De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1910 16 oktober pagina 7

16 oktober 1910 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

So. 1738 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Dragers van beroemde namen, eens sieraden van de Berlynsche Universiteit. Prof. von Liazt, hoogleeraar in het Strafrecht. der vaderlandsche wetenschap te maken; niet voornamelijk tot het geven van bepaalde, voor stndentem noodzakelijke colleges, nock ook alleen ter vervulling van bestaande va catures, maar in 't algemeen om den glans der Universiteit te verhoogen, worden uit alle deelen van het ryk de beroemste geleerden aangeworven. Eenzelfde tijdvak behandelen somsEdnard Meyer en Hans Delbiück; staat huishoudkunde leeren zoowel Schmoller als Wagner; naast Harnack is Deiesmann ge roepen. En er is veel dat hen lokt; een vaste bezoldiging, zoo heeft men mij althans gezegd, bestaat niet ?, voor ieder geval wordt zij zoo hoog gesteld als mogelijk is, en noodig om den begeerden man te winnen. Daar boven dien den professor zelf de collegegel den zyner studenten geheel of gedeeltelijk ten goede komen, werkt het vooruitzicht van een groot gehoor niet al leen voor de eerzucht als prikkel. Tenslotte zyn er ook gewichtige onstoffelijke voordeelen die de aantrek kingskracht van Ber lijn versterken: door de geweldige diflerentieering van iedere wetenschap wordt het steeds moeilijker het geheel van een vak te overzien zonder den steun van wat men mag noemen de tech nisch-wetenschappelijke hulpmiddelen, die volledig alleen in de groote steden te vinden 2$c. Ik denk bier niet aan het voor medici onontbeerlijke materiaal der groots zieken huizen; ook in de niet-experimenteele weten schappen zjjn zij onontbeerlijk; wat vermig tegenwoordig de grootste geleerdheid zonder volledige bibliotheken en voortreffelijk geor dende musea? Ik ontleen een. voorbeeld aan de studie waarmee ik eenigszins vertrouwd ben: een boek als de Geschichte des Altertums van Ednard Meyer had hij buiten Ber lijn niet of althans niet zóó kunnen schrijven. Evenwel geven, mogen zij dan geroe pen zijn als geleerden vooral, ook de be roemdste professoren colleges; en daarbij is het mij steeds opge vallen van hoe grcoten invlosd het aanProf. vonWilamowitz- tal der hoorders op Moellendorf, directeur den duur moet zyn. van het Instituut voor Ik bedoel niet te zegOudheidkunde. ?en dat men, staande in een meer of min der groot vertrek voor «en of meer tientallen, steeds slordig of ook maar achteloos zon spreken; noch meen ik natuurlijk dat een zaal met hondeiden stu denten zonder meer welsprekend maakt. Maar onweerlegbaar lijkt het mij dat in dit laatste geval de een welverzorgde voordracht aanmarkelijk gunstiger zijn; althans in Berlijn waren vele colleges tot zorgvuldig afge werkte lezingen of ook wel meer of min der kunst volle impro visaties geworden, toet weloverwogen in deeling, vaak van groote welsprekend heid en soms niet zonder pakkend slot. Dit k urakter van voor' drachten wordt niet omstandigheden voor Prof. Harnack, hoogleeraar in de Kfrkelijke Geschiedenis. iMiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim ETLNSCHAPPEUJKE Een nifliw loM torpeiloboot. Velen kennen het beroemde verhaal van ' het varken dat by toeval een dynamiet? at roon had ingeslikt. Door iedereen met zorg ge meden, zwierf de wandelende mijn rond, in eenigazibsonrnstigen toestand gebracht door ' het vreemde eten, totdat het varken de ont: stemming opwekte van een anders bevriend paard. Toen dit laatste on 7oorzichtig zijn nijdigheid uitte door een fl'nke hoefslag tegen het varken, vond men na de afloop der ge schiedenis alleen een hoefijzer terug in den top van een boom; de rest v in het tweetal was tot moleculen teruggebracht. Ditzelfde principe, maar zonder het toe val erbij, i8 toegepast bij een nieuw model torpeboot, dat bij de Amerikaansche marine in groot aantal wordt aangebouwd, maar dat ook voor andere knat-beschermende naties van groot belang kan zijn, misschien meer dan dure forten en wat daarbij komt. De tegenwoordige torpedobooten prcbeeren het vijandelijk schip zo j dicht mogelijk te naderen, waarna zij de torpedo's lanceeren, gevuld met ontplofbare stoffen. Afgezien van de verrassingen die een gelanceerde torpedo oplevert in zijn weg naar het doel (verras singen, die voldoende zjjn om het doel geheel te doen missen), heeft een torpedoboot groote Prof. van 't Hoff, hoogleeraar in de Chemie deelgenoot in den Nobelprijs. weinig versterkt door een gebruik dat den van buitenaf gekomene aller vreemdst aandoet: men geeft, en niet alleen aan het eind, tee kenen van instemming of goedkeuring, die soms aangroeien tot een levendig applaus. Dit alles bewijst wel dat de gewone voor stelling die men zich veelal maakt van den Dnitschen professor: den man die achter den katheder onverstoorbaar zijn met geleerdheid opgevuld dictaat voorleest,voor Berlijn althans en voor de besten niet juist i?. Er is echter nog meer en beters in de Berlynsche colleges dan de vorm, dat den Hollander daar opvalt. Er heeft büons een traditie bestaan thans wel niet meer door allen gehuldigd dat de professor achter zy n katheder zich streng te houden heeft binnen de na'iwge*rokken grenzen van het vak zy'ner aanstelling; er is een Hollandsen filoloog geweest, dien zijn vrienden hoogachtten om zyn groote be lezenheid in allerlei letterkunde, maar op zyn colleges beperkte hy zich angstvallig tot het ne vak waarin hy zyn stu denten moest oplei den; en een ambtge noot die zyn levensbeschrij ving gaf, beeft dit als een voorbeeld van goed iisz'cht ge roemd. Deze fcheiding nu van vakge leerde en mensen, van studie en leven, die men zich wellicht het scherpst getrokken denkt in den Duitschen professor, wordt allerminst in acht genomen door de besten in Berlijn. Ik heb herhaaldelijk gelegenheid gehad dit op te merken, en 't belangwekkendste leek my die vereeniging van wetenschap en leven op hiatomche col leges. Daar kwam de spanning die in die dagen mijn herinneringen zyn uit den tyd kort na de overeenkomst vanA'geciras?de groote mogendheden en Dnitschland vooral vervulde, by iedere aanleiding, die zich den met analogieën gaarne werkenden historicus licht aan bood, tot uiting; dan werd een bescaouwingover de onUi keling en de tegen woordige toestand van Engeland aange hoord niet met de aandacht der weten schappelijke belang stelling, maar met de ademlooze spanning van menschen aan wie de kansen van hun toekomst worden uiteengezet. Eén oogen blik vooral heeft, om zyn leerzaamheid, diepen indruk op mij gemaakt. Het was op een ffentliche Vorlesung"; de meest gevierde geleerden zijn gehouden twee uren per wees voor ieder toegankelijke, kostelooze colleges te geven over een algemeen onderwerp ; het onderwerp was de beschaving van den Bomeinschen keizertijd, en de stemmingen waaruit het Christendom zyn voedsel trok. De spreker, Wilamowitz, had het over de verslapping van dien tyd en in een passus waaraan de stijging niet ontbrak, hoonde hy dejammerhartigeoverbeschaafden die zoowaar rilden als ze maar lazen of hoorden van bloed dat gevloeid was een lamlendig heid waartoe ook de tegenwoordige tijd weer ontaard was, en die niet diep genoeg kon worden veracht I Daar barstte van de honderden hoorders, mannen en vrouwen uit de burgerij van allerlei leeftijd een oorverdoovend gejuich en geklap los, dat minuten lang aanhield. Nooit heb ik levendiger beseft Prof. von Schmoller, hoogleeraar in de Staathuishoudkunde. bezwaren om een vijandelijk schip dicht genoeg te naderen, op lanceer-afstand. Zelfs de oorlogschepen van het Dreadnoughttype, nl. met alleen zwair geschut, hebben toch nog een bewapening van kleiner geschut om torpedobootaanvallen af te slaan. Dit klein geschut overstelpt de torpedoboot, waardoor enorme schade kan aangericht worden die den aanval verder onmogelijk maakt. Deze bezwaren zyn voorkomen m het nieuwe model dat in de bijgaande figuur is afgebeeld. Het geheele sche*pja heeft een lengte van 15 meter en bestaat uit een bovenzeeach en een onderaeeech gedeelte. Het deel dat boven het watervlak uitsteekt is geheel gevuld met cellulose, en bevat bovendien hoezeer het geestelijk milieu waarin de bewon rs van een klein land leven, verschilt van dat eener natie die in den wereldstryd gjhartait staat om haar positie te behouden en te versterken, Het is -vaak opgemerkt, en ra.i. met recht, dat in kleine naties, althans voor zoover zij niet worden onder drukt of gevaar daarvan loopen, ook het intellectneele deel der bnrgeiy over de arbeiders spreek ik niet geen groot ge meenschappelijk ideaal heef c dat hun bloed sneller doet kloppen, in 't bizonder geen krachtig nationaal gevoel. In den strijd der volken zyn zij wel niet uitgeschakeld, maar hun rol is daarbij in hoofdzaak die van lydelyt toeschouwer. Een waardeering van dit verschijnsel, dat naar ik meen onmis kenbaar is, en van zyn gevolgen kan hier gevoegelijk achterwege blijven. Mij interes seert na die Berly aeche ondervinding vooral de vraag of een klein volk wel in alle opzichten de gunstigste omgeving biedt voor den historicus. De voordeelen zyn niet te onder schatten: als buitenstaanders, die slechts middellijk geïnteressaerd zyn by den stryd, kunnen wy onpartijdiger oordeelen. Maar is het niet een nadeel voor den historicus dat wy in onze afiondering de mogelijkheid missen om mee te leven in de stemmingen en hartstochten die de groote volkeren moeten beheerecht en gedreven hebben in de gewichtigste perioden hunner geschiedenis? Maar ik keer terug tot de Barlynsche col leges; het is duidelijk dat door het karakter dat vele van deze hebben aangenomen, van welverzorgde voordrachten, het eigenlijke doe), de wetenschappelijke opleiding, voor een groot deel wordt gemiat. Van deze is dan ook het zwaartepunt verlegd naar de Uebungen" en het Seminar"; de colleges, naar het woord van een der Berlijnsche professoren zelf, zyn maar franje. D&ar wordt, meest 'd avonds, men kan zeggen: de tech niek van het studeeren geleerd; dèar zyn de broedstoven der wetenschap; daar wordt byna gevochten om de nieuwste publicaties; daar wordt gewekt wat ik voor een der grootste voordeelen der Duitsche wetenschap houd: de lust tot aanpakken, het initiatief. Ieder oogenblik klinkt het: het onderzoek van dit of dat moet nog worden begonnen, of ook geheel opnieuw worden overgedaan. Het is gemakkelijk te spotten met de vaak daarby optredende en door niemand ontkende Wichtigtuerei; maar het heef c my altijd toegeschenen dat wüonzen spotlust moeten bedwingen tot tijd en wijle wij zelf het betere leveren. Het klinkt misschien wat onnoozel, maar ik schaam my niet te bekennen dat wat mij steeds opnieuw weer met verbazing en bewon dering vervulde, de ongeloofelyke werkkracht wai waarover sommigen dier Berlynsche beroemdheden beschikken: zy geven hun colleges en leiden hun Uebungen, zy schrijven artikels en stellen dikke boeken samen, zy maken wetenschappelijke reizen en onder houden een uitgebreide briefwisseling; daarby drukt hen, als ware vorsten der wetenschap, niet het minst de last der representatie: er zyn er die iedere week n arond ontvangen en daar een internationaal gezelschap moeten bezighouden. Toch verloochent zici ook hierbij soms de Duitsche gemoedelijkheid niet; of wat zegt men van de volgende ge drukte uitnoodigiog die eenmaal door een geleerde van wereldrepatatie werd rondgezonden : Herr wird gebeten am Sonnabend den 30 Juni bei uas anzutreten. strasse 7?8 steht das Haus; Lichterfalde West steigt man aus. Von 6 Ohr an wird bereit gehalten Viel an Erfrischungen, warmen und kalten. Man setzt sic h gemühlich zuaamman urn 8, Damit auch dar Magen wird bedacht. Urn 9 Uar beginnt der bal champêtre. Wenn es gnaiig gestattet St. Peter. Doch echauj der hummel finster drein, Lasst drum die Laune nicht schlechter sein und Frau. * * * Bij gelegenheid van een feest zooa's de Berlynscne Universiteit thans viert, heeft degeen, die met dankbaarheid terugdenkt aan den korten tyd, dien hy als haar leerling doorbracht, het recht het licht vooral te laten vallen op het goede, en zich te onthouden van kritiek. Intusschen myn voor stelling zou al te eenzijdig zyn indien ik niet eerst met een enkel woord gewag maakte van «en gebrek dat haar aankleeft zooals het iedere instelling ontsiert die bestuurd wordt door de Pruisische bureaukratie. Juist of onjuist, kenschetsend zeer zeker is het gerucbt dat in Berlijn rondgaat, dat van de twee professoren die voor een rektoraat in dit jubileumjaar in aanmerking kwamen Erich Schmidt en Wilamowitz, de laatste zou zyn afgevallen omdat hy den autoriteiten te onafhankelijk is een eigenschap die IMMimilllllMIIMMIIMIIIIHmillMHimillllim een gepantserde brug" voor de twee lui, die de geheele bemanning uitmaken. Het gedeelte onder de waterlijn ecbter bevat alle edele deelen van de boot, dus de machineriën nl. een acht-cylinder motor van 150 paardtkracht, en verder een lading van 250 K.G. schietkatoen. Het geheele schip lijkt wel wat op een motorboot waarbij een gewone torpedo onder dan bodem is bevestigd, terwijl de machines ook om'aag zijn gestuurd. Het voordeel van deze inrichting is dat zelfs het hevigste gescbutvuur de boot niet buiten gevecht kan sf.ellen. Alle schoten die boven de waterlyn treffen, vernielen alleen wat cellulose en maken er gaten in, maar het sooitelyk gewicht van de cellulose is zoo Loin fin bal... Manuel en de Republiek. MANUEL : Ze was zoo mooi,.., te Parijs I uiitutiiinnnininiiiiinniiinniintuiiiiinutintiintniitnnntninnniininiiiintniinniiiiiiniiiiiitllintlinutliniiiiiiiimlihiiiiiiUiiiiiintiiiiinunMt den schoonzoon van Mommsen niet onteert. Een Jood, zoo is mij indertijd verteld, brengt geen verdienste, boe groot ook, verder dan tot auaserordentlicb, tenzij hjj zich onder werpt aan de wonderdadige werking des heiligen doops; en een eenvoudig privaat docent die zijn studenten onderwees in de toepassing van differentiaal- en integraal rekening op pbyéische en chemische vraag stukken, werd wegens Fórdernng der sozialdemokratigchen Bestrebungen", alle protesten van den senaat ten spijt, uit de gehoorzalen der Universiteit verjaagd. Maar, zooals ge zegd, het zou onbillijk zijn aan haar de schande te verwijten, die de Pruisische bureaukrat ie haar oplegt. En van deze vergt niemand, dat zij over haar eigen schaduw springt. D e n H a a g. H. BOLKKSTSIN. Grafische tuist bij de Wed, Eiren Dorens op let Min. Deze firma legt er zich voornamelijk op toe graphische kunst en 't meest uit den vreemde onder de aandacht van het Amsterdamsche publiek te brengen. Onze kennisname met de tegenwoordige ontwik keling der etstechniek in het buitenland, en in 't brjzonder de kleurets betreffend, danken we vooral aan hare tentoonstellingen. Er is nu geëxposeerd werk van Engelsche etsers, waarbij de groote prenten van Frank Brangwyn het meest onder 't oog vallen. Hij is een Bruggenaar van Engelschen oor sprong, die te Londen in relatie kwam met William Morris en later groote reizen deed. Zijn werk is hiervan grootendeels het resul taat : het zijn gezichten uit groote steden in het Zuiden, Venetiëvooral, meen ik. Het etswerk van Brangwyn doet aanstonds zijn pakkende werking; by die, dikwijls ge compliceerde stadsgezichten met stoute effec ten, leent het wel gmediger maar ook grovere zink zich al zeer voordeelig om het te door groeven met den droogen naald voor zijn doortastende onderneming. Van aanslag wel krachtig en zwaar, heeft echter de klank nog niet de sonore welluidendheid, van een zuivere gebondenheid der toonen. Er wordt nog ge mist te veel de organische geleidelijkheid, de klaarblijkelijkheid in de onderlinge verhouliug der details, dat het wél doorwrochte kunstwerk, onverschillig van welken aard of in welken staat van voleindiging, tot een voldongen geheel maakt, gaaf en voldragen. Het werk i6 ruig doch ook wat te brutaal; het is forsch van allure, stevig van uitzicht, doch wat grof van botten en soms loa in de gewrichten, jk de teekening van figuren is bij de wat toomelooze conceptie van dezen kloekmoedigen etser dikwijls er bij ingeschoten, garing, dat de geheele boet toch blijft drijven. Geen dezer schoten echter bereikt de machinerien of de lading, die allen onder de waterlijn liggen, dus de aanval gaat ongehindoor. In volle vaart loopt de boot door, om met een snelheid van 18 knoopen op dan vjjand in te vliegen. Is de afstand tot den vijand voldoende klein geworden, dan springt de bemanning met de noodige reddioggordels voorzien, over boord, na het roer vastgezet te hebben. De onbemande boot loopt das in dezelfde richting door, en bij zijn botsing met het vijandelijke schip ontploft de lading door een listige inrichting, zoodat alles samen in de lucht vliegt. Door verschillende mid delen wordt voor deze tijdige ontploffing zorg NIEUW MODEL TOEPEDOBOOT. Dit bootje bestaat uit een steedt-drijvcnd-blijvend bovendeel, gevuld met cellulose. 0/tder de waterlijn, du» veilig voor projectielen, liggen de motoren en de lading schietkatoen. Dicht bij den vijand wordt het roer vastgezet, de bemanning springt over bcord en de torpedoboot vernielt door de ontploffing van zijn lading, bij de botsing zich te^f en het vijandelijk schip. waar hy van het allereerste belang scheen te achten het schilderachtig effect van knus geaccentueerde lijnen. De royaalheid van den geest en de manmoedige expressie ge ven aan dit werk een zeker volumen, dat echter rijker van inhoud zon zijn als het inzicht bezonkener en de observatie scherper toeziende was. Een der meest boeiende en ook meest voldragen etsen, is de voorstelling van een eigenaardige slachterij, een donker hol door twee zware boomen in 't licht afgesloten, die ook opvallend is om de fantastische neigingen. Van andere engelsche etsers, van Pennell bijv., zyn er een aantal stadsgezichten, uit Amerika vooral, die merkwaardig zijn om de breedheid van aankijk en de soms grootsche samenvatting van alle enderhavigheden, die het volle moderne leven in de wereldsteden, met hun wyduitgebonwde wijken van hoogrijzende huizen, van fabrieken, met hun schoorsteenpijlers, van breede havens, waar de export-bedryvigheid zwermt over de ka den, karakteriseert. Voor ons, Hollanders, die wat zwaarwichtig blijven broeien op schilderachtige brokstukken met afgeperkten horizon, wier opvattingen aan den droil raakten, is zoo'n uitzetting van den kijk op de natuar, die het tumultueuze, het induetrieele wereldleven van den tijd waarin we staan, tot gegeven heeft, wel eens een heilzame verrassing. Van een geheel ander, meer Engelsen, karakter zijn deze prenten dan het zwaardere werk van Brangwyn. Het is geestiger, maar ook weer coquetter. O rer 't algemeen blijkt ook hier weer de handvaardigheid, de knapheid van de tegen woordige Engelsche etsers. En hun geeetkrachtige ijver doet hen zinnen op velerlei proeven met het procédéder sterkwaterknnst. Er wordt veel gewerkt met grovte vlakke tinten, en het kan soms lijken of xy, als een aquirellist, een plaat aanwasschen met de pure acide. Dat hun onderneming om alles uit het materiaal te halen wat er uit te halen is, het grondkarakter van de etskunst wel eens aantast, zou daarbij niet altijd ontkend kunnen worden. Maar er ia Ie ven l Belangwekkend nog is eindelijk een serie houtmeden in kleur Tae Birdj" van Allan Seaby. Deze proeven, in Japanschen smaak, zijn nog wel zeer ongelijk van waarde; maar het werk steunt ten eerste op een zuiver .begrip en ook zijn er zeer gelukkige exem plaren reeds mee voortgebracht. Ten alotte zij even te vermelden voor gegadigden, dat in het achterzaaltje eenige schilderijen zijn, waaronder een aquarel van Mauve en twee stukjes van Weissenbroch 't meest onder de aandacht te brengen zijn. W. STEBNHOFÏ". miiiiiiMiiriiiiimiiiMiiiiiiniiiilHlllliiiiiiuiimiiiiiitlltliiimiiiuinMUM gedragen. De ronddryvende bemanning hoopt weer opgepikt te worden, zoodat z$ er beter afkomt dan het varken in ons eerste verhaal. De proef maarten, die met dit schip-type gehouden zijn, zijn goed geslaagd. De torpedo boot voldeed zeer goei; de onderwater gelegen deelen gaven geen verlies in snelheid, zooals men eerst vreesde. Trou ivens de vorm van dit onderzeesche gedeelte is zoo gunstig mogelfk gekozen. De bedoeling is deze booten te ge bruiken voor kustverdediging; maar ook wel kunnen zü, daar zy klein zyn, meegevoerd worden aan boord der groete schepen, om op het gewenschte oogenblik te water gelaten te worden en hun werk te beginnen. Vooral wanneer schepen aangevallen moeten werden, die onder de dekking van kustforten liggen, zoodat de aanval door goote schepen te kost baar zou kunnen worden, zullen deze nieuwe torpeiobooten gebruikt worden. De kosten van n boot zyn ruim een halve ton gouds; dat wil zeggen dat een vloot van vijftig van. deze nieuwe torpedobooten slechts ongeveer evenveel zal kosten als drie onder zeebooten of gewone torpedobooten. De moei lijkheid om bemanning te vinden zal echter wel groot zijn, daar een mensch nu eenmaal niet uit cellulose bestaat en dus kwetsbaarder is, terwijl het overboordspringen tijden» een, zeeslag in de hoop opgepikt te worden ook ui )t geheel aan te raden is. Maar gezien de risico, die de bemanning van een onderzeeboot draagt, waarvoor toch ook wel liefaebbers te vinden zjjn, ia het niet onmogelijk ook voor de nieuwe bootem de geschikte menschen te vinden. Is 't niet wat voor ons land? goedkoop en praktisch l P. VAN OUST.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl