Historisch Archief 1877-1940
10
D E A M S T E R D A M M E R W E E K B L A D V O O R NEDERLAND.
No. 1788
Speculatie op liet nationaal belang.
(Slot.)
Maar zulk ara concessionaris is er natuurlijk
ten zeerste mede tevreden, dat BJJ, die a'.ch
geroepen gekten voor da behartiging der
nationale belangen te waken, zijn
mijnbouwknndige nasporiagM ais een daad ran
vaderUndsüefde opvatten, en bet nationaal chau
vinisme met den sabel klettert, zoodra de
politieke cf economirche ambitie van het
buitenland hem in zijn pogingen bemoeilijkt.
Zoo hebben de gebroeders Mannesmann
in Marokko mijnbouwkundig onderzoek ge
daan naar ijzer-er 13 en tegelijkertijd naar
koper en goud, een speculatie, zooals vele
andere honderden beproeven, zonder dat de
publiciteit zich ermede bemoeit of melding
ervan maakt, maar met dit belangrijk onder
scheid, dat men in dit geval kans het f t
gezien, de politiek voer de zaak te spannen
en daarvan gebruik te maken.
Sedert het oogenblik, waarop de Duitrche
Keixer Taager had bezocht, werd Marokko
door Dniteche flnancieele syndicaten be
schouwd als een uitbniiings-object, vrij van
iedere risico, evenals 't ca de reis dos Kei
zers naar Palestina met K ein- Aziëhet ge val
is geweest.
Van dat oogenblik af werd het Dnitsche
velk gesuggereerd door het denkbeeld, dat
iedere prospector, die in opdracht vaneenig
DnitEch consortium den Marokkaanschen
grond betreedt, het Duitsche prestige ver
tegenwoordigt.
Veel meer geld dan voor werkelijk weten
schappelijk onderzoek in Marokko, is in
Daitscbland nitgqgewn met geen ander doel,
dan door woord en schrift de openbare mee
ning te doordringen van het denkbeeld, dat
hoogst ernstige nationale belangen in Ma
rokko «p het spel «turnden, en dat ieder, die
het streven der Duitsche speculanten tracht
te belemmeren, zich -vergrijpt san het
Duitsche point d'honneur.
Door op zulk een wijze misbruik te maken
van het eergevoel der Daitecheig, is het
allengs gelakt invloedrijke politici en hoog
geplaatste militairen voor een Duitsche
Marekko-politiek te winnen en is men er zelfs
in geslaagd de positie van een der hoogge
plaatste ambtenaren van het departement
van BnitenlandEche Zaken te ondermijnen,
omdat deze den moed heeft gehad de
budgetcomrtifeie uit den Byksdag de oogen te
openen voor de Duiieche erts speculatie in
Marokko.
Men kent het verdere verloop der zaak.
Duitschland had een oorlogschip naar Agadir
gezonden, met vol.'e recht, want door het
optreden der Fr au c hen in Fez was gehande'd
ia. strijd met de bepalingen der akte van
Algeciras, en Duitschland wilde toonen, dat
het niet met zich liet spelen.
Dit optreden had in zoover het gewenschte
gevolg, dat Frankrijk zich bereid verklaarde
Duitschland schadeloos te stellen door afstand
van grondgebied in Zuid-Afrika, zonder dat
Dnitachland iets van zijn rechten behoefde
prijs te «e,ven.
Toen echter barstte bet door de Mannes
mann- gefduedenis «*d*rt j «en warm gehou
den chauTimisDae log. Men f prak van verraad
tegenover het heiligtte goed der natie, indien
de regeering geen aanspraken deed gelden op
't recht van bezit in Marokko en de belangen
der MJjnen-speculatie niet voor de hare ver
klaarde.
En ii derdaad speelde het ministerie van
Bnitenlaadscbe Zaken de verlangde kaart uit:
het eischte Marokkaanfch grondgebied.
En Dnitsehland zou, daar Engeland na
drukkelijk de zijde ven Frankrijk koos, in
een Europeeschan corlog sjjn gewikkeld, in
dien niet.... Kropp en Tbyssen er waren
geweest.
Deze beide groot-induatrieelen hebten na
melijk in gemeenschap met eenige andere
Dnitschers en een groote Fransche groep,
aan het hoofd we ar van Sehneider-Grenzot
staat, eveneens mijnen-belangen ia'Marokko.
Het onderzo* kingEcomi'évan dit internatio
naal syndicaat was zelf reeds met z$n arbei i
begonnen, toen de gebroeders Mannesmann
er rog niet aan dachten in Marokko te
exploreerec.
Het internationaal syndicaat heeft echter
steeds den gebruikelijke n commercieelen weg
gevolgd ; het heeft niet beproefd door ?.*.
betalingen a conto aan den t oenmali gen
sultan en door geschenken in geld aan diens
iiiiiniiiiMiiMiminiMiMimiiMiii
Brieven van Oom Jodocns,
CVII.
,
Vaarde Neef!
Je hebt het gced begrepen en
\oortreffelijk gezegd, waarom ik je verleden
week niet heb jteschrever, i a den Rooden
Dinsdag van Pieter Jelks. Inderdaad,
ik stond er paf van. Mij» orgeltja heeft
al zija best gedaan maar het gif
heelemaal niets; er waren «r fe vee', en
toen hebben Vegtel en ik htt ding maar
aan kant gedaan en zija wij in airai
moede, wat er van het J. O. Fonds nog
over was in Scheveningen in alle eer
en deugd gaan verteren. Maar jou erover
schrijven! Daarin had ik al heel wtinig
trek. Zoo is de mensch in eeimm11 als
zijn ijdelheid gekwetst word l-, er* waar
om zou ik beweren, dat dat aioü.-che!ijke
mij vreemd is ? Eigenlijk kon ik hit Theo
dan ook niet al te best vergere?, dat bij
hoogwaardigheidsbekleders concessiën op een
wijze, die het licht niet mocht Kien, nuchtig
te worden.
Het was «in meening, dat men ook op
volkomen geoorloofde wijze en door
vriendschappelijke samenwerking van de Dniteche
en Fianeche naburen in Marokko het doel
kon bereiken, nl. voor de Duitsche industrie
waardevolle ertggronden verkrijgen, en de
kwestie, niet bepaald uit een nationaal oog
punt beschouwd, behoefde te wordeo, om tot
het gewenschte resultaat voor de belangheb
benden te geraker.
In het feit, dat de Duitsche participanten
in de Union d«« mmes marcccaines slechts voor
30 pet. waren geïnteresseerd, zagen Krupp
en Thijssen blijkbaar geen beletsel. Ea zij
maakten geen geheim ervan, dat een vreed
zaam samenwerken met de Franschen hun
voordeeliger toeflcheer, dan de
veroveringepolitiek volgens de Mannesmann-rnanierer.
Het kan zijn, dat de concurrentie hierbij
ook in 't f pel wac, het kan zijn dat zij uit
eigenbelang ervoor zorgden, dat deze opvat
ting in ruimeren kring bekend werd en
zelfs tot de omgevirg des Keizers
kondoordringer1.
Maar in elk geval hebben Bij de voldoening
mogen smaken, uu DuitschlandVeer immers
van geen enkele zijde werd aangerand, hun
vaderland en Europa te hebben geviywaari
voor de verec brikkelijke rampen vaneen oorlog
Dnitschland heeft de verzoeking weerstaan
op lichtzinnige wijze het bloed van duizenden
ten cfier te brengen voor een gtfingeerde
eere-kwestie en heeft zijn furchtlos und
treu" niet in verdenking gebrtcbt büde
wereld-rechtbank.
Wat echter zou geschied zijn, indien Krupp
en hüssen niet toevallig in een
Marotkaansch ert;:-:yndicaat g( ateresseerd waren
geweest?
29/9 '11. v. D S.
Erratwm. In het vorig gedeelte van dit
artikel werd gesproken van erts uit
onde-zeesehe" voorn ad-groeven, hetgeen moest
zijn ovtrseesche.
mui iiiiinn uu n i in i IIIIMI
Iets syer m jarige zoirWcemei!.
Met het opruimen der uitgetloeide planter,
dat het eind van den zomer meebracht, gingen
we nog eens goed na, wat ons het meest
aanfctond, welke bloemen wij opnieuw wenfchen
dat e-n volgend jaar onzen tuin zullen sieren.
Vooral wit de eer jarige zomer bloemt n en
?planten betreft zijn wy dikwij's geneigd van
alles eens te probeeren, er is zoo gemakke
lijk aankomen aan wat zaad, en de bewer
king k dikwijls zoo eenvoudig; en hc e vroolyk
en inderdaad schoon kan een groepeering
van deze bloemen uitkomen l Om dit laateta
echter te bereiken moeten we, ook in deze,
met wat onderscheiding te wei k gaan. Ten
eerste : de catalogussen der zaadbandelaren
geven zooveel soorten aai, zoodat we wél
goed moeten weten, wat Te willen, als we
willen veranderen; en, niet waai, wij kunnen
ook niet altjjd bühet oude blijven I Hoe
kleurrijk het hekje met Oost-Indische kers
ook stond, toch deden wy haar gaarne eens
p'aats maken voor de Lattyiua met zijn
vlugge, fijn getinte bloemer.
Nu hoort men dikwijls klagen, dat deze
eer jarige bloemen tot lomrcel in den tuin"
leiden, en, als men te veel soorten, die men
nog niet kent, zoo maar klakkeloos probeert,
is dit zeer zeker mogelijk.
In de catalogussen toch, ziet men allerlei
ven deze bloamen door elkaar aangegeven:
bloemen geschikt voor peiken, i and j e?,
gtoepeerinar, voor snijbloemen en?. Itdien
wij bier dus niet met eenig overleg te werk
gaan, kan dat zeker tot een chaos in onzen
tuin leiden.
Als men niet bekecd is met veel namen,
probeere men het in de eerste plaats met
die hoofdsoorten uit de prijscouranten,
waarvan veel variaties werden gekweekt; deze
soorten toch zijn meental veel gekozen en
daarcm allicht de moeite waard. Nemen we
b v. asters; hoeveel soorten vindt men daar
niet van, en, Los verschillend onze smaak
ook zy, die zullen u wel ncoit bepaald teleur
stellen. Tusschen haast elke combinatie van
zomer bloemen treffen ve dan ockatters aar.
Maar er zijn meer soorten, die aanbeveling
verdienen, nieuwere \ormen van bloemen,
zeker, ook echter ouderwetEche plantjes, die
de zaak zóó had bevorderd met zijn
wculd-be-diplomatiek; en toen hij laat
op den middag langs ons tafeltje flaneerde,
kon ik het niet nalaten hem eventjes op
zijn schouder te tikken en in het oor te
fluisteren : Dom geweesr, beste jongen !'
Zoo hél erg asrdig vond hij dat niet
en hij liep gauw door; maar toen ik
een halfuurtje daarna met hem terug
ging naar de stad, hoorde ik wel wat
hem schortte. Dat ik dat gezegd had,
cfcaitoe had ik als vaderlijke vriend wel
het recht, en gelijk had ik ook wel, maar
hij had, vóór hij naar Scheveningen den
aftocht blies een standje gehad van den
c uden Lohman. En die was zóó ver
schrikkelijk boos geweest, dat alle zin
in joligheid Theo was vergaan. Vóór
het jaar een dag ouder was zoo had
de oude heer ten slotte gedreigd zou
hij de zaak wel eens anders behandelen
en Theo toonen wat een ohristtn-staats
man aan zijn God, zijn Koningin en zijn
Volk verplicht is. Daar zat Theo nu wel
wat over in. Als de oude dat zegt,"
zoo vertelde hij mij, dan houd ik mijn
hart altijd vast; want dan weet je eerst
recht niet wat bij zal uithalen." In die
sombere stemming verliet ik hem: dat
overkomt isij niet vaak. Ik zie nog al
spoedig de lichtpunten ook in de zoo
onheilzwangere lucht der christelijke
staatsmanswrjsheid. Maar nu was ikzelf
door die twintigduizend mensehen, al die
vaandels en al die handteekeningen wel
een beekje het stuur over mijn eigen
staatamanswqsheid kwijt.
Eu zoo'schreef ik je dus ook niet.
Maar achteraf zou er toch nog wel wat
over die volks"betooging gezegd heb
ben kunnen zijn. Was het inderdaad,
zoo vraag ik mij nu af, wel een
betooging van ons volk" ? De Standaard, die
men in dergelijke gevallen nimmer te
vergeefs raadpleegt, gaf mij dit antwoord:
Overigens kreeg men vandegansche
waard zijn hun hoofdjes weer op te heffen
en opnieuw geapprecieerd te worden.
Nemen we bv. de zinnia. Een ouderwetsche
boerenbloem znlt ge zeggen; doch ktten
we eens op de kleurenmengeling dezer
bloemen, waar het donker purper overgaat
tot rozerood, en oud-roze enfivoorkleur zich
fiech en toch dikwyls zoo fijn afwisselen l
Bovendien is de zinnia een heerlijk makke
lijke plant, die vlug opkomt; met haar
krachtig groen vormt zij alvast een p se de
réistance onder ons groepje zaadbloemeo.
Ea dan, als fijnere, nieuwere bloem vergeten
wüvooral de ccibioea niet; op Jange s: engels
buigt de fijne, knoopvormige, witte, roze en
lila bloem u tegen I Plaats ze in de nabijheid
van uw Lstbyrushehje of pyramide, een
'combinatie, die u ongetwijfeld bevallen za'.
Voeg ook een flink groepje antirrhinums of
leeuwenbekjes toe; ze ver»ijken zonder pre
tentie te hebben, haar gemengd 9 kleuren
zijn van dien aard, dat ze eigenlijk overal
tcsschen gebruikt kunnen worder», mits men
een goede hoeveelheid bij elkaar plaatst.
Vergeet ook de gekleurde cf de
heiderwitte violier niet en herinner u de eenjarige
keizer-riddertpoor om met wat kleine zonne
bloemen (helianthui cucumerifoliue) en met
wat lupine een hoog gr oef j e te vormen, als
ook de tropaeolum-canariecse om met haar
fijn loof een bc o jij e te laten omgroeien. Zoo
zou men kunnen doorgaan, er zijn nog zcoveel
schoone soorten: noemen wy nog de ver
schillende centaurea's of korenbloemen, verder
de papaver, de cal.iopsis en ook deC
risanthemum carii>a(ucu met raar ttevige
^oedgevormde planten.
Nn is het voor velen de vrarg hoe deza
b'oemen te plaatsen, hetgeen natuurlijk
grootendiels van de gegeven omstandigheden
afhang*. Nemen wij nu echter in de gedachte
een deel van den tuin, dat voor za»d aloemen
wordt ingericht b.v. een gedeelte, dat wij
van uit huis in 't verschiet zier. Laat men
daar eenige vakken maken b.v. ter t root (e
van groentebedden, eenige meters lang en
ongeveer óa meter
breadmetsmalletueschenrttimtep, dan kan men de bloemen alle be
reiken en toch mat k t het op eecigen afstand
den indruk vaneen bloemen^eWj*. Orer het
algemeen staat het goei de bloemen soo.t
bij soort te houder, ze echter wel hier en
daar te onderbreken door een vaste plant
of door een hooggroeiende, eer j ar'ge plant.
Verder b.v. e?n hoog hoe'ja te maken,
zooals eerder genoemd, en een enkel fantasie'je
aan te brengen als hekje of bootje en*.
Men kan dit alles naar ei>ea smaak in
richter, indien men niet ineens op de ge
wenschte plaats zaait, maar op «en klein
hoekje en da plantjes, jong zijnde, pas op
de plaats hunner bes'emmJng zet. Als men
eerat in potten of in bakjes zaai*-, spreekt
dit laatbte vanzelf; maar, als men het dadtlijk
in don vrijen grond doe', is men zoo licht
geneigd het zaad neer te strooien op de
daarvoor bepaalde luimte, met het plan de
plantjes later uit te ducnen: men hoadt dan
echter altijd een min of meer onregelmatig
geheel over. De andere methode behoeft
volstrekt niet (ot elijfheid te leider.
Ook de plaatsing der kleuren meet over
wogen worden. Al kan een bonte mengeling
heel goei sta&n, toch moet de combinitie
niet ruv zyn; ieder kan hierbij zijn smaak
sefener.
Maar nn nog een tuiricrr-plicht, en een
voorname! Juut dan als wij van al het
schoone genieten, m. a. w. als de plankjes
beginnen te bloeien, moeten wij ze geregeld
onder handen nemer, want als ze op hun
mooist zijn, ioopen de hoogere gevaar b
regen en wind af te takelen, als we ze niet
bij tüds een steuntje geven en ze opbindep.
Ook moeten wij naderband de uitgebloeide
bloemen vlijtig verwijderen, de planten
bloeien dan langer door. Al deze moeiten
vallen echter erg mee, als meu het wat ge
regeld behoudt
Eer jarige bloemen zyn niet de eenige, die
zorg vereischen l
Men zaaie deze bloexen met wat overlep,
p'aatse ze met eenig oordeel, onderhcude ze
behoorlijk:. En ge zult uw moeüe beloond
zien, als het vroolijke, ratamly'ke groepje
in uw tuin U tot in den heifct tegenlacht
en ge iederen dag fris;che bloemen in uw
huis kunt halen zonder den tuin er
merk1 aar rcee te plunderen.
L o ch em.
A. W.
Echare, die door de stad trok, niet den
meest aangenamen indruk. Dat het ook
hier was: niet vele rijken, niet vele ede
len! ik zal de allerlaatste zijn, om daarop
aanmerking te maken. Maar wat wel
opgemerkt mag worden, is, dat in den
stoet het beschaafde type, zjpals wij dat
b.v. uit onze kerken ook in de volks
buurten kennen, zoo goed als geheel
gemiet werd. Een eckele man met be
schaafd uiterlijk, die meeliep, maakte den
indruk van tussahen zulke betoogers niet
thuis te hooren! Dat de religie beschaaft,
valt trouwens niet te ontkennen, en dat
de volksmassa, die zich onder den invloed
der religie uitwerkt, het beschaafde type
licht kwijtraakt, al evenmin!"
Dat is het! Op al die menschen had
het paganisme zijn onheiligfn stempel
gedrukt: was er n witte das, en n
hooge hoed, n zwarte gekleede jas
onder? Was er n, die er uitzag alsof
hij in een onzer volksbuurtkerken een
passabel figuur zou maken. Daar liep
vóóraan in den stoet de heer Hermans.
Was het niet als het satanseh symbool
meer of minder belichaamd in allen die
hem volgden? Xiet vele rijken, niet
vele edelen", inderdaad! en, zoo had
mijn broeder van De Standaard zijn aan
haling uit l Cor. I vers 26 kunnen vol
tooien niet vele wijzen naar het vleesch."
Maar waarschijnlijk liet hij dat maar
liever weg omdat hij met zijn tekst ver
der niet gaan wilde, daar immers het
volgende vers spreekt van de uitver
kiezing der dwazen en zwakken, opdat
zij de sterken en machtigen zullen
beschamen"! Ja mijn beste, de Christen
journalisten zijn vaak rog slimmer dan
de Christen staatslieden! Hoewel ik erken
nen moet, dat wat de oude heer Lohman
als uitwerking van zijn bpoze bui tegen
over de socialen heeft uitgehaald, niet
gemakkelijk in de Christelijke politiek
zal worden ovei troffen. Het was eer ig"
HETSJES
Ds nieuwe paartóineclit.
Door B.
Dat was een rust voor Elodit l Cie3, da
pasrdekcecht, die altijd achter haar aan zat,
die 'snfichts in het kamertje naast haar sliep,
Cies, die door dei baas alleen gehouden werd,
omdat hij de lastigste paarden zonder moeite
in bedwang hield, sterk gespieiden rol brute
kracht als hij was, Cies had het raadzaam
gebonden er van door te gaap. Wat hal die
Cies al niet met de gendarmen en de justitie
te maken gehad. HU kwam uit den Hol
landsehen Gtinp, maar daar, in dat land, was
hij na die reroordeeling door den j n je in
Hulst niet terug geweest; ah hij er kwam,
waar dan ook over de Hollar.J che streep,
had bij kans opgepakt te worden om die vijf
dagen subsidiaire hecitenis uit te zitten. Ea
nn : eerst over een maand of twee had bij
voor den vrederechter van Sim v moeten
komen wegens dronkenschap en balda iigheid,
maar hij was vo irwaardelijk veroordeeld, en
nu .... 'c was nu een rare geschieden! > ga
weett. Elodie uad er 's nachts niets van ge
merkt, voordat w> op eens door het afgaan
van 't geweer vol schrik uit haar bc d sprong,
maar toen ze hoorde, dat vlak naast haar,
wat r Cies diep, 't lawaai was, had ze zich
angstig onder alle dekens en ku sens in een
hoekje van 't bed verborgen. En eerst den
volgenden morgen hoorde ze van den kleinen
kotter, een parmantig manneke, wat er
gebeurd was.
Dries van den Brande, de soldaat, wiens
oude moeder op het kleine hcfV.edeken aan
de vaart woont, was met onbepaald verlof
naar huis gskcmen; daar had hij een goede
pint op gezet, lang in 't estaminet gezeten
en toen 's nachts den weg verloren; bij was
de stee van Phons da Gachteneire opkomen
loopen om naar de wede lam te vragen.
en rammelde aan de deur. C es, deukende
met een duf te doen te hebben, haalde zijn
geweer, waar chuwde, en toen de soldaat van
den Brandy die meer pintjts gedionken had
dan bij lijden kon, liet autwco:dde maar
doorzeurde rond de deurknop, Echoct Cies
zijn geweer af. Dries kwam er met een lichte
schram af, en 't was wonder dat 't niet erger
was, maar de gendarmen waren al met
't onderzoek begonnen, en Ciec, indachtig aan
zijn vroegere voorwaardelijke veroordeelinij,
rol schrik voor dsn amigo, bid zijn hebben
en hcuen byeengepakt en «as naar't tlation
geloopen, om, zoo men zeide, in Duitschland,
waar de loonen zoo hoog waren, zijn geluk
te beproeven.
(':ts was dus weg en nog stond het kamer k e
naast dat van Elodie leeg. Wat een rust l
Waar zij hem ook maar weer ontmoette, in
de gang als er niemand anders was, een stil
ooienblitje in de schuur, als zij het vaat
werk stond te kuischen, of op 't land als
Cies, die alles kon, mee hielp, of bij de
vlasbraak, waaraan allen op de stee hua wei k
vonden, als 'c druk was, overal viel hij haar
met woorden, kleine handtastelijkheden, en
aan ttfel met zijn onder zoekende, verlangend?
oogen lastig.
En nu gisteren was er een joage man
geweest dia misrchien in de plaats Cies zou
komer. De baas was n.ig niet gaasch van
accoord met hem, maar van Jaag zou 't be
slist worden. En een heimelijke hope vervulde
Elodie, dat de baas hem ntmen zcu. 'c Was
zoi/'n struische knaap; nut cogen, blauwen
droomeng; zooa'.s ze z;ch dat altijd ger,eist
bad: en dan kwam haar de raad -an haar
zuster weer te binnen: Ze was toch cok
maar een boeren meid en als 't er een jon
gen kwam, die d'r aanstond moest ze niet
zoo dames achtig op een afstand blijven: zoo
iets wa? goed voor de dochters van den
notaris tf de freules van \ kasteel, die zagen
de jonge meneeren zoo dikwijls als ze wil
den, matr zij, als boerecmeid, moebt van de
gelegenheid gebruik maken en ze moest ook
maar niet zoo bleu wezen als zoo'n jongen
dan eens ua eenige dagen, wat anders wiids
dan alleen jokken en zoenen, dat deden ze
toch allemaal, de boerendcchters ook, en als
zoo'n jongen niet wist, dat hij zoons van d'r
en echt", zooals 02ze Annet zeggen zou.
Van Annet gesproken, en daardoor
dedelijk op heel wat minder rechtzinnig
terrein komende, die kwam mij Zon
dagochtend met het nieuwe orgaan der
vrijzinnig-democraten aandragen. En
dat deed mij wonder veel genoegen. Ik
heb altijd heel veel met de
vrijzinnigdemocraten op gebed. Niet met hun
ideeën dat spreekt, maar met de
menscaen. Misschien wel omdat de wijze,
waarop zij voor hun ideeën en idealen
strijder, zoo weinig gevaarlijk en eigenlijk
zoo ocscbuldi» is. Van hen zou de apostel
en De Standaard-ied&cteur wel
kunnen zeggen hoe vele rijken, hoe vele
edelen ! Zag ooit een leger zoovele emi
nente officieren, bij zoo weinig soldaten ?
In tegenstelling met de sociale democratie
die zich op zoo onsympathieke manierover
steeds wijdere en steeds minderwaardiger
kringen uitbreidt, heeft hier een weldadig
aandoende overleving der bebten" plaats,
die de Dualiteit steeds doet stijgep, zoodat
het verlies in quantiteit mér dan op
geheven wordt. En het is voor den buiten
staander ook van rechts, zooals ik ?
hartverheffend te zien hoe dit belang
wekkend proc; s zie i voltrekt in volkomen
bewustheid van hen die er in betrokken
zij D, zoo nu weor blijkt met dat week
blad. Eerst hadden zij een dagblad Land
<:n Volk: dank zij de selectie is het Volk
toen verdwenen, en hielden zij alleen het
Land over. Ku heeft een politieke partij,
die alleen het Land heeff, te vél ofte
weinig. Voor deze keurbende is het te
weinig en ik kan mij begrijpen, dat ze
liever de Wereld hadden ns in de
week dan iederen dag het Land,
zonder het volk. Toch lijkt mij de over
gang wat sterk. Als ik hun was geweest,
had ik het voor weekblad met Europa"
geprobeerd, dat men zoo zou hebben
kunnen redden, daar het ook, als ik wel
heb, juist ophoudt te verechijnen", of
zou krijgen, die hen later op 't land konden
helpen, dan trouwde hij niet.
Ze wist -dat alles wel, ae r ad er dikwijls
over gedacht, hoe kwam het toch dat zij die
dingen anders opnam dan d'r vriendinnen,
dfn d'r zuster zelf, die zoo toch«ok d'r maa
had gekregen. En vervuld van deze dingen
viel Elodie in slaap.
* **
Een week later was de nieuwe
paardeknecbt, die uit de kant van 't Waalsche
kwam, geïnstalleerd op de stee van de
Guchteneire in het kamertje naa-t Elodie. En met zijn
bkuwe d:oomerige oogen bad hij kalm maar
geregeld 't jonge meisje gadegeslagen en zelfs
een enkele maal reeds in zijn aardige ppraak
een vriendelijk woordje tegen haar gelegd.
Wat klonk dat anders c'an van C:e?, die
weg was; zelfs de neef, die op de cc'a
iss'.udie waj, sprak niet zoo befchastfJ. Ea
wat was hij flink in 't werk de baas ver
heugde zich over zijn kcuzp. Nn was't Zon
dagmorgen: ze waren naar de vioegmia
geweest en de andere bewoners van de stee
waren op weg naar de hoogmis; Elodie zat
op de bank voor 't huis met verstelweik en
wachtte of A mand ook komen ECU. Of zon
hij zijn werk vlug afdoen en dan naar een
schieting of een pierbo.licg gaan 1 Zou hij
meedoen met de slampamper?, die op een
Zor.daa; alle estamicets afgingen en dan op
't laatst -leven daar achter aan den zand
weg by de oude vrouw de Schepper, die
zn!ke gemeene dochters had? Of zou tij naar
de stad gaan zoo als ook enkele jange lieden
wel deden om daar hun vermaak te zoeken.,
Elodie peinsde maar door, en alles wat baar
's nachts aannemelijk was voorgekomen, dat ze
maar wat mie der preutsch sou zijn, dat ze maf. r
toe zou geven, zooals die and* ren dat ook
hadden gedaaiy, waarmee se zich al verzoend
had, kwam nu weer bij haar op, en dair zit
tende in meer werkelijkheid dan 'oa»onds
droomerig bij 't inslapen, kwam 't oude gevoel
toch weer toren. Wat had de paster laattt ook
weer in die mooie preek gezegd? De wooiden
wist ze niet meer, maar 't kwam toch hierop
neer, dat ze maar meeste n wachten tot ze
getrouwd warer. Maar... als je nu later
toch trouwde met d*n vader van je kind, als
die nn maar j 3 man w*rd, dan was toch
alles in orde, En als bij kwam, met haar
ba r uitging, en als zij hem liet begaan als
bij wilde, en d'r kwam niets van. Z^u hij
d'r dan niet trouwen? Zou ze dan altijd
maar op de stee moeten blijven werken voor
een ander. En dan schoot het haar weer te
binnen, hoe Cief, de vorige paardenkrecht,
Laar ruw bad aangepakt en woedeid op
baar weerstand gezegd had: ze wagen 't
allemaal, en jy dame op wie wacht
jij dan wei ?
Nu wachtte s.e dan: op Arrrand, met zijn
blsuwe ocgen en zijn biesde ru.?; cf hy
komen zou?
IIMIIMlmlMtl!
Mout ?an
Dt Bxkzaal, t ft 8-9: S. H. de Roof, De
herleviEg der schrijfkunst. H. G. l").
Crame>, Papiermakerij in vro«geren tijd. Mr.
A. T. Vos, Da Openbare Leeszaal en Biblio
theek te Appicgedam.
Onze Kamt, No. 9: Paul Lafocd, Het
A!<aar»tak van Santibfn^z Zsrzaguda. Pierre
Biutier, Naar aanleiding van een aan Bcorel
toegeschreven schilderij. Aty Biunt, An».
Derkzen van Angeren. J. E, Jasper, Ists
over Deenech porcelein.
Het Tooneel, No. 23 : Op het omsla?: por
tret van mevr. A. Wensma Ktaaaen in de
rol van Roxane. Madele;ne Grandier,
koningin-mode voor en achter het voetlicht.
Ceplcnnen voor het nieuwe seizoen.
O/erzicht van de Week, enz. enz.
Levenskracht, No. 9: Dr. W. J. Kan, De
Tempel des lietaams. Nietzeche, Van
kind en huwelijk. Lod. van Mierop, Sla
vernij van de Vrouw, enz.
Inhoud van No. l: A. E. Ttiarers, Da
G otdalaz van alle Opvoeding. De
aeoscfl che School te Parijs. Mevr. m>-. M.
C. Bakker van Bosse, Opvoeding in het L'cht
van de Theosofie. J. J, Hoogerwtiff Ont
plooiing. Een KindTzie!... Een
onbrtchreven blad? M. C. Denier van der G SP,
Het ware doel van opvoeding. Het 2e
Intern. Congres voor Zedaljjke Opvoeding.
desnoods met de Aarde en hare Volken",
als variant op de betreurde overledene,
met welke Mr. Marchant aich trouwens
da onsterfelijkheid heeft verworven!
Wanneer dan de vooruitgang der partij
in intellectueelen zin rog hooger
trap zal hebben bereikt, c'an zou n.et de
Wereld" als maandblad aan de behoefte
tegemoet gekomen hebben kuncen wor<?erj.
Ik zou dan echter rog voor de Blijde
Wereld'' adviseerec, opdat er zekerheid
zij, dat men niet bij ongeluk verkeerde
in de wereld die in 't booze ligt." c f
erger: waarin men zich verveelt," om
van die Welt in Waffen" in dit verband
liever te zwijgen. Waarna dan altijd
als heerlijk toekomst-iïeaal wanneer
eenmaal, zooals de redactie vast gelooft :
da groote meerderheid van QÜS volk
ten slotte het hoofdbeginsel van den
Vrijzinnig-demoeratischeu Bond zal om
helzen" een jaarboek onder den titel
Het Heelal" de partij-leden met moed
en vertrouwen zou kunnen bezieler. Ea
dat jaarboek zou mendantenalleilaatete
nog op ongeregelde tijden kunnen Ie ten
verschijnen al twijfel ik er aan of
die staat van volmaaktheid wel ooit be
reikt wordan zal. Maar daarvan kunnen
de heeren zeker zijn, hoe rechts ik ook
zijn moge, met b»langstelling volg ik
hunne zoowereldecheerolutiën. Want ter
wijl rondom Marokko en Tripoli gedruisch
is als des donders, en in ons vaderland
zelf het gebulder van het schijnkanon
amper is verstomd, daar is het litrlijk
en dcet het goed te zier, dat er nog
zulke lieden zijn, die den rustigen moed
hebben om als eenmaal Atlas de gansene
wereld op hun nek te nemen en te
blijven staan.
Ik blijf er bij zitter,
als steeds
je OOM Jonocus.