Historisch Archief 1877-1940
No. 1729
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Brussel.
Aan Th. van HoyUma.
Er zijn verschillende opmerkingen te maken
naar aanleiding van de Brnsselsche tentoon
stelling; zoowel naar aanleiding van de
-handelstentoonstelling als ten opsichte van
?die van de schilderijen. Wat ia een
handelatentoonstelling? Het ia feitelijk niets dan een
groote uitstal-kast, waar verschillende naties
verscheidene voortbrengsels laten zien met
<de hoop op verkoop, en met den wensen tot
het vermeerderen van den af zet. H et telkens
opnieiw gehouden worden van deze tentoon
stellingen bewijst dat ze noodig zijn en
eigenaardig U het te conatateeren dat ze,
ongeveer, gelijken op de oude jaarmarkten;
want eren als daar, zij B hier ook allerlei
Afleidingen en gulle feestelijkheden te vinden.
Maar ik mocht deze uiting bezien van een
aestheiisch standpunt. Er zgn dan allerlei
eigenaardige feiten. Zelden wordt er aan den
eisch voldaan dat het een reusachtige uitstal
kast is; meer zelden dat de uitstalkast bezien
?wierd met de oogen van den kunstenaar en
:gebonwd met de macht van den scheppenden
maker. Allerlei oorzaak ia daartegen. De
grootste ia wel dat niet een enkel architect
het geheel in handen heeft en dat de
ver;schillende architecten, die er zgn, der con
structie en der rechtmatige constructie geweld
aandoen. Wanneer er n architect was van
begaafdheid, dan mocht zulk een groot
?complex, in n karakter gebouwd zynde,
wellicht eer voldoen aan dt diepe noodzakelijk
heid dtr eenheid. Een tentoonstelling is tot
na een war- winkel van stijlen, een kermis
van onechtheid. Het verbandlooze heerscht
«r. Niet alleen is alles er schgn wat juist
vastheid zon moeten wezen, maar alles wat
schijn is, kon door de noodzakelijkheid van
?én geest zeker toch tot een vast iet a ge
worden zgn, dat den scherpen kgker door
de rijke volnmenon t wikkeling behaagde, die,
zg het tot een tgdelgken rgkdom, toch tot
ten k wikkens rollen rgkdom op en
openb'.oeide. Het schijnt mg dan ook opnieuw
door wat ik te Brussel zag toe, dat ten eerste
bg een nieuwen bouw van een dergelgke
uitstalkast n ,bou w-meester het geheel
beheere, en dat a bouwmeester uitsluitend
zijn meeningen en zijn ktmsteigenschappen
er nite.
B. Veronderstellende dat dit het geval is,
dunkt mg dat de voornaamste druk gelegd
moet worden op het wezen van de tentoon
stelling: uitstalkast of uitstallingshall. Dit
dwingt tot allerlei. Dit dwingt tot het schep
pen van nieu ve vormen of nieu «e samen
stellingen van vormen. Het zal het meest tot
nieuwe dingen een aanleiding zgn omdat het
?voor oogen brengen van jznlke reusachtige
machines etc. in vroegeren tijd niet voor
kwam, om bekende redenen. Wordt sterk en
scherp gepast op wat moet, dan zullen de
?ongerijmdheden van huizen die van buiten,
in hun opbouw, gegeven zgn met de verdee
ling in verdiepingen, van binnen niet hol
zgn als een hal ; er zal geen tegenspraak zgn
tusscben binnen en buiten, en een andere
?onechtheid zal vermeden worden. Want zeer
.goed zijn zeker tentoonstellingen te zien als
kermissen van onechtheid, maar zoo ge zoo
danig wilt zien, geef ze dan in hun barokken
echgo. Maak ze dan komisch met de grillen
?der phantasta of atuip-achtig verwonderlijk
met de dwaasheden van de ironie of van de
o verprikkeling der aeathetische trekken.
Maak ze krom en glanzend als een
oester?schelp, of rood en rond als tomaten ; maak
?deuren in het dak en laat vliegmachines over
?den grond gigden ; neem tuitelige gebouwen
en vaste, gestolten, waterbogen der fonteinen.
Laat een viscb, als bg Breughel, allerlei be
vatten, en maak een paard als van Troyen
tot een bergplaats voor jonge elephanten.
Laat de fiesschen wjjn hoog aan zgden koor
den tegen malkanderen kletsen in délucht,
en laat een reuzentheepot, vol gekleurd water,
zgn stralen doen botsen in groote vaten,
metersdiep onder dien pot ge se t, op rolronde
draaizieke staven gelegd. Laat een spel van
stalen armen uw kant op- en afnnden en
?door malkaar trekken, zooals ik het taaie
steken-deeg dat gedaan zag worde a in een
?winkel te Antwerpen (ni ee» tg d wierden
Retrospectieve Tentoonstelling
van het Boekwezen.
(Slot).
De Hollandsen- Russische bijbel is wel
zeer zeldzaam, en het is verrassend zelfs
?dezen bijbel, van welke slechts drie exem
plaren bekend zijn, op de tentoonstelling
van het boekwezen te vinden in een der
glazen schpuwkasten, liggende te midden
van vele in het Hollandsch uitgegeven
werken over Moscovië, Tartarye en van
die, welke beschrijvingen van reizen er heen,
en van land en luiden bevatten. D'oudste
werken over Rusland zijn wél in de
Hollandsche taal, meestal versierd met cnrieuse
prenten. Op een dezer ziet men Czaar Peter
in een vorstelijk boekvertrek. De beeltenis
van den Amsterdamsehen burgemeester
Nicolaas Witsen, den aardrijkskundige, den
ontwerper der kostbare kaarten van Tar
tarye, den grooten vriend van Czaar Peter
?den Grooten, ontbreekt natuurlijk niet.
Dezen voortreffelijken Amsterdamschen bur
gervader houdt thans nog de ontwikkelde
Rus in eere. In de Evangelische Eerk te
Mpscou, eens de Hollandsche Kerk, trok
bij het binnenkomen, direct een
gedenkteeken m'n aandacht. Nader bijgekomen,
zag ik dat het een monument was ter eeuwige
memorie aan den Amsterdamschen Burge
meester Nicolaas Witsen. Terloops zij gemeld,
?dat ik in die kerk een Hollandsch Doopboek
zag uit het begin der 18e eeuw, waaruit
bleek, dat b\j den doop ran Hollandsche
kinderen soms Czaar Peter zelf en vaak
de bekende Lafort tegenwoordig waren.
Zoo vele Hollanders vroeger in Moscou
woonden, zoo weinigen thans. Geen honderd,
zelfs geen vijftig. Wel was er vóór tien
jaar een groote Hollandsche bloemhandel
van Yan Waveren uit Hillegom, en draagt
er een manufactuurwinkel den naam:
Amsterdam, en heeten weinig eervol
de gewone lichte vrouwen: Gollandski"
dat is: Hollandschen". In Petersburg heeft
men aan het Newski-Prospect nog een
schatrijke Hollandsche kerk, id welke domi
nee Pantekoek in het Hollandsch preekt. Er
is ook een Hollandsche w\jk, een galerij, waar
meestal en sedert een paar eeuwen Hol
landsche ingezetenen, uit Yriezeveen, wonen
«n er lianen, enz. verkoppen.
Czaar Peter bleef na zijn vertrek uit
Holer babbelaars" van gemaakt, en laat de
chocolade-paleizen als het rad van Parijs,
maar met grooter snelheid,' in de ronde
draalen. Maak allee, ik herhaal het, grillig
in deze tentoonstellingen die eigentlgk schrik
wekkende draaimolens zgn, waar het intellect
potsierlijk in ronddraait, en ronddraait voor
de dik bollige oogen der toekijkers... Een
zegt: dan zgn ze echt weer" het ia zoo,
mg'n vriend, dan zgn se echt; het onechte is
dan onecht, wat wonierljjk ook zoo uitgedrukt
kan worden dat gelijk met gelgk gegeven
wordt, dus dat het echt is. De kermis is dan
de kermis. De kaerels met rare petten en
gemaskeradeerd en gemaskerd, zullen n dan
zonder verwondering nwerzgds, loten
verkoopen op hooge hoeden, te fabriceeren in de
Antillen en de hoofdprijs ter waa-de van
millioenen franken zal een klein Gondsch
kaasje uit Braziliëzgn, te vinden op een
boerderij bg den Orinoco. Ik heb altgd gehoopt
dat ze zóó de kermis, die de tentoonstelling
ook is, zoo eens zonden maken. En er is een
vernieuwing die ik u nog won vertellen.
Maak voor n keer alles geluidloos.
Het is een vernieuwing: de klank- en
dreunlooze kermis, de kermis en sonrdine".
Het zal tegen Sinterklaas Igken, met het
geichnif van voeten in de gladde saeeuw op
het asphalt. Verkoog daartoe den
toegangsprg>, schenk ieder bezoeker een paar stille
pantoffel i en bekleed het heele terrein met
kokosnotenmatten, bestand tegen de vocht,
door een bizondere uitvinding, en bestand
tegen druk door een moilig-makende dikte.
Zat een gewatteerden muur om het heele
terrein, en verbied alle drnischen, laat «lies
gernischlooa-elektrisch zgn en laat zwijgende
pompen het kristallen water verstokken en
uitstooten net geen ander zwerend ritslen
dan als of fluweel even tegen stgver fluweel
gltê. Want het zal niet alleen nieuw zijn:
een nieuwe aëra zal van af die, uwe, ten
toonstelling-en-sonrdine gedagteekend wor
den. Gy zult (niettegenstaande Sunlight
Zeep) de grootste uit vinding der eeuw kunne
boeken in het kasboek van de huishouding
van uw genie. Want niets is bitterder van
noode dan dat we uit de hel der botsende
klanken verlost worden. Het lijkt of tot nu
elke nienwe vinding het gulan vermeerderde.
De straten van da steden zgn vol van een
wentelend roepen der sirenen en vol van
het stompe toeteren uit de trompen der
automo tulen. Niet alleen de
laag-bg-degrondsche snelheden vernietigen ons half.maar
het steeds stijgende geluid en loeien om ons.
Melodieën en geneurie zjjn te verdragen en
storen niet. Regelmaat en samenstellen tot
schoone geheelen verrukt, maar al dit warrig
krgschen vernielt het leven in ons. Een boom,
die vleit in den arend, maakt nooit onschooce
gedachten, en de dreun van de branding,
opnieuw zeg ik het u, msakt dag en avond
rgker. Er is iets aan beide van de Wg'ze van
den Nacht, de Vopis van den Kosmos. Maar
al het andere is bitterder dan het schennen
van het veel en van het vele. Want dit ver
moeit de stil sluimerende kind ren en maakt
wie weat welke gedachten voor de toekomst
onnut. De eisch van den nieuweren tgd is
geen grootere snelheid, en geen ragfljner
rijden orer afgronden. Het is weer de oude
rust, om ons te installeeren in zgn plechtigen
zetel van krokodilleder, hier en daar gesleten
van het zitten, en het is de hemel te klaren
van allen smook die het blauw vergrauwt.
De eisch van den nieuwenvtgd is n Yöois
en n Klaarheid; een vermindering van het
gedonder en ge wentel in de moderne steden
en fabrieken, en een blanke lucht zoo de
vlietende wolken die ons blank willen laten.
Laat een tentoonstelling, aen tentoonstel
lingsdorp, een kiene tentoonstellingsstad
gebouwd door n architekt ons dat vertoonen,
en het zal werkelgk een Ding vol van goede
dingen zgn...
C. De handelstentoonatelling ia Brussel
heeft deze stilte niet. Het is er draaierig van
allerlei onechts dat echts moet voorstellen;
het is er niet vol van een zacht gigdenden
gang in alles en de eene pomp, die er veel
water uitspuit, maakt en dreunt in de
vibreerend machinehal gorgelende geluiden.
Er zgn snelle knetterende omwentelingen
van motoren; er is geen schoonheid. Er is
gesn eenheid. De meast willekeurig bouwsels
staan tegen malkaar, naast malkaar, om
land veel van Holland houden en geen geluk
kiger dag voor hem was het als hij in zijn land
Hollanders ontmoette die hij in Amsterdam
of Zaandam had leeren kennen. Als h\j dan
met hen in de Hollandsche taal kon spre
ken, ging zün hart open.
Al wat Hollandsch was, had bij Czatr
Peter de voorkeur. De Hollandsche vlag
strekte de Russische tot navolging, en zoo
ook, oorspronkelijk, Amsterdam met zijn
grachten aan den bouw van Petersburg.
Had het van Czaar Peter afgehangen, hij
had alle Russen Hollandsch leeren spreken.
Daarop doelde zeker de uitgever van den
bijbel in het Russisch en Hollandsch in zyn
voorrede, (1717) voor een deel door mij uit
het exemplaar ter tentoonstelling afgeschre
ven, aldus luidende:
De grootste Paerel, die aan uw geheyligde
Czaarsche Majesteyts Eroon uytmunt, ia
de Godsvrucht, waer daer u zelve een
Voetster-heer van de Kerk, en een Zuyl
van de Godsdienst is.
Een onwrikbare getuyge hier van is dese
heerlyken Druk van het Nieuwe Testament,
welcken Uw Geheyligde Czaarsche Majesteyt
in de Nederduytsche Taele aen zijn Volk
schenkt.
De Nae-neef sal met verwondering de
Geschiedenissen Uwer Tyden leesen, er
daar in een voorbeelt van een volmaekten
Vorst vinden.
Maer wie der Naekomelingen, Sire, zal
bequaem zijn om te loven de Wonder wercken
van Uw Majesteyt, welcken w\j zien, en
wat Curtius zal'er gevonden werden, die de
Roemrughte Daeden van den Grooten Petrus
nae waerde op papier brengen sal.
De Hemel bewaere Uw Geheyligde Czaarse
Majesteyt tot het bereyk van Nestors jaren,
en Kroone Uwen Levensloop met den
onverwelkbaren Lauwerkrans in 't Nieuw
Jerusalem hier boven.
Dat bid met alle Ootmoet
Yan Uwe Geheyligde Czaarsche
Majesteyt.
D'allerootmoedigste en wilveerdigste, doch
nederigste Dienaer
JOHANNES VAN DuBEN.
Yan dezen Hollandsen-Russischen bijbel
zijn slechts drie exemplaren bekend: een,
berustende in de bibliotheek te
Wolfenbüttel, een, in de Nationale bibliotheek te
Parijs, en een in de Russisch-Grieksche
malkaar. Er rg'dt een tram; er is geen ko
mische onmogelijkheid.
Een ding was er, dat mij meer trof
dan al het vele dat ik zag. Het was niet
de kolk van ingedeukt en gedeeltelijk
opspringend g'zer die een barstend projec
tiel slaat en doet ontstaan in een pant
serplaat, hoewel het mg' leek dat als een
projectiel in water slaat het eendera moet
verwekken. Het waa iets in de Hollandsche
afdeeling, maar dat het er was, was niet een
daad van Hollandsche kracht. Het was geen
inventie. Het was niet iets dat wg alleen
konden vinden, in de door ons zelf zoo ge
waardeerde voortreffelijkheid. Het was geen
Ig'st met etsen waarin een paar vanBarbara
van Houten me trofien. Het was een visch
in een aquarium.
Ik dacht dikwijls dat Dyaselhof niet alles
gaf van wat er aan schoonheid saam te schil
deren is in visscheo. Op een andre plaats, in
een ander artikel, mocht ik hem, dezen schil
der, in woorden prgzen en tekorten
constateeren. Maar ik zag dezen visch dien dag zoo
schoen, dat ik hem nu niet vergeten zal. Het
was een edelkarper, in te weinig water.
Misschien omdat ik zoo de stilte zocht, en
misschien omdat (ik de hel van het geluid
der straten zoo haat, ik zie er de diepe mee
ning van) vond ik dezen visch zoo stil en zoo
pralend; en eerde zoo.'hem, het zich afwen
den naar de achterzij van het aquarium.
Maar nog zie ik het werkelijke bruin van
dezen Gallicischen karper, en nog ben ik ver
wonderd om het gond, bruine goud van
de enkele - schubben van dit zwijgend
waterdier, dat traag was, stil was, en me
meer dan schoon toe lijkt te zgn, in een
natunrlgk afwerende hoogheid.
Te midden der noodeloos-bedryvige volten,
zag ik zijn gouden stille statigheid als wer
kelijke hoogheid.
PLASSCHAEBT.
Japansche tuist.
Een extra-tentoonstellinkje, hoofdzakelijk
van Japansche hontsneden en teekeningen,
geeft me aanleiding weer eens de aandacht te
vestigen op den kunsthandel vanKomterop
het Rok in. Het zal wel zijn, dat de heer
Komt er zelf daarmee een attractie beoogt ran
zgn verzameling, die, wg'l ze nu eenmaal niet
zoozeer uit schildergen bestaat, bg'het
kunstlievend publiek en bg c jllectionneurs, maar
zeer afgepaste waar leering en lauwe belang
stelling ondervindt. Het on sul rere element in
den publieken kunstzin, dat ornament van
beschaving, komt door die exclusieve neiging
duidelgk uit Zoo velen meenen toch nog,
dat een mooi voorwerp ter opluistering van
salons of kamers, tot kostelijke aanvulling
van een verzameling noodwendig een
schilderij moet zgn, het pronk werk in gouden
lij «t.
Waarschijnlijk wijl, volgens de kunst
markt, dit toch altjjd nog het meest
koStbare artikel is. Wat er in verzamelingen als
van Komter en Van Veen op het Damrak
te bewonderen en te genieten valt, ik heb er
vroeger reeds op gewezen. Wanneer ik nu wel
ben ingelicht heeft de laatste, wat mismoedigd
onder zgn jarenlang vruchteloos pogen de
belangstelling te wekken voor Chineesche en
Japansche kunstvoorwerpen, zgn verzameling
grootendeelr opgedoekt: 'Nu is de wat schuwe
houding van kunstminnaars tegenover deze
kunstsoort wel eenigssins te begrgpen om
de onzekere waarborgen voor de echtheid,
de moeielgkheid om in deze ons vreemde ge
tuigenissen van het schoone, kaf van koren,
of het echte van het onechte te onder
scheiden. Te rechtvaardigen echter niet, want
het mondaine karakter ran de kunstzinnig
heid komt daarbij toch voluit in 'c licht: hèt
waardevolle van een' kunst ? oor werp wil
nadrukkelijk ook begrepen zgn, zoo niet
allereerst, ale een fonds van vaste, en liefst
klimmende, geldswaardigheid.
En daarmee wordt de kunstzin van een
wel wat twijfelachtige rechtgeaardheid de
eenvoudige redeneering, langs alle overwe
gingen van risico, zou toch besluiten, dat,
die door kunstzin gedreven wordt (en een
goede porte-monnaie heefc) koopt wat zgn
oog bekoort, terwijl hij bg zgn mooi-vinden
Kapel te 's-Gravenhage. Deze laatste ligt
ter tentoonstelling.
Het zou kunnen zijn, dat dit exemplaar
uit Moscovisih bezit is, want het heeft
behoord aan Mevrouw de "Wed. de Wijs,
geb. Ehee te Groningen vrij zeker,
sedert lang dood die het van haren
schoonvader, welke als compagnon in het
handelshuis Beltgens en Co. te St. Petersburg
woonde, had gekregen. Mevr. de WUB schonk
dezen bijbel in 1831 aan de Kroonpritses,
later koningin Anna Paulowna, gemalin
van koning Willem II en grootmoeder van
koningin Wilhelmina. Anna Paulowna ten
zeerste getroffen door dit geschenk, als
schoone herinnering aan haar grootvader,
gaf het in 1838 een blijvende plaats in de
Russisch Grieksche kapel te 's-Gravenhage,
waar deze bijbel nog berust en thans voor
eenigen tijd aan de tentoonstelling van het
boekwezen is afgestaan.
Deze Hollandsen-Russische bijbel is een
zichtbaar bewijs der pogingen van Czaar
Peter om de drukkunst en het uitgeven van
boeken in Rusland te bevorderen, waarvoor
hij bij Holland, dat in het een zoowel als
het ander den voorrang had, ter schole ging.
In 1700 gaf Czaar Peter aan den
Atnsterdamschen koopman Johan Hendricus
Thesingh, zijn bankier in Nederland, het pri
vilegie tot den invoer in Rusland van
boeken, landkaarten, enz., in de
Nederlandsche en Russische talen afzonderlijk,
en ook in de Nederlandsche met de Rus
sische vertaling er naast.
Na Thesing's dood bleef de Czaar het
drukken in Nederland ten dienste van Rus
land voorstaan. In 1702 zag o. a. hij Hen
drik Donker te Amsterdam, voor rekening
van Czaar Peter en met privilegie van de
Staten-Generaal een werk, het licht van den
Nederlander, Corn.Oruys, vice- admiraal van
's keizers zeemacht, getiteld: Nieuw
Paskaertboek, betreffende de groote rivier Don
of Danais, enz. De plaatsnamen op deze
kaart zijn in het Russisch en Nederlandsen.
In dezen geest verscheen in 1705 bjj
Wetstein te Amsterdam eene bloemlezing uit
de Emblemata van Roemer Visscher, Dan.
Heinsius, J. Zevecote, Jacob Oats,
Zacharias Heins, enz., met bijschriften in 8 talen,
onder welke ook de Russische.
Dat was na het eerste bezoek van Czaar
Peter aan Nederland. Na zijn tweede bleef
niet zoo hardnekkig eenzgdig van smaak
zal zgn.
De waar, die de heer Komter in zgn winkel
heeft, is van zeer verscheiden soort. Men
vindt er etrnskische pullen, Romeineche vaten,
Delfts-, en ander Europees::h aardewerk; doch
zgn hoofdartikel ia Chineesch en Japansch.
Een bondige kenschetsing van Chineesche
en Japancche kunst ligt in de woorden:
kennen en kunnen. De arbeidsvolheid, met
de soms onnaspeurbare technische verwikke
lingen, aanwezig in de gebruiksvoorwerpen,
in het cloisonné, het lak- en brons werk, in
het pottebakkerswerk, boeit aldra de aan
dacht en voert tot genotrgke beschouwing
Zao'n kunstvoorwerp, buiten de esthetische
beteekenis nog, vertegenwoordigt de rgpe
vrucht van zeldzaam dengdelgken en knnstigen
handarbeid. Maar dan gaat het ook blg'ken,
dat die ingespannen en conscientiensen ar
beid een raadselachtig geduldswerk soms
lijkend, geleid werd door den gvergeest
van een kunstenaar, die uit de technische
gaafheid, den glans van het
schoonheidsbeeld in vlekkeloozen staat wilde doen
spiegelen.
Het is werk uit fijn tastende en buitenge
woon vaardige vingers, onder bestiering van
een vernuft, dat steeds zinnende is op ver
rijking en verfijning der eigendommelgke
voordeelen van eenige technische bewerking.
We staan daarmee tegenover allerlei geheimen
van het vak, die niet anders zgn dan de
natnurlgke vindingen van een zich in de
techniek steeds verdiependen geest. Het
kwantum handenarbeid weegt hier gelijk op
met het kunst waardig gehalte; dit is de
schoone verhouding in het wezen dezer kunst,
onderhouden tot in de eenvoudigste gebruiks
voorwerpen. De grenzen tueschen
kunstng veraars en schilders of beeldhouwers, zgn
hier al bezwaarlijk te trekken, als bg de
Italianen van de Renaissance.
Het is de kunst, die het leven van alle
zgden omringt en verrijkt, die verblijdt en
tot behagelgke ontmoeting doet zgn alle
voorwerpen voor het oog, alle
benoodigdheden voor het dagelgksch gebruik. Het is
de kunstuiting, die in bedachtzame en sub
tiele (en uit de kracht van geestelijke ver
vuld hei d vol bar lende) arbeid, redematige
verklaring wil van den mooien schijn der
werkelijkheid, die in spiedende waarneming
de vormen der dingen snel en stellig afteekent,
opteekent in een veerend lynenstel; de
elastische en synthetische teekeoing van den
Japanner heefc het karakter van een kern
spreuk. En uit den overdaad der kleuren
kiest hg met smaakvol en wijs beleid, spreidt
luchtig de tinten op het broze, gedrenkte
papier in groote vlakken, dat de schildering,
de gekleurde houtsnee, verkrg'gt de
verstorvenhéid en kleur van een kostbare stof,
suggestibel maar niet badriegelg'k van
natuurnabootsing, en daarmee in zijn weldadige
rust en decoratieve praal, een aangewezen
versiering wordt voor de wanden onzer zaaiers.
W. STEBNHOFF.
Is rechts honden EU rechts uitwijken logisch!
Wanneer men uitgaat van de veronderstel
ling, dat voorschriften van de autoriteiten
uitgaande, logisch moeten zgn, denkt men
niet na over de vraag hierboven gesteld, en
gehoorzaamt.
Toch is het wel de moeite waard, deze
eens nader onder de oogen te zien.
Bg den dans wordt geleerd iemand steeds
aan hooger hand te laten passeeren, dat wil
zeggen: men houdt zelf link», en laat den
ander aan zgn rechterhand voorbg. Wilde
men vroeger iemand zgn minder vaardigheid
toonen, dan liet men hem links liggen", en
ging stout aan de rechterzijde voorbg. Uit
dit Nederlandsche spreekwoord blijkt ten
duidelijkste, dat het vroeger geen gewoonte
was recht» te honden, maar linki.
In Oostenrgk-Hongarge en Engeland heeft
men deze goede gewoonte behouden, en ook
Belgiëhield er zich tot voor korten tgd aan.
In Pruissen is men door een eigenaardige
proef om lieden geblinddoekt te late a loopen,
naar den aard van die natie
wetenschappeIgk-proefondervindelgk, tot het tegenover
gestelde systeem gekomen. 8ak«en. dat lang
met Oostenrijk in alles meeging, heeft
eveniiimnmmiiiiinm
hütot intellectueel heil zijner onderdanen
het maken van vertalingen uit het Neder
landsen in het Russisch bevorderen, o. a.
eene overzetting der werken over vesting
bouw door Menno van Coehoorn, reken
kundige werken van Yan Dam, de ver
maarde Sluis- en Molen boeken ook
ter tentoonstelling aanwezig de samen
spraken van Erasmus en van den Pictus
Orbis. Czaar Peter ging verder. Hüvatte
het plan op voor een Standaard-werk.
Dit zon zijn eene uitgave van een Neder
lands- Slavischen bijbel, in verschillende
formaten, aan de eene zijde het Nederlandsen
van den Staten-bijbel, aan de aandere
zijde de Russische tekst. Voorts weuschte
hüde bepaling te maken, dat ieder Rus,
het zij oud of jong, die een huwelijk aan
ging, verplicht zou zijn zich zulk een bijbel
aan te shaffen.
Het voornemen werd daad. Den
Nederlandsohen tekst liet de Czaar in Neder
land drukken om op het opengelaten
wit de Slavische tekst te doen printen.
Daarvoor bestelde hij bij de vermaarde
lettergieters Clerk en Yoskens te Amsterdam
zulk een groote menigte Slavische
letterteekens dat de drukvorm van den geheelen
bijbel kon blijven staan. Deze letters werden
naar Petersburg opgezonden.
De bibliothecaris der Gentsche bibliotheek
heeft intertijd een zeer uitvoerig onderzoek
naar deze bijbels ingesteld.
Ofschoon zegt hüde beide ge
deelten van deze bybeluitgave tot de zeld
zame boeken behooren, komen toch de twee
deelen, inhoudende het Nieuwe Testament,
meer voor dan de vier deelen, waaruit het
Oude Testament bestaat." Dit zijn de
exemplaren zonder de Slavische vertaling,
daar die van het Oude Testament nooit
werd gedrukt, en er van het Nieuwe
Testament slechts drie exemplaren bekend
zijn hier bovengenoemd waarvan
echter niet n compleet, waarin die ver
taling voorkomt.
De Slavische tekst in den Holl.-Russischen
bijbel is niet eene overzetting van dien uit
den Staten-bijbel, maar de oorspronkelijk
Slavische. De druk van den Russigchen tekst
naast den Hollandschen vond niet plaats
in Holland, maar te St. Petersburg in de
drukkerij van het klooster Sint
AlexanderNewski.
Canalejas, de ministerpresident van Spanje,
die in strijd is gewikkeld met het Vaticaao.
iiiiiiiiiiiiiiiiliiiimiiiiiitfiiiiiimiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiMiMHmiMHiiiii
als het overige Doitichland de Prnissiache
methode van rechts honden overgenomen.
En merkwaardiger wjjze zyn ook Frankrgk
en Nederland daartoe verdwaald.
Men heeft bg dit nienwe voorschrift eene
hoofdzaak geheel uit het oog verloren.
Waar de «c/ifcrhand domineert, correspon
deert daarmee het linker been. Daarom moet
bij alles, waarmede de onderledematen te
doen hebben, wat links ie, den toon aangeven.
Bg marcheeren heet bet dan ook steeds
links rechts". Bg het schermen en vechten
zal men steeds linke honden, om zgn rech
terhand ter verdediging te hebben. Bg het
passeeren volgens de methode van links hon
den blijft de rechterhand vrg en naar de
zijde van de voorbij gaanden gekeerd, zoodat
men elkaar in 't voorbijgaan een gernimen
tgd de rechterhand kan reiken. Wapendra
gers zullen bg eenig gedrang nooit met de
wapenen tegen elkaar stooten. Er is slechts
n ding voor het rechts houden aan te voeren,
en wel dit: gaat men met dames aan zyne
rechterzijde, dan kunnen die beter het trot
toir honden. Maar dit motief is achteraf be
dacht; heeft geen invloed uitgeoefend.
Bg een rondgang, b.v. met de kaarten,
wordt gewoonlijk de regel gevolgd met de
zon" d.w.z. men gaat eerst links en houdt
dan steeds vecht* aan.
Indien men in Lsipzig van de
Wiesenstrasse in het Joharmapark treedt, vindt men
er een bord, waarop de aanwijzing staat:
Rechts herum fahren". Hieronder verstaat
men gewoonlijk de beweging met de zon of
van den koffiemolen, maar de bedoeling ran
de autoriteit was de omgekeerde, en daarom
heefc men er een pg'l naar rechts bij gezet,
dus eigenlg'k gemeend Links herum fahren".
Toch hebben de Dnitachers zich door deze
averechtsche voorschriften van hoogerhand
nooit van de wijs laten brengen bg het
nommeren de huizen. Daar zal men steeds de
oneven nommere, van No. l af, aan zgn lin
kerhand vinden.
Hier in Nederland is men er door op een
dwaalspoor gekomen, en, zooals ik opgemerkt
heb, heeft men in den Haag, Leiden en Gro
ningen de huizen precies verkeerdgenommerd.
Zooals ik onlangs in een Engelse h blad
las, wil men daar zelfs ook ai den verkeer
den kant op.
Late men toch niet deor dwaze voorschrif
ten niet van de goede oude gewoonte af bren
gen en keere algemeen terug tot het eenig
juiste voorschrift: In alle gevallen steeds
links honden en links uitwijken, dan leert
men het publiek beleefdheid, en kan er nooit
verwarring ontstaan.
G. L. H. D.
Om een reden te hebben, dat er van de
HolI.-Russische bijbel slechts enkele exem
plaren over zijn, heeft men beweerd dat
het schip met hetwelk deze bijbels naar
Petersburg verzonden werden, zou z\jn
vergaan en dat onder de geredde voorwer
pen ook deze weinige bijbels waren.
Waarschijnlijker en vrij zeker is, dat de
Russische Geestelijkheid het verspreiden
der bijbels heeft tegengehouden, omdat zij
beducht was voor ongewenschten invloed.
De Nederlaadsche tekst bestaat als
gezegd uit de Statenvertaling. Deze
nu wijkt af van de er naast geplaatste
Slavische, opzettelijk bewerkt voor da
orthodoxe kerk. De Russische geestelijk
heid koesterde argwaan omdat zij wist
dat Czaar Peter de Russische-GriekBOhe
kerk gaarne wen echte te verbinden met
de Nederlandsohe. In 1706 had de Czaar
toch gepoogd overeenstemming te brengen
tusschen de Russisch-Grieksche en Nederl.
Herv. kerk. Deze poging was mislukt en nu
vreesde de geestelijkheid dat de Holl.- Rus».
bijbeluitgave het pogen zou doen slagen. De
omstandigheden hielpen de geestelijkheid.
Toen ook dit O. Testament in het Hollandsch
aankwam, waar tegenover de Slavische tekst
gedrukt zou worden, was de Czaar in oorlog
met Perzië. De geestelijkheid liet het drukken
achterwege en de exemplaren bij die van
het reeds gereed zijnde Nieuwe Testament
brengen. Daar werden zij door vocht als
anderszins vernield. De kort er op gevolgde
dood van den Czaar in 1725, deed de geheele
bijbeluitgaaf vergeten. De Russische geeste
lijkheid had vrij spel; ongestraft kon zij alle
exemplaren van den voor de Russen be
stemden bijbel vernietigen. Slechts enkele
exemplaren, de tot nog toe bekende drie,
werden behouden.
Deze lezing, vóór ongeveer een halve
eeuw door den bekwamen Gentschen biblo
thecaris Th. J. Arnold gegeven, is de meest
aannemelijke.
De stempels der letters, waarmede de
Slavische tekst van den Holl.-Russischen
bijbel gedrukt is, kwamen volgens wijlen
mr. J. Enschedéte Haarlem in 1780
voor in den catalogus der lettergieterij der
firma ClerJ£; en Yoskens te Amsterdam. Zij
werden gekocht door eenen Mappa, die ze
naar Noord-Amerika zond.
v. J. H. RÖSSING.