuur is de schrijver vooral te kort geschoten, en het is waarschijnlijk hieraan te wijten, dat, ondanks de eenvoudige echtheid, waarmee alles on* wordt geschilderd, Het goud van de Pee." geen dieper indruk maakt. Al dat grijze van stompe deugd en stoupe zonde, van leelgk verdriet en leelijke vreugd vreèg om een tegenstelling : n witte tulp in veld van enke! rooie", een zuiver, zacht, warm menscb. We hooren van meester De Visscher, dat hy diep-wetenschappelijke artikelen in Het Tijdschrift voor gewestelijke historie" schrijft, dit hij met eigen oogen den toestand der peelwerkers gaat onderzoeken en tegen de lage aanvallen van machthebbers en geestelijkea moedig stand hondt; maar daardoor wordt hij ons nog niet meer dan een abstractie; we zien hem niet bewegen, we kennen niet de klank van z'a stem, zelfs tracht de schrijver geen enkele maal ons zijn figuur* voor oogen te voeren; wellicht omdat hij hem te veel met zijn eigen persoon had vereenzelvigd. Maar ik wil niets kwaads van dezen roman zeggen; hij moge niet hoog-heerlijk zijn; interessant en solide is hij zeker. Deschrijver had een overvloed van stof, waarmee hij wellcht in een volgend w?rk nog wat be scheidener zal leeren omspringen: het stuit het verhaal zonder het te verdiepen, wanneer we van eiken nieuw optredende de heele levensgeschiedenis te hoorea krijgen. Maar de charme van z'jn grondiggedccn-nenteerdzijn, is, dat we nooit 't gsvcel hebben bijna aan den grond te raken; hy weet op z'n duimpje, hoeveel tonnen-bier een verkiezings campagne kost, hij kent de streken en knee pen van leveranties bij ingchry'ving, en weet, hoi \ verzet der arbeiders, soms plotseling opborrelen!, gestuit wordt. Belangrijkst van a'.lts: hij kent ;ttot slaaftchheid vertrapte, MinmiMiiiimim een staalblauwe lucht, met lichttinteling van gouden zomer". Zeg mij, mijn beste, hebt ge het ooit zoo forsch en lieflijk tevens beschreven gezien? Links die massieve huizenmassa, rechts die blanke openheid. Heen ge gleden toch is die dichterblik over het middenstandspaleis van den Bijenkorf, zwijgend zweeft hij ook orer de Warmoesstraat en de Oudezij ds Armsteeg met hunne gruwelen. Jn, ja, dat is het juist wat mij zoo goed doet in journalistieke poëzie van deze soort, dat zij slechts zoekt wat liefelijk is en wel lui ,;t en het andere leelijke als het ware besluiert met de nevelen harer frintaisie. 0:n dan plots weder grootsch te worden en ons te imp> neeren door het iramens beursgebouw, naar vóór geschoven, t o t a a n d e s t r a a t den voet". Een oogenblik naar het scheen heeft de dichtergeest ook deze beurs, misschien als vele andere lichter ge worden in deze dngen, willen opheffen en laten zweven in luchtige, vluchtige feestvreugde om het komende Koningskind, met de voeten v a n de straat, maar daar dit een praestatie zou wezen die beter voor het einde Jji1 feest week bo \vuard ware, bleef het voorloopig op den beganen grond. Toch, de geest-zelf is reeds weer boven, in den gloed zich badend van wonder toeval en ontroerende mystiek: Esn wonderlijke toevalligheid: links waait van de huizen uit algemeen de Hollandsche driekleur, rechts het triomphantelijk uitplooiend oranje. Middenin, op den vierkanten Beurstoren manifesteert Neêrland's standaard. Dat was het stadsstuk wat een opJuichende blijheid gaf. Maar waarvan de wonderlijke ontroering kwam... van die duizenden langs de straat, en voor alle vensters, van bijna alle daken, van al wat maar menschenvolte dragen of uitzicht bieden kon. Van die wirrelende bontheid dat levend gewemel, al om dat ne... in vreugde verbeidde." Bevreemdt het dat wij in de stemming kwamen en medeleefden dat afwachten, die trillingen, die ontroeringen, tot Het kwam, tot Het kwam... tot... Het... kwam... 'n Glimp van licht, 'n schittering even. Dan weer de saamnevelende doorvaagde kleuren in de verte. tot bruten hartstocht verlaagde gemoed ran de onderdrukte bevolking onzer zuidelijke p'ovinciën, en heeft ons dat willen geven in een, literair niet zeer fijnen, maar goed leesbaren, onderhoudenden roman. Cremer gemoderniseerd ; Cremer, die zf jnie is geworden, die niet langar idyllisch en droomerig het landleven idealiseert; maar zijn pret tig verteltalent nu gebruikt om het snerponde, grove, ware in rustigen voortgang van ik wil mij eens heelemaal uitspreken", aan de luiste rende menigte te verkondigen. ANNIE SALOMONS. Stand na den:19en zet van wit 7e Jaargang. 5 Juni 1910, Red.: C. H. BBOBKKAMP, Damrak 59 Amst. Verzoeke alle mededeelingen, dese rubriek tetreflende, te richten aan bovenstaand adres. Probleem No. 165, van den auteur M. de Leeuw, Ouie Wetering, devies: You never can teil", opgedragen aan den leider van den wedstrijd voor problemisten in de Amsterdam mer 190?. Zwart (10 schijven). Wit (10 tchijverj). Oplossingen moeten binnen 14 dagen worden opgezonden aan horens'aand adres. Oplossing van pr. No. 164 van den auteur: W 28-22, 37 32, 44-4A, 47 41,43-38, 48:5 ens.1 tfop1.: w 28-23, 44-40, 49 44, 48:5 enz.! 3e opl.: w 28 23, 39 33, 43 38, 48:S4 eLZ.I Jammer voor den auteur, dat dit probleem zoo afgebroken is geworden. UIT DE DAMWERELD. Met Pinksteren heeft te Marseille een groot concours p'aats gehad met het volgende resultaat: 1. Molinard, 2. Sonier, 3. Le Gofl, Auréas, jBeudin, Carle, Dentronx, Damaine, Garoute, ieder met 5 punten. Voorts waren ie deelnemers geplaatst in Ie, 2e en 3e klas groepen. Partij met combinatie, gsspeeld in den ka-npioenswedstsyd, tusscaen de heeren M. Snijdera A.' iatn, met wit en C. H. Broekkamp, A'dam met 3wait. 4 Mei 19 LO. No. 2 van de combinatie-partijen. GEWIJZIGDE CENTRUM-OPENING. Wit. Zwart. Wit. Zwart. 1. 3S28 1323 11.4742 1014 2.3127 2024 12.4137 2025 3.3430 1721 13.4040 1117 4,3033 1218 14.5045 611 5.3731 1420! 15.4944 27 (5 4439 712 16 8430? 2534 7 3015 212G! 17. 40.20 15.24 8. 25:14 920 18 4641 510 9.4034 2627 19.3126 10. 42:31 4 9 Plots weer dat aanlichten en 'n trillend beweeg. Weg, weer en dan secondenlang 'n luisterende stilte. Ja toch daar weer die kabbeling van licht, 'n groeiend rythmisch beweeg, een aanruischend gerucht... nog van heel ver. "Weldra komt er kleur, cadans, komt er verstaanbaar geruisch. Zacht wuift het aan als een lieflijk barengeschuif, golft dan voort, 'n blij a:estoei, 'n spelend geschuif naar witsehuimencie branding. Breekt uit, laait op, zied goud tprankelcüd wij i-uit en omhoog. l u gedaver van licht en geluk en uitvierende juiching de witgouden binnen vaart.... In gedaver van licht en geluk en uitvieren de j ui dring, de witgouden binnen vaart"... ik herhaalde het voor Tante twee, driemaal als in zoete vervoering; want is er ooit ::oo plastisch en toch zoo lieflijk, zoo verheven en toch zoo duidelijk, zoo treffend en toch zoo dichterlijk van dictie, een Koninklijke Intocht beschreven, be zongen f En v,ij doM-lenfucu die '.ogenblikken in onze binnenkamer, het was alsof de gangdeur zich opende en vandaar in een wervelwiad de Binnenvaart verscheen als een wolk van blanke guldenhartige madelieven..,. Enkele seconden daarna, op den Dam ,,vóór het l'aleis, de duizenden, tienduizenden, verstild n met de imposante rust van het donkerend paleis. ,,'n "Wijle slechts. Want als daar een moeder haar kinddie toont, de Koningin van gansah die schare de hops heft... dan bloeit op tot nog streelender vuur, het heiligst enthousiasme. Ei A'nstelstad loen open lei... 't onvergetelijk uur, waarin de Koninklijke Moeder Haar Kindeke, Ons Prinsesje, toonde." Tante snikte het uit, en ikzelf, mijn beste, al ben ik voor geen kleintje ver vaard, ik zat ademloos en verstild" n met het eiken huiskamer-meubilair. 'n Wijle slechts, tot het streelende vuur van het heiligst enthousiasme mij wekte tot de werkelijkheid, zij het dan ook tot een hoogere dan de gewone werkelijk heid. En in die hooger sfeer hebben 19. 1015 De natuurlijke voortzetting is 1-6. Met echter een mooie damslag in 't verschiet, terwijl bü't niet in den val loopen door wirt, de zet l 6 aanstonds toch kan volgen. Velen zullen na 36-31 spelen, daar 37-31 eenigsii;g> open spel maakt en na 36 31 even goed 41-36 ale 37 kan volgen. Wit speelde dan cok 36-31Ï, het groote gevaar niet vermoedende. 20. 3031? Thans heeft zwart zijn doel bereikt tnet bet volgende: 20. 1621 21. 27.16 1722 22. 28.6 2228 23 3322 beter, dan eerst 32:23 te slaan, hetgeen dern daoaslse toch niet coupeert. 23 1847! Hierna volgt een eindspel, dat o. i. waard* is, met aandacht gevolgd te worden, voe/aL met 't oog op de kracht, die wit op den korteit vleugel van zwart cog uitoefent. Ten einde de amateurs gelegenheid te geven,. de partij ook zonder aca'yse door te werken, plaatsen wij deze als gewoonlijk, met vo.'gnutamer onder de partij. 24.3933! 1420 37.117 5)1223!C)i 25.3731 2429! 38. 72 7) 38 26.3324 2029 3". 213 19.S 27.3228! 1) 1924 404843! 812 28 2822 2) 7111 3) 41.4339 2337 29.1618 2933 42.3933 3741 30. 38:20 47 7 (4 st.) 43. 45 40 12 17 31.26211 1524 44.4034 413(3 32.2110 812 45.3329 24 33 33.3126 1319 4) 463430 1419 34.2217bestel221 47.3025 192-4 35 26:17 914!1 48. 1611 3631 30. 17 U 712! 49.11:22 31:9: 1) Op 43 39 volgt: z 29.33, w 39:28 de beste» z 7 11, w 16:18. z 13:33, w 38:29, z 47:36! * 2) Bet dreigen met z 29-33 en 47:36 word* mooi gecoupeerd. 3 Aanstonds een schijf winnende! 4) Een diep berekende variant, waarmedehet slot van de partij wordt uitgewerkt. 5) \rrij wel gedwongen, want eerst 45-40geelt riet, terwijl met 48 42 of 43, ook niet» bereikt wordt. 6) De jaiste zet, waarvan de kracht aan stonds blijkt. 7) Indien wit de schijf 7 laat slaan, onsmet 6 l dam te halen, dan is deze dam roet z 24 29 toch weder «-erloren. Zou wn b.v.. 6-1L spelen, dan volg»: z 1:12, w 45-40 of ?, z 23:45 w 6-1 of?, z 24 29 enz. Thans komen* de zetten 13 19 en 9 14 tot baar volle recht. HHHIHlmlIMlnlIMMIIIIIIIMlIIIIMrmfSTante en ik sedert gezweefd en genoten; gezweefd als het ware van het eens historische moment naar het andere. Van het storten der eerste traantjes in Hare hoofdstad tot het broodmandje dat bij de eendjes de gelukkigen! in het water stortte. Van de eerste rijtoer, tot de tweede rijtoer, en de derde, en de vierde.... Tot wij weder tot tranen bewogen werden door dut,,intiem familie tafereeltje" dat De Tijd ons zoo treft.ind schilderen kwam: De Koninklijke Moeder spelende met llaar kindje! Wel onderhield Z>j z'.cli T;u en dan vriendelijk met de zuster. maar veel tijd had Zij diarroor niet. Want Juliaantje was een en al bewe ging; Zij danste in Moeders armen, Zij speelde kiekeboe achter een blauw of achter een wit doekje, en als Zij het dan wegge worpen had, nadat Mosder het Haar over het hoofdje gelegd, of tevergeefs gegrepen had naar Moeders ,jn de hoogte gestoken spelende vingers., dan gingen de armpjes als twee molenwiekjes heen en weer of kneep Zij met de garnalen vingertjes Moeder in den ,,T;.eus tut groot vermaak vtiu de zusifci ,,en van Hare Majesteit zelve, Die dau met een lach van geluk neerzag op de juichende menigte. Prins3ej3 keek dan in een volgend oogenblik met groote verwonderings-oogjes raar buiten, osi onmiddellijk weer tg beginnen met hel vertoonen van alle babykunststukjes, die weliswaar elk eenjarig wichtje dubbel aanvallig maken, doch die de groote menigte in een vorstenkind des te mee? bekoren, naarmate zij van zulke intieme tafereeltje! minder getuige is." Het Koninklijke Kind met Haar garcalen vingertjes Haar Koninklijke Moeder knijpende in Haar neus! Is het niet of wij, brave vaderlands-en Oranje-lievende burgeren van Nederland, dank zij het boven allen lof verheven actief optreden der Pers de gamalen vingertjes voelen aan onze eigen, helaas weinig koninklijke neuzen, en ons leiden laten, leiden in een zoet en schoon sprookjesland. Ik althans mijn beste, ik voel mij op de liefelijkste, de zoetste, de heerlijkste en on ver ge tel ij kste wijze mijns levens bij den neus genomen. Je Cbm Jonocrs.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl