De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1911 5 februari pagina 5

5 februari 1911 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

Na 1754 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Ywwenf erk in Autnliê. De Australische Statengemeenschap ia na de federatie een tijdperk van bloei ingetreden. Naast den economischer! bloei is er een streven om den maatschappelijken toestand niet van enkele bevoorrechten, maar van het algemeen te verbeteren. Daarmede ging samen een verhooging van het ledelijjk peil zoowel van vrouw als man. Nergens dan ook genieten de vrouwen zooveel rechten, als in de verschillende Staten van Australië; en niemand zal er aan denken, de wetten te veranderen die aan de vrouwen gelijkt rechten geven als aan de mannen. Dat alle instellingen op liefdadigheidsgebied onder den bloei van het land grooter uit breiding, en de in die gestichten verpleegden een meer mensonwaardig lot kregen, spreekt vanzelf, want met de vrouw heeft een grooter hnmaniteitsgevoel in de maatschappij intrede gedaan. Ook het gevangeniswezen heeft een grooten overgang doorgemaakt. Wel heeft een man kapitein Neitenstein daartoe het initiatief genomen, maar de vrou wen hebben veel bijgedragen voor de totstand koming van zijn ideaal. Er werd namelijk in Long Bay (N. 8. Wales) een gesticht gebouwd voor boetvaardige vrouwen. Een dame, die nit Enge'and was over gekomen, om van regeeringswege de gevange nissen en aeylen te inspecteeren, was van oordeel, dat de inrichting van het Long Bay gesticht alles overtrof, wat «ij tot nu toe had gezien. In de eerste plaats wist geen «Ier verpleegden den naam van hare lotgenooten, die alleen slechts bij haar nummer bekend zy°n. Diar^ij behooren de vrouwen, die er werk zaam z(jn, «Hen tot den beschaafden stand. Verder is alles zeer hygiënisch ingericht. (Ia ons land, waar wij steeds sukkelen met leege beurzen in de gestichten van liefdadig heid, E0n van min of meer luxuenee wyze waarop het Long Bay gesticht is ingericht, geen sprake kunnen zijn. De gevangenen want dat zy'n werkelijk de verpleegden worden niet anders ge straft dan door het onthouden van gunst bewijzen, wanneer z\j iets verkeerds hebben gedaan. Wy beschouwen straf als iets wat be hoort tot den tjjd waarin men meende met de roe het kwaad er uit te kunnen slaan l" zeide de directrice. De vrouwen zyn verdeeld in drie klassen ? In de tweede klasse, als teeken van goed gedrag, mogen zy bloemen in de kamer hebbeo. In de derde mogen zjj tevens wat platen aan den muur hangen en de vloeren van aaar cellen zjjn van hout. Een comitévan dames komt elke week in de gevangenis, alwaar de vrouwen die zich goed hebben gedragen, mogen samenkomen. Degenen, die in de cel moeten blij ven, worden door de dames bezocht. Als de vrouwen worden ontslagen, worden zy steeds ver van de groote steden geplaatst, omdat de verleiding daar zooveel te gevaarIper Ie. De vrouwen werken in den moestuin en verboBwen het land, zoodat alle groenten door haar zelve worden gekweekt. De Directrice zeide dat dit laatste het grootste genoegen voor de verpleegden was, en een groote aansporing om zich goed te gedragen, opdat zy mede mochten doen aan den landarbeid. Veel wordt er gezongen! De geestelijke die aan de inrichting verbonden is, zeide de volgende befcartigingswaardige woorden. Zingen en goede tKuziek werkt teel meer uit dan preeken, vermaningen en traktaatjes t" Natuurlijk leeren ze ook wasschen en naaien. De meeste veroordeelden zyn zwak van lliiMiiiiiiiiiiiiitiiiiiniiiiiiiiiiiiiiniMiiniiiiiitiiiiiiiniiiiii UIT DE NATUUR. CDXII. Een zonderlinge voortplanting. Wie in het vroege voorjaar zyn tuin wat omspit of de ingegraven potten met bloem bollen weer nit de aarde haalt, zal menigmaal verrast hebben gekeken als er een dikke aardhommel mee boven den grond kwam. Het dier is gaaf en frisch van kleur, en al beweegt het zich ia het eerst maar matig, het is duidelijk, dat het een gezond dier is, geen begraven lyk. Was het een meikever of vlinder, dan lag het voor de hand aan een uitgekomen pop te denken. Maar de larven van hommels en by en verstoppen zich niet in den grond. Ewdce viridit Het dunnere deel is de Paloio der Samoa-eilanders. Op '/s ongeveer. De hommel is dan ook niet in de aarde ontpopt; het is een koningin, d. w. z. een groot, bevrucht wijfje, dat zich in den naherfst toen de kolonie te gronde was gegaan, heeft ingegraven om te overwinteren. Neemt ge het diertje mee in huis, of legt ge het op een droog plekje in de zon, dan rekt het de pooten; na een uurje loopt het, nog wat wankel, heen en weer; als het koud wordt tracht het weer in den grond te kruipen. Zoo'n warm ondergrondsch winterverblyf brengt evenwel velerlei gevaren mee; hom mels zijn niet de eenige dieren, die onder bedekking van de warme hnmuslaag den winter trachten door te komen, en die honden niet alle een winterslaap. Haar al blyft de yerstijfde hommel door geest, en zondigden niet uit liefde tot kwaad doen, maar uit onwetendheid. Van dit oogpunt uit, is het heele systeem, toegepast in Long Bay, bewerkt. Overal is het licht en helder, en als het werk is afgedaan, mogen de verpleegden boeken kiezen nit de wel voorziene bibliotheek. Het was in opdracht van den Minister van Onderwijs van New South Wales, dat Miss Hally zich naar Tasmania begaf, om aldaar cursussen te geven op gezondheidsgebied. Behalve dit, was zy gewoon de jonge meisjes toe te spreken en ze te waarschuwen voor de zedelijke gevaren, vooral in de groote steden. Haar invloed werd al spoedig zóó groot, dat bet door de moeders weaschelyk werd geacht, vaste, gediplomeerde leerarejaen aan te stellen op de scholen ter behandeling van hygiëne en zedelijkheid. Zelve moesten deze op hoog zedelijk standpunt staan. Van Adelaide gaat de beweging nit, en het is zeer waarschijnlijk dat de Minister van Onderwijs aan het verzoek der euders zal voldoen. Voorwaar, een heerlijk resultaat zou dit zy°p, want het moet worden erkend: de jeugd is in de laatste dertig j aren schromely k misdeeld geworden, «aar het betreft opvoedirg in den ruimsten zin genomen, namelijk die van geest en hart! Gelnkkig is een kentering waar te nemen en, waar zooals in Australi en ook in Amerika de hoogere autoriteiten dit zelf inzien, kunnen we verwachten dat ook de oude wereld dit voorbeeld zal volgen. Den Haag. H. VAN DE MOKB. Eet eiid rai ecu ki Er kon ook boven staan: Eén uit velen." 't Was op 't eind van zyn leven dat ik hem zag, voor 't eerst en 't laatst, maar ik zal hem blijven zien zoolang ik leef. Zoo kwam het. Ik bracht een bezoek aan de hoofdver pleegster van de kinderzaal in het Ziekenhuis. Er waren niet veel patientjes, slechts acht. De kinderen waren juist nit hun middag slaapje ontwaakt, dus nog niet tierig, som migen slaperig, anderen jengelig. Wy gingen de bedjes langs en de zuster vertelde mij iets van de kinderen. Een klein kindje van anderhalf jaar lag rustig te slapen, 't eene armpje naar boven gestrekt en vastgemaakt aan een katrol boven 't bedje. Gevallen en 't armpje gebroken," zei zuster. En deze kleine vent?" Verleden week geopereerd. We dachten niet dat hy er door zou komen, maar 't gaat boven verwachting." Ik streelde het wangetje van den driejarigen krullebol, maar onwillig wendde bij het hoofdje af en het lipje begon verraderlijk te trillen. Laat hem maar stil liggen, hij is niet koortsvry en daardoor wat hangerip." Uit 't volgende bed keken een paar guitige, bruine jongensoogen my schalkech aan. Nou, jy zult niet lang meer hier blijven. denk ik. Zeker een genezen patiënt, zuster ? ' Da tienjarige jongen lachte wat verlegen toen zuster vertelde: Ja, kykt u maar eens boe prachtig hy genezen is. Hy zal niet meer op de tram springen, nietwaar Henk?" En zy toonde my *yn arm, n en al lidteeken Hoe die arm er uitzag toen hy kwam I Want bij is niet dadely'k hier gekomen, ze lieten het maar op eigen houtje genezen, zoodat 't te verwonderen is hoe goed 't nog is terecht gekomen. Maar de hand ging scheef staan, toen is er hier een nieuw stukje in den arm gezet en nu kan hy zijn hand zoo goed be wegen als de andere." Een kleine, dikke, blozende jongen stond te drenzen in zyn bedje, hy wou er uit. . Nu, kom dan maar," zei zuster. Jan, wat ben je zwaar . . . daar ga maar loopen" en Jan volbracht zyn loopoefeningen langs MtmiiiMmiiHimiiiMimiiiHimMMiimiiHiiimiiHiimllMiiimiMiimiin de op insectenetende dieren gespaard, zy is er nog lang niet altijd bovenop", al bereikt ze in het voorjaar weer de oppervlakte. Bekijkt ge het dier goed er is niet eens een loupe voor noodig dan ziet ge tusechen de haren van rug en buik en in de inkeepingen van de geledingen geregeld een aantal witte of gele diertj es, die zich eerst stil houden, maar by toenemende warmte zich duchtig bewegen. Dat zijn mijten, spinachtige beestjes die waarschijnlijk al in het najaar met het hommeiwijfje mee den grind zyn in gegaan, hetzij als eieren of als larven. Hun aantal kan zoo groot zyn dat de hommel letterlijk geen poot of vleugel meer kan verroeren. Al is het mogelyk dat de mijten zelf de hommel niet noemenswaard aanboren"; zij kan er last genoeg van hebben. Een poosje later, als de paardebloemen al bloeien, zult ge op hommels weer andere ook kleine witte larfjes kunnen aantreffen, dat zyn de jongen van oliekevers, die nit de bloemen op de hommels o verspringen. Daar van heb ik u al eens het een en ander verteld in een opstel over bypermetamorphose of dubbele gedaanteverwisseling. Nog merkwaardiger verloopt het leven van een andere hommel- parasiet, die ook niet zeldzaam is. Vindt ge in den zomer een groote zware hommel, die by droog warm weer traag over het mos of de aarde rondkruipt, zoo nu en dan eens omvalt en stuiptrekt alsof het dier aan toevallen leed, dan kan het gebeuren dat ge een vreeselij k natuurtafereel by woont; het achterlijf van de hommel barst open en er komen een aantal dunne gele wormpjea uit te voorschijn van een paar c.M. lengte. Het onderzoek van deze parasieten heeft feiten aan het licht gebracht, die ongelooflijk zouden zyn, als ze niet bewezen waren. De parasiet zelf was al lang bekend door de onderzoekingen van Von Siebold en andere zoölogen. Zy vonden in verstijfde hommels wormpjes met een fraai geteekende, als ge ciseleerde huid. Dit velletje bestond naaar uit een enkele laag cellen met knopjes en kernen en daardoorheen schemerde een lange gekronkel de buis die vol eieren bleek te zitten, bovendien zat er nog een eindje darmkanaal in, maar verder niets. Aan n einde evenwel hing nog een aanhangsel : een zeer klein dun draadje vaak van een millimeter ongeveer. Dit din getje bezat nog iets als een kop en een zuigbek ; maar verder zoo goed als geen ingewanden. Dat was een dierkundige puzzle en een van de lastigste die er op te lossen zyn en waren. Ik heb n al eens verteld van een diersoort, ook een parasietische worm, waarvan het minieme mannetje in het bij vergelijking zeer groote wijfje leeft; zoo iets zou hier ook het geval kunnen zyn, dachten de onder stoelen en bedden, vergenoegd kraaiend. Dat ia onze Janneman, geen patientje zooals u ziet; hij blijft hier nog wat, zjjn moeder is in 't huis gestorven en nu houden wij hem een poosje." Zoo gingen we langs de bedjes, hier een meirje liggend in rekverband, daar een jon gen met gipsbeentjes, verderop een derde met verbonden hoofd zieke en lijdende kinderen, maar in deze atmosfeer van zor gende liefde tevreden en zorgeloos. Ga nu hier makkelijk in de serre zitten," zei zuster, dan haal ik het theeblad hier.'' Ik maakte 't my genoeglijk in de zonlichte serre, waarin, door de wij do pens taande boven ramen, de zachte yoorjaarslucht binnen stroomde. In den tuin zaten en wandelden de herstellende zieken, genietend van de lentelacht en het zich hernieuwende leven rondom. Aan de overzijde van den Singel gingen de wandelaars voorbij en tingelden de electrische trams af en aan. Al vroolykheid en licht, daarbnitep. Zuster, mag ik m'n eitjes," klonk een hooge jongensst'em achter me. Ik keek om, aan het andere eind der serre stond nog een ledikant, dat ik niet had opgemerkt. Ik ging er heen, er lag een jongen in. Eén blik was genoeg «m het vonnis te lezen: ten doode opgeschreven. De tuber culose had hare verwoestingen in dit jonge organisme zoo z:chtbaar aangericht, dat men' zich niet kon vergissen. In het doodsbleek, vermagerde, strak gespannen gezicht stonden de bruine oogen echter levendig, en opgewekt was de toon van zyn stem. Zuster komt dadely'k, vent. Zoo, eet jij trouw je eitjes? Dat is flink, daar wordt je sterker van." .Welnee, 't zijn Paascheitjes. Ziet n, ik heb 'n Kip in 'n mandje met suikereitjes gekregen, eiken dag mag 'k er ntje. Zuster, hebt u ze?" Dadely'k Beit, even thee zetten." Hè, schenkt u hier thee? Da's gezellig. Ja, ja, 'k kryg ook altijd 'n kopje en wil 'k n 's wat vertellen ?"... hier deed hy geheim zinnig, ook wel 's 's nachts." Wordt dat apart voor jon gezet ? Jongen, ik geloof dat ze je hier bederven." Welnee, 's nachts zetten ze thee voor de nachtzuster». En als 'k niet slapen kam, brengt de zuster me 'n kopje." Hoe lang ben je hier al, Bert?" . La 's kijken... twee maanden. Da 'd nu voor de tweede keer... eerst vijf weken, toen dacht ik dat ik beter was maar zie j p, toen is die wond au me heup weer be gonnen. Maar" met een geruststellend knikje de dokter zegt da 'k wel gauw beter zal zij D. Hoe oud denk u da'k ben?" Ik kon den leeftijd naar dat oudachtig gezichtje niet bepalen. Ja, Bert, dat kan ik zoo moeilyk zien, als je zoo in bed ligt." Dertien ben ik en kommende maand veer tien. M'n armen motten nog wat dikker worden, hè?" Hy hield de broodmagere polzen en doorschijnende handen tegen 't licht. Wat lekker schijnt dat zonnetje op me. Leg 'k hier niet heerlijk? 't Ia hier niks ongezellig hoor! Kijk maar 's, ik zie al de menechen gaan en de elektrieke trams. En 's nachts, als ik niet slapen kan, schijnt er 'n ster percies in me bed. Daar kyk 'k dan na." Zuster, zustèr," jengelde de jongen met het verbonden hoofJ,, 'n paar bedden van Bert af, krijg 'k nou rpe eitjes? Toe zuster." Jonge, hou je stil.' Zie je niet dat zuster bezoek heeft ?" bestrafte Bert. Zuster kwam juist met de bei de mandjes aan. Niet meer dan a eitje, jongens," waar schuwde zij, Bert bekeek zyn schat met liefkozende blikken en toen hij daarop het begeerde kopje tbee kreeg, verlangde hy niets meer. Komt u nog 's weer," vroeg hij by' 't af scheid nemen. Zie je, als er bezoek komt, kommen ze alty'd bij me, dat vin 'k zoo prettig." Als ik kan, beloof ik het je, maar ik zoekers, maar dat bleek onjuist. Het onder stelde lichaam van het dwergmannetje bezit geen geslachtsorganen en bovendien: op de plaats van aanhechting gaat de huid van het groote dier geleidelijk over in dat van het kleintje dat er aanhangt. Wat kon het dan zyn ? Mogelijk een twee lingwezen, waarvan het eene parasieteerde en doorgroeide terwy'l het ander degenereerde. Maar zoo iets was noch nicht dagewesen en er bestonden ook geen verdere aanwijzingen, die de onderstelling meer grond gaven. Aan Leukart die zoo veel raadsels uit het wonderlyke parasieten-leren heeft opgelost, is het gelukt met onnoemelijk veel moeite ook in deze geheimzinnige zaak achter de waarheid te komen. Door het geval van begin af dat de hommel geïnfecteerd wordt te onderzoeken, kon hij den levensloop van het wonderdier Sphaerularia vaststellen. In het najaar als de wijfjes-hommels zich in den grond graven voor de overwintering, zoeken de wijfjes van Sphaerularia, die dan een millimeter lang zyn ongeveer en uiterst dun, een hommel koningin op en drin gen het lichaam binnen. Het wormpjeisdan al bevrucht, de ingewanden en geslachtsdeelen ovarinm en vagina, voor het bloote oog onzichtbaar, liggen als gewoonlijk en zyn geheel normaal gevormd. Spoedig echter begint het anders te wor den ; zijwaarts uit het kleine wormenlichaam komt de vagina naar buiten, en vormt daar een duidelijk zichtbaar miniem knopje, dit zwelt tot een zakje; een deel van het darmkanaal gaat in die scheede over en ook de eierstok. De vagina rekt steeds meer door de groeiende eiermassa; maar het wormpje zelf groeit niet mee en wordt steeds kleiner; alleen de vagina met de in houd neemt voortdurend in omvang toe, gevoed door de ongelukkige hommel. Dit gaat zoover dat dit orgaan, by na twin tigmaal het gewicht krijgt van het geheele oorspronkelijke dier, en 69.000 maal zoo groot wordt als het oorspronkelijk was. Wat daar dus aan de vermeende worm hangt, het millimeter groote wormpje, is het eigenlyke dier, de groete witte worm zelf is niets dan de uitgezette vagina ervan. Ten slotte valt de kleine worm zelf af, en het geslachts orgaan leeft zijn leven zelfstandig voort als de arme hommelkoningin boven aarde komt; soms wordt zy al in het voorjaar door bar sten verlost van haar plaag. Dan wentelen de eierblazen nog wat rond, geraken on ier de aarde of vochtig rottend blad en gaan waarschijnlijk ta niet. Meestal komen de eieren uit in het hommellichaam; mannetjes en wijfjes zyn nu nog niet van elkaar te onderscheiden, ze blijven nog wat parasiteeren in de hommel en leven gedurende woon niet hier in de stad. Dag Bert, dag jongen, zoek jy de zon en de sterren maar op." I's. heb hem niet meer gezien. Twee maan den daarna vernam ik zijn dood en eerst veel later sprak ik opnieuw de zuster. Wat was 't eigenlyk voor 'n kind, zuster? Hij leek mij zoo tevreden en opgewekt toe." Ja dat kon hy wezen en u trof hem in een goede bui. Maar soms was er geen huis met hem te honden, dan sarde en treiterde hy de andere kinderen, dan had bij iets van een misdadiger. De jongens scholden hem dan voor doodskop, wat hem woedend maakte. Hij vond 't heerlijk als hy zag, dat men medelijden met hem had. Och 'cwaszDo'n treurig leven, 'n verwaarloosd kind, vader en moeder allebei aan den drank 't oode liedje en 't kind het slachtofier." n kwamen zyn ouders wel eens?" Een enkele maal zyn vader. Vroeger had die een goede landsbetrekking gehad. O 't was vreeselyk op 't laatst. Als hij zoo'n pijn had, de stnmperd, met 't verbinden, dan kryschte hy letterlijk; Moeder, moe ier," maar nooit kwam ze. En toen hy dood was, schreef ze om zyn beursje, waar 'n klein beetje geld in was en de rest van zyn snoep goed. Anders niet." No. 6. RECTIFICATIE Mej. M. G. KEAMEBS. In het artikel van mej. Martina G. Kramers in het nummer van de vorige week is een zinsdeel ingeslopen, dat noodzakelijk corectie behoeft. Er stond Welk voorbeeld kunt a geven, dat in een land beperkt vronwen(of ook mannen-) kiesrecht is ingevoerd en zulks nadeelig gewerkt heeft." Het-zinsdeel (of ook mannen-)" moet vervallen. Achter ik stelde aan het Kott. Komitee" leze men de voorwaarde". AErltB^DEL Antiquiteiten. De kansen om een kras oudje te worden zyn tegenwoordig niet gering. Generaal Booth is 85 en trekt nog de geheele wereld rond. Te Boston leeft een dame van 83 jaar Mrs Celville, die er nog behagen in schept te paard mede op de jacht te gaan en even vlug een hinderpaal neemt als de beste ruiter; en graaf Cadogan, een lid van het Engelsche Hoogerhuis, die de volgende maand 80 wordt, ging twee weken geleden nog met een 50 jaar jongere bruid ter kerke. Niet minder merkwaardig is 't, dat in Marseille een fami lie leeft van 5 personen, die te samen 446 jaar oud zyn, en besloten hebben het te samen tot vijf hondert j es te brengen. Fraaier antiquiteit en-museum is wel niet denkbaar. *** Moeder en Vader de Oans. Je kunt wel oud worden, al ben je een gansje". Ganzen zijn zelfs een zeer oud ge slacht, en wanneer ze niet vallen als slacht offers der kerstmis vreugde (vooral in Engeland hebben ze daar nog al last van) bereiken z?, zonder grijs of stram worden, soms een leef tijd, om jaloerech van te worden. Een reiziger in noordelijk Duitschland trof op een boerderij onlangs een gans aan, die 40 jaar al het ganzen-lief en leed had meege maakt in deze zelfde omgeving, en toen de vogel gekocht werd, was ze reeds volwassen. Het beest waggelde precies als de anderen, en snaterde er nog even vroolijk op los, toonde ook een geduchte eetlust, en keek helder uit zyn oogen. Sterker nog. In zyn Travels in Scotland" vertelt James Hall, dat hy bij een landeigenaar een ganser i k zag, die 80 jaar oud was, en van vader op zoon werd geërfd. Ten slotte stierf het stomme dier nog een gewelddadiger; dood, anders leefde het wel licht nog. Deze ganserik was ook eenmaal gouden bruigom: hij was ruim 50 jaar bizonder dikke maatjes met n en 'c zelfde gansje. den rest van den zomer in de humus of onder het mos. Tegen den herfst zyn ze geslachtsry'p en paren; de mannetjes sterven spoedig en de wijfjes zoeken al weer in den grond naar hommels om ze te infecteereo. Hier hebben we dus het zeldzame geval dat een geslachtsorgaan de rest van het lichaam overneemt, groeit ten koste van een au der wezen en ten slotte een eigen leven voert. Het eerete is, zoo niet eenig in de levende wereld, dan toch uiterst zeldzaam; het andere, dat de geslac htsdeelen loslaten van het lichaam en op zichzelf er op uit gaan in het belang van de voortteeling, is veel algemeener, al is de manier lang niet hij alle planten en dieren zoo vreemd; spermatozoïden immers en eieren ver laten ook het vader- en moederlichaam als le vende wezens. Maar dat Sehildersgril. Een zeer modern artiest te Parys had sedert jaren ingezonien op een der groote kunsttentoonstellingen, welke echter telkens weer zyn stukken weigerde. Eindelyk werd hy geplaatst. Dit vervulde hem echter met gansch andere gevoelens dan vreugde. Op een zeer drukken dag bagaf hy zich naar de tentoonstelling, zocht zyn schilderij op, bleef er eenige oogenblikken naar t taan te kijken, haalde toen plotseling een groot mes te voorschyn, en sneed met driftige i ukken kris en kras door het doek, zoodat het aan alle kanten in flarden buiten de lijst hing. De suppoosten maakten zich van hem meester: men dacht dat by krankzinnig geworden was, maar spoedig bleek, dat by niets mankeerde. Hy bad a'leen uitdrukking willen geven aan zyn verachting voor de kunstrechters, die goede schilderyen van hem hadden geweigerd en een slecht geplaatst. * * # Zeer modiew. Aan het huis van een Farysche mode maakster werd onlangs tegen drie uur in den nacht luid gescheld. Doode lij i ontsteld springt zy uit bed, opent het venster en ziet een jongen staan, die reeds weder zyn hand uitsteekt, om opnieuw te schellen; maar zoodra hy haar gewaar wordt begint hy: Juffrouw, moeder vraagt".... Och l" valt de taillenze hem in de rede, Je bent verkeerd l Je moet zeker by den dokter zyn, twee huizen verder l" En hy: Neen, neen, juffrouw, ik moet U hebben. Moeder heeft van morgen voor de brniloftsparty van m'n zuster de nieuwe zijden rok aangetrokken, die U voor 'r ge maakt hebt. Maar U moet dadelijk komen helpen, want... ze is er met geen kracht en geweld weer nit te krijgen". Voor typisten. Troostrijk nieuws voor dames, die op de schrijfmachine moeten werken: een Dnitech dokter heeft uitgemaakt, dat het tikken" een uitmuntende handgymnastiek is, die niet alleen de vingers los en buigzaam maakt, maar ook den fraaien vorm der handen ont wikkelt. Tik er dus maar ferm op loe>, damee typisten, ge zyt beter af dan zij, die den geheelen dag een penhouder styf in de vingers druk ken, welke de huid door het steeds schuiven op dezelfde plaats, ruw en eeltig maakt, de nagels afslijt en de spieren of het beendergestel van sommige gedeelte der hand oneven redig ontwikkelt. Een andere troost, voor nijvere huishoudster* j ep, is, dat 't zoogenaamde vaat-wasschen" eveneens de schoonheid der handen bevordert. De vetdeeleo, die in 't vaat-water in groote verscheidenheid worden opgenomen maken de hand zacht en de tint der handen zeer blank. Gezondheid en schoon heid schuilen somtijds in... een klein hoekje. *** Raadsel. Een jonkman, die eerst van plan was, niet te huwen, was op eens verloofd. Dat ge schiedde als volgt: Een jonge dame, een mooi, geestig meisje, waarmee hij al geruimen tijd flirtte en die hy ondanks allerlei bloem rijke declaraties maar steeds op het groote ernstige woord liet wachten, (ze mocht hem graag) vroeg hy om een kus. Zonder eenige preutschheid zei ze: Je krijgt 'm; maar je moet er my iets voor terug geven l" En wat is dat dan? vroeg hy. Wel," zei ze, dat is iets, dat je niet hebt, nooit krijgen kunt en me toch heel gemakkelijk kunt geven l" Hè?... zei hij, stom verbaasd om 't raadsel. Hy dacht na, was toch zoo galant om 't te raden: Een echtgenoot ?" vroeg hy lachend. Blozend knikte ze ja, en verrukt over z'n geestig meisje, vroeg hy haar hand, en ze werden een gelukkig paar. ALLEGBA. slachtrypen toestand uit twee duidelijk te onderscheiden deelen. Het voorstuk lykt een gewone worm met wat vreemden kop, het achtereind dat een meter lang kan wordan bestaat uit geledingen die op kleine lintwormschijfjes lijken maar meer hoeken hebben. Op bepaalde dagen van het jaar, alty'd op den dag voor het laatste maankwartier van October en meestal weer op dien dag in Novem ber, laat Ennice haar achterhelft varen; zy zelf blyft veilig verborgen tusschen de koralen, maar haar langste deel dat de geslachtsproducten bevat, stijgt naar de oppervlakte en zwemt daar lustig rond. Die afsnoering van geslachtsdeelen, gaat bij zulke masea's te gelyk, dat de zee er dik" van wordt, zooals bij het haringpaaien hom en kuit kunnen doen. En even als de Hollanders,^ No. Sphaerularia lombi. By a het mannetje, b het wijfje bij het begin van het parasiteeren, s is de vagina, c een verder stadium; d. w. is het wormpje dat verschrompelt, ov. is ovarium. Fig. uit L. von Grafl, Schmarotzertum im Tierreieh. een deel van het moederlichaam loslaat en op zich zelf nog een poosje voortleeft, komt in een vorm die met Sphaerulia eenigszins over eenkomt, ook voor bij een anderen daardoor beroemd geworden worm, de Eunice viridis, meer bekend onder den naam van Paloioworm, In het kort kan ik het hier nog wel eens by'voegen, voor hen die het tl weer haast vergeten zyn. Dit dier leeft in de buurt van de Fidschien de Samoa-eilanden op 50 il 60 M. diepte tns-chen de koraalriffen. Het bestaat in ge ren en Engelschen er als de kippen by zyn wanneer de haringen voor hun voort planting zorgen, komen de Papoea's die van de zaak alles precies weten, er op af en balen by prauwen vol de delicatesse binnen. Dan is het groot feest daar ginds; de paloio" wordt gebakken, gekookt of rauw gegeten en nog een restje gedroogd om na te smullen. E. HEIMAWS,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl