Historisch Archief 1877-1940
Na 1754
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Ywwenf erk in Autnliê.
De Australische Statengemeenschap ia na
de federatie een tijdperk van bloei ingetreden.
Naast den economischer! bloei is er een
streven om den maatschappelijken toestand
niet van enkele bevoorrechten, maar van het
algemeen te verbeteren.
Daarmede ging samen een verhooging van
het ledelijjk peil zoowel van vrouw als man.
Nergens dan ook genieten de vrouwen
zooveel rechten, als in de verschillende Staten
van Australië; en niemand zal er aan denken,
de wetten te veranderen die aan de vrouwen
gelijkt rechten geven als aan de mannen.
Dat alle instellingen op liefdadigheidsgebied
onder den bloei van het land grooter uit
breiding, en de in die gestichten verpleegden
een meer mensonwaardig lot kregen, spreekt
vanzelf, want met de vrouw heeft een grooter
hnmaniteitsgevoel in de maatschappij intrede
gedaan.
Ook het gevangeniswezen heeft een grooten
overgang doorgemaakt.
Wel heeft een man kapitein Neitenstein
daartoe het initiatief genomen, maar de vrou
wen hebben veel bijgedragen voor de totstand
koming van zijn ideaal. Er werd namelijk in
Long Bay (N. 8. Wales) een gesticht gebouwd
voor boetvaardige vrouwen.
Een dame, die nit Enge'and was over
gekomen, om van regeeringswege de gevange
nissen en aeylen te inspecteeren, was van
oordeel, dat de inrichting van het Long Bay
gesticht alles overtrof, wat «ij tot nu toe had
gezien.
In de eerste plaats wist geen «Ier verpleegden
den naam van hare lotgenooten, die alleen
slechts bij haar nummer bekend zy°n.
Diar^ij behooren de vrouwen, die er werk
zaam z(jn, «Hen tot den beschaafden stand.
Verder is alles zeer hygiënisch ingericht.
(Ia ons land, waar wij steeds sukkelen met
leege beurzen in de gestichten van liefdadig
heid, E0n van min of meer luxuenee wyze
waarop het Long Bay gesticht is ingericht,
geen sprake kunnen zijn.
De gevangenen want dat zy'n werkelijk
de verpleegden worden niet anders ge
straft dan door het onthouden van gunst
bewijzen, wanneer z\j iets verkeerds hebben
gedaan.
Wy beschouwen straf als iets wat be
hoort tot den tjjd waarin men meende met
de roe het kwaad er uit te kunnen slaan l"
zeide de directrice.
De vrouwen zyn verdeeld in drie klassen
? In de tweede klasse, als teeken van goed
gedrag, mogen zy bloemen in de kamer
hebbeo.
In de derde mogen zjj tevens wat platen
aan den muur hangen en de vloeren van
aaar cellen zjjn van hout.
Een comitévan dames komt elke week in
de gevangenis, alwaar de vrouwen die zich
goed hebben gedragen, mogen samenkomen.
Degenen, die in de cel moeten blij ven,
worden door de dames bezocht.
Als de vrouwen worden ontslagen, worden
zy steeds ver van de groote steden geplaatst,
omdat de verleiding daar zooveel te
gevaarIper Ie.
De vrouwen werken in den moestuin en
verboBwen het land, zoodat alle groenten
door haar zelve worden gekweekt.
De Directrice zeide dat dit laatste het
grootste genoegen voor de verpleegden was,
en een groote aansporing om zich goed te
gedragen, opdat zy mede mochten doen aan
den landarbeid.
Veel wordt er gezongen! De geestelijke die
aan de inrichting verbonden is, zeide de
volgende befcartigingswaardige woorden.
Zingen en goede tKuziek werkt teel meer uit
dan preeken, vermaningen en traktaatjes t"
Natuurlijk leeren ze ook wasschen en naaien.
De meeste veroordeelden zyn zwak van
lliiMiiiiiiiiiiiiitiiiiiniiiiiiiiiiiiiiniMiiniiiiiitiiiiiiiniiiiii
UIT DE NATUUR.
CDXII. Een zonderlinge voortplanting.
Wie in het vroege voorjaar zyn tuin wat
omspit of de ingegraven potten met bloem
bollen weer nit de aarde haalt, zal menigmaal
verrast hebben gekeken als er een dikke
aardhommel mee boven den grond kwam.
Het dier is gaaf en frisch van kleur, en al
beweegt het zich ia het eerst maar matig,
het is duidelijk, dat het een gezond dier is,
geen begraven lyk. Was het een meikever
of vlinder, dan lag het voor de hand aan
een uitgekomen pop te denken. Maar de
larven van hommels en by en verstoppen zich
niet in den grond.
Ewdce viridit Het dunnere deel
is de Paloio der Samoa-eilanders.
Op '/s ongeveer.
De hommel is dan ook niet in de aarde
ontpopt; het is een koningin, d. w. z. een
groot, bevrucht wijfje, dat zich in den naherfst
toen de kolonie te gronde was gegaan, heeft
ingegraven om te overwinteren. Neemt ge
het diertje mee in huis, of legt ge het op
een droog plekje in de zon, dan rekt het de
pooten; na een uurje loopt het, nog wat
wankel, heen en weer; als het koud wordt
tracht het weer in den grond te kruipen.
Zoo'n warm ondergrondsch winterverblyf
brengt evenwel velerlei gevaren mee; hom
mels zijn niet de eenige dieren, die onder
bedekking van de warme hnmuslaag den
winter trachten door te komen, en die honden
niet alle een winterslaap.
Haar al blyft de yerstijfde hommel door
geest, en zondigden niet uit liefde tot kwaad
doen, maar uit onwetendheid.
Van dit oogpunt uit, is het heele systeem,
toegepast in Long Bay, bewerkt.
Overal is het licht en helder, en als het
werk is afgedaan, mogen de verpleegden
boeken kiezen nit de wel voorziene bibliotheek.
Het was in opdracht van den Minister
van Onderwijs van New South Wales, dat
Miss Hally zich naar Tasmania begaf, om
aldaar cursussen te geven op
gezondheidsgebied.
Behalve dit, was zy gewoon de jonge
meisjes toe te spreken en ze te waarschuwen
voor de zedelijke gevaren, vooral in de groote
steden.
Haar invloed werd al spoedig zóó groot,
dat bet door de moeders weaschelyk werd
geacht, vaste, gediplomeerde leerarejaen aan
te stellen op de scholen ter behandeling van
hygiëne en zedelijkheid. Zelve moesten deze
op hoog zedelijk standpunt staan.
Van Adelaide gaat de beweging nit, en het
is zeer waarschijnlijk dat de Minister van
Onderwijs aan het verzoek der euders zal
voldoen. Voorwaar, een heerlijk resultaat zou
dit zy°p, want het moet worden erkend: de
jeugd is in de laatste dertig j aren schromely k
misdeeld geworden, «aar het betreft opvoedirg
in den ruimsten zin genomen, namelijk die
van geest en hart! Gelnkkig is een kentering
waar te nemen en, waar zooals in Australi
en ook in Amerika de hoogere autoriteiten
dit zelf inzien, kunnen we verwachten dat
ook de oude wereld dit voorbeeld zal volgen.
Den Haag.
H. VAN DE MOKB.
Eet eiid rai ecu ki
Er kon ook boven staan: Eén uit velen."
't Was op 't eind van zyn leven dat ik
hem zag, voor 't eerst en 't laatst, maar ik
zal hem blijven zien zoolang ik leef.
Zoo kwam het.
Ik bracht een bezoek aan de hoofdver
pleegster van de kinderzaal in het Ziekenhuis.
Er waren niet veel patientjes, slechts acht.
De kinderen waren juist nit hun middag
slaapje ontwaakt, dus nog niet tierig, som
migen slaperig, anderen jengelig. Wy gingen
de bedjes langs en de zuster vertelde mij
iets van de kinderen. Een klein kindje van
anderhalf jaar lag rustig te slapen, 't eene
armpje naar boven gestrekt en vastgemaakt
aan een katrol boven 't bedje. Gevallen en
't armpje gebroken," zei zuster.
En deze kleine vent?"
Verleden week geopereerd. We dachten
niet dat hy er door zou komen, maar 't gaat
boven verwachting."
Ik streelde het wangetje van den driejarigen
krullebol, maar onwillig wendde bij het
hoofdje af en het lipje begon verraderlijk
te trillen.
Laat hem maar stil liggen, hij is niet
koortsvry en daardoor wat hangerip."
Uit 't volgende bed keken een paar guitige,
bruine jongensoogen my schalkech aan.
Nou, jy zult niet lang meer hier blijven.
denk ik. Zeker een genezen patiënt, zuster ? '
Da tienjarige jongen lachte wat verlegen
toen zuster vertelde:
Ja, kykt u maar eens boe prachtig hy
genezen is. Hy zal niet meer op de tram
springen, nietwaar Henk?" En zy toonde
my *yn arm, n en al lidteeken Hoe die
arm er uitzag toen hy kwam I Want bij is
niet dadely'k hier gekomen, ze lieten het
maar op eigen houtje genezen, zoodat 't
te verwonderen is hoe goed 't nog is terecht
gekomen. Maar de hand ging scheef staan,
toen is er hier een nieuw stukje in den arm
gezet en nu kan hy zijn hand zoo goed be
wegen als de andere."
Een kleine, dikke, blozende jongen stond
te drenzen in zyn bedje, hy wou er uit.
. Nu, kom dan maar," zei zuster. Jan, wat
ben je zwaar . . . daar ga maar loopen" en
Jan volbracht zyn loopoefeningen langs
MtmiiiMmiiHimiiiMimiiiHimMMiimiiHiiimiiHiimllMiiimiMiimiin
de op insectenetende dieren gespaard, zy is
er nog lang niet altijd bovenop", al bereikt
ze in het voorjaar weer de oppervlakte.
Bekijkt ge het dier goed er is niet eens
een loupe voor noodig dan ziet ge tusechen
de haren van rug en buik en in de inkeepingen
van de geledingen geregeld een aantal witte
of gele diertj es, die zich eerst stil houden, maar
by toenemende warmte zich duchtig bewegen.
Dat zijn mijten, spinachtige beestjes die
waarschijnlijk al in het najaar met het
hommeiwijfje mee den grind zyn in gegaan, hetzij
als eieren of als larven. Hun aantal kan zoo
groot zyn dat de hommel letterlijk geen poot
of vleugel meer kan verroeren. Al is het
mogelyk dat de mijten zelf de hommel niet
noemenswaard aanboren"; zij kan er last
genoeg van hebben.
Een poosje later, als de paardebloemen al
bloeien, zult ge op hommels weer andere ook
kleine witte larfjes kunnen aantreffen, dat
zyn de jongen van oliekevers, die nit de
bloemen op de hommels o verspringen. Daar van
heb ik u al eens het een en ander verteld
in een opstel over bypermetamorphose of
dubbele gedaanteverwisseling.
Nog merkwaardiger verloopt het leven van
een andere hommel- parasiet, die ook niet
zeldzaam is. Vindt ge in den zomer een groote
zware hommel, die by droog warm weer
traag over het mos of de aarde rondkruipt,
zoo nu en dan eens omvalt en stuiptrekt alsof
het dier aan toevallen leed, dan kan het
gebeuren dat ge een vreeselij k natuurtafereel
by woont; het achterlijf van de hommel barst
open en er komen een aantal dunne gele
wormpjea uit te voorschijn van een paar
c.M. lengte.
Het onderzoek van deze parasieten heeft
feiten aan het licht gebracht, die ongelooflijk
zouden zyn, als ze niet bewezen waren. De
parasiet zelf was al lang bekend door de
onderzoekingen van Von Siebold en andere
zoölogen. Zy vonden in verstijfde hommels
wormpjes met een fraai geteekende, als ge
ciseleerde huid. Dit velletje bestond naaar uit
een enkele laag cellen met knopjes en kernen en
daardoorheen schemerde een lange gekronkel
de buis die vol eieren bleek te zitten, bovendien
zat er nog een eindje darmkanaal in, maar
verder niets. Aan n einde evenwel hing nog
een aanhangsel : een zeer klein dun draadje
vaak van een millimeter ongeveer. Dit din
getje bezat nog iets als een kop en een zuigbek ;
maar verder zoo goed als geen ingewanden.
Dat was een dierkundige puzzle en een
van de lastigste die er op te lossen zyn en
waren. Ik heb n al eens verteld van een
diersoort, ook een parasietische worm, waarvan
het minieme mannetje in het bij vergelijking
zeer groote wijfje leeft; zoo iets zou hier
ook het geval kunnen zyn, dachten de onder
stoelen en bedden, vergenoegd kraaiend.
Dat ia onze Janneman, geen patientje zooals
u ziet; hij blijft hier nog wat, zjjn moeder
is in 't huis gestorven en nu houden wij
hem een poosje."
Zoo gingen we langs de bedjes, hier een
meirje liggend in rekverband, daar een jon
gen met gipsbeentjes, verderop een derde
met verbonden hoofd zieke en lijdende
kinderen, maar in deze atmosfeer van zor
gende liefde tevreden en zorgeloos.
Ga nu hier makkelijk in de serre zitten,"
zei zuster, dan haal ik het theeblad hier.''
Ik maakte 't my genoeglijk in de zonlichte
serre, waarin, door de wij do pens taande boven
ramen, de zachte yoorjaarslucht binnen
stroomde. In den tuin zaten en wandelden
de herstellende zieken, genietend van de
lentelacht en het zich hernieuwende leven
rondom. Aan de overzijde van den Singel
gingen de wandelaars voorbij en tingelden
de electrische trams af en aan. Al vroolykheid
en licht, daarbnitep.
Zuster, mag ik m'n eitjes," klonk een
hooge jongensst'em achter me.
Ik keek om, aan het andere eind der serre
stond nog een ledikant, dat ik niet had
opgemerkt. Ik ging er heen, er lag een jongen
in. Eén blik was genoeg «m het vonnis te
lezen: ten doode opgeschreven. De tuber
culose had hare verwoestingen in dit jonge
organisme zoo z:chtbaar aangericht, dat men'
zich niet kon vergissen. In het doodsbleek,
vermagerde, strak gespannen gezicht stonden
de bruine oogen echter levendig, en opgewekt
was de toon van zyn stem.
Zuster komt dadely'k, vent. Zoo, eet jij
trouw je eitjes? Dat is flink, daar wordt je
sterker van."
.Welnee, 't zijn Paascheitjes. Ziet n, ik heb
'n Kip in 'n mandje met suikereitjes gekregen,
eiken dag mag 'k er ntje. Zuster, hebt
u ze?"
Dadely'k Beit, even thee zetten."
Hè, schenkt u hier thee? Da's gezellig.
Ja, ja, 'k kryg ook altijd 'n kopje en wil 'k
n 's wat vertellen ?"... hier deed hy geheim
zinnig, ook wel 's 's nachts."
Wordt dat apart voor jon gezet ? Jongen,
ik geloof dat ze je hier bederven."
Welnee, 's nachts zetten ze thee voor de
nachtzuster». En als 'k niet slapen kam, brengt
de zuster me 'n kopje."
Hoe lang ben je hier al, Bert?" .
La 's kijken... twee maanden. Da 'd nu
voor de tweede keer... eerst vijf weken,
toen dacht ik dat ik beter was maar zie
j p, toen is die wond au me heup weer be
gonnen. Maar" met een geruststellend
knikje de dokter zegt da 'k wel gauw
beter zal zij D. Hoe oud denk u da'k ben?"
Ik kon den leeftijd naar dat oudachtig
gezichtje niet bepalen.
Ja, Bert, dat kan ik zoo moeilyk zien, als
je zoo in bed ligt."
Dertien ben ik en kommende maand veer
tien. M'n armen motten nog wat dikker
worden, hè?" Hy hield de broodmagere
polzen en doorschijnende handen tegen 't
licht. Wat lekker schijnt dat zonnetje op
me. Leg 'k hier niet heerlijk? 't Ia hier niks
ongezellig hoor! Kijk maar 's, ik zie al de
menechen gaan en de elektrieke trams. En
's nachts, als ik niet slapen kan, schijnt er
'n ster percies in me bed. Daar kyk 'k dan na."
Zuster, zustèr," jengelde de jongen met
het verbonden hoofJ,, 'n paar bedden van
Bert af, krijg 'k nou rpe eitjes? Toe zuster."
Jonge, hou je stil.' Zie je niet dat zuster
bezoek heeft ?" bestrafte Bert.
Zuster kwam juist met de bei de mandjes aan.
Niet meer dan a eitje, jongens," waar
schuwde zij,
Bert bekeek zyn schat met liefkozende
blikken en toen hij daarop het begeerde
kopje tbee kreeg, verlangde hy niets meer.
Komt u nog 's weer," vroeg hij by' 't af
scheid nemen. Zie je, als er bezoek komt,
kommen ze alty'd bij me, dat vin 'k zoo prettig."
Als ik kan, beloof ik het je, maar ik
zoekers, maar dat bleek onjuist. Het onder
stelde lichaam van het dwergmannetje bezit
geen geslachtsorganen en bovendien: op de
plaats van aanhechting gaat de huid van het
groote dier geleidelijk over in dat van het
kleintje dat er aanhangt.
Wat kon het dan zyn ? Mogelijk een twee
lingwezen, waarvan het eene parasieteerde
en doorgroeide terwy'l het ander degenereerde.
Maar zoo iets was noch nicht dagewesen en
er bestonden ook geen verdere aanwijzingen,
die de onderstelling meer grond gaven.
Aan Leukart die zoo veel raadsels uit het
wonderlyke parasieten-leren heeft opgelost,
is het gelukt met onnoemelijk veel moeite
ook in deze geheimzinnige zaak achter de
waarheid te komen. Door het geval van begin
af dat de hommel geïnfecteerd wordt te
onderzoeken, kon hij den levensloop van het
wonderdier Sphaerularia vaststellen.
In het najaar als de wijfjes-hommels zich
in den grond graven voor de overwintering,
zoeken de wijfjes van Sphaerularia, die
dan een millimeter lang zyn ongeveer en
uiterst dun, een hommel koningin op en drin
gen het lichaam binnen. Het wormpjeisdan
al bevrucht, de ingewanden en
geslachtsdeelen ovarinm en vagina, voor het bloote
oog onzichtbaar, liggen als gewoonlijk en zyn
geheel normaal gevormd.
Spoedig echter begint het anders te wor
den ; zijwaarts uit het kleine wormenlichaam
komt de vagina naar buiten, en vormt daar
een duidelijk zichtbaar miniem knopje, dit
zwelt tot een zakje; een deel van het
darmkanaal gaat in die scheede over en
ook de eierstok. De vagina rekt steeds
meer door de groeiende eiermassa; maar
het wormpje zelf groeit niet mee en wordt
steeds kleiner; alleen de vagina met de in
houd neemt voortdurend in omvang toe,
gevoed door de ongelukkige hommel.
Dit gaat zoover dat dit orgaan, by na twin
tigmaal het gewicht krijgt van het geheele
oorspronkelijke dier, en 69.000 maal zoo groot
wordt als het oorspronkelijk was.
Wat daar dus aan de vermeende worm
hangt, het millimeter groote wormpje, is het
eigenlyke dier, de groete witte worm zelf is
niets dan de uitgezette vagina ervan. Ten slotte
valt de kleine worm zelf af, en het geslachts
orgaan leeft zijn leven zelfstandig voort als
de arme hommelkoningin boven aarde komt;
soms wordt zy al in het voorjaar door bar
sten verlost van haar plaag.
Dan wentelen de eierblazen nog wat rond,
geraken on ier de aarde of vochtig rottend
blad en gaan waarschijnlijk ta niet. Meestal
komen de eieren uit in het hommellichaam;
mannetjes en wijfjes zyn nu nog niet van
elkaar te onderscheiden, ze blijven nog wat
parasiteeren in de hommel en leven gedurende
woon niet hier in de stad. Dag Bert, dag
jongen, zoek jy de zon en de sterren maar op."
I's. heb hem niet meer gezien. Twee maan
den daarna vernam ik zijn dood en eerst
veel later sprak ik opnieuw de zuster.
Wat was 't eigenlyk voor 'n kind, zuster?
Hij leek mij zoo tevreden en opgewekt toe."
Ja dat kon hy wezen en u trof hem in
een goede bui. Maar soms was er geen huis
met hem te honden, dan sarde en treiterde
hy de andere kinderen, dan had bij iets van
een misdadiger. De jongens scholden hem
dan voor doodskop, wat hem woedend maakte.
Hij vond 't heerlijk als hy zag, dat men
medelijden met hem had. Och 'cwaszDo'n
treurig leven, 'n verwaarloosd kind, vader en
moeder allebei aan den drank 't oode
liedje en 't kind het slachtofier."
n kwamen zyn ouders wel eens?"
Een enkele maal zyn vader. Vroeger had
die een goede landsbetrekking gehad. O 't
was vreeselyk op 't laatst. Als hij zoo'n pijn
had, de stnmperd, met 't verbinden, dan
kryschte hy letterlijk; Moeder, moe ier,"
maar nooit kwam ze. En toen hy dood was,
schreef ze om zyn beursje, waar 'n klein
beetje geld in was en de rest van zyn snoep
goed. Anders niet."
No. 6.
RECTIFICATIE Mej. M. G. KEAMEBS.
In het artikel van mej. Martina G. Kramers
in het nummer van de vorige week is een
zinsdeel ingeslopen, dat noodzakelijk corectie
behoeft. Er stond Welk voorbeeld kunt a
geven, dat in een land beperkt
vronwen(of ook mannen-) kiesrecht is ingevoerd en
zulks nadeelig gewerkt heeft." Het-zinsdeel
(of ook mannen-)" moet vervallen. Achter
ik stelde aan het Kott. Komitee" leze men
de voorwaarde".
AErltB^DEL
Antiquiteiten.
De kansen om een kras oudje te worden
zyn tegenwoordig niet gering. Generaal Booth
is 85 en trekt nog de geheele wereld rond.
Te Boston leeft een dame van 83 jaar Mrs
Celville, die er nog behagen in schept te
paard mede op de jacht te gaan en even vlug
een hinderpaal neemt als de beste ruiter; en
graaf Cadogan, een lid van het Engelsche
Hoogerhuis, die de volgende maand 80 wordt,
ging twee weken geleden nog met een 50
jaar jongere bruid ter kerke. Niet minder
merkwaardig is 't, dat in Marseille een fami
lie leeft van 5 personen, die te samen 446
jaar oud zyn, en besloten hebben het te
samen tot vijf hondert j es te brengen. Fraaier
antiquiteit en-museum is wel niet denkbaar.
***
Moeder en Vader de Oans.
Je kunt wel oud worden, al ben je een
gansje". Ganzen zijn zelfs een zeer oud ge
slacht, en wanneer ze niet vallen als slacht
offers der kerstmis vreugde (vooral in Engeland
hebben ze daar nog al last van) bereiken z?,
zonder grijs of stram worden, soms een leef
tijd, om jaloerech van te worden. Een
reiziger in noordelijk Duitschland trof op
een boerderij onlangs een gans aan, die 40
jaar al het ganzen-lief en leed had meege
maakt in deze zelfde omgeving, en toen de
vogel gekocht werd, was ze reeds volwassen.
Het beest waggelde precies als de anderen,
en snaterde er nog even vroolijk op los, toonde
ook een geduchte eetlust, en keek helder uit
zyn oogen. Sterker nog. In zyn Travels in
Scotland" vertelt James Hall, dat hy bij een
landeigenaar een ganser i k zag, die 80 jaar
oud was, en van vader op zoon werd geërfd.
Ten slotte stierf het stomme dier nog een
gewelddadiger; dood, anders leefde het wel
licht nog. Deze ganserik was ook eenmaal
gouden bruigom: hij was ruim 50 jaar
bizonder dikke maatjes met n en 'c zelfde gansje.
den rest van den zomer in de humus of
onder het mos. Tegen den herfst zyn ze
geslachtsry'p en paren; de mannetjes sterven
spoedig en de wijfjes zoeken al weer in den
grond naar hommels om ze te infecteereo.
Hier hebben we dus het zeldzame geval
dat een geslachtsorgaan de rest van het
lichaam overneemt, groeit ten koste van een
au der wezen en ten slotte
een eigen leven voert.
Het eerete is, zoo niet
eenig in de levende
wereld, dan toch uiterst
zeldzaam; het andere,
dat de geslac htsdeelen
loslaten van het lichaam
en op zichzelf er op uit
gaan in het belang van
de voortteeling, is veel
algemeener, al is de
manier lang niet hij alle
planten en dieren zoo
vreemd; spermatozoïden
immers en eieren ver
laten ook het vader- en
moederlichaam als le
vende wezens. Maar dat
Sehildersgril.
Een zeer modern artiest te Parys had
sedert jaren ingezonien op een der groote
kunsttentoonstellingen, welke echter telkens
weer zyn stukken weigerde. Eindelyk werd
hy geplaatst. Dit vervulde hem echter met
gansch andere gevoelens dan vreugde. Op
een zeer drukken dag bagaf hy zich naar
de tentoonstelling, zocht zyn schilderij op,
bleef er eenige oogenblikken naar t taan te
kijken, haalde toen plotseling een groot mes
te voorschyn, en sneed met driftige i ukken
kris en kras door het doek, zoodat het aan
alle kanten in flarden buiten de lijst hing.
De suppoosten maakten zich van hem
meester: men dacht dat by krankzinnig
geworden was, maar spoedig bleek, dat by
niets mankeerde. Hy bad a'leen uitdrukking
willen geven aan zyn verachting voor de
kunstrechters, die goede schilderyen van hem
hadden geweigerd en een slecht geplaatst.
* *
#
Zeer modiew.
Aan het huis van een Farysche mode
maakster werd onlangs tegen drie uur in
den nacht luid gescheld. Doode lij i ontsteld
springt zy uit bed, opent het venster en ziet
een jongen staan, die reeds weder zyn hand
uitsteekt, om opnieuw te schellen; maar
zoodra hy haar gewaar wordt begint hy:
Juffrouw, moeder vraagt"....
Och l" valt de taillenze hem in de rede, Je
bent verkeerd l Je moet zeker by den dokter
zyn, twee huizen verder l"
En hy: Neen, neen, juffrouw, ik moet U
hebben. Moeder heeft van morgen voor de
brniloftsparty van m'n zuster de nieuwe
zijden rok aangetrokken, die U voor 'r ge
maakt hebt. Maar U moet dadelijk komen
helpen, want... ze is er met geen kracht
en geweld weer nit te krijgen".
Voor typisten.
Troostrijk nieuws voor dames, die op de
schrijfmachine moeten werken: een Dnitech
dokter heeft uitgemaakt, dat het tikken"
een uitmuntende handgymnastiek is, die niet
alleen de vingers los en buigzaam maakt,
maar ook den fraaien vorm der handen ont
wikkelt. Tik er dus maar ferm op loe>, damee
typisten, ge zyt beter af dan zij, die den
geheelen dag een penhouder styf in de vingers druk
ken, welke de huid door het steeds schuiven
op dezelfde plaats, ruw en eeltig maakt, de
nagels afslijt en de spieren of het
beendergestel van sommige gedeelte der hand oneven
redig ontwikkelt. Een andere troost, voor
nijvere huishoudster* j ep, is, dat 't zoogenaamde
vaat-wasschen" eveneens de schoonheid der
handen bevordert. De vetdeeleo, die in 't
vaat-water in groote verscheidenheid worden
opgenomen maken de hand zacht en de tint
der handen zeer blank. Gezondheid en schoon
heid schuilen somtijds in... een klein hoekje.
***
Raadsel.
Een jonkman, die eerst van plan was, niet
te huwen, was op eens verloofd. Dat ge
schiedde als volgt: Een jonge dame, een
mooi, geestig meisje, waarmee hij al geruimen
tijd flirtte en die hy ondanks allerlei bloem
rijke declaraties maar steeds op het groote
ernstige woord liet wachten, (ze mocht hem
graag) vroeg hy om een kus. Zonder
eenige preutschheid zei ze: Je krijgt 'm;
maar je moet er my iets voor terug geven l"
En wat is dat dan? vroeg hy. Wel," zei ze,
dat is iets, dat je niet hebt, nooit krijgen
kunt en me toch heel gemakkelijk kunt
geven l" Hè?... zei hij, stom verbaasd om
't raadsel. Hy dacht na, was toch zoo galant
om 't te raden: Een echtgenoot ?" vroeg hy
lachend. Blozend knikte ze ja, en verrukt
over z'n geestig meisje, vroeg hy haar hand,
en ze werden een gelukkig paar.
ALLEGBA.
slachtrypen toestand uit twee duidelijk te
onderscheiden deelen. Het voorstuk lykt een
gewone worm met wat vreemden kop, het
achtereind dat een meter lang kan wordan
bestaat uit geledingen die op kleine
lintwormschijfjes lijken maar meer hoeken hebben.
Op bepaalde dagen van het jaar, alty'd op
den dag voor het laatste maankwartier van
October en meestal weer
op dien dag in Novem
ber, laat Ennice haar
achterhelft varen; zy zelf
blyft veilig verborgen
tusschen de koralen,
maar haar langste deel
dat de
geslachtsproducten bevat, stijgt naar de
oppervlakte en zwemt
daar lustig rond. Die
afsnoering van
geslachtsdeelen, gaat bij zulke
masea's te gelyk, dat de
zee er dik" van wordt,
zooals bij het
haringpaaien hom en kuit
kunnen doen. En even
als de Hollanders,^ No.
Sphaerularia lombi. By a het mannetje, b het wijfje bij het begin van het
parasiteeren, s is de vagina, c een verder stadium; d. w. is het wormpje dat
verschrompelt, ov. is ovarium.
Fig. uit L. von Grafl, Schmarotzertum im Tierreieh.
een deel van het moederlichaam loslaat en op
zich zelf nog een poosje voortleeft, komt in
een vorm die met Sphaerulia eenigszins over
eenkomt, ook voor bij een anderen daardoor
beroemd geworden worm, de Eunice viridis,
meer bekend onder den naam van
Paloioworm, In het kort kan ik het hier nog wel eens
by'voegen, voor hen die het tl weer haast
vergeten zyn.
Dit dier leeft in de buurt van de
Fidschien de Samoa-eilanden op 50 il 60 M. diepte
tns-chen de koraalriffen. Het bestaat in ge
ren en Engelschen er als de kippen by
zyn wanneer de haringen voor hun voort
planting zorgen, komen de Papoea's die van
de zaak alles precies weten, er op af en balen
by prauwen vol de delicatesse binnen. Dan
is het groot feest daar ginds; de paloio"
wordt gebakken, gekookt of rauw gegeten
en nog een restje gedroogd om na te smullen.
E. HEIMAWS,