De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1911 30 juli pagina 10

30 juli 1911 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND; No. 1779 Onze krat. <Geaehied«ni» van era provinciaal dagblad) DOO* . J. 3. van H. Onse krant werd niet gedragen door de ipich&0e aehoudertjes van den redacteur Baaoatra. Onda»ks x'n redigeer-talenten was 4* oudste macbineaetter inderjdaM het DagWad TW Ga*»*". Daar de heele krant, behalve de markt", de bwgeiljjke stand" en enkele kleine atvkJ4D, met de mactia» ge*et werd, waa de 4ag01jjkaehe verschijning volkomen af hankeJök van zyn htuneur. Zalf* de meer of mindare vaardigheid van z'n vrouw, om hem 'a morgens om vier oor uit z'n bed te por199, oefende een groote invloed nit op het Haar machtige, echtelijke arm stak dikwy'ls een spaak ia het wiel der onvermoeide pefJngen, waarmee ket zettersnoaatje het vaar uit z'n slofien liep, om de pakken kranten op tjjd aan het station te krijgen. Van Houtem, de machinezetter waa zich lyn macht en die van z'n vrouw zeer goed bewast, en bij liep eiken morgen naar de lettert) in het volle beeef zrjner waardigheid. Met een gewichtig gebaar den redacteur niet onwaardig tild« hjj den grooten gleutel uit t'm zak en ontdoot bedrij Tig de deur. Z'n eerste greep was naar de copiebup. Officieel benutte dat reent H des redacteur, IMU nadat de maetterknecht het lich n keer nit copie-gebrek had toegeëigend, bad Va» Hontem het zich voer goed aangewtigd. Op »'n genaak doorbladerde hy de eopie, die van de hand des redacteuren zelve waa. Doch Van Hontem bezag d* dicht-beechreTOB- velletjes met eea streng critisch oog, teiwyl nit z'n gezicht bleek, dat zijn opinie geheel van die van. het hoofd der krant verschilde. Dat kwam omdat de oudste machineMtter zeer op gemak bedacht was en Baanstra op het zijee. . In zich zalf mopperde bij: Wat ? 'u kolom over die pruts vergadering. En niet eens geadverteerd hadde ze. Nou, 'k zou mooi gek weze, as 'k dut zette l Gitteravendpai'flnco? hoofdartikel lezetl Nee, 't ia nou weraohtig welletjes l" Nijdig frommelde hij de vracht van het langwylige redacttursbrein in 't copiebakje. ,,'k Zal wel es zien, of 'k dat vanmiddag nog doen ! Maar 'k zal Baanstra zegge, da 'k zalke lange ende niet meer zet. Hij moet d'r maar flink in schrap pe. . . . Lieve help, rog al een verslag ! Jonge, wat is meneer de redacteur ijverig! Denkt ie natuurlijk, dat ie vannorrege niks te doen heb ! Goddank nog wat knipsel ook. Waarom geeft ie daar non »iet mér va». Onderzoekend las Van Houtem de beplakte vellen. Plotseling scheurde hij er een stok af en versnipperde ket. Knlppe ken Ie ook al niet meer. Onwe rommel! 'n Onge'uk van Maandag en nou Vrijdag, Ken ie net denken. Enfin, deze bondervijftig regels gemengd" ken 'k wel zette. Als 'k die verslage niet zet, kom 'k 'n paar honderd regels te kort. Wacht, d'r is nog mér I" Ce envelop pes, geadresseerd aan de redactie van het Dagblad van Oukerk", meest berichten fan correspondenten rittte hij handig open. Allemaal rommel. Dat motte ze binne maar met de band zatte. Daar pas ik voor !" Lange verslagen en berichten van aan bestedingen met veel cijfers Verdonkere maande hy zooveel mogelijk, want dat vond hij geen arbeid voor een machine-zetter. Ook schrapte hij in enkele berichten met de handigheid van een geboren redacteur. Mop perend over die dnitekloppers" van corres pondenten, lei hy 'n stapeltje copie op z'n lezen aart j e. Nou heb 'k weer niet genoep. 'k Zal 'n brokkie landbouw" of byenteelt" motte halen." Nadat hy' de motor in gang gebracht had, sprong hy de redactietrap op en rommelde op het bui eau in laden en kasten tot ie eindelijk een bundeltje gehectografeerde landbouw-artikeltjes vond. Zonder te kijken nam ie er n van en scharrelde daarna tusschen de groote pers" van den vorigen dag. De bladen lagen uitgespreid, met enkele schaarhappen er in. Critisch snuffelde Van Houtem de kolommen gemengd nieuws" door. Hij grinnikte. Jezue, da's 'n leuke mop. Ha-ha-hal Eenig! Zooiets knipt Baanstra natuurlijk niet, die heeft alleen hart voor ongelukken", van afgeknelde vingers tot driedubbele moor den toe. Wat 'n fijn Btnkkie van vijftig regele. Hier hebbe de mensche wat an. Wat heb Brieven van Oom Jodocus. CII. Waarde Neef! Ik mocht je verleden week zoo schrijven, dat de troostende gedachte aan den langzamen maar zekeren vooruitgang der Christelijke beginselen op onze vloot, in staat was mij heen te zetten over al de ellendige gewaarwordingen, die een recht vaderlandslievend nederlandsch burger in deze dagen te ondergaan heeft. Maar dat blijkt toch niet mogelijk. Mijn hart en mijn hoofd laten zich niet in slaap sussen je nou an 'n krant met 'n kolom ongeluk ken", meest omgevallen hooiwagens en ge broken pinken l Kijk, waarachtig, nóg wat!" De schaar beet 'n paar stukken knipsel" uit de wyd-nit gespreide pagina en Van Hontem holde met z'n landbouw" en ge mengd" raar beneden. Weldra tikkerden z'n vingers op de toetsen der machine en schoof de eene regel na de andere uit de gietvorm in het gelei. Hy zette de stukje*, die hy pasself geknipt had. Wat zal Baanstra de pest in hebbe. Hu wil alttyd z'n eige werrek 't eerste gezet hebbe. 'n Mooie redacteur! Hy ken nog niet zonder foute echry>e. As ik niet uitkijk, moet je je doodschame voor zoo'n krant." Tot half acht tikte de zetter redacteur ijverig door. Eerst bet knipsel" van hem zelf en de landbouw". De berichtjes, die de redacteur saamgelezen had, veranderde bij naar willekeur. Vooral groote bovenschriften als Treurige moord ep een alleec-wonende oude vrouw" moesten het ontgelden. Hij vond kopjes ran n woord meer dan voldoende. Met 'n grinnik goot by drie keer de regel Moord" en vijf maal Diefstal". Da's nog es opschiete. De meesterknecht mot ze maar door mekaar gooie as ie de vorm opmaakt Daar bad je de bèas! Weg met dat knipsel l" Vlag propte hu het in z'n zak, griste Baanetra's verslag uit 't copiebaije en begon furieus te tikken. Morgen, Van Houtem l Goeie morrege, m'neer I De sluwe epied- oofjes van den directeur uitgever zagen bet vertrekje rond. Hm l Nog al wat copie, Van Houtem? Niet rél, m'neer! 'k Heb landbouw" motte zette l Ben jullie gek ? Landbouw ? Gisteren landbouw I Eergisteren landbouw t Is Baan stra gek? Waar is ie? Hy is d'r nog niet. Controleert ie dat niet! Ja, dat kan 'k niet zegge, 'k Heb nou landbouw" gezet en gemengd". Wat bliksem, brieschte de directeur, is er geen geschreven copie ? We moeten een oorspronkelijke krant hebben! Zeker wel, maar nou mot u es kyke. Dienstvaardig nam Van Hontem de copie van z'n lezenaartjp. 'n Verslag van die prullige Witte Kruis"-vergadering. D'r ware zeve mensche en daar maakt ie 'n kolom van. Mér dan 'n kolom. Je ken dat fy'ne gekriebel boven dien niet leze ook! As 'k daar an begin, m'neer, dan heb 'k om ellef uur, wanneer 'k de correctie" krijg, niks BS verslage, feuil leton en hoofdartikel. Niks geen provincie" en gemengd". Wat iet je nou, Van Houtem? Nou, dat idiote, lange verslag natuur lijk. D'r minstens de belieft uit. Maar, m'n God-nog-an-tpf, heb je dan niks anders ? toornde de uitgever van het Dagblad van Oukerk". Ja, rog zoo'n lang verslag en ongelokke" van 'n week oud. HU is £èk I Hoofdartikels en verslagen breien, dat kan ie. En ongelnkke" knippen van 'n week oud. Maar bij kent de theorie van 'c krantenbedryf niet. Van de vrouwen moeten we 't hebben. Die geven niet om z'n hoofdartikels en verslagen. Die leven van 't gemengd". Wat ik je zeg, Van Houtem, 'n krant staat of valt met z'n rubriek gemergd''. Maar dan moet die goed verzorgd wezep. Bij en alleen't belangrijkste ..., Dus, hm, je moét nu dit verslag zetten ? Ja, meneer. Hebt misschien niet wat ? vroeg Van Houttin, die 't zwak kende van den directeur. Meneer De Muak glimlachte gestreeld. Ja, ik heb altijd wel wat bij me. Wacht es! Da directeurshanden grabbeltaatten in wijde jekkerzakken en haalden er triomfantelijk 'n prop knipsel uit: grapjes^', anecdotes" en wetenswaardigheden" uit allerlei periodieker. Zie ep, Van Houtem ! Dan neem je dit maar, L l Zeg tegen Baanstra, dat ie 'n flinke lap Bit die verslagen baalt! Ja m'neer, ik zal 't doen. Morrege, m'neei! Dag, Van Hontem.... Kalm zag de ouiste machine-zetter de ccpie door. Ook al niet veel soeps ! Ze lyke tegewoordig wel tiet te keure knippel" Om acht urr kwamen de tandzsttcrs en de meesterknecht Bersjhnie. Hy en Van Houtem waren tamelijk op elkaar gebeter. Berghuis had graag een krant met veel zetiiiimimuMinii en telkens weder voel ik stekende pijn. Is het ook niet erg ? Als men het Handelsblad ter hand neemt, den wordt je het verhaal niet gespaard van in stukken gezaagde politieageateo, die in zakken genaaid in het Y geworpen en aan het spel der golven overgeleverd worden; men leest van werkwilligen, brave lieden uit de donkerste hoeken te voorschijn gekomen om voor vrouw en kin deren een schamele bete broods te verdie nen, maar nu door verdierlijkte mannen en vrouwen uiteengeecheurd of onder straatsteenen bedolven ; mee leest van moedige politieagenten, als onsei uldïge lammeren door oproerige menigten omsingeld en ten doode gesard, vau jeugdige milieiers ter bestorming van barricaden uitge zonden en door het grauw koelbloedig vermoord. Een terreur, in n woord, in ocs middüi: uitgab'.ukaa ui.jüf du revolutie aanstaande ware. E H al wetea \\ij, ordelievenden, ons gerustgesteld door de geladen geweren rondom ons gereedgehouden, door de kranige marechaussees, die als moderne centauren langs Am sterdams grachten stuiven, door de fiere houding van onse reeders, die van geen toegeven weten willen tegenover op zoo driesten toon geuite eisenen, toch blijft ons harte angstig kloppen. Wie weet cf wanneer ik zoo aanstonds mijn pijp aan het open venster uitkloppe, dit niet als een ordevijandige maatregel zal worden opgevat en aan mijn voor velen zoo dier baar leven door een ordelievenden kogel een eind wordt gemaakt'? AYie staat voor Naaije's, voor Annette's,zelfs voor Tante's veiligheid in, wanneer zij het wagen op sel, terwijl Van Hontem een groote neiging tot traagheid had. Dat bracht ze herhaaldelyk in botsing met elkaar, terwijl Van Hou tem neer verdiende, ondanks dat B.-rghnis officieel z'n meerdere wac. Doch als hij 't ver tikte om iets te zetten, moest de meester knecht er zich by neerleggen. Wanneer de ruzie erg hoog liep, zette Van Houtem zoo veel fouten na de ochtendcorrectie, dat de vorm niet op t\jd gereed kwam. Maar nu fenolen ze smuigend en genietend bijeen over de copie van Baanetra. Neem jij die lappiesmaar van Baanstra, ken ja mooi binne gebruike. Ik mag 't van tn'neei" niet zette I Kun ja net begrype! Wat zet j j non. Jezus, gemengd". Is 't van de .baas" ? Nou, dat snap je, hè. Copie van de baas" ken je zette al was 't Hebreeuwecb. Zonde, 't Benne mooie stukkies voor na drieën, as d'r geen .laatste berichte" kommp. Zanik non niet! Baanstra komt derekt en dan krijg 'k buitelaad". Kijk e», Van Houtem, daar hei je i on de lange-van-'t-ketoor" pap. De jongste bediende der administratie van het Dagblad van Oukerk" zette z'n lange beenen heldhaftig over ds drempe'. Z'n ge wone werk was postzegels plakken en bood schappen doen voor de directeurs vrouw. Tevens beoefende hij onderweg de stadereportage, als er gevlagd werd voor 'n gou den bruiloft, 'n kind te water raakte, 'n ladder omviel of 'n beschonken persoon op gebracht werd. ?k Mos van m'neer zegge, as dat dit d'r in mos vandaag. D'r was brand in de Nieuwstraat. Heb je om je hoofdletters gedacht? snauwde Van Hontem. Die belle van je . 't Is wat mooip. Doch de loopjongen deed uit de hoogte en bevelend, sterk door de woorden van den patroon. M'neer heb gezeid, dat 't d'r in mos. Hier! Je mos 't direkt van 'm zette! Hy smeet 'n voddig stukje papier in 't cop;e-bakje. Mopperend las de machine-zetter het stasberich" Heeflge brand. Gisteravont brak in de Niewstraat alhier eenen brant ui*. Het kwam in de voorkaamer an. De flamme greepen om zich heer. Er werd een gordijn verwoescbt. Een emmer waater bluste het nootlottige vnur. Debrantweer hoefte niet op te treeden. Oorzaak onbekend. Stom van de baas" om daar 'n kwartje voor te geven I zei Van Houtem tegen de meesterknecht. D'r zijn de laatste maand al vier ongelukke by z'n moeder thuis ge beurd. Als z'n vader 'n zwerende vinger heb, ken je 't by ons leie. God-bewaar-me, daar hei je die snurker óók al! Wie! Murenga! Op pantcffeli en met z'n hondje. Wel gefeliciteerd, me jonge. Wat doe ja Gerrit ook de bandjes te !ate plakke. De administrateur van het Dagblad van Onkerk" kraakte op z'n gele pantcfiels near binnen. Moeilijk wrong hy i'n log lichaam door de deur. Z'n stem knetterde imponeerend. Mörge! Momge, meneer! onderdanigden beide manner.... Van Houtem, hier is nog copie. Berg huis kijk ook es (Se, hè. Vanmorgen liet ik Puck uit en toen kwam net meneer" langu. Hy mopperde op Baanstra. Natuurlijk, weer geen copie genoeg. De vent moest de laan uit! Of 't zoo'n kunst is, copie te maken! Dat kan 'n jongen van veertien jaar waarachtig!... Et fin, ik ga met Pnck naar binnen. Me vrouw leest het Nieuws v. <3. Dag" en dat heb 'k toen even uitgewerkt. Zelf lees 'k dat vod nooit, maar 't is nog al 'n aardig blad voor vrouwen. Dus 'k heb m'n vrouw op 'n abonnement getracteerd. 't Wag nota bene de krant van Woensdag avond. En 'k vond minstens 'n kolom ge mengd' waar Baanstra nieta van had. Ditït je direkt. Meneer weet d'r vér. Afjebliefl" Overtuigd het zyte gedaan te hebben om het Dagblad" aantrekkelijk te maken, vertrok meneer Mnreng». Ncu ! schamperde Van Hcutero. Die mot nog es komme met gemengd". Vsnmorrejre gooi 'k net die ouwe rommel van Baanstra wég! DH kan d'r wel by." Niet doen! Krijge we 'jlHmee! Geef 't an Baanstta! Eia b eb 'n hekel anMurerga! Werachtig, da's gcèd!... 'n Oogecblik later stak de redacteur van straat te gaan met onze poes, onze lieve Lotte, op den arm ? Is er n bakkers-, n komenijswinkel ongevaarlijk in Am sterdam, waar op eiken vrachtwagen twee gewapende jongelingen zittec ? Tante werd er zeruwachtig van, en overreedde mij om buitemrf" te gaan. Maar ik wilde etrat mijn kiezersplicht vervullen, opdat met overtuigende kracht den volke zou kunnen worden getoond, dat het met de revolutie uit was. Welk een tegenslag, mijn arme stemmetje was als dat van een roepende in de woestijn. Mijn goede mede-vaderlanders lijken in meerderheid de govaren maar niet in te zien en in alle groote steden steekt men de roode vaan nog hooger op. Zelfs cYuir, op Kattenburg, waar men de ellende der bandeloosheid het duidelijkst zien kon, ei de tcch verheffende aanblik j;;:ac.ot vr.n Ja virioge^Si'Gorüigcra fan gezag ea orde, daar koos men dea rooden Vliegen. Toen dan ook heb ik aan ante's aandringen gehoor gegeven en zijn wij het land uitgevlucht. Oostwaarts, natuurlijk, waar fest und treu' de wachters der Orde staan en waar het Gezag nog geldt bovenal, Nooit heb ik zoo sterk gevoeld, wat het voor een Nederlandsch Staatsman wezen moet om over de grenzen rust te zoeken van de beslommeringen der regeering, hoe hij kracht putten kan uit de rust in de armen van moeder natuur en in eene omgeving, waar niets hem herinnert aan ons eigenlijk zoo onge bonden volk. Daaïzit ik EU aan des ouden Borgers Rijnstroom, in een vriendelijke GartenwirtschaiV' waar de koele rijnwijn het Dagblad van Onkerk", meneer Baanstr», z'oi spite kony'nensnuitje over de korf der zetmachine. Heb ja die verslage al afgezet. Van Hontem ? . Nee, meneer! 't Mccht niet van de baas. 'k Dacht 't wel en 'k had ze al late legge en derekt vond ie óók dat ze te lang wazze. U most d'r in schrappe. Geen kwestie van! Je zet ze oogecbHkkelp! Wat doe je nou? Van Houtem. glimlachte 'n beetje uit dagend. Gemengd" van meneer". HU heeft de heele boel nagezocht. De verslage magge maar de helkft. O, ja, d'r is nog gemengd van Muren ga I Geef op l Treiterend gaf Van Hontem de knipsels over. Baanstra stoof op : Uit 't Nieuws v. d. Dag"! 'n Halve week pad. Dat kan yèg! Nijdig kreep by tot 'n balletje en gooide 't weg. Wat heb je gedaan ? Non, landboa*", en.... Landbouw"? Baanstra overstelpte den zetter met een stroom heftige verwytep. Toen gr.eep by de afgezette copie van den spijker. Driftig trap pelden Baanstra's voetjes. Ben je nou ^èk. Je haalt maar land bouw" van boven, té. Zonder permissie. Moet u. maar zorrege, dat d'r goeie copie is! sarde Van Houtem. Ken jy dan niet nit je oogen kijken. Kom hier! Gooi je weer roet in 't eten! 't Is non Mei hé? Kijk non es, stommeling! Wat moeten we nou met 'n artikel over 't bemesten van vruchtboomen in de herfst! Hè, in de hê-è-rfst! 't Wordt weer 'n mooie krant vandaag! Ken ik 't hellepe.... Mot u maar ... 'k Heb nog geen buitenland".... Dat kan 'k niet uit me jas sny'e, h Zijn de ochtt ndbladen d'r al ? Nee, meneer.... Baanstra ttoof de hacd-zetteiij binnen en stuurde 't jongmaatje naar de administratie. In 'n wip was 't ktreltje terug. 'k Mos van meneer zepge, dat zestrakkies zone komme. Meneer Murenga mot de Nieuwe Botter dammer" nog leze en meneer Da Munk de ..Telegraaf" En 't Handelsblad;' was by mevrcuw in de huiskamer Baanstra vloekte. Meneer, 'k heb een orgeluk", De oogen van 't jongetje ttraalder. Zeg óp! As 'k een kwartje krijg. De lange-van't-ketoor" krygt d'r cok 'n kwartje voor. Goed! Wat was 't. Nou 'n man van z'n fiets gevalle. Hier op 't toekie. Hij bloedde heelegaar. Goed, Echryf 't maar op en geef 't aan Van Houtem. Baanstra sprong op z'n fiets en haastte zich raar de rechtbank, om uitspraken pp te nemen. Toen hij cm tien uur nog niet terug was schreeuwde Van Houtem naar de meesterknecht. Kryg 'k nou buiteland", of niet? Andera doen :k niet meer, hoor! Ken ik 't hellepe, dat Baarstra d'r niet is! De blade legge d'r al! Knip jy dan <ffe, Berghuip. 'k Heb nou geentyd, 'k mot die adver tentie van Holsmulier smoute. Tienduizend strooibiljette. Getf me dan copie. Ncu, ceem die verslage. 'k Verdom jon. Die motte eertt geschrapt! Neem 't Handelsblad" dan maar. Daar zit wel 'n overzicht in. Begin daar maar mee. 'k Kom derekt! 'a Kwartiertje later kwam Berghuis bij de zet-machine. Hoe ver ben je d'r al mee. 'n Begel of veertig l 'k Mot net an wat nieuws beginne I Over Egypte. Dit was over Perzië. We magge wel wat over Dnitschlard en Frankrijk hebbe, Berghuis, 'n Bee'je uit de buurt. Wat hebbe de meneche non an Perziëen Egypte. Eeide mannen verdeelden de ochtendbladen en de echaren vraten lange stroken uit het yersche papier. Na 'n kwartiertje lag naast ieder een Mapeitje knipsel. Hooge politiek, lagere politiek, branden, moorden, stakingen, oplichteryen, epidemieën, stormen, en?. Berghuis somneerde stroken blar-co papier 9n stijfsel. Je laatste regel, Van Hcutem ? De zetter bukte zich Rchter de machine en viechte de raasl uit 'l gelei: gistiag op de Kuaeische lyneD." Over sptorwege is i et I Hitr 'a spcorwe^-öngeïuk. Dat j st?! iiiimiiiimMMmmmimmiimMiiiimuuiimiuhmnuiuiiiiimmimut parelt in de glazen en ons bekoelt na de hevige hitte des daags. Naast mij is als symbool des alomtegenwoordigen Gezags een zwart-wit-roode ^7lag geplant en tegenover mij glinstert het dak van het Polizei-amt, maar daarachter doet dat de rivier, waar een stoomboot zijn rookpluim wuift voor den oranjebol hartverheifend symbcol - der te ruste neigende zon, terwijl aan den horizon do zich ia het water weerspiegelende boomen verdwijnen ia grijzig waas. In de verte, op een bootje, zingt een jong meisje een beurtzang met haren minnaar en Tante en ik herleven de dagen onzer jeugd. Ach mochten slechts alle staatslieden en woelgeesten uit ons vaderland de moeite nemen van zoo'n vr-.dig raca.ntiereipjfs?hoeveel rustiger, hoeveel wijzer zouden zij zich wel moeten godra.s.cï.' n.i hi;n toruskecr. Voor onze Vorstinne is echter zelfs ia deze warmte een uitrusten van den regecrinfesarbeid niet weggelegd. Terwijl ik dit schrijf, fpoetlt zij zich met gemaal en gevolg naar het mondaine Brussel, waar rmast de zonnegloed ook het be kende Belgische enthousiasme haar voor heete vuren zal doc-n staan. Tante en ik verlustigen cns intusschen in de weelde van. het paleis, waarin zij zal worden gehuisvest. DO N. L'ott. Crf. vertelt er wonderen var. De wanden der vertrekken imponeeren door den goeden smaak der versiering en door de degelijke oudheid hunner meubelen." Schoone familiestukken," tusschen prachtige schilde rijen." Het is mooi en vriendelijk van den Belgischen konisg dat hij dat alles In ... eb... St. Lcuts.... Da's in Frankrijk ... Hoe lést dat non? Ky'k EOO. Jonw laatste at lijnen". Nou tffe echryve: Ja, 'i is niet alles op de spoorweg». Dat zien we weer in Frankrijk". Non dit d'r onder plakke I Mot je nog meer spoorwage? Den-k d'r om: wa hebbe non tachtig regel». Nee, geen spoor wege meer! H ei j ij nóg wat bizander» ia Frankrijk? Bs kijk» Ja! ttaking van de e'ectriciteit l Benig. Kqk, dit eirdigt zoo: eenigen tjjd de dienst gestaakt." Nou schrijf ik: Een andere soort staking deed zich voor aan de electriciteit te Pjuija." Berghuis, 't is maar twintig regels. Bomt «iet l 't Ie nog beter, kleine brokkie?. Dan krijg je meer 'n overzicht, snap je. Hier ia 't end: ongerief der mederne techniek." Drommels, da's niet makkelyk..... Mederne techniek, dat beane oitvicdinge. Hei jy geen vliegmeejiea ? 'n.. Heele rooi. Dooie? Nee, nheb om 't Vrijheidsbeeld gevtoge. 't Vrijheidsbeeld! Da's ook in Frankrijk. We bcnae van morrege wel gelukkig. Non mot d'r weer 'n regel tuseche. 'n Beetje mooi, hè, 'k Heb let: ondank* dat slaat de mcderne techniek in genoemde «tad adelaaiirlcugelt uit" Wij samen redacteur, Berghuis. Dan kwam d'r teaminate wat in de krant. Nou al Perziëen Frankrijk, spoorwegongeluk, itakin,g vliegmecjiïn, 't komt voor mekaar..» 'n Minuut cf vjf later had Van Hontem 'n lange strook buitenland op a'n lezensartje. Toen de reserve-zetter 'm opvolgde, was hg midden in de electriciteitEstakinp. 't Bniteland nog niet af? mopperde Smit. En nog geen correctie ? Jonge, wat zulle we op tqd wece vandaag ... Tijdschrift voor Wijsbegeerte, Juli '11 : Dr. C. van Bossem, Eenige opmerkingen omtrent de beteekends van natuurwetenschappelijk onderzoek. C. Pekelhariop, Eenige opmer kingen over de Geschiedenis van Kant's principe der formeele doelmatigheid der natuur voor ons kenvermogen.?E. J. Kortmnlder Jr., Het veranderlijke en het onver anderlijke. Weekblad voor Indië, No. 9: Dr. J. H. F. Kohlbrugge, De Pest. Hoe kuur. en wij haar vermijden en bestrijden, IV. W. J. v. d. Lèemkolk, Papierfabricatie in Ned.-Ind . W. Kerremans, De Heldendaad van Lebak. T. t. H., Hnwelijksgebruiken in verschillende landen. M. E. B., De Nederlandsche Bond voor lichamelijke opvoeding, enz. De Inditche Kronitk, No. 16: K., Het dagelijkech bestuur der groote gemeenter. Kolonist, Kleine vagebondages op KoloniaalPolitiek gebied. M., Jong Turkije en de Is lam. Beitsma, Eeinrich Heine, III, enz. enz. Neerlandici, No. 7: Maicelles Emants, Beweting en Werkelijkheid. H. C. Hartevelt, Vacantieleergangen Ie Leiden. - Gebruik van NederlandEch in het Belgische Parle ment, enz. De Navcrtchcr, s fl. 6 en 6: M. G. Wilde man, De DelfUche Schilderijen-Verkoop, de Anno 1860 en waar de stukken blevan. C. W. B., Ouderkerk ». d. Amstel in 1787. W. P. J O vermeer, Volks- en straat lied j es veiechenen in 1813?1815, betreffende Napo leon, de Vrij heidsherstelling en Orarje. J. P. Enklaar, Wapers van Nederlandeche geslachten, enz. Moleiehott, No. 4: E. van Dieren, Het Kamerlid jhr. De Savornin Lohman als Vac cinatie- bestiijder." B., Tevreden maar niet voldaan. Dubbelt andigheid, enz. De Nieuwe School, t B.. 7: Krolpaska-Debronowski, Dialogen, en?. Tijdtchrift voor Eeonomitche Geogrophie, No.7: C. H. Claassen, De Economische ontwikke ling en toekomst van Boskoop. Dr. H. Blir k,Economiscbe Geograpbiëvan Perzië,enz. De Natnur, ifl. 7: Dr. A. J. C- Snyders, Kunstmatig bereide, radio-actieve genees krachtige wateren. J. Musaynsk', De doodestad Chara Choto in Midden-Azië. J. Tendeloo, Een practiache omsci akelaar. ? D. Biestlaar, De Bietsuiker fabricage. J. C. F. van Balen, Bjsiüskos en Cockatrice. P. Haverhorst, Vlinders en Zwammen, enz. De Aarde en haar Volken, No. 3t: Louis Sonolet, Do Vooruitgang van Fransch Weel-Afriks. Agtrakan. Naar Sicilië, en?. luiimiimMiniiiiiiniiiiiiimnNimiimiiiimimmiiiuiiiiMlMMnmiiiiH zoo uitgezocht heeft, maar zou ons vorstenpaar, dat gewend is aan de omf e vin g en meubileering van hun huis in et Noordeinde al dat moderne mooi wel apprecieeren. En de schat van Oostersche tapijten," de prachtige aubusson die voortkomt van Louis Philippe," de verandah met palmen," de vier heerlijke tafereeleu van Alfred Steven?," al die weelde waardour heen een brave burger-correspondent een uur lang ge voerd is tussclien ridder de Patoul en graaf Dumonceau, zoodat hij ten slotte niets dan uitroepteekens in zijn pen over had zou dat alles onze in eenvoud genoegen vindende hoffamilie niet ver lokken tot een zucht naar wufthêid, die ?toch altijd al van het zuiden naar ons toewaait. Wij hebben den smaak toch maar liever in ouderweti-chen Duitechen fv2r.t, dan zoo lofjes met Brtw^che jeu. En straks moet het nog naar Parijs ook! Daar zit toch een groot gevaar voor ocs vaderland in al die bezoeken. Bederk eens bovendien onze echte ChristenstaatsHedea in functie in Brussel en Parijs, waar zij wel als buitenaff'ers aangenaam verkeeren kunnen, maar waar hun offi cieel gewaad van gruwen moet. Ik althans ben blij, dat ik niet in de verzoeking gebracht worde en hier verre van werelds gevoel, in de zoetst roman tische stemming kan teekenen Als steeds Je Oom JODOCVS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl