De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1911 3 december pagina 5

3 december 1911 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

N<x 1797 DEAMSTERDAMMERWEElKBfcAD VOOR NEDERLAND. Karin Michaëlie, de schrijfster van Das gefabrlicbe A ter". Nieuwe iep, minn ulaits, i. In den zomer van 1910 riepen wq de gast vrijheid in van dit weekolad, voor een op wekking aan de Nederlandsche meisjes en vrouwen, om toch niet allen naar dezelfde weinige, reeds overvolle, beroepen te dringen, maar zich ook in tot dusver nog niet of ?anwelij'ks door vrouwen beo.-fecde vakken, als pianostemmen, kappen en horlogemaken te gaan oekwamen. Dat die raad naarsüglyk werd opgevolgd zouden wy niet durven beweren. Tenminste bet is ons niet ter oore gekomen, dat iemand zich tot pianostemster of horloge maakster'hei f t laten vormen, of dit een grooter aantal mei-j es dan tot dus ver zich in kapperszaken hebben laten opleidt n.' Wij hei talen dus hier onze opwekking, overtuigd als wij zy'o, dat flinke vrouwen, mitsdegeyk onderlegd en niet onder de markt werkend, in alle drie beroepen een toekomst kunnen vinden.(1) Wij willen hieraan thans nog toe voegen, dat ons in eene der grootere provincieBteden van Zuid Holland een pianohandelaar bekend is, die zich beieid beeft verklaard, meisjes met aanleg en g eden wil tot stemster op te leiden. Evenwel alleen op deze voor waarde, dat het de meisjes ernst is met baar beroep, en dat zij niet, zooals het hem reeds meermalen overswam, na eenige maan den, wanneer hit een of ander de pretentieuse leerlinge minder bevalt, het vak vaarwel zeggen. Een inderdaad onverantwoordelijke wijze van handelen, die allen die het wèiateenen met de meipjesvakopleiding met zorg en ver ontwaardiging vervullen moet. Beswaren toch (1) J)e beide, voor zoover ons bekend, uige pianostemsters hier te lande schijnen zich een goed bestaan te verwerven. UIT DE NATUUR. CDLIV. Vogelbescherming. Het sneeuwt nattig, en de aarde met de belangwekkende vormen, met de langstlevende herfst plant en, met paddestoelen en insecten verdwijnt, voor wie weet hoe lang, onder het witte of grauwe winterkleed. Nn komen andere dingen in het vizier der belangstelling. Inde eerste plaats de vogels. Vooral de kleine zangertjes, die ons ook 's winters niet verlaten. Die hebben het nu hard te ve antwoorden; maar als ze troostredenen konden begrijpen, of weten wat hoop en vertrouwen is, zon den ze misschien niet zoo treurig zitten kijken; en optimisten als vugoH vau namre zijn souden ze in de vogelbescherming-campagne die aan de gang is, reden vinden om hun mooiste zomerliedj'es tot lof der goede menschen nit te zingen.. Echter, als de menschen aan het bescher men van dieren gaan, dat wil zeggen van de dieren in de vrije natuur, dan is er gewoonlijk iets niet in den haak, hetzij dan met de dieren of met de menschen. In den regel neemt zoo'n bescherming eerst een aanvang als er niet veel meer te beschermen valt, als de menschen, doen ziek voor in ieder beroep: geen werk kring, of er komen oogen olikkeo,- waarin de dagtaak eentonig of onbelangrijk ly'kt. Op elke sterke actie pleegt een gevoel van af matting te volgen. Na ty'den van opwinding schijnt de hemel zich in troostelooze grauw heid te welven boven iederen aan stemmingen onderhevigen mensen. Gaen enkel vak, hoe poëtisch of verheven ook, dat c uvoor vrij waart. Maar de vrouw, die de beswaren niet uit eigen kracht kan overwinnen, en de moedeloosheid niet uit eigen kracht vermag onder te houden, zal harde lessen hebben te leeren in de school des levens, waar een strijd haar wacht van geheel ander gehalte nog, dan in de opleidingswerkplaats, die zij uit baloorigheid verliet. Voor moeielükleden, en niet weinige ook, zullen ongetwijfeld de meines eveneens in 'die beroepen komen te staan, welke wij haar, naast de vroeger reeds aangeradene, thans gern-tiglyk ter keuze aanbevelen, wetende dat ze weliswaar geen groote scharen, maar toch een zeker aantal deugdelijke vrouwelijke arbeidskrachten een bevredigenden werk kring en bescheiden welvaart zullen ver zekeren. In de eerste' plaats dan noemen wij twee betrekkingen in de voortdurend groeiende wasch-indnstrie: de betrekking van zaalcb>f in de stry'kafdeeling, en die van detacheuse", v ekken-uitmaakster, in chemische waescherijen. In de meeste groote wasch-inrichtingen schijnt het eigenlijke wasechen tegenwoordig door mannen te geschieden. Waarom, is ons niet techt duidelijk geworden. Sommige patroons spraken wel over beswaren die da vronwenkleediag zou opleveren bij het werken aan de waschmachines; maar dat lijkt ons een zoo gezocht en zoo gemakkelijk op te heffen bezwaar, dat er voor dezen voorkeur vermoedelijk andere oorzaken bestaan; voorals nog even onnaspeurlijk als het ontbreken van aanbod der mannelijke arbeidskracht by het strijken. Behalve by' het waggchen worden mannen som-ij ds te werk gesteld by het sorteeren en verpakken. Maar dikwyls ook wordt dit werk, dat evenals drogen en mangelen heel weinig voorbereiding vereischt, aan vrouwen opge dragen. Wat, zooals wij reeds zeiden, tot nog toe, althans voor zoover ons bekend is, uitsluitend als vrouwenwerk schijnt te worden beschouwd, dat is het strijken, z»owel het machinaal als het haDdatrijsen. Wel werd reeds door den eigenaar eener groote was-chinrichting het denkbeeld geopperd om, mocht het inmiddfls aangenomen ontwerpArbeidswet 1911 wet worden, zyn strijksters door strijkers" te vervangen. Maar wij be twijfelen, of hem die poging, moe T t hu ze metterdaad willen aanwendei, gelukken zou. Want waarom zou bij dan niet sinds lang mannen c ebben bereid gevonden, om dit, zelfs voor vrouwen niet onvoordeelige vak, te beoefenen? Ten minste, wy kunt en ons geen reden voorstellen, waarom de werkgever?, indien zich reeds mannen voor deze werk zaamheden hadden beschikbaar gesteld, niet hier, even goei als by het wasschen, dikwijls ook by het verpakken en uitzoeken, aan de mannelijke boven de vrouwelijk-) arbeids kracht, niettegenstaande dese laatste goedkooper te krijgen is, de voorkeur zouden gevt n. Hos evenwel in dit opzicht de toekomst er uit moge zien, voorioopig zal ongetwyfald in tal van wasscueiijen de strrjkbewerking berusten in vrouwenhand. Ea over dat vromelijk personeel moet een opzicbteres worden iiiMimiiiiiMiimiiMi) om een of andere redan verschoon oaar eigen belang meestal een diersoort zoo hebben geplaagd en gejaagd, dat de vermindering van het aantal individuen ic-het-ocg-vallend is gevorden. Dan komen de dieren vrienden en dierkundigen los, en roepen ach en wee, eiscbea het restan'je op voor de wetenschap of voor de genietingen van het algemeen. Dan blijkt het in den regel ook, dat de meeste menschen wel itts voelen voor het tragische van het uitsterven van een diersoort. Want meestal is dat uitsterven het nood^akei ij k gevolg van de bevrediging hunner be hoef tf n of begeerten, soms ook alleen van enkele niet onmisbare genoegens van bet menschenleven als jacht en versiering; met andere woorden : dan zijn de dieren roekeloos en noodeloos zoo goed als uitgeroeid. Het valt dan ook niet moeilijk, geldely ken en zedely'ken sttun te krijgen voor de be scherming van de nog levende restanten van een vroeger zeer talrijke vertegenwoordigde, onschadelijke diersoort, als bisons, zebra'3 en giraffen; maar ook als het gevaarlijke roofdieren als beren en arenden zy'n, willen de menschen, indien de schade die de weinige overgeblevenen nog aanrichten kunnen, niet noemenswaard meer is. Roodborstje, met voer in den bek; niet ver van zijn nest. Toto van A. Burdet. (Uit De Levende Natuur). aangesteld. Waar nn de opzichterei in de tel- en sorteer tam er, in de mangelzaal e» op den droogzolder veelal gekozen tan worden uit de werksters zelven, daar wordt als opzichteres over de etrijkzaal aen dame ver langd, die tevens een fl.nke vrouw Uenhtt vak tot in de puntjes verstaat. Aan haar zou o. i., zoolang althans de aanstaande strijkster noch aan de Huishoud noen aan de Industrienoen aan de Vak- of Vrouwenarbeiduscuolen behoorlijke opleiding vindt, de vorming der jonge krachten kannen worden toevertrouwd. De directrice der strykzaal zou da acte voor leerares in strijk- «n waschbehandeling moeten hebben verworven, en daarna als au jont t-directrice in de eeue of andere waectiinrichüng de praktijk van bet bedrijfs leven mueien hebbeu leuren kennen. Waar nu de leerares aan Kook-en Huishoudscholen het veelal niet verd-r brengt dan tot een salaris vau ? 7uO a ?800, daar kan aet hono rarium van de directrice der jtrjjkzaal, in de grootere inrichtingen ten minste, tot een bedrag van ? 1500 stijgen. Niet alleen fioantieel evenwel oiedi de/.e betrekking een ganse h niet OLaardige positie, ook wat geest en gemoed betreft zal de. 20d eenwscbe jonge vrousv die eenigssins,sociaal voelend is aan gelegd, in de leiding van mei-j en, uit een gehte. andere volksklasse voortgekomen, een zeker mei on Devrëdigendea werkkring kunnen vinden. Oageiochte gelegenheid voor Ttyubee-werk," dat «oor Dtide partijen niet noog geuoeg te schatten -voordeel o ukan leveren! Van bescneidener aard is de tweede be trekking in de wasenmdusme waarop wij zinspeelden: de betrekking van detacueuae in c -lemische wasscherijen. I ^ gewone wasscberijen wordt het vlei ken-uit mu ken, niet veel vuldig genoeg voorkomend om er een volslagen werkkracnt voor aan te sieilen, veelal opge dragtn aan ter, mannthjken, waeecher. In cuemitche wasscherijen daarentegen, waar uitleraard het nektien-mimaieu een zooveel belangrijker onderdeel >an net bedrijf vormt, scüijnt «ei voor een volslagen juist voor dit onderdeel aangestelde arbeiüssracat, meer malen zttifd voor meer dan ne, plaats te zyn. Het tornt ons laug met onwiarschynly'k veor, dat in de voortdurend in aamal toe nemende stojmwasscuerijen en ververijen, ve/schtuden tu ei r j es als detacaeuses een middel van bestaan zonden kunnen vinden. Aangewezen dankt ons dit vak bijv. voor dochters van drogisten, voor mesjes die bazig zyn zich voor het aputhekers-assiitenteexaoien te bekwatnan, doch nog by'tyda gewaarschuwd woiddii, dat de markt aldaar scurouieiji overvoerd is; in het aigem en vuor ieder meisj«, dal heUij door haar omgeving, heuy door haar voor-opieidiog, reeds ^émge no ie vau de allereerste begin selen der se'Jtleunde beiit. Ia de iunctuiag zelve wordt tij dan veider bekwaamd. Hec is ons beseLd dut op het oo&enblik een meisje, dt or don reeds werkzamen detachenr, in Let vak wordt opgeleid. A'A een leertijd van ongeveer 2 jaar zal ij vermoedelijk vol doende wegwijs niju, enhet volgens de hoofdstry kaïer in bedoelde inricating, op den duur tot ?16 per week kunnen brengan. Zsker geldely K voordeeiiger dan 'het vak van apocnuEers assistente, waar het salaris van 85 pCt! der externen beneden' ?700 b y'fc, ter wijl dat der internen slechts vai 30 ,C>./301) of rnetr, dua voor 70 pCt. mibder dan ?300 bedraagt. Ea, begcuenad aty het is duur de Arbeidswet, zal net beroep 'zek<S? ook teen zwaardere inspanning ei-enen dan er 'erlangd woidt van de apoioekers-assistette, we.ka iiiimiiiiiiiimiiiiMimiiMiMMiiiimi Zjo zyn er verseueidone R-sarvatio'ri voor groot wild" on staan m Ameriïa en Afrisa. Daar is de jacnt verooden; en al heel wat dieren, waarvan de soorc bijna was uitgestor ven, zijn er voor een al te snel verdwijnen vau de aaid« behoed. Voor de kleinere dieren echter was tot voor korten tijd niets van betee&enis gedaan. Dit zal wel hei gevolg z.ijn van tieomsiaudigtieid, dat de vermindering van hun aantal zoo spoedig niet wordt opgemerkt. Met name is dat het geval met de ver schillende vogel». Soonmige soorten nemen hier en daar zoo in aantal t o a, b.v. de nuismuscehen, dat de menseden die het met ie onderscheiding der vogelsoorten v»n onge veer musschen-kleur en mutechen-grootte zoo nauw niet nemen, eerder aan te alerte vermenig 'uldiging, dan aan een naderend uitsterven denken; zij zouden liever maat regelen zien nemen tot opruiming dan tot bescherming. Toch is de steeds voortgaande verminde ring van het individnen-aantal van het grootste deel onzer vogelsoorten e?n goed geconstateerd feit; CL de poging tot redding voor bescherming is volkomen gewettigd. Van welken kant m»n de zaak dezer vogel bescherming ook beky'kt, het werken en streven der voorstanders verdient onze volle aandacht. Hbt gemakkelijkst zou de taak te volbrengen zijo, en stellig zouden zij veel g el delpen steun krijgen, als de vogelbeschermers ver klaarden, uitsluitend de vogels te willen be houden of althans te be-ichermen, die voor sommige bedrijven van nut zyc, of wier leven en voortbestaan zonder twijfel in het belang van de gezondneid der muuschen is; zooals de muggen-vangende awalu-wen en de meest andere insectenetende vogels; maar dat 'ij zich onthielden, waar het diertje geen duidelijk aan te wijzen voordeel brengt, of misschien wel eens schade doet aan tuinbouw, jacht of vischvangst. As de vogel oeschermers meieen maar tegen de uitbreiding van deze visch- n graandièven" wilden te werk gaan, Konden ze meestanders bij duizenden krijgen. Zoo ecg echter vatten de tegenwoordige vogel beschermers hun taak niet OD. Zeker, ze zullen in elk speciaal geval de materieele belangen en b-hoef ten ontzien of in betoog houden, waar het maar e 'en kan; maar niet uitsluitend deze belangen. De vogelbe schermers zyn in de eerste plaats natnnrviiet-den en meer in't bij socder vog«lvrienden. Zy stellen op den voorgrond,dat er nog een ander belang, een meer algemeen beiang in het spel is dan het materieel nut en de scna^e in geld, die vogels kunnen aanbrengen. Zy leggen den meesten nadruk op de ethisci e en aeethetische zijde van de vogelbeecuerming. De vogels, du k eine zangers van tuin, vei d en bosch zoowel als de vrye a wem vogels, de steltloopers, die onze stranden, uiterwaarden, onze meren en weilanden opvronlijken en eieren; de vogels, die door hun levendigheid, bun sympathiek huiselijk leven, uun weer loosheid, ons meegevoel wekken; die kleur, klank, beweging en schoonheid kunnen brengen in de stille natuur, en die den goeden mensen altijd en overal tot een vtrhaar vak uitoefent in een door de A'be'dswet niet als werkplaats" erkende nimte. Voor het Nationaal Bureau N o v. 1911. voor Vrouwenarbeid (Slot volgt.) ANNA, POLAK. Directrice. Ideaal. Ia een Deensche courant verscheen onlangs de volgende huwehjks-sdvertentie: Is ben 5X voet lang, 25 jaar oud, niet onknap en zeer geestig. IK bezit veertigduizend kronen en een huis in een goede buurt in Kopen hagen. IK zoek een vrouw in nagenoeg dezelfde, maar liefst nog wat betere omstan digheden, (j die t zal wjrden op de volgende eigenschappen: slankheid, lenigheid, schoon heid, sierlijkheid van beweging, zacht karak ter, huiselijkheid, vroolykheid, onverstoor baar humeur, kleine, fraaie handen en voeten, goivend, goudblond haar, hailelijkheid, ont stentenis van egt tme, handigheid in 't maken van eigen kleeding, een frissere blos en een vertrouwen in boezemenden o >gopslag. Afkeer van pianospelen en onverschiliigieid voor r ij K e, zwierige toiletten strekken tot aanbeve ling. Een niet al te klein vermogen is zeer gewenscht, benevens een eert ficaat van gezond heid, door twee bekende doctor, n geceekend, en over te leggen, gelijktijdig m<-t portret en aan soeksbmf. Zjj, die voor minder dao drie kwart aan de je eigenschappen voldoen, komen onder geen beding in aanmerking tn kunnen zich de moeite eener referentie besparen. Brieven onder het motto Ideaal" aan het 'bureau van dit blad." Praktisch. Men zou thans ineen wél-ingericht huis houden geen 24 paar groot- en 24 paar kiein-zilver meer nocdig hebben, indien 't nu nog zoo gesteld was als in den tijd van koningin Eliaabeth vau Engeland. Toen was het de gewoonte, dat ieder zijn eetgereedschap op een diner zelf meebracut. Dat moet een gemakkelijke vaat geweest zijn om te wasschen in de keukan van Queen Bes. Oad Nieuw In sommige kringen in Engeland, waar men de oude gewoonten graag navolgt, tiacht men ook de bo reu genoemde te doen herleven. Men organiseert in enkele grojte auizen in Londen Afti-rnoons", waar ieler zijn eigen theekofja meebrengt, det allernieuwste e'tnwel zyn avondpartijen, die men Witter picnics" noemt, en waar elk van du gas en eeuige consumptie meebrengt, die bij voorkeur zoo noncaelant mogelijk in vang' n en op trappen genuttigd wordt. Het zuten op stoelen begirt in de salons der Engelscue chiqu», hoe langer hoe meer in onbruik te raken. Man zit, om de losheid eu sc-ulderac 'tige wanorde te bevorderen overal, behalve op de meubelen, die er voor bestemd zyn. Er vormen zich. soms groepjes, die in een kring op de vloer zitt> n te caaseeren, en de trappen zitten van boven tot onder gevu'd met keuvelende paartje?. Oaze overjirootmoedtrs zoaden dat alles erg OLfatsoenJy'k «n ongemanierd gebonden hebben; maar taan» Behoort het tot d-n ,boa ton". Wat is er grilliger dan de mode?... heuging .'.ijD, ook de meeuwen, de duiven en ipefcen en spreeuwen onzer steden,, zij betatkenen inderdaad nog iets meer en beters in het menscoele en daii een lekker hapje, een gestolen dopervr ja, of een vter op en hoed. Dat begint ingezien en erkend te worden. Maar zonder waarscnuwirg, opwekking en leering ging het niet. l, den laatstan tijd is er ooral veel en goed werk verricht door de Vereenigiug voor Vogelbe-cherming: Een jong enthusiaetisch naiuU: vriend H. W. de Beaufort, gaat van stad tot stad de beteekenis van vogeibascaermii'g uitleggen; om zoo de menschun, die tot nu toe onverschillig bieren, toe medewerking op te wekken In een lant;e rij avond-voordrachten, waar van het tind nog niet is bereikt, tracat de begaafde spreker zijn toehoorders duidelijk te mafeen, wat de Ned. Vereeniging tot Vogelbeschermmg, waervan hij secretaris is, *il bereikeB. En het gelukt hem vol tomen. Enkele hoofdtaken heb ik zooeven aan geroerd. De heer de Beaufort weet dat alles in keurige, vaak geestige, altijd overtuigende bewoordingen zoo smakelijk te maken voor zijn publiek, dat in den regel weinig kennis heef c van des sociale en aesthetiscbe be teekenis van het vo<el /raagstnk, dat er een gtest van tympatbie door da zaal gaat, dat er een gevoel van verp ichting, van dank baarheid, soms van schuldbesef, jegens de vogels over de menschen komt, en elk zich voorneemt in dit opzie nt te doen wat hij of zij kan. En dat dit vet l is, toont bun de spre ker in den regel na de pauze aan. Bij ons in Amsterdam is het werk van haar secretaris een ware triomf voor de Vogelbe scherming geweest. Op den eersten avond was de groote Koningszaal van irtis prop prop vol ;geen zitof staanplaats onbezet; honderden die toe gang vroegen, moestrn afgescheept worden met een spy t Betuiging. Maar de aanwesigen vertelden zooveel goeds van dien eersten avond, dat er van alle kanten aanzoek kwam, ooi een tweeden avond te organieeeren. Ook op den tweeden avond weer geen plaats onbezet. De heer De Beaufort varieerde zijn betoog, maar liet het thema gelijk, zooiat velen, die zooals ik merkte voor de tweede maal waren gekomen, zich geen oogenbhk hebben verveeld. Dezen keer waren ook de hoofdmannen en leiders van de pad vinders beweging in coetunm in de zaal ken schetsend hoe die allemaal opstonden en zich tegen de wanden en in hoekjes eclipseerden, toen er weer zitplaatsen te weinig bleken; ook de schoolautoriteicen waren goed vertegenwoordigd; wat den spreker blijkbaar al dadelijk moed gaf op welslagen, en hem inspireerde. in weer kon de zaal zooveel belangstelling niet plaa sen; er zal een derde misschieü, een vi>rde vogelavond moeten komen. Tot dit onverwacit groot tucces hebhen verschillende oorzaken meegewerkt, De in richting *an den avond was in banden van een combinatie van twee hestoren; dat van de afd. Amsterdam van het Ond^rwijzersgenootachap en vandeN^d. > a uur-Historische Vereeniging; de heer Ve.dkamp van het N. Honty-moon. Ge weet, dat men de wittebroodsweeken in het Engelsen Honey-moon" noemt, en hebt n misschien weieens afgevraagd, waar die honin i-maan" eigenlijk vandaan kwam. Zie hier de verklaring. De honing-maan" is heidenscber dan ge vermoedt en vindt reeds zijn oireprong in het oude Engeland der A n e i aksen. Het woord Hoon" is hier natuurlijk een tijdsbepaling en beteekent maand", in dit verband du-t de eerste maand aa het huwelijk. Bij de oude Anueleaksen was deze maand aan vreugde en feesten ge wij d en men dronk dan voortdurend een verfrisachenden honing drank Mee" genaamd. Op deze wijze, soms met wat al te veel vocht, werd de Honingmaand" gedoopt, en ze bleef ook ia de christelijke maatschappij dien heiden t chen doop getrouw. Zindelijk. Tot de zindelijkste naties van de wereld behooren Nederland, Frankrjjk, Engeland en Amerika, waar volgens recente statistieke door de bevolking gemiddeld 16, Jo 14/4 en 14 pond zeep per hoofd per jaar gebtui&t wordt. In Rudand is 't minder f risch gesteld, dit komt in een ver ve schiet met niet meer dan l1/: pond per hot f d. L'encemier. IE vind in een oud-Franech gedicht de volgende mooie verejts, die misschien wel wat al te devoot zijn voor onzen nieuwen tijd, maar die ik bewonder om het prachtige beeld, dat erin wordt uitgewerkt: Li coenr doit tre . Semblatis a l'encensier : 'Tont do» envers la terre Et ouvert vers Ie ciel. Recoïd. Het huwelijks-record houdt een Mexikaansch damj van nauwelijks veertig jaar, Hèjora Ray C*stillo, die tüans voor de zevende maal weduwe geworden i». Zjj overleefde zeven gelukkige huwelijken. Wie't thans nog waagt met baar te huwen, doet m. i. een poging tot suïcide. Ean A'nerikaan'che dame, Mrs. Jennie Bigfovd, tbanu 59 jaar, maakte een ander itcord. Zij verscheen 14 maal in de 29 jaar voor den burgerlijken stand om te tiuwen, maar liet zich 002 veertien maal scheiden. Op n na leven al haar echtgenooten nog. * * Mésailliance. In de Oostenryksche keizersfamilie ia onder da groot vorsten en grootvorsiinnen de metaii iance aan de orde van den da?. Tnanz weder is de verloving bekend geworden van Aartshertog Ferdinand Karel, neef des keuers en broeder van den verrnoedelijken troon opvolger, Fracz Feidinand, met een jonge dame, die niet eens een kroontje bo ^ea haar naam d aagt, ten bargwrmeisje,BerthaCiuber. De prins heeft om dit huwelijk te kunnen sluiten, afstand gedaan van zijn rang en titels. ALLEQEA. O. G. was de hoof i orgtmüator; dr. Heicsius van de N. tl. V. leidde de vergaderingen. Het bestuur v dn Aitiö, met lamedr. Kerbert, had gezorgd voor een prachtige expositie in de groote koffidkaoier, naast de Koniagszaal, van alle vogess, die ter sprake of op het doak werden gebracht. DJ heer L. d-* Vries, een van de beste vogelkennero van de N. H. V. plaatste er zijn mooie verzameling nesten en eieren er bij. De popuiaire en wetenschappelijke lectuur lag op bedien ; de firma loim ng en van Tungeren te ArnLem had gezorgd vooreen uitgebreide en leerdame ui'.stailmg van haar vog-lkastjea en voeierhuitjes, het was een, in «-en woord gelegd volmaakte pamenwbrking van allen en van alles, net welslagen kon bevorderen. List not least heeft de heer A. Barder van Overveen dank verdiend. Hij is op net oogenbiik onze beste vogelfotogrtiaf; Steenhuizen en lepe zijn hem voorgegaan, maar c ij heeft het een heel eind v-irder gebracht met het vast leggen door de camera van het belang wekkende vogelleven; ook van on .e scnuwste inlaiid che vogels, zooals de sperwer?. Schitterend waren deze lichtbeelden, waarbij de spreker toelichting gaf. Zy riepen menigkeereen spontaan bravo en handgeklap op, even .eer als het gesproken woord. De groote nieuwe boog ichtiantaarn van de heeren Conterier en Ladige<, (onbetaalbare leien van de N. H. V.,) en door hen zelven bediend, werkte vooral op den t weeden avond bijzonder goed, en deed het werk van den heer fiurdet tot zijn volle recht komen, Zoo moet de goede zaak wel vorderingen maken; vooral nu de ijverige secretaris uit naam van het hoofdbestuur het onderwijs te hulp heeft geroepen, om eet aankomend Ne derland te doordringen met een geest van belangstelling en waardeering veor het ryke en mooie voge leven. Alle onderwijzers zullen daarom zeer welkom zijn, indien zij als leden tot de Nederlandse ae Vereeniging tot Vo gelbescherming willen treden; ook zonder betaling van cont ibutie. Ztf hebben zich maar op te geven bij . W. de Beaufort te Wouienaerg. Die contributie- is ook voor anderen laag genoeg gesteld: f l.?per jaar als minimum, waarvoor men de geschriften der Vereeniging out rangt; daarin staat menige mooie afdruk van foto's; in het jaarboek 1910 b.v. de sperwer bij zijn nest (<an Burdei). Andere propaganda-uitgaven staan voorleden tegen een geringen prijs beschikbaar. De krachten van een Vereeniging als deze groeien met het aantal van haar leden. Daarom meende ik niet te mogen nalaten ?? hier de Vereeuiging in a w belangstelling aan te bevelen, en vooral de onderwijzers en overigens alle vogelvrienden den weg te ? wijzen naar het punt, waar sy' door aansluiting steun kunnen geven aan een beweging, die ongetwijfeld han geveterde vriendjes en even zeker het jonge Nederland ten goede tal komen. E. HEIMANS. Onder de rechtsche foto by myn vorig ops el had moe'en staan: zonderlinge verweerirgsvormen (vogeipooten)", DöJmenmoet natuurlijk dolinen zijn. ,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl