Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER W£EK'fiïiAD V O O K N E B E R L A H D.
1782
Ho&large wetd* tot «?? bepaald eonttngwt
vaftgwteiélm geneftNehappeiyc 0ve*l«g,
even als de pr$*en. Dit contingent wordt
afzonderlijk geregeld Voor de bïsöettlandsehe
konsnmptie en eveneens voor den exporf,
waardtor Mta At> eveYggadaetie, die den prijs
heeft doen dalen, een einde zal worden ge
maakt.
Eet k»rt*I te via* kracht voor de gebeele
monarchie en dei oven-eenkomst zal zoowel
door de Oostenryksche, als door de
Hongaarache rafflnader^sr» word** bekrachtigd.
Het cyftr van het contingent is vastgesteld
in overeenstemming met de hoeveelheid, die
gednrende het laatste jaar voor de consump
tie in Oostenrijk en Hongafige i» benooéigd
geweest, nl. 3 millioen meterzentner, waar
van voor de Oostenryksche rtfflaaierqen
1.8 millioen en voor de Hongaarsehe 1.2
18/8'11 (Slot volgt). V. d. S.
iiiiiiiiiiiiiiiHimiuiiiiiiii
Yan Alkmaar begon eenmaal de victorie
voor onze vaderlandsebe geschiedenis, en
nu schijnt zoo waar vandaar ook nog de
victorie t» zullen beginnen van een nieuw
sociaal geschieden voor de gansche wereld!
Zooals het meer gebeurt, vindt dikwijls
de meest eenvoudige in lastige problemen
een oplossing, waar veel knappe bollen,-men
zou bijna kannen zeggen, hun leven lang,
tevergeefs naar zochten.
Wat zijn al niet een zware verhande
lingen geleverd over en oplossingen gegeven
van het v*a*gitak d«r Orerptoductie en
werkeloosheid", en toch barsf nog altijd mét
bijna regelmatige zekerheid om een bepaald
aantal jaf«n (b.r. 1815,1825,1836,1847,1857,
1866, 1873, 1862, 1801,1900, 1907) een ge
weldige crisis lo?, met een naar voren tre
den van enorme werkeloosheid en
overprodnctie.
En hoewel tot op heden aangenomen werd,
dat deze kwestie zee* ingewikkeld wat,
verschillende mannen met klinkende namen
(wij noemen o. H. Marx, Herkoer, Brentano,
Troelstra, Wibanfr, Baks, Trenb) hierin tracht
ten dieper door te dringen, blijkt de zaak
toch zeer eenvoudig, gezien in dit blad van
30 Juli j.1. het artikel van d«n middenstander
J. Knoppers W.KiB.U
Wie had nu ooit kunnen denken, dat de
Nederlandsen* middenstand den man zou
leveren, die het. probleem van de inter
nationale crisissen (die, zooals uit de boven
staande jaartallen blijkt, vrij regelmatig
het geheel maatschappelijk organisme
doorschokken) zoo eenvoudig efl duidelijk tot
klaarheid zou brengen ?
Eenvoudig en duidelijk; want kan het
eenvoudiger en duidelijker dan hier door
door den heer J. Knoppen W.Kz-D. is gedaan ?
De crisissen, zich uitende in overpro
ductie en werkeloosheid" worden door hem
eenvoudig teruggebracht tot de kwestie van
gebruik en ?, verbruik", tot het vraagstuk
van d* k*opkr*oht der wereld" en eenmaal
? zal d* wereldorganisatie tan vereenigin
gen" door de draadlooze telegrafie en tele
fonie kennis bekomen van de koopkracht"
en daardoor kunnen constateeren: Zooveel
moet er gefabriceerd worden. Meer niet."
't Is e«a wonder vaa eenvoud, en met
deze eenvoudigheid komt in eens een einde
aan de misère van faillissementen, werke
loosheid, werkstaking, enz. terwijl wüterras
verkrijgen de vaststelling van een e reëele
verkoopwaarde! l"
Dat is dus wel eene prachtige uitvinding,
die Wereldorganisatie van Vereenigingen I
Van welke vereénigingen?
Wel, van de vereenigingen l
B.v. de vereeniging van Werkgevers op
Scheepvaartgebied, en de Vereeniging van
Zeelieden, de Vereeniging van Cargadoors
en de Vereeniging van Bootwerker?, de
Vereeniging van Aannemers en de Ver
eeniging van Bouwvakarbeider», de Ver
eeniging van Groot-Indust) iëelen en de
Vereeniging van Textielarbeiders, de
Mijnkartellen en de Mijnwerkersbond, de
Winkeliersvereenigingen en de Coöperatieve
Winkelvereenigingep, enz.
Men ziet, het is heel eenvoudig: de wolf
gaat naast het lam liggen, of omgekeerd,
en de zaak is klaar.
Die Wereldorganisatie stelt vast het ge
en verbruik, en daarmede de koopkracht,
bepaalt eenvoudig zooveel moet er gefabri
ceerd worden. Meer niet."
En klaar is Eees.
Dan krijgen we niet meer overproductie,
moeder van het faillissement, en van ver
nietigende concurrentie, moordenares van
degelijken handel en degelijke industrie",
maar dan zullen we dus krijgen een
nietvernietigende concurrentie, zonder moord
op degelijken handel en industrie.
Wij krijgen dus eene productie meteene
brave, degelijke concurrentie, handel en
industrie, en, bijzonder schitterende uitkomst
voor den haadeïdrijvenden middenstand, niet
meer de enorme hoeveelheden welke nooit
betaald zijn geworden."
Dan zal, volgens den heer J. Kloppers
W.Kzn. niet alleen moordende concurrentie
en faillissementen, maar ook werkeloosheid,
werkstakingen, te lage loonen en te hooge
eisenen behooren tot 'n barbaarse!), anar
chistisch verleden, dat, helaas, voor ons nog
heden is."
Helaas laat de heer J. Knoppers W.Kzn.
ons omtrent enkele kleinigheden oningelicht.
Want hoewel hij niet hecht aan alle
mogelijke eenig ware middelen ter oplos
sing van de Sociale Kwestie" geeft hij op
zijn beurt toch een middel aan, ook als
eenige oplossing! En dan dringt zich direct
de vraag op, of, indien binnen de huidige
maatschappij die, volgens bovenstaande
aanhalingen, de heer J. Knoppers W.Kzn.
behouden wil, dus met eene voortbrenging
tuk op winst" het ge- en verbruik wordt
vastgesteld, daarmede de koopkracht" en
op grond dezer gegevens wordt geprodu
ceerd, het niet zeer waarschijnlijk is, dat
een groot aantal consumenten 't ij d e n s
de vaststelling niet, of niet genoeg,
te ge- en verbruiken hadden ? ?
Waardoor dus zonde blijken, dat deze
oplossing" inderdaad allerminst een oplos
sing geweest was.
Nu weten wüook, dat, wanneer in een
bepaalde tak van onderneming de door den
heer J. Knoppers W.Kzn. gewenschte
r«gelirg ook maar eenigszins wordt toegepast,
hiervan voor de betrokken arbeiders direct
werkeloosheid het gevolg is, met de daaraan
onvermijdelijk Verbonden gevolgen voor een
deel van den handeldrijvenden middenstand,
n.l. daling m koopkracht der getroffenen.
Nemen wij b.v. een steenkolenkartel, dat
tot vaststelling komt van het gebruik der
hoeveelheid steenkool, d. w. z. dehoeveelheid
die zij denkt te kunnen plaatsen. Dan wor
den de mijnen die het slechtst rendeeren
eenvoudig stilgelegd, en de overigen in
exploitatie gehouden, wat voor de arbeiders
der stilgelegde mijnen werkeloosheid ten
gevolge heeft.
Kernen wij de trust», die op hnn beurt
ook het ge- en verbruik", daaruit de
koopkraekt", en daarmede zooveel moet er ge
fabriceerd worden. Meer niet" bepalen, dan
zien wij ten eerste, dat een aantal winke
liers worden uitgeschakeld, en daarmede
tot faillissement worden gedreven, en ten
andere een stijging van prijzen (evenals bij
de kartellen trouwens) dus eene verminde
ring van de koopkraeht die juist, volgens
den heer J. Knoppers W.Kzn. hierdoor
zoude worden vastgesteld. De koopkracht
schijnt dus samen te hangen met de ver
houdingen in het huidige productiestelsel.
Heeft daarin eenige wijziging plaats, dan
schijnt daarmede direct eene verandering
in de koopkracht" plaats te vinden.
Nemen wünu de strekking uit boven
staand, n.l. stijging der prüzen en uitschake
ling van den middenstand, en zien wü, wat,
bij de productie om winst, het gevolg zoude
zijn, indien de illusies van den heer J. Knop
pers W.Kzn.' zich zouden verwerkelijken,
en alle vereenigingen zouden samensmelten
tot d e" Wereldorganisatie, dan bemerken
wij dus enorm toenemende werkeloosheid,
zoomede uitschakeling van den middenstand
met daaruit volgende faillissementen.
Als enkel voorbeeld: In 1904 in Frankrijk
verschaften 8 millioen werklieden het
benoodigde, terwijl 16 millioen werkbare krach
ten niets voortbrachten; in Engeland pro*
duceerden % der inwoners alles voor de
gehéele bevolking. Wat dus hierop neer
komt, dat, als binnen het raam van het
huidige productiestelsel, eene regeling der
productie tot stand zoude kunnen komen,
ah door den heer J. Knoppers W.Kzn. be
doeld, zoowel de werkeloosheid als het aantal
faillissementen geweldig groot zoude wor
den, en genoemde heer precies het tegen
overgestelde zoude kunnen bereiken van wat
hij wenscbt.
Nn is ook nog de mogelijkheid open....
Je kunt nooit weten! Wellicht wil de heer
J. Knoppers W.Kzn. hierover eens eene
enquête instellen ? dat de Vereenigingen,
waai oude r de vorengenoemde, geen lust heb
ben zyne raadgevingen op te volgen, en
zich niet in de" Wereldorganisatie willen
begeven. De heeren van de ondernemers
bonden b.y. zouden bezwaar kunnen maken,
of de arbeidersverenigingen hiertoe minder
geneigd. Immers, de heer J. Knoppers W.Kzn.
moet zelf constateeren, dat de werkgevers
en werknemers vaak vijandelijk tegenover
elkander staan." (Waarom is dat zoo, o
heer J. Knoppers W.Kzn. ? Zoudt gij daarin
niet eens wat dieper willen doordringen P)
hoewel hy constateert, dat dit slechts eene
noodzakelijke werking is om tot 'n eenheid
te komen die beider belangen omspant."
(Zoude de heer J. Knoppers W.Kzn. hier
van eenige voorbeelden of bewijzen willeu
geven ?) Ook zoude de mogelijkheid bestaan
dat de winkeliersvereenigipg niet met de
coöperatieve vereenigingen in nauwere aan
raking wenschen te komen.
En dan zon duf, helaas, van de oplos
sing der Sociale Kwestie zooals de heer
J. Knoppers W.Kzn. die voorstelt, niets
kunnen komen. Ook kan het zijn, dat ge
noemde heer zich vergist omtrent de oorzaak
der Sociale Kwestie, en dat het in eerste
instantie niet de vraag is naar verbruik en
koopkracht, doch wel naar de reden waarom
wordt geproduceerd.
Zoude het ook kunnen zijn, omdat er ge
produceerd wordt, zooals de heer J. Knop
pers W.Kzn. het uitdrukt, tuk op winst."
Zou het ook kuunen znn, dat zij, die de
ondernemingen in handen nebben,eenvoudig
prodüceeren om de winst, en onverschillig
staan tegenover de daardoor veroorzaakte
werkeloosheid en faillissementen ?
En dat deze toestand zoolang zal blijven
bestaan, totdat diegenen welke ia het hui
dige productiestelsel alles moeten voort
brengen, maar toch steeds te weinig te
ge- en verbruiken krijgen, hun Wereld
organisatie hebben voltooid, en de productie
dan met en door hunne organisatie in han
den nemen ?
-Langs den natuurlijken weg der nood
zakelijkheid", daar liggen de lijnen die wij
hebben te volgen en door te trekken" zegt
de heer J. Knoppers W.Kzn., en komt dan
voor den dag met eene onnatuurlijke nood
zakelijkheid !
De natuurlijke weg der noodzakelijkheid
en de lijnen die wij hebben te volgen en
door te trekken, worden alleen gevolgd
door de arbeidende klasse in hare politieke
en economische organisatie, waarmede de
Wereldorganisatie zal worden gesticht, die *)
in plaats van de anarchistische waren
productie de planmatig bewuste organisatie
der maatschappe'ijke productie zal brengen;
de heerschappij van het product over den
producent neemt een einde. De mensch die
in steeds grooter mate meester der natuur
krachten is geworden, wordt daarmede pok
meester der maatschappelijke ontwikkeling.
H. J. RlJSEWIJK.
Kautsky, Economische theorieën,
Verregaande Terwaarloozinj,
In het Koloniaal Weekblad van 10 Aug.
i.', lezen wij een verhaal, dat weer eens da
aandacht vestigt op den toestand van
verwaarloozing, waarin talrftke
hindoe-kucstwerken op Java verkeeren. De laatste over
blijfselen van een groote beschaving vergaan
daar zonder dat onze Regeering krachtdadig
ingr^pt.
Het stukje nemen wy in zijn geheel over.
Langs een diep uitgereden pad, aan weers
zijden rijke padie-velden, klapper- en
pisangtuinen, recht voor ons, geweldig, de Merapi,
reden wij naar de ruïnen-massa van Tjandi
Séwoe. Eerst passeoron we de Tjandi
Loemboenf, een groap van 16 kleinere om n
hoefdtempel, beelden noch beeldwerk vonden
we hier; dan de Tjandi Boebrah, dit blijkt
de bouwval van een echooneren tempel. De
alleen overgebleven onderbouw is smaakvol
versierd. Hier werden ook nog eenige
hoofdlooze Boeddha-beelden gevonden, doch van
deze tempels is totaal niets bekend, en de
eenige waarde die E\} als bonwvallen hebben
is .... dat zjj er zQn. De rit, dieper het
binnenland in, wordt steeds moeilijker, in
den door dagen lang neerplassenden regen
doorweekten bodem zakken de wielen van
ons rytaijrje byfla tot de assen; de paarden
glijden nit, dreigen te vallen, hotsend en
bonkend slingeren we heen en weer, zoo
dat we ons krampachtig aaa de bankjes
vastklemmen. Dan gaat het weer met een
vaart j e door een modderpoel, dat de spat
ten ons om. de o oren vliegen. M'n witte pak
wordt ontoonbaar. Overal langj den weg
zien we tempelsteenen, ook geornamenteerde,
als waterstnw of wegversterking gebruikt.
Bond sommige kampongs is er zelfs een
muur van gemaakt. En bij dien steenen-roof
is het niet gebleven. In tuinen en op erven
van landeigenaars zien wy beelden etc., die
ongetwijfeld van groot belang voor de be
roofde tempels, maar daar misplaatst KJJP.
Door een krachtigen ruk van den koetsier,
staan de paarden, schuim-bedekt, stil; uit
stappend staan wüvoor twee monster-bealden,
die .daar als bewakers ga p laat s t schijnen.
Hier bevinden wüons voor de ruïnen van
Tjacdi Séwoe, de dnizend tempels". Maar
de aanblik ia allerjammerlijkst. Eens stond
hier in hat mi iden. op een verhoogd terras,
de hoofdtempel, door een muur met vier
poorten omsloten; daaromheen, iets lager
dua, een rjj van acht en twintig, en een van
vier en veertig kleine tjandi'i; weer iets
laier, op een groot terrap, v$f grootere tem
pels, rechthoekig om dit terras en eindelijk
daaromheen een reeks van acht en tachtig
mansolea. Vier padsn gaven van het midden
der buitenste ry' toegang tot de overeen
komstige zijden van den hoofdtempel, bq
elke terrasverhoogtng waren zy' waarschijnlijk
door pootten overwelfd.
'n R|jk- gedacht heiligdommen complex
dus, dat, mede door de grootsche uitvoering,
ons zelft nu tog met bewondering vervult.
Aan elk der vier toegangswegen zaten
zitten ook on nog twee reusachtige tem
pelwachters, dwarapala's, elk nit n groot
steenblok gehouwen, met de gezichten naar
elkaar. Deze steen-kolossen met uitpuilende
oogen en buiten de ver naar voren stekende,
lippen zichtbare hoektanden, de
woast-griminige uitdrukking, de dreigende knots maken
een sterken indruk. De ontzaglijke zwaarte
dezer beelden is waarschijnlijk oorzaak, dat
zy nog op hun oorspronkelijke plaatsen staan;
sommigen zijn scheef in den bodera wegge
zakt, een zelfs tot over de helft van het
bovenbeen. Worden geen maatregelen ge
troffen, dan zal het niet lang meer duren,
of het zal in den, door 't er langs stroomende
beekje drassig gemaakten, bodem verzinken.
De hoofdtempel was, evenals da and«re
tempels, '0 twintigboek, maar in tegenstelling
met die anderen waren hier de vier buiten
hoeken verder uitgebouwd, rnet den
binnenbouw alzoo een wydarnig kruis vormend.
De buitenwand is in vier en twintig muur
vlakken verdeeld, alle met rijk bewerkte
paneelen versierd. Breede trappen ga^en
toegang tot de vier ingangen. Drie van de
vier binnenruimten waren eveneens ry'k met
bloem- en dier-figuren versierd. In de nu
ledige nissen dezer kapellen hebben vermoe
delijk Boeddha-beelden gezeten door
Bodhisatwa's geflankeerd. Deze kapellen staan door
met het Garoeda-Naga ornamsnt versierde
poortjes ouderling in verbinding. De Oos
telijke uitbouw bevat het eveneens versierde
voorportaal en de teegang trt het eigenlijke
heiligdom, dat in sterke tegenstelling met
da andere kapellen, onversierd is. Alleen
vinden we hier een zeer sober behouwen
altaarvormigen troon, die een groot gedeelte
van de ruimte in besla g neemt. Hier treft
ons, evenals bij de Tjandi Mendoet, de vrede
gevende rust van de vlakke tempel wanden.
Evenals het sanclnarium van de tjandi Mee
doet, zal ook dit heiligdom volkomen duister
geweest zyn, met misschien, als c&ó,', n
lichtopening in de dakpyramide, om alle
aandacht te vestigen op het goddelijke beeld,
dat daar zal gezeteld hebben. Maar van dat
beeld is geen spoor gevonden.
De onder het puin gevonden kegelspitsen
dagob's (klokvormige koepel») doen vermoe
der», dat het geheel door een achthoekige
pyramide gedekt was, die terrasgewijs op
loopend, plaats geboden heeft voor de dagobs
en kegelspitsen waar tusschen, in nissen, Boed
dha-beelden gestaan hebben.
Ook hier dua een prachtig architectonisch
bouwwerk met gewy'd beeldwerk versierd.
Na beschouwing van dezen hoofdtempel be
zochten wüde ruïne van de kleinere
graftempel'jea. Ruim een half uur klauterden
wy over tempelresten die overal neergesme
ten ligger. Vóór en naast de minder wrakke
of ingevallen tempeltjes liggen de
Boeddhabeelden alle zonder hoofd tegen den
grond. Sommige zy'n er, op een paar centi
meters na, geheel ingezakt, andere liggen
voorover of zijn in stukken ge7allea cf ge
slagen ... Want hoewel de aardschok van
1857 veel schade en vernieling vooral
aan den hoofdtempel heeft veroorzaakt,
draagt deze ve'woesting duidelijke ^sporen
van opzettelijke vernieling, 't Is bedroevend
hier te dwalen tussehsm al dfe vernielde
tempeltjes, armzalig overschot van een over
weldigend schoon geheel. Enkele, hoewel
erg geschonden, hebben nog goed genoeg
tijd en schending getrotseerd om den
corspronkelijken vorm te kunnen vaststellen.
Elk tempeltje vormde een vierkant, met
kleinen voorbouw als toegang. Da ingang
was met het Garoeda-Naga ornamant om
lijst. De buitenwanden van het voorportaal
waren met basreliefa versierd; de beide
voorvakken van den muur sierden paneele»,
waarin figuren gebeitoid waren met een
lotusstengel in (Ï8 ham'. In beide zijwanden
en den .achterwand waren groepen van drie
beelden aangebracht, door het Garoeda-Naga
overdekt. Op die ner hoeken ?an den on
derbouw waren dagobs geplaat&t en daar
was de basis voor de achthoekige dakpyra
mide. Ook deze pyramide werd dcor een
dagob gekroond. De binnenwanden zyn op
enkele uitzonderingen na onversierd en be
vatten voetstukken, die waarschijnlijk de
beelden gedragen hebben, die nu overal
neergeslingerd liggen of in particuliere tui
nen staan.
Nog eenmaal klauterde ik tegen den
hoofdtempel op, om het omliggende terrein te
overzien. En weer werd ik getroSen door
de grootsche natuur. Op grooten afstand zag
ik het imponeerende Menoreh-gebergte! Ont
zagwekkend torent daar de 3336 M. hooge
Soembingrens tegen het hemelblauw op. Dan
de Merbaboe, de Merapi, 'n flauwe rookpluim
om zyn krater-top, en verder-weg, ijler, de
Slamat, alle geweldige vulkaankegels,
monstertoppen van dood en verschrikking ....
En dan d'chterbtf het toonbeeld van
kleinmenschely'k vandalisme. Da herinnering aan
den on» zoo blameerenden beeldenstorm in
1566 werd in mij wakker. En ik zag de fana
tieke Mohammedanen in blinde rasemtf op
deze tempels toerennen, met misdadige
vernielzncht de kunstschatten niet alleen
rchenden, maar ook de geheiligde plaats waar de
voorvaderen hunne dooden vereerden.
Dit tengellooze fanatisme, veeleer dan de
onbetrouwbare vnlkaanbodem, heeft schuld
aan deze onherstelbare vernieling. De bij de
toegangen geplaatste tempel wachters konden
daartegen niets uitrichten; daartegen waren
zy machteloos. Alleen, trouw en ongeschonden,
hebben zy eauwen lang menschen en natuur
getrotseerd. Nog a'tyd staan zij op wacht,
zij 't ook dat de tand des tijdsaanban voet
stuk ktaagt. Nog eens overzag ik met 'n
gevoel van weemoed dit ruïaenland, toonbeeld
van verwoesting; de plaats, eens geheiligd
door gebed en vrome overpeinzing, ontwijd
door wilde horden, vernietiging en dooi
zaaiend waar zy den Islam brachten ...
Nu mog is die .donkere ty'd by de Javanen
bekend als prang agana (oorlog van den
godsdienst).
Maar ook onderlinge twisten zullen nood
wendig het hunne hebben bygedragen. Want
de verschillende secten onier de Hindoo's
ontstaan, leefdea evenzeer in voortdurenden
onmin. Dat zij dezelfde wandaden, bedreven
als de z.g. bescl aifde beeldstormers in het
Westen, mag ons niet verwonderen. Maar
dat de verminking, de schending, de roof nu
bedreven wordt, door de niets ontsiende heb
zucht van vooral Amerikaansche en Engelsche
verzamel-maniakken, is wel het allartrenrigst
bewijs hoe weinig het Gouvernement desa
beroemdheden uit een glansrijk tijdperk op
prijs stelt.
Da zou, groot en beerlijk, nu als toen, over
goot het al met een gouden gload ... geen
wanklank werd gehoord ... een plechtige
stilte heerschte, de on t wijding als mat een
liêfdekleed bedekkend.
Hoawel door en door vermoeid, hongerig
en dorstig, wilden wy nu meteen nog een
bezoek brengen aan de Palahosan-kloosters
op circa 15 minuten afstand. Op een ver
wilderd terrein tnsschen hoog groeiend
alangalang, staan deze klooster-bonwvallen zonder
dak of kroonlijsten, onbeschermd tegen
natuurin vloeden. Wy'i ik hiervan geen enkele afbeel
ding he'o, zal ik niet in byzoaderhsd-n tre
den. In hoofzaak vonden wij hier weer, wat
wij reeds in de tempels zagen. Bondom het
klooster nog wa* Tjandi-bomwvallen, waarin
het stcffelyk overschot van da monniken wel
zal zijn bewaard geweest. Ruïae, vernieling,
roof, verwaarloozing, ondergang, dat zyn myn
laatste herinneringen aan dien schoonen dag."
En boven dat alles wapperen sedert eauwen
de heldere kleuren van Nederlands vlag"!
OHZ3 fcrant.
(Uit de geschiedenis van een prov. dagblad).
door G. J. 8. van H.
II.
Dik wij's had Baanstra aan z'n eene triomf
nog niet genoeg en terwijl z'n collega aan
de ove*syde der tafel bezig was aan een
degely'k" artikel, knipte hij wat
binneniandache beschouwingen of perskroniek"
over een onderwerp vaa d» n dag. Hg verbond
de onderscheidene strookjes met neutrale
zinnetjes en maakte er esn kop en 'a staart
aan. Dan was 't artikel met a'n geledingen
van allerlei afkomst, gereed en hij zei spottend
tegen Van Gelder:
Als je straks naar beneden gaat neem
je dit hoofdartikel wel eren mes, hè?
Daar ben i k aan bezig I
Maar 't mijne is af!
Goed, dan moe'en ze er allebei maar in.
'k Ban niet van plan weer 'n paar dagen te
wachten zooals verleden week.
Allo, dan allebei maar! gaf Baanstra
toe, die niet te ver wilde gaar.
Dan schreef Van Gelder inet zeer weinig
ambitie door, daar de degelijke krant, die
fay" op 't oog had, weer jammerlijk mislukte.
Z'n e«nig genoegen was dan, om, als hij zijn
copie aaar beneden bracht, de copie weer
in andere volgorde te legger.
Doch zoodra zat hij niet weer achter de
tafel, of Baanstra ging op zijn beurt naar
beneden.
Dan legde hij in de handzetterij in 't
copiebakje zijn hoofdartikel borenaan en stak dan
z'n sluwe oogjes weer over Van Houtem's
schouder.
Hè, zet je geen buitenland" meer?
'k Moest van meneer Van Galder eerst
gemengd".
Wat een nonsens. Ea wie heeft die
volgorde veranderd?
Meneer Van Gelder!
Dan moest da zetter onmiddellijk met het
bnitenlandsch overzicht doorgaan en de ver
dere copie in de door Baanstra aangegeven
volgorde afwerken.
Bleven zoo'n dag verdere strubbelingen
uit, dan was men nog niei voor onaange
name verrassingen gevrijwaard. Daar Baanstra
z'n gemengd" maar luk-raak knipte en Van
Gelder zonder overleg te plegen omwerkte,
onts'.onden er vaak aüerzotste doublure?.
Bianatra had bijvoorbeeld uit een der
groote dagbladen een gedetailleerd
stadsbaiicht geknipt ven den volgenden aard:
Ua rechercheurs Homan en Van Zand
legden hedenmiddag aan de Leuveharen de
hand op twee beruchte individuer, C. V.,
Middellandstraat 41, en J. v. S., Gtoudsche
Rij wei? 112. Za werden ernstig verdacht van
den zilverdiefstal in de Hoogstraat. Hoewel
het veriiuor voer den commissaris, den heer
Vayek, geeneriei resultaat had, werdea de
beide veidachten in bewaring gehoudec.
Met eenige omwerking was 't begin dan:
In aansluiting met onze vorige berichten,
wordt ons thans het volgende meegedeeld:...
Het bericht werd bekroond door het hoofdje:
D e Eilverdiefstai"
Als Van Gelder dit bericht waardig ge
keurd had om als geeatesvoedsel te dienen,
dan kwam een verhaaltje tot stand als volgt:
Misdaad in groots steden.
Men mag eenigszins geringschattend spre
ken over Donker Zuiden", niet te ontken
nen valt, dat wij in Holland steden hebben,
waar de misdaad welig tiert. Bizondere
personen, aangeduid met den naam van be
ruchte individuen", beoefenen deze werken
der daiste»i«. Vaa deze lieden hebben t wee>'
Botterdamscne rechercheur» er een t we* tol
aangehouden, C. V., nit de MiddeUandstrirt*,
en J. v. S., van de Gondsche Rijweg. Ze
worden verdacht van een zilverdiefstal en
voorloopig in verzekerde bewaring gehouder."
Wel is waar kwamen de zetters niet altijd
door de stapel gemengd" heen, doch, wan
neer 't wel geoenrde, lagen de doublures
soms voor 't grijper.
Baanstra corrigeerde de krant wanneer ze
op de steen gereed lag om als vorm" naar
de pers gebracht te worden. Van de eigen
lijke correctie maakte hij zich gewoonlijk af,
maar hiermee wiet hu zich zeer verdienstelijk,
te maken.
Serghnis, 'n dobbel bericht!
Da meesterknecht kwam by den vorm.
Zie eens, De zilverdiefstai" en Mis
daad in groote steden". Zie je? Die mis
daad" meet er-uit.
'k Kan 't niet misser, meneer l Dan
komen we niet voll"
't Hindert niet I
Mopperend maakte de meesterknecht de
vorm los en haalde de misdaad" er nit.
Berghais, dit ook.
Maar, God, 'k hea niks over! Ky'ke
jullie dan toch ook uit bove l
Kom, 'n paar stoppers".
Heb 'k niet meer.
D'r staat wel 'n mop" voor 't Zondags
blad gezet. Neem cïi
Kom 'k nog tien regels te.kort. Ener
zitte al zoo ontzettend veel interlinies in.
'k San 't niet bestoppe!
Doe d'r maar zoo lang wit" ir. 'k Zal
je helpen l
Dan kwam Baanstra in actie. Hij wist,
dat z'n handigheid der directie ter oore zou
komen.
Van Houtem, even 'n telegramme'je.
Zetsel te kort! 'k Zal je wel dicteeresl
Dan fantazeerde Baat s tra:
Ernstig, spoorwegongeluk.
N e w- Y o r k. Men sei at aan d e Ne w-York
Herald": De ezpresstrein Chicago?San
Francisco OLtspooida vermoedelijk 178 mylftj;
bewesten Denver. Hetzelfde beticht zegt, dat
er waarschijnlijk over 100 gewonden en meer
dan 60 dooden zyn. Naar men verwacht, zal
het spoorwegbataljon naar de plaats de».
onheus vertrekken.
Met 't gloeiend-heet e zetsel holde bij dan,
naar de pers, die de eerste hondeid kranten
reeds gedrukt had.
Bsrghnic, hoofdje telegrammen'''. J»
kant interlinieereE....
Dan ?chndden alle abonné's, op een honderd
n», hun hoofden over de Amerikaansche
treinen. Die rejs toch zoo skiil hard!
't Was puur 'n skandaai", ...
Doch de Ondkerker Nieuwsbod»" bad het
telegram niet en da redacteur van dat blad
telefoneerde hoogljjk verbaasd naar Vaz Dias.
Nieawe UitgaTen,
Schetsboek. Eene verzameling gedichten en
prozastukken met portretten van eenige
inzenders, leden der Vereen, van
Nederlandsche Letterknnd-'gen 1905?1910, 218 pagina's.
itgegeren by gelegenheid van het vijfjarig
bestaan der vereeniging ten bate van haar
ondc ratenningsfonds door de Maatschappij
voor Goede en Gaedkoope Lectuur, Amsterdam.
67e Jaarverslag ( 910) van de Ned. Vereen.
tot afdcbsffiag van alcoholhoudende dranken.
Wsst-Marokko Diutschl Von HEINBICH CLASS.
Mit einer farbigea Karte Marokkos, 41?50
Tamend, bei J. F. Le h manna Verlag, Mijn
enen. Preis 50 Pfennip.
Zangoefeningen r air DANIKL DS LANQB'S
Zangechool. Handleiding volgens de grond
beginselen van GALIN PAEIS CHEV_É, bijeen
geschikt voor schoolgebruik, door W. H. DE
GROOT Wzs , 3e stukje, 83 druk. Prijs 35 cent.
MODI T
Van Omen Tijd, 13 Ang. '11: Constant
Eeckels, Morgen in Kempenland. . Maria
Viola, Nieuwe Boekeo. A. Jnrriaan Zoet
mulder, Naar aanleiding eecer tentoonstel
ling van Cnristelijke Kunat. P. A. Bruinam»,
Kunstgenot. P. G. Hoeks, Hoe hij bede
laar werd. Redactie fanteekeningen en,
berichten. Platan.
Tijdschrift voor Onderwijs en Handenarbeid,
No. 5, Aug. '11: Nog 'n paar snijmodellen^
door M. J. Langeveld. Fnkela kleinighe
den nit ds praktijk van den kartonarbeid,,
door v. d. M. Verslag examen handen
arbeid. Uit de afd. Haarlem. Weer een
nieuwe Cursus. -7- Netjes zitten op school
enz. Schrijfbureautje. Een poortje uit
klei. Tempeltje uit klei.loor J. J. v. Lochem.
Kleerhanger, door J. Vreeken. Goede
Prcpagauda. Verslag van de Commissie van
Vrer.ficatie. Eietvlechten, door B w.
Kïeiarbeid, door Sw.
De Navüncher, efl, 7; Een reis met hinder
nissen, door W. E. v. Dam v. Isselt.
Cornelis Vermeulen, door dr. Joh. C. Breen.
Nederlandsch in Bentheim, door W.
Zuidema. Antwoorden. Oudheidkunde be
treffende Boom, door H. J. Schouten.
Volks- en Straatliedjes verschenen in 1813
1815 betreffende Napoleon, de Vrfcheidsher
stelling en Oranje, door W. P. J. O vermeer
(vervolg). Huisje tegenover het
Trippechuis, door 8. Abramsz. Drie sagen, door
P. M. Schelling. Vragen en Antwoorder.
Memoratdp. Taal- en Letterkunde,
Geslacht- en Wapenkunde. Onder de
Studeerlamp.
De Gids. Auguatua 1911. De vreemde
heerschere. Een verhaal van de Italiaans che
meren, door G. en M. Scharten?Antiek,
II, Balzac intime, door Is. Querido. Ge
dichten, door P. N. van Eyck. De ont
dekking van onze West, door Prof, F. A.
F. C. Went. Een wereldstrydmacht ter
zee, door H. E. Baron van Aabeck?Denkers,
door 0r. Julius de Boer. Zwerftochten
op Bali, door J. C. van Eerde. Verzen,
door P. Oiten. Schemer, door H. H. van
Calker. De Zeewind, door G, Gossaert.
Aanteekenicgen en opmerkingen.
Buitenlandsch overzicht. Bibliographie.
De Lwende Natuur. Aug. '11. Met
Paaschvacantie uit botaciseeren. (Slof). Crabro's
Giagko Bilobs. Een excursie in Drentp.
Een spreeuwenwolk nabij Schiedam. Zwarte
roodstaartjes. Literatuuroverzicht van de
Vereeniging Antoni van Leeuwenhoek".
Vragen en korte mededeelingen.