De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1910 6 november pagina 8

6 november 1910 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 D E A M S T E R D A M MER W K K £. R. L A U V O O R . N K 1) E R L A N D. . 1741 Hecri Dnnaiit. t De in Zwitserland deze week overleden stichter van het Boode Kruis, Henri Dunant. mede door hem oog gekregen voor al het kostelijke dat óns goede onde dorp ons heeft kannen opleveren; zqn wij' gaan waarnemen met groeiende liefde al die schijnbaar dood gewone, maar toch elk voor zich zoo bijzondere menschenkinderen, die in onze jeugd j ar en on ons woonden en leefden. Want we hebben ze allen bezien in zqn licht, en omgeven met verbeelding uit zyne figuren. Hier stond voor ons de boerderij van Jong Jochem en daar wasPümpelhagen; en we hadden onder de dorpelingen die ona aan Havermann en aan Briisig herin nerden. ... Liefde voor den mentch, in welken vorm bqzich vertoont. Die leert ons zijn humor, welke immers niet werkt met schrille kleuren, doch licht en schaduw dooreen weet te mengen. Wél teekent de schrijver ons in zqn figuren besliste sympathieën en antipathieën; wél stelt hu deugd en ondeugd vierkant tegen over elkaar, en de fijne nuanceeringen onzer moderne psychologen zqn hem te subtiel; doch de karakterfouten zijner helden, hij maakt ze belachelijk en stelt ze in baar d vaagheid aan de kaak in plaats van er tegen te toom; n Zóó Raat daar door zijn hoofdwerk, de Stromtid", de heer entspekter Braaig als het meest alledaagsche menschenleven met een hengelroede in de hand", zoo vrijpostig en lomp ala een, boer op een jaarmarkt", en neemt de vrqheid de schurken en ploerten uit het verhaal als entfaamte jezuieters" hun zondenregister te lezen. En de verma kelijke wij se waarop deze onsterfelijke held zqn toorn lacht, doet ons intasschen met de belachelijke' boosdoeners vrede krijgen. Ondanks zy'n groote liefde idealiseert Reuter zqn creaturen niet; doch hq onthoudt zich ervan hen onsmakelijk te maken. Hij is realist, maar een die de wereld bekijkt uit de eigen oogen zijner persoonlijkheid. Geluk kig voor hem en voor ons, dat deze persoon lijkheid eene blijmoedige was en deze oogen van 't licht meer hielden dan van het duister. Zoo is dan dit boek een boek vol liefde. En een boek vol stoeren, eerlijken ernst. Een boek vol blij vertrouwen. Een weldadige geest spreekt uit deze bladzijden, waarin een levend mensch zijn.teervoelendémaar kern gezonde ziel heeft gelegd. Vél heb ik aan dezen man te danken, en met; mij duizenden, wier kracht en levenslust hij onder tnoeiely'ke omstandigheden heeft staande gehouden. Gezwegen nog van het genot, dat hij ons door zijn zin voor't komische-in 't-leven heeft geschonken; : , En dan te bedenken, welk een lijden het leven dezen man beeft gebracht! Zijn' mislukte studie; zijn gevangenissen; z|jn droeve hartstocht, die hem lijf en ziel sloopte. Welk een onverwoestbaar optimisme, welk > een sterk geloof moet diar in dezen mensch hebben gewoond. Over de kunstwaarde zijner werken spreek ik hier niet. Een honderdjarig jubileum; andere Heimatskünstler" zijn gekomen; we hebben Frenssen, we hebben Lazerlöf... Is hu verouderd, Pritz Reuter ? Waarom moeten we altijd vergelijkingen maken ? Laat ze staan... nüast elkaar : Een heerlijk ge slacht, en gén hunner die voor zijn nieuwe genooten behoeft te wijken!" Allerminst hij, aan wiens nagedachtenis ik op dezen zijn honderdjarigen geboortedag een persoonlijk woord van dankbare hulde heb willen wijden. GBOEQ GEÜNENWALD Kzn. De flaiespelers met De Riyalen," Wanneer de lach van het publiek als vernuftsmeter gelden kon, zou men The RivaU van Richard Brinsley Sheridan onder de sprankelend-geestige blijspelen mogen rekenen. In een schouwburgzaal echter zijn de tot vrooIqkheid gestemde toeschouwers reeds in hun knollentuin, als daar vóór hen op het tooneel maar wat mal gedaan wordt, als een zonder linge huisknecht met een bezem lawaai staat te inaken, als vreemde woorden verhaspeld worden, in 't kort, als de grappigheid er maar flink dik op ligt." Wellicht moet men achttiend'eeuwer zqn, of een zeer naïef twintigst'eeuwer, om de aardigheden te kunnen genieten in dezen .eersteling van den 23 jarigen Engelschen schrijver, die, volgens historische getuigenis, in 1775 met dit en andere werken al spoedig de genegenheid van het schouwburgpubliek wist te verwerven. Sinds die tijden en hebbén wy zelf niet reeds eerder Asselijn en Lingendijk gehad zijn er evenwel zoovele kluchten en comedies met de typen en intriges van het genus der Rivalen" ten tooneele gekomen, dat men telkens denkt: dat heb ik meer gezien l en de sfeer der grapjes ia zoo droog en zwaar, dat wie gees tigheid niet verwart met afgezaagde tooneelboert, dezen achttiend'eenwschen B ritsenen humor waarlijk niet meer verduwen kan. Maar de diepere satire van een Beaumarchais en de fijnere geest van een De Musset schijnen (getuige het gering aantal opvoeringen dat dezen auteurs indertijd bij den heer Boyaards ten deel viel) voor ons publiek nog geen dagelqkgche spqse te mogen zq'n. Men voere de lieden dan maar met Engelsehe en Daitsche blijspel-kost! Toch zouden een meer dan middelmatig spel, een smaakvoller aankleeding, de ver tooning dezer niet bijzonder boeiende comedie hebben kunnen redden. Wel deden de Hagespelers hun best; wel werden door Sir Anthocy Absolute de tirades vlot en met bravoure de zaal in geworpen en wae er een komieoh tooaeeltje msschen vader en zoon, waar de tweegevechtplannen van den Captain door den onden heer werden ontdekt; wel voelde zich mevr. Eony Vreede blijkbaar in haar rol van Lydia Lingoish tehuis; maar een ras-echt acteurs-temperament, dat met zqn boeiende eigenschappen en meesleepende kracht zelfs aan de taaiste passages de be koring van het dramatische weet te geven, zulk een aangeboren temperament sprak hier noch uit het gansene samenspel noch uit de details. Maar waartoe zooveel te eiachen? Troepen van louter sterren zqn er niet. Evenwel blq'ft het jammer van het gezelschap des heeren Verkade, dat er niet oe kracht is, die de welwillendheid der overigen kan bezielen, ot, alleen gelaten, de ruimte vam het tooneel door een enkel gebaar en een enkel geluid weet te vullen. Dit zy' niet gezegd in ondankbaarheid voor het streven van den organisator der Hagespelerp. Want Eiuard Verkade ia en blq'ft de eenige onder onze regisseurs, die verlan gend naar betere dingen uitziet, juist in zake regie en tooneelomgeving. Men behoeft het daarom nog niet alty'd met hem eens te zy D. Bq de vertooning van deze Rivalen, oftewel Medeminnaars, bleek reeds dadelq'k, als bq' zoovele drama's uit de romantische dooi, de noodzakelijkheid van een andere oplossing, dan die de eerste de beste regisseur van thans, met zqn pogen naar zoogenaamd ge trouwe entourage, aan de hand zou doen. De heer Ver kade heeft de toeschouwers niet tusschen de 14 verschillende tafereelen telkens een half uur op decor-verwisseling laten wachten; vlot en handig heeft hq de veranderingen volbracht, zoodat de tooneelen ook snel en zonder de aandacht te verzwakken op elkaar volgden. Dit achter elkaar afspelen der 5 bedrijven (of 11 tafereelec), slechts onderbroken door eene, voor lichamelijke verfrissching en vriendschappelqken kout noodzakelijke pauze, is op zich zelf reeds een groote vooruitgang, waarvoor men den Hagespelers dankbaar moet zqn. Maar met deze technische verbe tering alleen is alles niet bereikt. De regisseur Verkade hangt nog te zeer aan de wanbe grippen eener oude tooneel-traditie, olqkbaar moeilqk met den wortel uit te roeien, om nu maar ineens tot volkomen consequente zuiverheid in zq'ne enscèneering te geraken. Er waren ongetwijfeld enkele aardige schik kingen te zien, zooals de kamerscènes tus schen Faulkland en Jnlia. En zelfs de straat in het eerste n enkele latere tafereelen, met den rooden muur en het poortje, gaf een smakelijk kleur geheel. Maar helaas! toen dat poortje openstond en er weer zoo'n scherm zichtbaar werd met geschilderde huisjes, van 't soort dat de heer Verkade op den zolder der ordinairste schouwburg vinden kan En zoo waren ook de achterschermen van het interieur, met de geschilderde planten achter de ruiten, en van Acrea' kamer, met het stadsgezicht, allesbehalve getuigenissen van een nieuw en logischer begrip der engcèneering. Het was de oude winkel, op wat primitiever en handelbaarder wijze ingericht. In het laatste tafereel, de duelscène op de weide, een onbetwistbaar soiakelooze sc.hikking, kwam des regisseurs gebondenheid aan oude opvattingen het sterkst uit. En toch zouden voor al deze tafereelen schoone kleurvoegingen te vinden zqn geweest, ook wat costnums betreft, indien er met meer ernst op de achttiend'eeuwsche Engelsehe prentkunst ware gelet, niet ter wille van een on mogelijke nabootsing der achtergronden, maar om den sierly'ken zwier der lijnen en het voorname kleurenschouwspel. Maar al deze mijne opmerkingen mogen en zullen het publiek niet weerhouden, om zich met eenige oude grapjes te gaan ver maken. P. H. v. M. JR. Agnes Soraa-Momia fauna. Indien buitenlandsche tooneelisten ons land komen bezoeken in den waan dat er hier niets beters is dan 't geen zy, tenminste op zulke tourneetjes, te zien geven, zoo vergissen zq zich schromelijk. Neen, men moet, terugdenkend aan het minderwaardig werk van Agnes Sotma's satellieten, de Nederlandsche gezelschappen loven om hun ernstig plichtsbesef en hunne vaak uitnemende praestaties. De met reclame-prijzen in 'omgekeerden zin als die der galanterie-bazars en stemming-wekkende boekjes aangekondigde DuitscheSter bleek in het geval-Monna Vanna een tooneel-comeet, die ons, volkomen in cometen-stql, zeer heeft teleurgesteld. Een begaafde actrice, die vriendelijke meisjesrollen, die Xatchen von Heilbron of das Fiilulein von Barnhelm wellicht voortreffe lijk vertolkte, eene vrouw van matige gestalte, met een niet te klein hoofd van duitsche rondwangigheid, met eenigsiius rossige haren, zu k eene kan niet de kunstenares sijn die de zuidelijk-donkere en ietwat-raadselachtige figuur van Monna Vanna doordringt en levend voor ons uitbeeldt. Met alle bewondering voor haar technisch vermogen en allen eerbied voor de enorme name a die in verband met de gaven en uitingen dezer actrice door een inleidend annonceboekje worden genoemd, kan ik toch niet my'n leedwezen bewimpelen over 't geen zij met haar gevolg in ons vaderland kwam ten beste geren. Aan deze rol had Agnes Sorma zich niet moeten wagen, daargelaten dat het van romaanschen geest doortrokken drama in de duitsche taal een allerongeschikst orgaan vond. Gesteld evenwel dat Sorma's verschijning als Monna Vanna waarlijk dien buitengewonen sterreglans had verspreid, welken hare jube lende landgenooten der wereld willen suggereeren, dan nog ware het haar niet te ver geven, dat het werk van den VlaamschFranechen dichter belachelijk werd gemaakt door zulk een inferieur troepje medespelers. Ik wil kort zijn; Monna Vanna's schoon vader, Marco Colonna, geleek een suf diaken huismannetje in plaats van een eerwaardig humanist; Guido Colonna, haar man, schreeuwde wel dat de zaal daverde en ratelde zfcn rol zonder haperen af, maar by' voelde niets er van; Prinzivalli, de belegeraar, deed hetzelfde, legde bovendien verkeerde woord accenten en sprak met een eigenaardig bijge luid, dat niet zoo zeer aan Italiëals wel aan een Poolech ghetto denken deed. De rest, met de figuranten en de requisieten erbij, was na venant." Vergeleken met de voorstelling van Monna Yanna, waarin eenige jaren geleden Georgette Leblanc Maeterlinck de titelrol vervul ie, is deze Dnitsche praestatie een jammerlqke mislukking geweest v. M. f. iracbe Kiuiftaiiel. Deze tentoonstelling met 32 nummers bad gelukkiger samengesteld kunnen zqn; er blq'kt, ter wille van het aantal te veel aan geroerd by gebrek aan beter. Da onbereidwilligheid tot tqdelqken afstand hunner schilderijen by verzamelaars, ia altq'd een gewichtig bezwaar bij het arrangeeren van persoonlijke tentoonstellingen. Maar in het bqzonder doet dit zich voelen bq eeu schilder, die nog al eens ongelijk is in zqn producten en wiens goede wet k om den bescheiden aard der kwaliteiten, tusschen het minder waardige zich niet zoo gereedelqk opmerken laat. Bovendien nog schuilen bq van Soest de goede eigenschappen minder in zqn meer op zienbarende groote schilderijen, dan in zqn kleine stukjes. Bij taferealen van ruimer bestek blq'kt, da1: deze schilder, wiens kracht vooral' gelegen is in de scherpe doorvoering van het mmutieuse, zqn onderwerp ongenoegzaam beheerscht. De constructie vindt te seringen steun op een vast onderstel .vau lijnen, en in de kleur en de toon verhouding is geen voldoende gebondenheid. Soms ook, om het werk tot een presentabel geheel ten einde te voeren, zoekt deze andera eerlijke en grondige werker uitkomst in banale aanlokkelqkheden van gebruikelqke paletkleuren en de vaardigheden van een geroutineerde, praktijk. Een anderen keer slaagt hq ten deele in Hoog water No. l is het voorplan met ruimtegevoel ge geven, maar een andere lucht had het werk wellicht meer klank gegeven. Ia No. 2 Win terzon is de aanslag wel juist, maar bleef het wat te veel bq een decoratief aapact; de gelukkige verhouding by de toonwaarden van blanke sneeuw in het zonlicht, de kleurwaarschqnlq'kheid van grauw water ij a, hebben in dit werk een wat o rermatige importantie. Maar er zijn verschillende kleine stukjes, die voor dezen schilder waardeering kunnen afdwingen, die niet alleen prijzenswaardig om technische kwaliteiten, maar ótn den inhoud genietbaar zqn, en dan wel ia het bqzonder dénos. 23, 24, 27, 26, 29 en de aquarel Maneschijn, no. 14. De voordracht is hier welverzored en keurig"; hét sentiment, niet groot of ruim, innig en dikwijls van teedere aanvoeling. De sohildsrwqs, zonder bejag van uiterlijke praal, is soepel en fijn aangeslepen, tot scherpe accentuatie van de verscheiden rijkelükhedeh in het detail. "Een sneeuwgroudje heeft zachte glansen als een ivoor achtig wit, een grasveld is met verdiept kleargevoêl en fijnduidende toetsjes ge schilderd. . Iedere, bqzonderlqkheid is in haar. kleur waarde en vormkenmerk liefdevol aange keken en mat delicate nautvleUendheid ge noteerd, terwql toch Bet al te samen gevoegd werd tot een behagaüjfe en compleet geheel. Dit maakt,, de yej-djep|Jen uit van dezen zachtzinnig1 gbaWden^écnilder. 's De twee maanUcbtlanrJschaijés, 'het 'een |e'echildérd hét troffel in aijiiEffel", <Joen misschien'<3üide-' lijkst de kanten van zu'n ilein maar zuivergeaard talent uitkomen. Ze brengen e/en vroeger werk van Van der Valk in herinne ring. De ^ejniainf^yan eet gegeven is er spannend gebleven; de kleuren versmelten er in wq'falend maanlicht tot een bekorenden schyn. De lelietjes op het schilderijtje, het hofje metfefle :boómp^3 in^deöblsiu ven gloor vaa bet oïaanlieht op de aquarel, het was al vol bekorend's van intimiteit, voor «Je belang stellende waarneming, zonder dat de:e tot het vergeestelijkte inlicht raakte, dat in den tooverschijn 'der dingen het" mysterie van den nacht voelde omdolen. En dit is dan wel kenmerkend voor den innerlijken dracht van Van Soest's kiese.he en gevoelige kunst. In het voorzaaltje verscheidene stadsge zichten uit Brugge door Kn«p; ze zij n breed geschetst in pastei, sommige van een nogal oppervlakkige koenheid, andere echter van treffende kleurop vatting. Dan nog een schil derijtje van Briët, wat kleintjes en dat den1 indruk maakt yan een repliek binnen zeer gering bestek van. eea gelukkiger groot schilderij en een werk van Laguna: figuurstak, simpel-weg naai de natuur geschilderd, afgeschilderd, maar met zeer deugdelijke realistische kwaliteiten, diej een scherp turend kleurgevoelig oog b$ dezen schilder doen constateeren. W. STEENHOFF. Neierlaailsclielflclitreizeiiiil'185. De eerste luchtvaart, die in Nederland plaats had, was vermoedelqk wel de opstij ging van den luchtschipper Blanchard te 's Gravenhage den 12en Juli 1785. In de Nederlandsche Mercuur" van dat jaar wordt deze gebeurtenis uitvoerig beschreven. De vulling van den ballon, die eerst eenige dagen in de zaal van het Oude Hof" te kijk geweest was, geschiedde uit 24 oxhoofden met waterstofgas, dat op het terrein zelf met behulp van vitriool, olie, zink en water" gemaakt werd. De vulling na-n ongeveer twaalf unr in beslag en eerst '9 avonds om zeven uur was men voor de opstijging gereed. Het bleek toen intusschen, dat het gasvolumen niet voldoend a was om den luehtschipper te dragen en de beide passagiers, die gaarne mee naar de wolken wilden. Na eenig gehaspel werd besloten, dat de beide heeren officieren, Bruilpont en Honinchtum, om de eer zonden loten, Honinchtum trof het ge lukkige lot, en de reis begon... met een ongeluk. De balon bleef met het net aan een schoorsteen haken en moest met Ie renegevaar uit deze netelige positie verlost worden: toen eerst stevende hy' onder luid gejubel van de duizenden, die het schouwspel stonden aan te staren op de daken, de wijde ruimte in. De luchtschippers bleven slechts kort boven en daalden in de nabijheid van een veenplas De Moeren" niet ver van Gouda in het ambacht Zevenhuysen." Wonderlyk genoeg kwamen ze, hier in 't hartje van Kederland, terecht tuaschen een bende kanni balen. De boeren, die hen met hooivorken en andere wapens van even ridderly'ken aard opwachtten wisten niet beter te doen dan de geheele nacelle kort en klein te hakken en van alle versieringen en instrumenten, die zich daarin bevonden, te berooven. Weldra kwam ook de eigenaar van het land toeschieten waarop ze gedaald waren, en eischte op dreigenden toon een schadevergoeding (niemand begreep voor welke schade), van 10 dncaten. Hy maakte met de overige kan nibalen aanstalten om de balon te vernielen, indien men zqn wensch niet inwilligde, en voegde reeds de daad bq het woord door er eeuige gaten in te snijden. Blanchard had na de betuiging dat hq niet zooveel geld bij zich had, de tegenwoordigheid van geest, om schynbaar een soort van accept af te geven, waarop naar hq zeide den volgenden dag 10 ducaten te 'a Gravenhage in ontvangst genomen konden worden. Dit waa zqn redding en men hielp hem nu de ballon opvouwen en verschafte hem zelfs een schalt voor het vervoer. Later heeft de boer wellicht het Fransch van zqn accept laten vertalen, want hy is nimmer om zqn geld gekomen. Óp het papier stond nauelqk het volgende: Ik, ondergeteekende, verklaar, uuargekomen te zij o des avonda te 9 uren op een ledig weiland, toebehoorende aan een lompen, brutalen boer, die hierdoor geen 't minste nadeel geleden heeft, en nochtans zoo onbe schoft was om van mq 10 ducaten teeischen, nadat hq geholpen had om den ballon en het schuitje te vernielen. Blanchard." B j zijn terugkomst te 's-Gravenhage werd de luchtreiziger onder groot volksgejubel ingehaald en door Stadhouder Willem V aan het hof genoodigd, waar hij bleef dineeren. Ruim 2 weken daarna, den 30 j t en Juli steeg Blanchard op te Rotterdam, echter met hoogen wind en slecht weer. De luchtreiziger legde negen uur gaans (bijna 50 K.M.) in n uur af, wat voor deze eerste luchtschepen een groote snelheid schijnt te zqn geweest, en landde te IJseelstein, waar de heer Lyklama Nyholt aan 't, manoeuvreeren was met zqn burger-compagnie. De soldaten hielpen Blan chard aan 't bergen van den ballon, en hq werd met gejubel in de kleine stad ontvan gen, waar bq bq den heer Van der Meulen logeerde. Hq vertelde van dezen tocht, dat hij door een vreeselyke donderbui was heen gedreven, en ten einde aan deze te ontkomen gestegen was tot «ene hoogte van 16000 voet, waar hij 't geducht koud had. Misschien was bq deze opgave wel een weinig Inehtreizigerslatqn. Als een merkwaardigheid verdient hier vermelding, dat Jean Pierre Blanchard zich ernstig besigbield met het vliegvraagstuk, en in 1782 te Parijs een vliegmachine exposeerde in den vorm van een vogel, welke echter nimmer vloog. Hy' beweerde tevens de uitvinder te zy'n van die reddingsloep der luchtreizigers, de parachute. Blanchard was de eerste luchtschipper, die den overtocht van het Kanaal tusschen Dover en Cilais volbracht, in 1784. In Amsterdam kwam Blanchard niet. Maar ook daar wenschte men luchtecheepvaartproeven te organiseeren. Door inteekening bracht men geld bq elkander, en een ander luchtreiziger, de heer Romain, zou den Uden Augustus opstijgen. En ... ziehier het verhaal letterlijk zooals de Mercuriua het geefc: Na dat er lange tijd verloopen is voor de intee kening om de onkosten goed te maken, voor de luchtbol van den Hr. Romain, die te zien is geweest voor twee -sesthalven in het Logement De Stad Lion, in de Nes te Amsteldam, waartoe de toevloed van menschen dagelqks veel was, is deza ein'lelqk gisteren Woensdag den 10 Augustus 's morgens naar het Drilveld bq de Utrechteche Poort gebracht daar aanstonds gewerkt is om de lucht uit de vaten in de Bol te brengen, tot des avonds ten 6 uuren, wanneer de Hr. Romain bq toeval geen lucht genoeg daar in konde krqgen, heeft hq schoon weer en wind zeer gunstig was, het werk laaien steken tot nader order, om 't weder te hervatten. Inmiddels was de Amsterdamsche Nieuws gierigheid en toevloed van vele plaatsen zo groot, dat men nooit zo veel meuschen bq' dfcander heeft gezien: het geduld van de Aanschouwers ten einde geloopen zijnde, verwekte dat 'er van de bijstaande huisjes eenige pannen zq'n gevallen, waardoor som mige menschen bezeerd zijn." Amsterdam schy'nt geen bizonder gelukkig oord te zijn voor het uitoefenen yan luchtgcheepvaart. Vóór 125 jaar was iet tout comme chez nous: overal ging men vlot de lucht in behalve hier. Da gebeurtenissen der geschiedenis herhalen zich. v. D. La Monna Vanna franyaise Madame Georgette Leblanc Etait tout-a-fait a mon aise, Une femme de chair et de sang. De Hollandsche Monna Vanna Van Alida Klein-Tartand Vond ik keurig-net en lieftallig, Bezadigd en comme-il-faut. Aber die Monna der Sorma War (unter dem Mantel bekleid't Mit Doctor Jaegers Reform) ja Die Deutsche Grundlichkeit t LABASKY. CïariTari, Er is geen blad dat de dingen zoo netjes kan zeggen als de Arn. Ct. Te Dinxperlo," zoo lezen wq in het blad, kwam een woest uitziend jongmensch uit de bosechen, die wat eten vroeg bij den landbouwer Konings. Toen hq niet gauw genoeg werd geholpen trok hq broek en kousen uit en vluchtte blootshoofd weer het boach in." * Ook lasten willen wel eens wat afwisseling in hun gewone bezigheden. Zulke laaten heffen hoofd en hart op," zegt het Hbl. * De Van dag tot dag"-schrijver klsagt er over dat de oude gezellige, genoegelq'ke brief stijl uit de mode is. De schrijver abonneere zich op de Maasbode. Dat eerste beginsel van staatkunde," schrijft dit orgaan, wordt gewoonlijk uit het oog verloren, en wordt er telkens gesproken alsof de staat nu eens wat ging doen in 't belang van zekere groep." * Is 't niet de derde winter dat Kathleen Parlow on» land bezoekt? Het meisje is jonkvrouw geworden, de haartooi is ver anderd en het kleedje gegroeid." (Hbl.) Het mag als een wyze beschikking van de Teekening Ko Doncker. Agnes Sjrma in Manna Vanna. iimiiMiMimmmii iimiiinmiimmimii Voorzienigheid beschouwd worden, dat de groei altijd juist ophoudt, als de grond be reikt is. # De schuldigen van allerlei soort vree zen niet meer de vermolmde bliksems, die er over hun hoofd rondgezwaaid worden." (AT. S. Ct.) Natuurlijk niet. In dezen toestand rondgezwaaid, schijnen ze zelfs een zeer aange name warmte boven 't hoofd te verspreiden. * De kermissen hebben tegenwoordig zóó'n rustig verloop, dat de aardigheid er langzamer hand afgaat Hoewel de Amersfoortsche kermis een ongewoon rustig verloop had, &yn er toch ? ongelukken gebeurd. Een man werd van achteren aangevallen. Hy' kreeg een mes steek die de rechterlocg raakte, en herige snq wonden aan hals en achterhoofd. Een ander werd de wijsvinger der rechterhand afgehakt". (Hbl.) Als de N. R. Crt. een zér vroolqk bericht plaatst, wordt zij zenuwachtig van vreugd en gaat ijlen en stotteren. De gemeente Honden," zoo juicht het blad, ?al aan elk gezinshoofd dat vijf kinderen heeft, sede zy'n overlijden geboren, vijfduizend frank betalen, welke som binnen twee tiatinit nitnit neineinei nei nei neinei neinei nenmaanien na de geboorte van het vijfde kind uitge keerd zal worden." Wegens terugkomst uit Amerika bied ik nieuw geïnstalleerde kamers te huur aan, a ? 20. en ? 25 per maand. P/a. Prinsengracht 1037." (Adv. Hbl.) E. Tüierens v. Moppes. Wie zal met deze risico de kamers willen huren? Morgen kan E.Thierens v. Moppea weer naar Amerika terag gaan, en de kamers zelf betrekken. DIRRSÜIMflBE OP* KOPER* EN <ZIN»S. ]S_EJZER5GRACttT32jf '^v^Vi?S^l^fif*' * - ? J.JJieÉg KUNSTHANDEL Molenstraat 65,65a en 67 EYESTI6D VAN. Schilderijen en Aquarellen meesters. GRAVURES, ETSrSTMCADREENTE». Inrichting voor het restaureeren en vernissen van Schilderijen. Belast zich met het honden van kunstveilingen van collectiën uit nalatenschappen, enz.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl