Historisch Archief 1877-1940
f725
DE AM8TEEDAMMEK
1°. 1910
WEEKBLAD VOOR NEDEKLAND
Hit nimmer bevat een
IMJr. H. IF. L. W
uitgevers: VAN HOLEEMA ft W ARENDOEF, Keizersgracht 333, Amsterdam.
Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (StaaUMad No. 124).
per 3 maanden f 1.50, fr, p. post f 1.65
Voor hdiëper jaar, bjj vooruitbetaling . mail . 10.
?fcoadarujke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar 0.12'/»
Zondag 17 Juli
Advertentiën van 1?5 regels f 1.25, elke regel meer. .
Advertentiën op de finantieele- en kunstpagina per regel
Reclames per regel
. . . . 0.30
. . . .0.40
IHBOUD:
TAN VEEBE EN TAN NABIJ: De Circn
laiie in den Baad. Geweld en Ligt, II,
door F. T. d. Goee. Kroniek. - Ont
boezemingen over Onderwijstoestanden, door
6. Z. F. N. FEUILLETON: Pierrot, door
GUT do Manpassant. Vertaald door J. F.
KUNST EN LETTEREN: Vilhelm Krag,
Mtjoor von Knarren en sjjne vrienden,
be?ordeeld door Frans Coenen. Per auto
?«?? den Haag naar Reims, door Van den
bekhont Berichten.
VROUWENKU KRIEK: Het meifje aan de B. B. S. en
fijriBBttia, door Anna B. Jnngmann.
ALLERLEI, door Allegra. UIT DE NA
TUUR, door E. Heimans. Op de
Vliegweek te Reims, met afb.. door Van den
Xeekhout. Portret van R. W. J. C. van
dom Wall Bake f. Muaiekbeoordeelingen,
u, door Ant. Averkamp. Wille m Maria
in Polchrl Studio, door Plasacbaert.
ChariTari. INGEZONDEN.
FINANC3EELE EN OECONOMI3CHE KRONIEK,
door V. d. M. en V. d. S. SCHAAK
SPEL. DAMRUBRIEK.
ADVERTBKTIEN.
De Circulaire in den Raad.
Een ruïne ook al is het een ruïne
?een Liberaal paleis wekt niet
in de eerste plaats vroolijke gevoelens.
De volledige overgave van het libe
rale bewind aan den antirevolutionair
Mr. de Vries door de liberale Raads
leden der Hoofdstad is niet in staat ons
geestdriftig te stemmen.
Misschien dat onder de hoeren, die
Mr. Worst dezen verheffenden arbeid
opdroegen, een enkele de wijze van
overdracht i och wat al te minzaam vond.
Waar het Handelsblad, dat deze heeren
steeds bij de stembus met warmte aan
beveelt", niet goedkeurt de onvoorwaar
delijke instemming met den overigens
voor het openbaar onderwijs geschikt
grachten wethouder,?ligt het vermoeden
voor de hand, dat men zelfs in de oogen
van twee of drie der liberalen" te ver
mag gegaan zijn.
Maar gén ervan heeft zijn mond
opengedaan.
Wy voor ons zien in het verloop van
de wel merkwaardige raadszitting niets
anders dan een conservatieve manifestatie:
een vnist-yertooning, men zou zeggen
in 't voorbijgaan, ter opluchting van het
gemoed, tegen de niet tevreden elemen
ten in onze toch zoo comfortabele samen
leving gericht: n.l. tegen de socialisten
met hun aanhang.
Uit het verslag, door het Handelsblad
gegeven een zeer uitvoerig verslag
deelen wij alles mee wat door liberalen"
gesproken is. Hier volgt het:
De heer WORST vraagt het w»ord. Hjj
had willen spieken vóór de circulaire»
n>*ar elk woord zon den indruk van de
voortreffelijke rede van den wethouder
echaden. Mede namens eenige politieke
vrienden, verklaart spr. zjjn volkomen
bevrediging over de toelichting van B.
en W. in het vaste vertrouwen dat de
circulaire met beleid tal worden toegepast.
(Eenig applatu en beweging).
Dit zeide blijkens het zwijgen van
alle liberalen Mr. Worst namens de
gansene liberale fractie, naiat de waar
lijk succesvolle anti-revolntionair« wet
houder de Vries o. a. verzekerd had, dat
men, de neutraliteitsidee een beetje con
sequent toepassend, van de Openbare
School (Kappeijne, hebt ge het gehoord ?)
een karakterloos ding" maakte, en na
dat hu duidelijk had te verstaan gegeven,
dat slechts een zekere groep het
zou te ontgelden hebben.
Geweld is soms z «rakheid. Niet in Mr.
de Vries dezen keer. Die verbrandt wat
hij niet kan bekeeren. Maar zwakheid,
zwakheid als van wie, zijn koetjes op
het drooge hebbend, bij elk donker ge
zicht dat hij ziet de politie opbelt, blijkt
duidelijk in de zich liberaal noemende
Amsterdamsche behoudsmannen.
"Wy willen naast deze voorloopige op
merking nog eene Traag stellen: Is het
wel geheel in orde, is het wel netjes", dat
de als liberalen" gekozen heeren nog
langer dien naam dragen? Is het niet
iets als boerenbedrog zich in die
qualiteit te laten candideeren ? Het woord heeft
reeds, voorzeker, zooveel aan beteekenis
ingeboet l Maar er loopen toch nog kiezers
rond, eenvoudigen, menschen die niet
dagelijks de politiek in de krant volgen,
«n die men vangt met den naam....
"Wy stellen de vraag maar.
Geweld en List.
II.
(Slot).
De List.
De ingediende verandering van de
Arbeidswet wil, in de voornaamste plaats,
den werkdag van vrouwen en kinderen,
bij de wet van 1889 bepaald op ten
hoogste elf uur, tot tien uur terug
brengen. Het misleidende manifest yan
de Enschedésche textielfabrikanten richt
zich dan ook alleerst tegen dit voorstel.
Beperking van den arbeidstijd voor
vrouwen en kinderen wij willen hier
over met de stellers yan het adres aan
de Tweede Kamer niet twisten
beteekent beperking van den arbeidsdag
ook voor het mannelijk personeel. Een
tien-urige werkdag voor vrouwen en
kinderen schrijven ze staat gelijk
met.een tien-urigen arbeidstijd voor de
geheele industrie." De verwachting dat
de wetswijziging inderdaad voor de ge
heele industrie" van beteekenis zal wor
den, doet ons, die geen faktor tot be
schaving kennen welke ook maar in de
verte bij .de bekorting van arbeid in
loondienst te vergelijken is, aan die wij
ziging groote waarde hechten. Voor de
patroons, daarentegen, is het een reden
om tegen deze bepaling met de meeste
beslistheid en overtuiging in verzet te
komen."
Bij wijze van toelichting en argumen
tatie, verder, brengt het adres de
officieele cijfers in herinnering waaruit thans
ieder zien kan dat de grootheid van deze
textielbaronnen voor geen klein deel be
rust op de uitbuiting van zwakke kin
deren en ekonomisch weerlooze vrou
wen. Van de ruim 9000 personen in hun
barmhartigen dienst, zijn slechts 5000
mannen boren 16 jaar,.. Zijn er, willen
wij vragen, lezers van dit Weekblad,
die een werktijd yan 11 uur, doorgebracht
in een katoenspinnerij of anderen
zoodanigen tempel der industrie, voor hun
vrouwen en kinderen kinderen yan
twaalf jaar daarbij! niet een gruwelijke
schennis zouden achten P Welnu, deze
achtbare heeren, vele rijke lieden onder
hen, industrieelen van hooge positie,
komen hier met een beroep op de stati
stische gegevens aan de Tweede Kamer
verklaren, dat, zoo men hen voortaan
noodzaken zal, die schennis aan duizende
kinderen en vrouwen, geenszins geheel
op te geven, maar met n enkel uur
per dag te beperken, het met hun groot
heid gedaan zal zijn. Wij hebben in ons
vorig artikel gezegd: schande over een
stelsel, dat met het middel van uithon
gering op grooten voet gehandhaafd moet
worden. Doch deze methode is een bui
tengewone maatregel, genomen in tijden
van oorlog. Nu, echter, ziet men wat dit
stelsel in gewone dagen, in tijden van
vrede is: het kan niet lijden, zeggen de
belanghebbenden, die vermindering met
n enkel uur: schenden wij niet, zoo
hebben wij niet; wij werken voor de
helft met vrouwen en kinderen en wij
staan en vallen met de vrijheid hen elf
uur te laten zwoegen...
De belanghebbenden, echter, zijn hier
erger dan het stelsel. Dat zij zoo durven
spreken, bewijst wat het stelsel van hen
maakt. Wat zij zeggen is de waarheid
niet. Adressanten weten dat wat zij
zeggen de waarheid niet is. Zij weten
dat sedert jaren in Duitschland tamelijk
algemeen nu sinds l Januari al wette
lijk en in Engeland nog veel langer,
de textielindustrie een tienurendag heeft,
en dat geen van de voorspelde en ge
dreigde onheilen is gebeurd. Doch dit
belet hen niet, in strijd met de bekende
waarheid, hun eigen stelsel zwarter te
maken dan het is. Zij bedenken niet of
geven er niet om dat zij, door te
proklameeren de absolute onmogelijkheid van
de geringste verlichting voor vrouwen
en kinderen, hun eigen bedrijf, hun ge
roemde industrie, bron en basis van al het
hunne, oneindig doodelijker treffen dan
de felste vijand zou vermogen. Voor alle
tijden is in dit officieele stuk vastgelegd,
wat deze importante tak van
Nederlandsche nijverheid werkelijk is, n wat
de kapitalisten die haar exploiteeren, niet
schromen er van te beweren.
* *
Adressanten zeggen in het bijzonder
twee noodlottige gevolgen te vreezen van
dedoorde regeering voorgestelde beperking
van den werkdag. De produktiekosten
zullen toenemen; het arbeidsloon zal
verminderen. M. a. w.: de belangen zoo
wel van ondernemers als arbeiders (in
het kapitalistisch jargon: van werkgevers
en werknemers) worden door het voorstel
bedreigd. Wij antwoorden dat deze
bewering, schijnbaar ernstig en zakelijk
in het adres geformuleerd, enkel
kletspraat is, in werkelijke waarde niet daar
door verhoogd, dat men haar klassieke
kletspraat kan noemen.
Klassiek te noemen is de formuleering
van deze bezwaren om vele redenen. Zij
heeft, letterlijk zóó, nooit ontbroken bij
eenige, wanneer of waar ook in den loop
der kapitalistische tijden aangekondigde
verkorting van den arbeidsdag. Daarmee
begonnen zijn de Engelsche industrieelen
in de jaren vóór 1847, toen eindelijk de
tien-uren we t doorging. Na Engeland
om van nog andere landen niet te
spreken kwam Duitschland aan de
beurt. De eerste wet die algemeen den
kinder- en vrouwenarbeid regelde, dateert
van 1891. Zij kwam tegen den wil van
de fabrikanten tot stand, die van de
reduktie der arbeidsuren tot elf, het ver
derf voorspelden zoowel van de industrie
als van de arbeiders. De tweede wet
die den vrouwenarbeid beperkte met
1904 is een nieuwe wet op den kinderar
beid ingevoerd is op l Januari 1910 van
kracht geworden. Zij heeft weinig meer
gegeven dan een wettelijke bevestiging
van hetgeen reeds de eischen der techniek
in het belang van den ondernemer, en ver
der de invloed der arbeidersorganisatie,
hadden verwezenlijkt. Doch noch de
ervaring sedert 1891 opgedaan, noch dit
laatste feit dat de tien-urige arbeidsdag
ambtelijke verslagen van de
fabrieksinspektie bewijzen het reeds voor een
groot deel der bedrijven bestond, heeft
de Duitsche industrieelen weerhouden
van alle krachten waarover zij beschik
ken (daaronder de stem van sommige
der bedreigde" arbeidsters zelf) tegen het
ontwerp mobiel te maken. Het zou weer
den patroons en ook den werklieden
groote schade toebrengen! De industrie
kon de nieuwe lasten niet dragen, het
arbeiderspersoneel het uittevallen loon
niet missen! Dat zeiden de patroons nadat
herhaaldelijk de vakyereenigingen in de
laatste tijden verkorting van den arbeids
dag gelijk met loonsverhooging hadden
weten doprtezetter. JDat zeiden ze met
de gunstige ondervinding" van de wet
van '91 nog in aller geheugen...
Vermeerdering van produktie, uitbrei
ding van de industrie, tot zekere hoogte
stijging van het arbeidsloon, is
deregelmatige begeleiding van alle generale
beperking van den arbeidsdag tot heden
geweest, en geen enkele reden laat zich
denken, waarom de thans voorgestelde,
in de toonaangevende landen reeds ge
bruikelijke beperking een uitzondering
zou maken op den alom beproefden en
gebleken regel. Hetgeen de patroons
evenwel willen is een onbeperkte vrijheid
van uitbuiting. Zij rebelleeren daarom
tegen ieder plan tot een wettelijke be
teugeling. De levenskracht van de
arbeidende bevolking hebben zij eenmaal
leer«n beschouwen als hun priraatbezit,
en elke poging om hen in de exploitatie
te hinderen, verwerpen zij bij voorbaat als
een aanslag op het heilig eigendomsrecht.
Een betoog dat zoo dikwijls en zoo
radikaal door de werkelijkheid ont
zenuwd is, behoeft nauwelijks een theo
retische weerlegging. Intusschen heeft
men niet zoo dikwijls de gelegenheid
een authentieke proeve van ekonomische
wijsheid direkt uit het fabriekskantoor
te ontmoeten, dan dat wij ons bjj deze
niet een oogenblik zouden wenschen op
te houden.
Het is, zeggen de heeren vooral voor
inrichtingen die zeer kostbaar van aanleg
zijn", dat de produktiekosten verzwaard
zullen worden. In zoodanige inrichtingen
drukken rente en afschrijving bijzonder
zwaar pp de produktiekosten; hetgeen
natuurlijk bij verminderden arbeidstijd
in omgekeerde verhouding toeneemt".
Wij kunnen den penvoerder van de
Fabrikanten-vereeniging dankbaar zijn
dat hij ons de geheimenissen van het
kapitalistische stelsel, zij het in de taal
des boekhouders, onwillens openlegt. Bij
al het fraais dat bij deze gelegenheid
omtrent het stelsel bekend is geworden,
komt nu nog het volgende. Vooral de
zeer kostbare inrichtingen" kunnen niet
buiten het ellendige afbeulen van de
vrouwen en de kinderen, zegt de man
uit Enschedé. Voor argelooze optimisten,
die geloofd hebben dat, naarmate de
industrieele inrichtingen grooter worden,
op ruimeren voet gesticht, beter
gemachineerd, in n woord kostbaarder van
aanleg" worden, de toestand ook van de
arbeiders vooruitgaat, is dit een verklaring
die nieuwe en onaangename gedachten
opdringt. Hun wordt hier ronduit gezegd
dat juist de verbeteringen van de techniek
oorzaak zijn van het hardnekkige verzet
tegen ieder verlichting van den druk op
onmondige en zwakke arbeidskrachten.
Hoe volmaakter het dopde
produktiemiddel wordt, hoe ellendiger het lot van
den levenden arbeider, des te minder
kan men ook hem in deze vorderingen»
van de beschaving doen deelen! En nu
zegt men nog vaak dat de machine be
stemd is het werk van den mensch te
verlichten, dat hij een vrijer en nobeler
wezen wordt naarmate de wetenschap
hem leert de natuur te onderwerpen, in
dienst te stellen van de stoffelijke voort
brenging enz.! Allemaal gekheid, zegt
deze aanzienlijke vertegenwoordiger van
het daadwerkelijke kapitalisme: de zeer
kostbare inrichting" moge in de boeken
van onze theoretische verdedigers, de
professoren in de ekonómie e. a. als een
prachtvol hulpmiddel worden geprezen
dat alle menschen ten goede komt,
in de boeken van onze praktische ad
ministrateurs zijn het eenvoudig dingen,
gebouwen, machines enz., die zoo snel
mogelijk moeten worden afgeschreven.
En o ai ze snel te kunnen afschrijven,
moeten ze ook zooveel mogelijk gebruikt
worden, liever nog twintig uur per dag
dan tien uur, en zeker elf of twaalf uur.
zoolang wij iets te vertellen hebben aan
meneer Talma en aan de Kamer
Hetgeen de woordvoerder der kapita
listen hier verzwijgt is natuurlijk dat de
ondernemer, door den aanleg" nog
kostbaarder" te maken dan hij reeds
is, door op steeds grooteren voet te
produceeren, door den gang der machines
te versnellen, het tijdverlies kan inhalen.
De verbeterde inrichting kan voortaan
in 10 uur evenveel, of meer, produceeren
dan de vroegere in 11 uur. Ongerekend
het betere werk van de arbeiders in den
korterea werktijd, is dit inderdaad ge
woonlijk zoo gebeurd, ala gevolg van de
wettelijke of andere verkorting van den
arbeidsdag. En dan is het nadeel van
den kapitalist opgeheven of zelfs in voor
deel veranderd. Kleine, weinig kapitaal
krachtige ondernemers,!; atuurlij k, kunnen
dit middel om zich schadeloos te stellen
niet toepassen. Zij zullen de konkurrentie
tegen de grootere en beter ingerichte zaken
niet kunnen volhouden. Maar de kapi
talisten zijn waarachtig onderling niet
zoo zachtaardig in den omgang, de grooten
niet zoo teeder voor de belangen yan de
kleinen, dat zij nu, om een heilzame
hervorming van groote principieele
beteekesis te keeren, billijkerwijze een be
roep zouden mogen doen op het publieke
medelij des.
Doch waarom ook de groote onder
nemer protesteert is dit: hij wil niet
gedwongen worden de produktie uit te
breiden, om op die manier den aanleg"
te kunnen afschrijven. Hij heeft toch aan
alle produktie maling, en dubbele maling
hèaft hij aan verhoogde produktie. Hij
kijkt alleen naar winst. Hij wil meer pro
duceeren, zooveel iemand maar wil, als er
meer mee te verdienen valt en dat is
hem natuurlijk niet absoluut
te-garandeeren door verkorting van den werkdag.
De gewone loop der gebeurtenissen is dat
een industrieel technische verbeteringen
toepast om zijn produktonder de
oogenblikkelijk geldende waarde te kunnen
verkoopen. Wat thans een kwartje moet
kosten, tracht hij voor een dubbeltje te
kunnen leveren. Om dat te bereiken is hem
f een aanleg te kostbaar. Maar zoodra alle
onkurrenten, behalve de kleineren die
inmiddels gefailleerd zijn, zich de inrich
ting hebben aangeschaft die hen in staat
stelt hetzelfde te doen, is de buitenge
wone winst verdwenen van den man die
het spel begon, zoodat hij op nieuwe
middelen moet zinnen om wederom een
voorsprong te kunnen maken. De steeds
overvloediger produktie is, in dezen nim
mer eindigenden konkurrentiestrijd der
kapitalen, niets dan een middel. Om het
middel met het grootst mogelijk voor
deel te kunnen gebruiken is o. a. noodig
met de nieuwe en betere machines zoo
veel mogelijk te produceeren in zoo kort
mogelijken tijd. Ieder oogenblik kan een
uitvinding worden gedaan die een nog
betere (snellere) machine in gebruik stelt,
of de bestaande goedkooper voortbrengt.
Snel afschrijven" is dus de boodschap...
Maar tot uitbreiding van kapitaal ia ge
bouwen, machines enz. om de produktie
te vergrooten: daartoe te worden
gewongen anders dan door de natuurlijke"
eischen van de konkurrentie, anders dan
met een redelijke zekerheid van grootere
winst, te worden gedwongen alleen omdat
de arbeiders niet meer zoo lang als vroe
ger verkiezen te werken dat schijnt den
kapitalist een gruwel, een onnatuurlijk
geweld hem aangedaan, waartegen hij
zich steeds heeft verzet en met zijn laatste
woord zal blijven verzetten.
Is eenmaal de arbeidsdag inderdaad
verkort, dan leggen de kapitaalkrachtige
ondernemers zich van zelf toe op de
grootere produktiviteit; zij maken een
dankbaar gebruik van den hun aldus
verschaften voorsprong op de kleinere
konkurrenten; zij weten nauwelijks meer
wat hen bewoog tegen de beperking van
den werktijd samen te spannen. De blij
ven ie nuttigheid van hun verzeg echter,
valt den beschouwer van het kapitalis
tische stelsel ten deel, die ook weer bij
deze gelegenheid heeft kunnen
konstateeren dat het stelsel geen enkel motief
bevat dat den kapitalist het goede: de
overvloediger produktie, doet beminnen
om het goede zelf. Dit goede is voor
den kapitalist een noodzakelijk kwaad,
waartoe men hem met geweld moet nood
zaken. En niets prikkelt hem zoozeer tot
toorn en tot weerstand, als het vooruit
zicht dat hij tot dit goede zal worden
gedwongen als gevolg van een hervor
ming yan nog grootere nuttigheid: de
verkorting van den arbeidsdag: allereerst
dien van vrouwen en van kinderen.
* **
Ten tweede achten de adresseerende
fabrikanten zich bezwaard wijl de voor
gestelde maatregel leiden zal tot ver
mindering van loon voor de arbeiders."
In goed ingerichte en beheerde fabrie
ken van heden, schrijven zij, is de pro
duktie ongeveer tot het theoretisch
maximum opgevoerd. Elke vermindering
van arbeidsduur beteekent een evenredige
vermindering van de produktie en dus
van het loon."
Was dit, mag men vragen, niet het
geval bij vroegere inkrimpingen van den
werkdag? B.7. in de Duitsche textiel
fabrieken voor twintig of voor tien jaar ?
Is het theoretisch maximum' niet voor
verhpoging vatbaar door technische ver
betering ? Heeft de technische verbetering
voor de Twentsche industrieelen haar
laatste woord gesproken? Staan zij niet
ieder oogenblik voor de mogelijkheid
dat zij, genoopt door een uitvinding,
hetzij in hun eigen kring, hetzjj daar
buiten, in welke streek ook van de
internationale werkplaats, het theoretisch
maximum, willen zij konkurrenzfahig"
blijven, zullen moeten verhoogen? En
waarom, wat een alledaagsche gebeurtenis
moet heeten in het bedrijfsleven, waarvan
de historie ook in hun bedrijf als aan
elkander hangt, waarom een nood
zakelijkheid die de kapitalisten, in de
bevrediging van den winst honger, elkaar
onophoudelijk opdringen, nu zoo angstig
vermeden als zij ten voordeele kan
strekken van duizenden, en nogmaals
duizenden ?
Bovendien en in elk geval: het dus"
in den laatsten zin van de adresseerenden
ie, zoo mogelijk, nog leugenachtiger dan
de stelling in de eerste helft van dien
zin. Vermindering van arbeidsduur
beteekent nkt vermindering van produktie.
Als dat waar was, dan zou de Europeesche
produktie thans minstens een vierde
minder moeten bedragen dan voor een
dertig of veertig jaar. En evenmin be
teekent vermindering van produktie ver
laging van het loon. Natuurlijk moet
er produktie zijn, wil er arbeidsloon
;eproduceerd kunnen worden. Doch
bealve arbeidsloon voor zich, produceert
de arbeider ook winst voor het kapitaal.
Waarom dan zeggen de fabrikanten,
dat door vermindering van produktie??
een oogenblik dit gevolg onderstellende
het aandeel van den arbeider zal dalen ?
Dit is een absoluut willekeurige ver
zekering, waarvan de theoretische onge
rijmdheid een manier is om te zeggen
dat de fabrikanten, helaas, zich nog sterk
genoeg voelen om een eventueele winst
derving op de arbeiders te verhalen, en
vast besloten zijn zoo te doen. Het loon
is het stuk van de produktswaarde dat
de arbeider minstens behoeft voor zijn
onderhoud, dat hij door
machtsontwikkeling kan vergrooten, maar dat ook door
overmacht van den anderen kant gedrukt
kan worden. De Enschedesche arbeidere,
die op dit oogenblik in 't geheel geen
loon ontvangen, gewikkeld in een konflikt
dat achteraf blijkt uitgelokt te zijn door
de patroons, omdat hun arbeid, en die
yan hun lotgenooten elders, te produktie f
is geweest, die arbeiders kunnen het
zich voor gezegd houden:
Komt de herziening van de arbeidswet
tot stand, dan zullen zij de kosten daar
van hebben te betalen.
* *
*
Wij moeten hier af breken, de beschik
bare ruimte veroorlooft niet den schrijver
uit Enschedéverder op ien voet te volger.
Wij zeiden reeds dat de meeste andere
bepalingen yan het ontwerp waaronder
de gewichtige verhooging van de leeftijds
grens voor het gebruik van kinderen van
12 op 13 jaar even onvoorwaardelijk
door hem, namens zijn principalen,
worden verworpen.
Of de minister Talma, of de Tweede
Kamer het voorbeeld zullen volgen van
Begeering en Rijksdag in Duitschland,
die het dreigende protest der vereenigde
grootindustrieelen tegen de op l Januari
van dit jaar in toepassing gekomen
tien