Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTEEÖAMMER WE E K BLAD TO O R FE D E B L A S D.
f
l
?eel houdvn; wel b««tiendenr maar daanroor
geen ontvangsten en op deze leest wu de
feheele zwik gesekotid. Nog liggen er een
OtaF horloge?, te veel aangeschaft als
prijzen, zender ie bapaling, dat wat te veel
was, door den leverancier weid terugge
nomen.
Onder de uitgaven van de exploitatie
vindt men deze sprekende (!) cijfers:
reisen verblijfkosten (commissieleden en jury)
? 4,206.6». «hwiristaitiekoBten ?7,33305,
Arnkweik ? 4,546.38, expeditie ? 3,452 13,
reclaraeplaat en advertenties ? 1966.56,
salarissen ? 6713.75. By deze cijfer» zou men
wjllan. vragen of er zooveel posten zijn ge
makt om. de cijfers nog niet meer te doen
schreeuwen. ?
Voor meubileering bun» ? 2000.?; de
leveranciers zouden niets onges ihonden's,een
?n ander tegen- vergoeding terug- nemen,
?fnr edt ex- w»* bacoodigiin? MHK
Reis en verblijfkosten ? 4200.?er moest
?B tjj4 ta winnen nogal eens geantwoord.
Het agport van den accountant Mr.
Bierneiss, die de rekening moest nazien,
wntfigt met <fe woorden : Da verantwoorde
ftfetaHÉev fcmrnen doer mij uit de
ovwgebgde administratie niet gecontroleerd
wor*). evesam nu ik een antwoord kanoen
dft vna««: o£ de plaats gevonden
noodzakelijk waren an al of niet
fcjpog."
. Ite raming, was: uitga veji hoogstens
JT lÉO.OOO.?, er w uitgegeven ? 73.291.22,
?innisfai geraamd op 37.000.?, werkelijke
?BtvangBtwn / 35.008. (zonder waarborgfonds
?n sprang: van, den Volksbond).
??';:'.:'?'.
^.fta aaat i* behandeld op dan 5 Sspt. j.L
IB Almelo gehande* algemeene vergadering
Tran,dea Volksbond, waarvoor het
tentoonifemrjgatieBtuur (voorzitter Prof. S. D. van
"ffccb ? te utrecht, secretaris Henri van der
?tedere- tvVCFraranfaage) een nitnoodigin?
Itëeairange». De hoeren waren niet
ver?ebenen, ag badèen allen verhindering
tocfc» hftcktan a\j d» uitnoodiging twee
?nj van t* varee gekregen.
, vergadering heeft de zaak in comit
TI raaf besproken, en ten slotte besloten.
«n amünfssie van onderzo ik in te stellen.
'"W0- nebben met de publicatie van de
KroH6l» vergadering, waar heel duidelijk
fen den Volksbond heenehende meeningen
?uatkm uitgesproken, gewaeht tot de
AlMtosch» Tergaderis? achter den rug was,
tot ejaé* geen pressie uit te oefenen. Uit
l«t daar genomen besluit blijkt wel, dat
?en meer licht wenecht. Men vraagt zich
ocfr af, hoe het mogelijk is geweest
een vrij beperkte tentoonstelling van
el» maanden, die redelijk wel bezocht
:g»wosdi0!K een tekort te scheppen van
2fr(#G (waarborgfonds) + ? 11.118 (van
4n Y«ttsbond) + f 3375 (van eenige
be?tMUatedea.) + f 4000 (aog te betalen) alzoo
tfktaal van f 38.493.
En 'er zit wel eenige ironie in, dat da
leer Henri van der M»ndere op de
interMtfAfiala alcoholconferentie van 12?16
fcptsrmtier te 's Gravenhage, al* specialiteit
i» huisvlijt optreedt.
v 18 a^pt H. EvERwuir.
*) De stocks van de entreeboeken waren
Würriietïgd.
dBMiiwmunmiimfiiiiiitiiiiHiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiaiiiiiiiiiiiiHitiiiiiiii
Etiz-üin
? - Jhfteaffezoo wel aangenaam als vermoeiend.
Be* 'aangename ia voor veten onzer naar
4e -rWwwn valt ? dikwijls enkel in theorie
**è««ziR terwijl hst vermoeier de, eigenaardig
«ToCht niét vreemd, het meest ia de praktijk
geroeid wordt.
Het 'hoofdmoment, het hoogtepunt van
«B reis is het vertrek. Hat heengaan, dat
is 'bet pleisierigste, het zich losmaken nit
takende verhoudingen, die vaal en kaal
werd<ea als t» lang gedragen kleedingr, het
mitrij wn boven de onfrischheid en benan wezis
TB* het al te gekende tot een nieuw onge
kend leven, een rijk der Eindelooze
Mogerpheds». ...
H'et eeaig bes waar is, dat men, na een
vertrek, altijd ergens moet aankomen. Zoo
wordt de bekorende vaaigbeid van het
mogelijfce weer tot de teleurstellende beperktheid
van net werkelijke en kan de idealist, die
een reiziger is, sich slechts bevredigen door
het próötiéte herba'en en op elke aankomst
w«er een vertrek te doen volgen. Waaruit
voif», (fat het ideaal eigenlek voorschrijft
een reis, eanmaal begonnen, nooit meer te
eindigen. De ervaring veler eeuwen echter
heeft geleerd, dat ook dit begint te vervelen
i^fiiiiiiiiiitiiiiuiniiiiiiiii
;0PENLUCHT-NATUURSPEL
,.,. ,.N DOOS
N MIKCA VERSTER?BOSCH BE1TZ.
i 't ^"as, geheel bijgelegd, zy 't dan ook met
wat.,ift°eite en met eenige concessies, der
waarheid gedaan.
Zg waren gesamentlijk de nieuwe buren,
hun fxouaes gaan aanbieden, hadden
gezamentlijk getracht, 'c hoogst phantastisch
varhaal van 'n plotseling afwezig moeten sur,
' aannemelijk te maken; want ds ware
toadiaeht .der zaak openbaren, Dialje's veiraad
?op dien fatalen Zondag- middag, daar toe ont
brak .der drie dames Cnmsewinckel, de
zedelijke moed in aller- volkomensten vorm,
eit. dank; zjj den goeden wil van weerskanten,
pin, h/at amper ontkiemde plantje van
wedersqdsphe sympathie, van 'a ontijdigen dood
te redden, was na eenigen tyd de mislukte
th,ee- visite vergeven en vergeten.
dien waren ettelijke weken voorbij
gegaan; 't waa voorjaar geworden, 'n warm,
zonnig, vruchtbaar voorjaar, en 't scheen
weL dat de onderlinge harmonie der twee
hniejgeKinnen groeide en bloeide in die
volwarn>e weelderige atmosfeer van
zondoorstoofde tuintjes, en 't saam gesmaakte genot
die1 de ontwakende natuur hun bood.
Is 't niet heerlijk?" zei Fine, terwijl ze
t allereerste dozrjn radijsjes rooide en ze
«msichtig in 'n mandje op wat
wingerdop den dn ar, hetgeen wil zeggen, dkt men
er aan gewent, hetgeen wil zeggen, hoe men
ontdekt, dat al het andeie toch altijd wear
hetzelfde is, en geen plaats, hoa vreemd ook,
vermag te voldoen aan het vaag verlangen
naar het ongekende, die nostalgie du
lomtain", wier bagieren helaas! juist het onbe
perkte, onwerkelijke blijkt. EB zoo kamen
ooz) meest» reiiigers don zoet j w aan maar
weer terug vanwaar zjj heengingen en plegen,
hun min of meer bewuste te'eurstedlüg ver
bijtende, om den thuisgebleven E vennaaste
geen -reden tot leedvermaak te gaven, n
tonig te verklaren, dat reizen opfriaechend
werkt en men daarna zyn thuis weer dubbel
leert waardeeren.
Be armen I Zonden zij het sseli niet be
grijpen, dat !ij sic i enkel wat anders dan
anders vermoeid hebben, en wydera hun
ideëelen zin proefondervindelijk trachtten te
ovvxuiigen, dat bq heusch niets rodeJijka
verlangt, ongeveer zooa's men een kind aan
den arm meetrekt naar da naaste kamer, om
te doen zien, dat het daar juist is als in de
zooeven verlatene.
Dn ideëele zin" ligt dan een tp lang
afgestompt en verdoof! Maar bevredigd i;
hg niet, trots- all* redelijke overwegingen.
En het volgend j «ar, als de lente weer komt,
herleeft hy in de oude kracht, verlangt op
nieuw heen te *aaa nit het dxukiead vale
leven naar een Oord, ver en vreemd, waar
het noDit hetzelfde zou aya en waar ook d»
verandering niet zon vervelen
En menig menscb, alj Reiziger oud: ge
werdan, heeft, niet zonder verrawings
even-aehiik", bemerkt, dat hu op desewijae
eiHaniqk regelrecht naar zqa ad «erlang*-.
Z3o strekt dan. het reizen, ai. komt die
vaak wat laat, tot zelfkennis en kan men
het, ook ten genoege der reiabureaux, die
er Immers het hunne aan verdienen moeten,
niet vaak genoeg doen.
Bet koogtepnat van het reizen zo»
Beiden wjj dan ia het Vertrek, ai e vertrek.
Maac brj, die h«t ongeluk heeti aiat ea»
zj) 't ook minimaal Gekroond oo:d te
zijn, hy zal nooit de volle glorie van hst
Heengaan deelachtig worden. Ten qj mistchieu
eens, op het aller-'aatst....
Tot het wezen des Vertreks behoort onge
twijfeld een algemeene belangstelling, een
ademloos, verbeiden, meer bepaald: het
starend gelaat van den Gansenen Man en
het baigea van gegalonneerde autoriteiten,
met kanongebulder, fanfares en laatste
handwnivmgen achter het raam van een
salonrytuig. Dan heefc het Vertiek eerst zijn
volle waarde.
Na geraakt de Gameene Man zelf tot deze
hoogten der eere slechts als bij
goavernenrgeneraal wordt of een gerenommeerd Vlieger
(waarom zouden wy niet Vluchteling teggenl)
ot wielryder of voetballer, en de nmesteu
brengen het hun Ie vanlang enkel tot collec
tieve Vertrekken", waarby da weemoed en
lokkende to.'komstvarbeiding soms wel met
honderden gedeeld moeten worder.
Esn sneltrein, gereed voor de reis naar
verre landen, mét os tentatief 8t oomend
gedrn'sch stemming makend in het oogenblik,
een hooge mailboo', tril .end en rankend aan
de kade, met j'cntge dinkte langs zij a
boord en over zija dek, ay zij a weliswaar
n1 et te versmaden als \ostrunients da départ",
maar in hen bereikt het Vertrek t >ch nooit
dat tiiterste van duizelend wae genot, alsof
het le?en een oogenblik stokte, dat het
meieweten en de aand&cht veler duizenden
ge-ven kan.
En, vreend een automobiel, schoon toch
zeker het heengaan verpersoonlijkend t o:
iet» eenigj en exclusiefé, geeft evenmin de
ware sensatie. Zjn vertrek is weer te klein
onopgemerkt en te huiselijk, als go'd het
slechts een ry'tcer. Een auto voor mijn deur
kan mij evengoed naar Egypte willen brengen
als naar de volgende straat. De formeele
grootheid ontbreekt hier, 4e uiterlijke wijding,
het plechtig gebaar, en zelfs bet afrijden
van een postwagen in vroeger dagen bal
meer houding dan dit obscurd vertrek, waar
zelfs de buren geen notitie van nemer.
Voorshands schijnt rny een vliegmachine
nog het beste vo ar tuig voor een or gekroond
Particulier, die het meest par' y wil trekken...
van sijn Vtrtiek.
Maar hoe men oak gaan wil, het zal voor
de illusie altjjd noodig sijn een voertuig te
gebruiken, dat tenminste de houding aan
neemt van snel te gaan en het
dagelykachbekende spoedig echter zich te laten.
Wie in den nuchtereu vroagmorgen met
eenig vertoon van wereldverkeer vertrokken,
de internationale expresEe-snelheid na tien
minuten alweer gestremd niet en op deze
wy'ze achtereenvolgens zijn geographiacbe
kennis, de visu, vernieuwt door een
ongewenscht oponthoud te Nieuwersluis, te
Breukelen, te. Woerden, te Gouda, om over
Rot U r dam en Dordt en, ik geloof, Lage
Zwaluwe, eindelijk te Kozendaal opgenomen
te worden in het heusche wereldverkeer,
dat orer Vliasingen naar Londea gaat, die
iiiniiiiiiiiiiiiM
bladeien bedde als waren zede donzij;-1 eerste
zuidvruchten in een warme kas gekweekt,
ij 't niet heerlijk om zoo'n primeur te
kunnen weggeven ... gunst... als ik dat
vergelijk met twee jaar geleden"....
Hadden we er dan toen zooveel niet?"
zei Louise wat vaag door haar algeheel
opgaan in 't schikken van gele tulpen in 'n
grijze gemberpot. Louiee zette altijd bloemen
in grijze gemberpotten omdat ze artiest was;
zomers Oost-Indischa kers, 's wintersmietletos
en hulst; gedurende de hiaten tusschen deze
twee tijdvakken prijkte de pot met zonne
bloemen en judaspenningen, met kersen- en
appelbloesem
Ea nu probeerde ZÏQ ook 't e ff act van gele
tulpen, omdat Hermien, Hermine Tuythoorn
dis ook artiest wae, 'n heele Keu sche kaïi
vol parkiettulpen had staan en 't stond
snoeperig, dat was waar." Maar Hermine was
ook zeldzaam begaafd; ze was zoo artistiek;
ze schilderde blownen, symbolische voor
stellingen en sprookjesachtige visioenen, ze
schilderde wat los en vast wgs; en ze maakte
óók verzen, dichtte zelfs, heèle drama-frag
menten in den ety'l van Charles van
Lsrberghe; ze zong, speelde piano, guit aar en
accordeon,, en bad vage melodieën gecom
poneerd op TJes douze Chansons" van
Manrica Maeterlinck .., ja j»... Hermine
was hél begaafd, en als L-.nise (Jfiiiraan
dacht dan zwol haar hart dat zoolang naar
artistiek meegevoel gesnakt had, van
gelaksweelde, omdat in die weinige maanden van
nabuurschap, Hermine Tuytboorn haar liefste
kennis, haar vriendin, neen, haar
boezemvriendin was geworden,
heeft zqn reis-entiéa onherroepelijk gemist
en een aoheon mament verloren. Behalve
nog dat brj eigen l p het redelijke niet inziet
van eerst zoover naar b sneden te gaan om
een overtocht te bewerkstelligen; die op twee,
drie plaatsen dichterbij evengoed mogelijk
i?. Het kan echter zyn dat zulk een ramp
zalige daa dag boven dan. nacht tot reizen
verkoos en ook om redenen van strikt vader
land liie venden aard over'' Vlisüngen wilde
gaan Welnu, het bekwam hem slecht.
Teruggekeerd des nac'its, opgeborgen in
de engst mogelijke hut", zonder daglicht
en zondsr andere lucat dan in een benan w i
gangelja te e val l g aanwezig mocht zjjr>, bleek
het, dat de directe snelverbinding met Am
sterdam niet harder reed dan tevoren bjj het
heengaan. Wat ook eigenlijk niet te ver
wachten was. Eu niat minder,
gemoedelijkzorgzaam, haar station-kiekens telde, al moge
het niet verzwegen worden, da-, wij thans
Nieuwer s! ais en zelfs Abkouie triomfantelijk
voorbyredan, aldus in niet meer dan vier
uur een traject sflsggende, dat met da helft
reejg te veel eer bewezen ware. Een Hol
land che spoorwegonderneming, die zulke
Hollandsche records slaat, heeft daarbij echter
ook andere dan cammarcieeUbaatzuchtig*
bedoelinfea, wier iieaUaa» ket.oas niet
moeiljik viel klaatlgk te onderkennen. Zg
wil dan landgenoot, die sich in dan vreanvie
begeeft, niet laten vertrekken, in het p :jnly k
bewustzijn van zyns lanls nietigheid en
gerinnen omvang. Daarom Iaat zij lang saam
rijden en dikwijls ophoudei. Zro sehijttt het
land grooter... en niet aoo miniem tegen
over da afstaodan, die men n» vervolgens
afleggen gaat.
Ea eindelijk U hier ook late -van;
Hollandsche voorzichtigheid au zuinigheid t»
waardeerer, die op de kleintjai past en het
Baurtoerkeer verkiest biven bet International.
O Hollandl Ia dit niet (geheel onver
wacht) uw beeld?
Da zej op dien drukkend warman Julidag
waa «en wonderbaar awcê, een droomachtig
ry'k van blauw, damp of water, men wist
het niet N an wa' jjk 3 een even rimpelen ver brak
de effanheid van dit vlak, dat in zijn vreemde
substantie, vederzacht en olieglad, geensiias
op water geleek. Er waren daar verderaf op
het eenparig blan we allerlei grillige
tegenIqninge» en anders schonende plekken, van
stroomiugen misschien of ondiepten, maar
bet scheen wel of enkel de excessieve rust
en stilte van het zeavlak de se versehyn'rjgen
zichtbaar maakten, de atdsrs in d« sterke
bewogenheden verloren gaao. Even zooals
men ook aan. oen menschenlichaam in de
rust vandenaraap sennwec lokkenen trillingen
waarneemt, die bjj den wakende bedwongen
worden ot in de willekeurige bewegingea
opgenomen.
En die bleef alles zonder begrenzing in 't
vage vervloeien, zee en lue'it droomend naar
elkaar, tot elk zijn eigenheid verloor en zy
n werden, een jjle wenteling van waaige
kleur op kleur, dieonophoudalijk het verschiet
wy'z'gden mee het veranderen hunner
scbakeeringer.
Ea het stoomschip leek in die wgde onbe
paaldheid niet verder te komen. In zyn
krachtig iy,hmischraderg«bmiich verschenen
wel gestadig de witte wemelende sluiers van
kokend schuim, maar dat dit beweging
beteskenen zon scheen onmogelyk voor wie
nraar even de onwezenlijke blauwe ij l te
verderweg gadesloep. Oabewogea op zqn p'aat^,
sloegen de raderen altijd weer dezelfde lichte
wateren tot schuim, zoo deed het zich voor
en het eentonig geluid dezer bestendige, licht
schokkende wenteling met de stilte en een
zaamheid onder den hitte trillenden
daoapblauwen middagkoepel vloeiden samen tot
a gewaarwording van droomerig wiegende
ruet, die ons de uren door in een toestand
van halfslnimer bracht, die enkel de kleine
beweging aan boord nu en dan, toch niet
hinderlytr, stoorde
Miar de naderen ie avond bracht verandering.
Met het zinken dsr zon, klaarde het uitzicht
en hemel eu zee werden weer zichzelf. L>a
eerste verzwakte tot een bleek, allengs
groexachtig blauw, maar de zee richtte zich op,
en bruiste nu sterker, in een rechte staal
blauwe ta%n naar den verren,
echerpgeteekenden horizont.
Er wai een kracht in het moment, de
dingen deden straffer aan, en ean onrust
voer orer de boot, die de passagiers van hun
ligstoelen dreef, dan naar de eene booidsijde
dan naar de andere, om telkens met kijkers
te tiren naar die allerfliuwste kustlijn schuin
vooruit.
Tot allengs het land nadarbij kwam, en
met ons meeliep, en wij nu uitzagen naar de
landingsplaats, een pier ver in 't water voor
uitgeschoven op booge palen, die hun on
wrikbaar roerlooze,<5rimmig ver weerde koppen
toonden, toen wij naderden....
De lange ry lage traincoupéj vóór 't
onaaczienlyk station schenen we! geladen met hitte,
doffe compacte warmte, getuigenis van een
dag lang genadeloozen zonnebrand.
iimiiMitiimiiHimiiiMii
Eo, noch Louise's zusters, noch Hermine's
ouders hadden deze teere ziele-harmonie
door n enkele dissonant verbroken, want
Fine en mevrouw Tuythoorn die wonderwel
met elkander opschoten, en meneer
Tuyfhoorn, goedmoedige, joviale vijf-en-zeatiger
die een bepaald penchant voor Bartha toonde,
legden om zoo te zeggen m#t hun eigen
pas gevlochten vriendschapsbanden, een
extra, dubbele knoop op die van Louise en
Hermine samen.
'c Waren bovenst beste rnenecheD, defamiie
Tuythoorn van de Poppels" maar ze hadden
hun eigenaardigheden die, hoe onschuldig
ook, als vogels van dl/erse pluimage, in
n volière opgesloten, tot plukharen aan
leiding kunnen geven; was 't wonder dus
dat zy zich hevig aangetrokken gevoelde tot
de familie Gnussewinckel van Dolce
farNiente", en deze ook wederkeerig tot haar,
toen 't al spoedig bleek dat haar
wederzijdsehe eigen aardigheden in vele opzichten
homogeen waree, en bun vriendschap een
welkone veiligheidsklep zou worden voor
onbegrepen of miskende opvattingen,...
Wai non.,, zooveel niet?' zei F me die
haar oogst ondertusïchen tot zeventien witte
en roode erwlj ;s met groote groene pluimen
had uitgebreid... ?ut, ik. heb 'c niet over
de rady'fjss... ik vergelijk, ja hoe zal ik 'c
j zeggen, de toestand hier, EU en twee j jar
geleden,... toen niks als displez'er van de
buren en d'r baldlaligheid, en nu "
Ja dat is waar" viel Liuise met 'n
verheerlykte glimlach, dadelijk bij. Da gele
tulpen poften topzwaar uit de wijde opening,
be-aureoolend de grijae gemberpot op 't
Maar onder het snelle, veerendllchte rij dan,
koelde de atmosfeer en wij zagen het avond
land zich strekken wjjd naar beide sjjdev.
Door ver-glooiend» grasianden, voorbij
rookende fabrieken, en nu verlaten gele steen
groeven, ver wy'der de dorpen langs, waar op
den s m allen weg vermoeide mannen
hesntogen, voorbij grauwe stadjes en telkens ean
leeg stationne'je, raasde de trein zy'a
achtelooze vaart, als kwam dit alles er niet op
aan en wag Londen het eenig waardig doel.
Eu toen, langzamerhand, begon de etad ons
te omringen met een ry'tje baksteenroode
hnisjes hier, een reeks tennis velden d & ir, met
witte figuurtjes bevolk', levendig in het
gulden a /ondlicht. Ganïche straten van gelijk
vormige villa'ijas kwamen in 't zicht, waar
de mensohen voor de deur stonden of o
verde heggen praatten, Dan weer wy'de strooken
terrein, geen grasland meer en noj geen
straat, waarover langs kraisen de spoor banen,
andere treinen den onze stoompnffend en
sissend tegemoet yldea; Al meer dofroede
hniten. na straat aan straat, beneden ons.
Diepe rechte straatgeulen, bewegelyk van
kleingrauwe gedaanten, die zich openden.
Dan weer de roerloaze barre woesteny van
dakrnggen cm starre schoorsteenpüpen,
troostloo» grijs in 't smokig halfduister. Treinen
vuureogig rijden een tijdlang naast, of onder
ons, met galy ka snelheid voort. Stoomwolkend
donderen andere plotseling op of verglijden
met een langgerekten flaitgil in de donkere
diepte weg.
End<elrjk een brug en het uitzicht over de
rivier, wijd en loodgrauw, een snel visioen
van- fibrieksschoorsteenen, dakenatrekking,
hoog en laag, een kriskras van rechte en
schuine ly'nen, daartusïcaen het vervloeiende
grijs der rivier, met atoombooijes beplekt,
alles gezien door de oogenwarreling van
ijzeren brngstaver
Dan neemt het maanaehtig verlicht donker
van een stationskap cns op en s'opt de trein
in Londer.
Londen blaak nog altrjl Londen, httselfde
zomer- Londen vaa vroeger, banaal en ge
weldig. Gry'ggrauw de straten, die droge
hitte uitwasemden, zeer onbelangrijk de af
zonderlijke gevels, maar te zamen een goede
acht irgrond voor het druisehend verkeer.
Op dat verkeer, op dien gelijken stroom
en tegets'rcom, dien zwaren rythmischen
dreun den ganechen dag lang, komt het aan
bjj groote steden. Die lythmm is hun wezen,
zijn zij tel f, gelijk zy 'a morgens opleven ea
'd avonds inslapep. Wie het verschil in maat.
en geluid van htt verkeer der groote steden
zeigen kan, is tot hua karakteristiek een
goed eii d genaderd. Maar ook voor een stad
zelf wil het geluid van haar verkeer schier
alles zeggen. Haar grootte, de aird harer
bevolking, het uur van dea dag, allicht ook
de tjjd van &et jaar en van bet ty'dvak met
vroegere vergeleker.
Londens geluid en rythme bleken, ten
minste wat de City betref:, vetaiderd. Ia
plaats van bet luchtig rap getrappel der
hansome's thans het zachte en als
binnensmonlseh gegons der texl's, en den loggen
draf met den kett'ngramlenden dreun der
zware bussen overheerseht nu het gejuck en
gesilder en geronk der groote auto's.
In straten wau die au.ooeweging de over
hand heeft, gaat het ganache verkeer veel
sneller en glydend zajtiter. De lucht is er
vol van het insactengegons der motors en
het zwaar gerommel dier zeer onaangename
autobussen, die wel een toeval schijnen te
kr'jgen, telkens a's zy stil staan.
Wat men in die drukke City-straten maar
heel zelden hoort, is de menschelyke
stem. Engelschen verheffen hun stem bjjna
nooit, wat in zoover gelukkig is, want zij
bezitten meest geen mooi ge.uid en dit is
misschien een reder, waarom zij ook maar
weinig werk van hun spreken maken en er
veel binnensmonds gebromd wordt in Enge
land. Doch het zijn ge wie niet enkel zulke
overwegingen van aesthefischen aard, die
de stemmen laag houden. Er ecbynt, evenzeer
in het publiek als in het particuliere leven,
zoo weinig reden zich moeilyk en druk te
maken over hetgesn men zoo volmaakt
beheerccht.
Dit is het wat den Hollandschen reiziger
het meeste treft, wat hem zelfs bij wylen met
schaamte eu jaloezie vervult: dien algemeenen
rnstigen en tegelijk zoo voortvarenden gang
van i aken.
Niet als bij ons is da beweging van het.
verkeer nu eens sloom en kwijnend, dan
weer schutterig, druk ea zenuwachtig-hefiig
en altijd ongelijk.
Maar hier is een eenparig rythme van
beslist handelen, ncci overijld noch treuzeli^,
zeker van zich zelf en zyn kunnen, en
behoorend bij een verwonderlijk gezo&d e a
sterk ra?.
Aan de stations, op de straten, iy' alle
openbaie gelegenheden, in de Itö'els en
restaurants, overal gevoelt de bezwaarde,
schichtige Hollander die hoogheid van het
Engaleche uiterlijke leven. Het slank glydend
waschechte linnen kleedje van de tuintafel.
Onver iroten begon Louise weer te schikken
Ja" zei ze nog eens dat is waar... de
Peppels en Dolce-far-Niente... dat is net
n huisgezin ..."
Ik ga ze nou meteen maar even brengen,"
zei Fine, die nog 'n achttiende J»dys gevon
den, en hem na behoedsame neervlijiug in
't mandje, tech maar weer geskippea" had
omdat er slakken aan halden gegeten ...
jammer, net zoo'n mooie groote." Ze be
hoefde niet on te loepen; de vriendschap
was tot zoo duizelingwekkende hoogte ge
stegen dat, midden in de gemeenschappe
lijk» heining, een communicatie was gemaakt..
Meneer Tnythoorn die behalve 'n hartstoch
telijk opera-lisf hebber, hy iloot, als hy niet
rookte, sliep, at of dronk, de meest
uiteenloopende opera-melodieën, meneer Tuythoorn
die een even hartstochtelijk knutselaar was,
had een buitengewoon vernuftig apparaat
aan dit hekje gemaakt; oogenschijnlijk was
er namely'i geen slot aan, hoewel 't door
oningewyden onmogelijk scheen geopend te
kunnen worden. Wanneer een wel ingewy'de
nu echter op den grond hurkte en 'n klein
ijzeren staafje verschoof dat onder 't zan3,
op een der hekpaalij^s was aangebracht,
wanneer men zich dan zoo ver inogely'k o/er
't hekje rekte en'n pennetje bemachtigd had,
waaraan een kettinkje hing dat verwonderlijk
ingenieus aan een hef boompje werkte, dan
had men alleen nog maar een wat pijnlyk
voor de nagels ijzeren plaatje te verschuiven
en nogmaals geuurkt op dun grond, 't zand
te exploreeren tot het vinden van ean minia
tuur knopje, om zonder de geringste moeite
bewegen Am rijzige vrouwen, zoo, goed ge*
vormd meerendeels «n zoo goed gekleed
byna- allen, de veerende tred der mannen
mat de expressief mager» gezichtan en koel
sterke oogen recht geheven en zonder recht s
of links zien vooruit gericht, al dit doelbe
wust gaan, zwierig en krachtig tegelijk, men
gevoelt er de menscben in, die zich
behagely'k en zeer vertrouwd gevoelen. Zij durven
te leven, merkt men, zij hebben het goed
ea achten het iets vanzelfsprekends dat dit
hun toekomt. Er is niets benaowds of
kleinarmoedigs in hun dosn en handelen. Zij
piekeren" niet, zij lijden niet aan over
dreven zelfkennis en ze'fbaschouwen, au
doen, eenvoudig en spontaan, en weten niet
b ster of het slagen behoort er by. Deze
zelfde gaafheid, deze gezonde eenheid van
doen en denken, hier, ondersteund door
sport en krachtige voeding, de sierlyke ge
makkelijkheid van omgang, welke den buiten
lander met benijdende verbazing vervult,
verleent ook het gansche maat schappelijk
verkeer een voornaamheid, ean gracieus*
vorraeLjjkh.eid) strookend met hun op het
stylvol gebondene gerichte ge ast en.
Zoo is de indruk van alle uiterlijk Engelsche
leven, meer bijzonder van da burgerklaas»,t
een zeer weldadige. Hier is de vastheid ea
rust, gevoelt men, di* het gewillig bestreefie
vormelijke geven kas, den«4#/, die alle levea,
ook het gering», adelt tot latft mér dan
nietig-persoonlyks en menschenwaatda en
levensgenot zyn er de .vruchten, van.
Wat doet het er daa toe, als brj nader
beschouwing die vorm inderdaad enkel vorm
blijkt, zonder individueel*» inhoud! Deze
kracht volle en gracieus» menschen, sy agn
vrijwel allen gelijk naar den geert, bemerkt
men, met deselfde gedachten en gevoelens
by dezelfde dingen. Hun beschaving ie een
opgelegde, aangeleerde. Zóó behoort men
zich te gedragen, zóó behoort men terneenen.
en te voelen. Van persoonlijkheid geen spoor.
Dat stelt dan hen teleur, die onder het
voorname gebaar van dit uiterlijk leven ook
een voornamen geest verwachtten.
Een voorname geest, dat is een. tot zich
zelf, tot zalfbewaêtsyn gekomen geest, toet
in verstandhouding levend met anderen. Een
hooge gemeenschap van persoonlijkheden.
Daarvan echter vindt men hier nog niets.
Het algemeen vormelijke schijnt enkel mo
gelijk wijl de individusn nog niet tot rijpheid
gekomen zy>. Gemeenechap, gemeenvoelen
is er, maar nog gaen verbijzondering in aparte
persoonlijkheden. Vandaar dat de hoogere"
gevoelens, de moreele, wetenschappelijke,
kunstappreciaties dezer Engelschtn alle gelijk
en oppervlakkig, maar hnn lagere, dierlyke
wel zeer afzonderlijk ea egoïstisch zjjn. Zacht
moedige christelykhsid, die het laatste hemd
vindt men hier vooral niet meer
dan elders.... waar men haar weinig- vindt
en het is weer enkel in het uiterlijke,
praetisehe leven, in het verkeer, dat zich het
gemeenschapsvoelen lykt te concentreeren.
Daar is de persoonlijkheid verloochenende
discipline, opoffering van bij zonder a belangen
ten b i te van het algemeen en het draagt
mede bij tot de hoogheid van het publieke
lavas. Overigens echter is de Eogelsehman
even belust op winst, even onverschillig voor,
zijn eranmenech, even vol hoogmoed en
eigebgerechtigheid als welke andere natie
ook. Terwijl wat men hoogere beschaving
noemt hem eigenlijk minder individueel eigen,
meer van buiten aangebracht sshy'at dan
andere West-Euiopeeërs.
Aldus zouden vooral wij, Hollanders, ons,
vanwege de meer innerlijke beschaving, wel
i r en booger willen gevoelen, indien wij
ons niet juist zooveel minder gevoelden om
onze uiterlijke onbeholpenheid,
Wjj kennen ons zelf veel meer wereld
wijs, maar wy loopen wtasechen sjoveltjas
rond als onderkomen mensen j es, temidden
van dit prachtig uitgegroeide rap. Wat zijn
wy dan ten hunnen opzichte? Meer of
minder? Sc.hooue, krachtige dieren lijken zij
ons vaak, maur van de onderscheiding der
redelijkheid nog ver verwijderd. Ten andere:
wat beeft een menscb. aan zelf besef en alge
meen inzicht, zoo 't" alleen 'dient om zyn
leve a te benauwen?
In Holland wonen allemaal tot zelf b jwustzyn
gerijpte individualisten, maar het samenleven
is er al mede daardoor zonder groot
heid, zielig bekrompen, onvast en angstig voor
elk wat breeder gebaar. Als het Engelsche
volk zich voordoet als ean hoo < opgewassen,
dieht korenveld, waarvan alle aren elkaar
gelijken, dan schijnt Holland een tuintje vol
slecht gelukt zaadgoed, een onvolkomen
groeisei van uiterst verschillende bloemetjes,
die om allerlei redenen niet tot wasdom
kwamev.
Nu is in 't algemeen een gaaf gegroeid
roggeveld een veel verkwikkelyker gezicht
dan zulk een tuin vol afionierlyke
mislukkinger. Maar bovendien is er reden te
vooronderstellen, dat de enkelen in een
groote natie toch nog niet zoo weinigen
dia door aanleg boven de massa uitryzen in
de gezondheid en levenskracht van het ras
't hekje te kunnen binnengaan, 't Was on
eindig veel gemakkelijker dan dat gezeur
met een slot of 'n grendel, en bovendien
veel intiemer ook, dat vonden ze allemaal,
en Louise vond 't zelfs hél romantisch.
Alleen by regenweer bad 'c z'n bezwaar van
wege 't gescharrel in 't zand en 'c hangen
over 't dan natuurlijk kletsnatte hekje, maar
geen enkel ding is volmaakt op deza wereld,
en men kan ook ;V. te veeleischend zyn.
Zoo had meneer Tuythoorn ook een
bijzondere uitvinding gedaan ter verbetering
van Weck's sterilisatie-inrichting. Hy had
namelijk een toestel vervaardigd dat der
steriliseeiende huisvrouw in staat moest
stellen om in n kookpan, op drie ver
schillende temperaturen tegelyk te werker.
Maar toen mevrouw Tuy(hoorn volgens dit
systeem, een iljech aardbeien, een flasch
luinboontjes en n dito paling in gelei
tegelijk in bewerking bad genomen, bleek
er toch een kleinigheid te haperen, omdat
de aardbeien tot moes waren verkookt, de
tuinboontjes binnen enkele dagen een onmis
kenbare neiging tot verzuren toonden, en
de paling zy'n gelei broederlijk onder 't
kookwater verdeeld had; 't was wel een kleine
deceptie geweest n voor meneer n voor
mevrouw. Maar vrouwen hebben gén hoofd
voor technische wetenschappen, ze mis
bruiken de best bedoelde en theoretisch
volmaakt juiste apparaten....
Fn daarom berustte meneer Toythoorn in
'c feit dat mevrouw in 't vervolg Weck's
toestel, loider verbetering gebruikte.
Toch had 't hem een schok in z'n lief
hebberij gegeven, zooals iemand die van 't