Historisch Archief 1877-1940
1730
DE AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
recLa.crbL<
Bit nummer torat een bijvoegsel.
. DP. L. WTBSSXlsrGK
Uitgeven: VAN HOLKEMA ft WARENDORF, Keiserigraoht 333, Amsterdam.
Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt venekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staattblad No. 134).
p* 3 maanden f 1.50, fr. p. post / 1.65
*«r UU f* jaar, bjj vooruitbetaling . mail . 10.
Nummert »an de Kiosken Tefkrjfebtar 0.121/»
Zondag 21 Augustus
Advertentiën TUI 1?5 regels ? 1.25, elke regel meer. .
Advertentiën op de finantieele- en kunstpagina per regel
Reclames per regel
. O30
.040
PREMIE
voor de abonnés van
Be Amsterdammer,
Wij stellen onze abonnés in de
gelegenheid zich de geregelde
ontvangst van het Kort
vervlag der vergaderingen
van de Tweede Kamer
franco aan huis te verzekeren
voor den prijs van 95 cents voor
een, geheel zittingsjaar. Zooals
men weet is de abonnementsprijs
anders ? 1.?. Wie van deze Pre
mie wenscht gebruik te maken,
gelieve dit bedrag per postwissel,
vermeldende zjjn nauwkeurig
adres, aan ons op te zenden.
B/rectie van de Amsterdammer,
Weekblad voor Nederland.
XMIUiflIMIIII
INHOUD:
VAN VERRE EN VAN NABIJ: Een hul p
TOOI onze regeering I SOC. AANGELEGEN
HEDEN : De zoogenaamde Katholfeke Sociale
Actie in Nederland in haar 81 rij d tegen het
Katholieke ge l oef, IV, door Peregrinns.
Kinder-politie, door A. J. Ort Jr.
FEUILtETTON: De behaarde hand. I Jslandseh verhaal,
T«rt. van E. Wegelin. - KUNST EN
LETTEXEN: Muziekbeoordeelingen, III, door Ant.
Aveikamp. J. S. Spejjer, De Indische
Theoaopbie en hare beteekenis voor onp, beoor
deeld door prcf. dr. H. Kern. Hofatad, door
Joh. Broedele*, beoordeeld door J. Everte.
Uit de Oade Doos, door C. Belichten.
VKOUWENSTJBBIEK: Nog niet geijkte
Vrouwenberoepen, II, door Anna Polak.
INGEZON DEN.?ALLERLEI, door Allegra.
WETESSCH. VARIA: Cinematogr. opnamen
faa insecten, met af bi, door dr. P. van Olat.
De Brand te Brussel, met afh. door v. d. E.
Een brief van Florence Nightingale, met por
toet, door ds. L H. Boeke. De
Vliegproeveo van Clement van Maasdijk, met portret,
door Torn Schilperoort. Tentoonstelling
Boltema, door W. Steenhoff. Japansche
Kunst, Rectificatie, door W. S. Portret van
?koning Nikita. Klacht van den Souffleur,
Monoloog, door Michel Mok. Af b. van den
Viiegwedêtryd in Noord-Oost Frankrijk.
ALLERLEI. FINANCIEELE EN
OECOKOMISCHE KRONIEK, door V. d. M. en
V. d. 8. Een gemeentelijk armhuis, door
H. 8 piek man. SCHAAKSPEL.
DAMEUBBJEK. ADVERTENTIEN.
l llllllllllllllllliiill muil UMI
Een hulp voor onze regeering!
Duitschers wonen er, gelijk bekend is,
tienduizeaden in ons land. Daar zij bij
ons goede burgers worden, en zelfs voor een
niet onbelangrijk deel rerhollandschen,
en er sympathie bestaat over en weer
tnsfichen die energieke verre neven"
en ons, hun nieuwe landgenootei, hoort
men nooit of nimmer vaneenige wrijving
tusschen de twee (verwante) elementen.
De Duitschers voelen zich bij ons dan ook
heel goed thuis. Zij weten, dat wij hun
Hei ma t mooi vinden, en voor hun in
beteekenis groeiende Natie bewondering
Toelen. Met wat in Holland gezegd
wordt over hun Keizer of over hun
jonkers en Leut'nants" kunnen zij,
voorzoover ze esprit" hebben, instem
men. En dat wij niet wenschen te
worden opgeslokt, en ons bij voorbaat
verweren, begrijpen zij en zullen zij
zonder twijfel waardeeren.
Maar omdat dit alles waar is, is het
jammer, dat het eenige (ons bekende)
Doitsch-Nederlandache orgaan, in Neder
land verschijnend, de Deutsche
Wochenxeitung für die Niederlande und Belgien",
een redactie heeft zoo weinig voor haar
taak berekend als nu en dan blijken
moet. Het is nl. eene redactie, die niet
voldoende, en niet het voornaamste, vindt
dat wij, Nederlanders, het Duitsche VOLK
icspecteeren, in alle zijne groote
qualiteiten, maar onze onderdanige liefde
wenscht voor het Duitsche KÉGIME ...
Eene redactie, die vlijtig toeziet of de
Nederlandsche persorganen (er zijn er
helaas zoo) met voldoenden eerbied om
den Keizer heen kwispel staarten en voor
zichtig" genoeg over Duitsche diploma
tieke bedoelingen (ook de slechtste!) zich
uitlaten... Een redactie, die kortom
vooitdurend DUITSCHE POLITIEK drijft
Mtr in ons eigen land!
Zoo nu weer naar aanleiding van ons
artikel over de veertig millioen voor
kustverdediging.
Wij zeiden in dat artikel, dat ons volk
gaarne de lasten zou dragen, noodig ter
verdediging van zijn onafhankelijkheid,
en dat wij-voor-ons bereid zouden
zijn een uitgave van veertig millioen goed
te keuren, maar dat wij dit niet kunnen
doen zoolang tegenover Frankrijk en
Engeland zelfs iedere beleefdheid achter
wege blijft en elke nieuwe daad onzer
regeering een daad van Duiteche be
voorrechting schijnen moet. Zooals het
er nu mee staat, zeiden wij, moet ieder
aannemen, dat wij onze kusten dekken
niet voor onszelf, maar voor den Keizer.
Wat is de taak van een redacteur
eener Deutsche Wochenzeitung für die
Niederlande" tegenover djrgelijke woor
den <n een Nederlandsen blad? In geen
geval dunkt ons: met bombarie den
advocaat te spelen van de Nederlandsche
regeering. Primo niet: omdat het in 't
algemeen ongepast is zich als vreemdeling
met hartstocht te mengen in nationale
quaesties van een ander volk, als men
bjj dat volk vertoevend tot landgenooten
van dat volk zich wendt. En secundo
niet: omdat het van slechten smaak ge
tuigt partij te kiezen in een dispuut, ten
opzichte waarvan men nu eenmaal niet
zoo belangeloos staat als de
disputeerenden.
De redacteur nu van een Duitsch vlug
schrift in Nederland, indien hij werkelijk
tot doel had (wat hij voorgeeft te hebben)
de vriendschappelijke relaties te versterken
tusschen Duitschers en Hollanders, de
waardeering te vergrooten voor elkanders
goede hoedanigheden, een spoorslag te
geven voor vermeerdering van handels
betrekkingen,?indien hjj, zeggen wij,dit
tot doel had (en niet, gelijk reeds te
duidelijk bleek, Duitsche en wel
ALDuitsche politiek te voeren in Nederland),
zulk een redacteur zou er niet aan denken
over de 40 millioenen-quaestie iets anders
te berde te brengen dan objectieve
mededeelingen : en dan nog spaarzaam.
Maar men moet dezen heer hooren.
Das deutschfeindliche Weekblad voor
Nederland glaubt wieder einmaal eine
prachtige Gelegenheit gefunden zuhaben,
gegen Deutschland scharf zu machen..."
In de eerste plaats dachten wij niet
aan Duitsehland maar aan Nederland.
In de tweede plaats zijn wij niet
deutschfeindlich, maar alleen al-deutscbfeindlich.
Maar het was nog maar het begin. De
man vervolgt: Der innige Hass, der den
Schleuderer dieses Bannstrahls gegen
Deutschland beseelt,..." welk een roman
tiek toch in zulk een eenvoudigen
redacteur! ist jedenfalls die Ursache
davon, dass ihm der Verstand
durchgegangen ist."
Na welke prettige mededeeling onze
vriend te kennen geeft:
A., dat Engelsche admiralen dikwerf
genoeg hebben gewaarschuwd in tijd
van oorlog op de regels van het volken
recht geen acht te zullen slaan.
B., dat dus (dat dus" is noodig!) een
inval van Engelsche legerscharen ge
makkelijk te denken zou zijn,
legerscharen die zich binnen onze waterlinie
zonden nestelen.
C., dat dit hoogst onaangenaam mocht
worden voor ons Nederlanders (en voor
die Deutsche Wochenzeitung!)
Nu laten wij den onzin daar van dit
betoog, dat de Engelschen voor waarlijk
al te kwiek houdt immers voor kwie
ker dan de Duitschers zelf, die zich deze
kaas niet van hun brood zouden laten
eten! en eerder te land de waterlinie
zouden weten te bereiken, gesteld dat
de Engelschen er aan dachten, dan de
per vrachtbooten aangevoerde Tommies
wij willen nu alleen vragen: hoe vindt
men den Duitscher die al te naïef!
ons de kustverdediging voorpreekt?! Is
hij niet als een slimme" eerste ver
koopster, die het sterke en elegante
korset aanprijst op een wijze, als of zij
aan het belang van mevrouw alleen dacht
en de winste haar koud liet ?
Kom! De man heeft ons artikel
trouwens niet eens goed gelezen. Anders
had hij kunnen zien : dat wij principieel
tegen kust- en andere verdediging niet
gekant zijn! Dat wij slechts betoogden:
't Is een Duitsche kustverdediging,
en betreurbaar is het, dat wij alles doen
met het oog naar den Ooster kolos.
Het drijven van de Deutsche Wochen
zeitung is een bewijs te meer.... dat deze
kustverdediging een Duitsch zaakje is!
Dit Duitsche heibeUje is een teeken
te meer, dat wij het bij het rechte eind
hadden.
*.*
Om vroolijk te eindigen drukken wij
hier het slot af van het geweldige artikel,
dat de Deutsche Wochenzeitung bevatte:
Eine Nichtbefestigang der Kuste ware
nnn vielleicht die Freundechaftatat, die
der Verfasser des vorstehenden Artikels
gegeiüber England und Frankreich
?HÜnscht (! Red.) Diese beiden Staaten
köunen aber auch mit Recht Ansprnch auf
die Dankbarkeit der Niederlande erheben.
Denn ereterer bat den Niederlandern
einen T t-il ifcrer Koloniën entstohlen
und letzterer batte sich berhaupt das'
ganze Land zngeeignet. (Jawel l Red.)
Niederland lü-itet sich bereits zur
Sakularfeier seiner Unabbangigkeit, die
zum giöBsten Teil dem preussigchen
General von Fü'ow und preuseiechen
Trappen zu verdanken iat, welche die
Franzosen zum Lande hinauswarfen. Wïr
echlagen dem Schiiftleiter des Week
blad" vor, gelegentlich dieser Feier den
Preussen geine Verachtung ber diese
scbandliche Tat in noch dentlicher
Weise wie diesmal anszudiücken und
sich penönlich mit gleicbgesinnten
Seelen nach Paris zu begeben, urn der
Grande tfation" den Dank der
NiederJander für die Segnungen der franz
sischen Regierucgsperiode und für die
Hebung der nalionalen Kultur
abzustatten.
Welk een rommelig hoofd! Welkeen
talent voor de geschiedkundige romantiek!
Maar het is jammer, dat dit talent niet
aan iets anders besteed wordt, dan aan
de versterking der goede betrekkingen"
tusschen Duitschers in Holland en hun
hen achtende landgenooten. De eenige
troost is, dat die Duitschers te verstandig
zijn om het malle, te
doorzichtig-propagandistische krantje ernstig te nemen.
Sociafo aana&fóa&nficb&n.
(Ingezonden.)
De zoogenaamde Katholieke Sociale
Actie in Nederland in haar strijd tegen
het Katholieke geloof.
IV. De verlamming der actie.
Zaken van pplitieken en economischen
aard liggen buiten de zuiver geestelijke
bevoegdheid, aldus leert Pius X uitdruk
kelijk in de II fermo.
Zaken van tijdelijken aard zijn niet het
voorwerp des geloofs, dan voor zooverre
zij betrekking hebben op eene eeuwige
waarheid, aldus Sint Thomas (2.2. IV 6.)
Door Kuyper's antithese, -werd het tijde
lijke: de politiek zoowel als de economie
tot een voorwerp des geloofs gemaakt en
deze dwaling werd door de mannen der
Katholieke Sociale Actie in Nederland zoo
gretig verspreid, dat men veilig kan zeggen,
dat de eerste 1out der Sociale Actie in
Nederland is, dat zij in dit grondbeginsel
niet katholiek, maar kalvinistisch i*.
Eene eeuwige waarheid der rede zoowel
als van de Katholieke zedeleer en een punt
des geloofs is het evenwel, dat alle winst
ter wille van het geleende geld
woekerachtig is 1). Dit is het hoofdbeginsel der
Katholieke leer op sociaal gebied. Maar
terwijl men nu er naar streefde om b.v. de
yakvereenigingen ten onrechte onder de
jurisdictie der bisschoppen te brengen, werd
dit Katholiek Sociaal grondbeginsel over
boord geworpen en de zoogenaamde K. S.
Actie week zelfs zoover af, dat zij het
kweeken van geld met geld, eene misdaad
tegen de natuur volgens de Katholieke leer,
ah de sociale deugd bij uitnemendheid ging
aanprijzen door alom het oprichten van
allerlei spaarbanken aan te moedigen en
daardoor het bewijs te leveren, dat zij niet
sociaal, maar kapitalistisch is. Immers de
gronddwaling der kapitalistische ketterij is
de leer, dat geld verhuurbaar kapitaal is.
Van eene vereeniging, die zich katholiek
noemt en toch van valsche beginselen uit
gaat, die zich sociaal noemt en toch het
kapitalistisch grondbeginsel als deugd aan
prijst, moet het ons niet verwonderen, dat
zij actie heet en toch feitelijk slechts eene
verlamming der werkelijke sociale actie
onder de Katholieken in Nederland te weeg
bracht.
Na het verschijnen der Berum Novarum,
ontstond langzaam, maar toch met eene
zekere kracht een sociale beweging onder
de katholieken van Nederland, die de beste
hoop voor de toekomst gaf. Tegenover
de vastgeroeste conservatieve begrippen
ontstond eene werkelijk demokratische
strooming, voortvloeiende uit de katholieke
begjnselen, maar na de oprichting der Kath.
Soc. Actie werd die strooming aanmerkelijk
zwakker en kregen wij allengs eene een
heid van demokratische phrazen, burgerlijke
ideeën en deftige daden en candidaten, ter
wijl slechts langzamerhand onder het volk
het bewustzijn levendig wordt, dat al dat
sociale gedoe, waarvan Leiden het middel
punt is, geen andere strekking heeft, dan
om onder de katholieken van Nederland
eene kunstmatige schijneenheid op politiek
en economisch gebied in stand te houden.
Tot heden toe is men in dit opzicht vrij
goed geslaagd. Menschen, die binnenskamers
1) Zie Geen Schoolspaarbanken", uitgever
Knijpers Mechelen, Gendringen, en K. Soc.
Weetbl., 2de Jaarg. No. 24.
zeggen, dat hun het sociale gedoe al lang
verveelt, kloppen zich de handen wond op
de vergaderingen der Actie en de werk
man kiest_ vaak mee mannen, wier conser
vatieve ziel zich tevergeefs onder het
demokratisch phrazenpak tracht te ver
schuilen.
Maar dat de werkelijke actie er niet op
vooruit gaat, begint men te begrijpen.
Toen voor eenige jaren ook door den
steun der R. K. werkliedenvereenigingen
zich eene nationale vakorganisatie begon te
ontwikkelen, was het vooral van Leiden uit,
dat pogingen werden en nog worden aan
gewend om haar dood te drukken door het
beroep op eenen niet bestaanden
gehoorzaamheidsplicht. En toen de kerkelijke
vakvereenigingen onder bisschoppelijke leiding
geboren waren, met een bult op den lug,
trachtte men wederom haar uit de Leidsche
flesch, tevergeefs met de Milch der fromrnen
Denkart" op te kweeken tot krachtige
bonden.
Ook in onzen christelijken Boerenbond
werd gedurende de laatste jaren de
sociaalagrarische idee verzwakt ten koste van een
kapitalistisch streven om zaken te doen.
En dat b.v. in de hypotheekbankkwestie de
gezonde ideeën van pater van der Eisen
niet begrepen werden, was voor het grootste
gedeelte toe te schrijven aan de Leidsche
phrazen, waardoor zoo velen waren in de
war gebracht.
Het woord van Leo spoorde alom de
katholieke geesten tot terugkeer tot de leer
der ouden aan. In Oostenrijk had van
Vogelzang reeds te voren zijn stem doen
weerklinken en even krachtig als hij tot
het handhaven der onveranderlijke begin
selen der katholieke leer aanspoorde eren
fier sprak hij het uit, dat h\j wel altijd
katholisch", meer niet altijd klerikaal
wenschte te zijn. Dan na het woord van
Leo stonden van alle zijden de ver
dedigers der Katholieke leer op. "Weisz,
Toniolo, Mercier. Mannen, met wier namen
de Kath. Soc. Actie parade pleegt te maken,
terwijl men juist de ideeën der theologen,
welke van de leer der kerk in de negen
tiende eeuw afweken (Meijer, Pesch,Cathrein,
Antoine) ging volgen.
't Is werkelyk wonderlijk, hoe de Kath.
Soc. Actie in Nederland, dit spel zoo lang
heeft volgehouden.
Vooreerst lag dit aan eene zekere afkeer
van alle polemiek onder een gedeelte
van ons lezend publiek, 't Is vroeger
zoo vaak gebeurd, dat er in onze pers
gescholden werd over dingen, waarvan
men over en weer niet de minste studie
had gemaakt, 't Idee van mr. Aalberse
om alle polemiek in zijn weekblad uit te
sluiten vond bijval, en zoo werd hij
koning in het rijk der phrazen. Maar het
vuur der waarheid kwam niet te voorschijn,
daar de botsing der meeningen onmogelijk
?was gemaakt.
Nadat zich kort daarna Mr. Aalberse tot
groot-censor en groot-inquisiteur der
futurauitgaren had verheven, werd de eenzijdig
heid nog grooter, maar zij bereikte haar
toppunt, toen hij in de sociale weken
het scheppingswerk ging overtreffen door
met zijn hofstoet in zes dagen tijd niet een
enkel menschenpaar maar honderden vol
maakte sociologen in 't aanschijn te roepen
naar zijn eigen beeld en gelijkenis.
Hiermede was de zegepraal der phrase
over alle diepere studie voltooid alsmede
over alle krachtdadige actie, welke in de
studie van gezonde en goed begrepen be
ginselen behoort te wortelen.
PEREGRINUS.
(M. J. O. Knijpen).
MeMiolitie,
Boefje", het bekende Boefje", heeft
vooral in onze groote steden een heele me
nigte verwanten; velen zyn daaronder hem
gel\jk, maar en gelukkig, vormen dezen de
meerderheid- ook zijn er minder pathologisch
dan hij. Zij zijn, of liever hunne
onmaatschappelijkheid is het product of het gedurig
prodnct van twee of meer factoren: aanleg,
slechte of onverstandige leiding, lief de! oog
heid of verwaarloozingderopvoeders,«rmoede,
slechte woningtoestanden, verleiding der om
geving, verleiding door kameraadjes. _ De
bestryding dier oorzaken van jeugdige crimi
naliteit is juist daarom van zooveel gewicht,
omdat nooit n enkele op zichzelf voldoende
is om een kind tot misdadiger te stempelen
en het wegnemen van n dus zeer dik wij 11
den invloed van enkele andere zonder scha
delijke, soms zelfs met muttige gevolgen doet
verloopen.
Geven onze Kinderwetten bij
verwaarloozing door de natuurlijke opvoeders ot
hunne onmacht door den aanleg van hnn
kind een uitweg door ontheffing of ontzetting,
waardoor opvoeding in een geschikter om
geving, desnoods dwangopvoeding wordt
mogelijk gemaakt, verder strekt haar preven
tieve werking niet. Hierdoor blijft nog een
ruim arbeidsveld open en ie aandacht op
n deel hiervan te vestigen is de bedoeling
van deze regels. De verleiding der omge
ving en die door kameraadjes zijn niet goed te
scheiden: waar de eerste sterk is, wordt van
zelf een groot aantal kinderen er de dupe
van en deze oefenen dan op een andere
categorie een invloed uit, die gevaarlijker is
dan de eerste. Vooral in onze groote steden
kan de omgeving zooveel verzoekingen bie
den, dat er maar weinig behoeft bij te komen
om een gewonen jongen te doen struikelen:
opkooperjjen, pandjeshuizen, snoepneringen
met gelegenheid tot in bewaring geven van
geld en tot 't maken van schulden,
loomjjswagentjes, fietsenverhunrplaatsen,
onafgesliten handelsterreinen, abattoirs, losplaatsen
en markten, slecht geplaatste en onvoldoend
afgesloten mnntgasmeters wat geeft een
jongen om een zegel" ??dat alles en veel
meer maakt slachtoffers. Alle verzoeking weg
nemen zou onbereikbaar en ook niet aan
te bevelen zijn, maar zeker is het niettemin,
dat tegen het onbeteugeld voortwoekeren
van vele dezer maatschappelijke kwalen, de
jeugd moet beschermd worden, daar anders
een toestand geboren wordt, zooals die hier
en daar reeds bestaat en waarbij het b.v. kan
voorkomen, dat een jongen 300 en meer
keeren steelt zonder gevetbaliaeerd te sjjn,
of dat in zekere wijken bedelen, snoepen,
bierdrinken, dobbelen, kaarten, inbreken en
stelen, katten en duiven stroopen, algemeen
door 15 d 16 jarigen worden beoefend. Dan
helpen geen gewone miidelen meer: komt
een jongen, die 4, 5 of meer jaren gestadig
zedelijk is achteruit gegaan, eindelijk in aan
raking met den strafrechter, dan kan er in
zijn bestaan worden ingegrepen, 't is waar,
maar hoe weinig effect heeft dan een
tnchtechoolstraf, hoe gering worden dan maar al
te vaak en vooral bij de ouderen, de kaneen
van slagen der d wangopvoeding l Nog; treu
riger is het, dat velen er tot bun 17e, 18e
jaar of tot ze nog ouder zijn, doorrollen, ze
hebben een lui leven achter den rug: ruw
werk, dat goed geld opbrengt als de haring
vangst of bootwerk hebben ze soms periodiek
waargenomen, maar meestal liepen ze leeg
en leefden van straat- en anderen diefstal.
Bij onze tegenwoordige strafmiddelen zijn
zij zoo goed als verloren te beschouwen.
Te zorgen dat het niet zoover komt, is
een eisch van goede politie. Ontegenzeglijk
een zware eisch: en 'C behoeft wel geen be
toog, dat, wordt bij naar behooren vervnld,
daarmee niet alleen veel kicder- en
onderleed kan worden voorkomen, maar ook de
maatschappij ten zeerste wordt gebaat. Daar
om en omdat deze politie zeer bizondere
eischen aan hare vertegenwoordigers zal stel
len, is het niet te veel verlangd, als we
wenschen dat ze in onze groote steden een geheel
op zich zelf staande en uitsluitend onder
de kinderen werkende organisatie zal vormen.
Wanneer in iedere sectie of af deeling een
vyftal van deze agenten- een andere naam
was zeker beter een halfjaar zon gearbeid
hebben, zouden ze de meeste rakkers uit hun
wijk al wel van raam en woonplaats kennen:
daarmee was al veel gewonnen, want al
beteekeot een gewone politie-agent n iel veel
in menig jongensoog, voor n, die je vader
weet te wonen", heeft de bengel in den regel
meer ontzag. Meer nog dan ze door eigen
waarneming zouden te weten komen, hooren
deze steeds ia burger gekleede beambten van
onderwijzers e.t>. ook zonder dat ze tot het
altijd verkeerde uithooren hun toevlucht
moeten nemen. Niet dan in gevallen van
hooge noodzakelijkheid nemen ze een kind
mee naar het bureau: wel lichten ze steeds
de ouders in en trachten met ben tot
samerwerking te komen, terwijl in een centraal
register al hunne bemoeiingen met de kin
deren en de ouders worden vastgelegd.
Lang behoeft het niet te duren, of zy kennen
van hun klantjes de gewoonten, hnn huise
lijke omgeving, kameraadjes enz. en zijn reeds
daardoor in de gunstigste omstandigheid om
ze juist te beoordeeiep. Door hun neer varing
zal oordeelkundig kunnen worden opgetreden
tegen houders van snoepneringen,
pandjeshuizen e.d. en zij zijn de aangewezen
menschen om het vele tijdroovende en voor leeken
uiterst moeilijke recherchewerk voor voogdij
raden enz. te verrichten.
Is dit deel van 't werk der kinderpolitie
reeds door betrekkelijk middelmatige krach
ten te verrichten, stelt men de eischen wat
hooger door te verlangen: menschen met
liefde voor dit soort werk, kijk op een kin
derkarakter en tact om met lastige natnren
om te gaan, dan zal ook ongetwijfeld meer
bereikt worden; de bekende fluweelen hand
schoen om de ijzeren hand doet vooral tegen
over jongens soms wonderen. Een betrek
kelijk grooter mate van zelfstandigheid en
vrijheid in zijn optreden kan men aan het
hier bedoelde meer ontwikkelde personeel
toestaan, wat aan dit werk slechts ten goede
kan komen, terwijl de dagelijksche rappor
ten den leider?hij zij een bekwaam pedagoog,
maar in ieder geval man van de practijk"
gelegenheid kunnen verschaffen tot bespre
kingen, die den beambten stof tot nadenken
geven, en hen tot betere vervulling hunner
Echoone taak in staat stellen.
Op tijden en bij gelegenheden, die zulks
noodig maken, centraliseeren züzich op
verzoekingrijke plaatsen als de markten en
kunnen op die leerscholen voor jeugdige diefjes
door hun optreden veelkwaad voorkomen. Aan
de bedelarij en vagabondage door kinderen
schenken zij de noodige aandacht en't inatitunt
geeft den voogdijraden kennis van die ge val
len, waarbij de tuss :henkomst van deia
lichamen gewenecht schjjnt.
Enkele vrouwelijke beambten zullen zeker
niet gemist kunnen worden, daar tegenover
het meisje, en speciaal tegenover het tot
misdaad neigende meisje, door den man zeer
moeilijk de geschikte toon wordt aangeslagen,
en hoe goed ook bedoeld, zijne bemoeiingen
soms zelfs niet-gewenschte gevolgen hebben.
Het centrale register kan uitnemende
dieneten bewijzen bij de beoordeeling der
wenschelijkheid om van een gebleken overtreding
of misdrijf proces-verbaal al of niet op te
maken. De tegenwoordig nog maar al te vaak
gehoorde enormiteit, op verzoek van den
benadeelde is geen procesverbaal opgemaakt"
zal daardoor wel mede uit de wereld worden
geholpen, en men zal inzien, dat sedert de