Historisch Archief 1877-1940
N<x 1797
DEAMSTERDAMMERWEElKBfcAD VOOR NEDERLAND.
Karin Michaëlie, de schrijfster van Das
gefabrlicbe A ter".
Nieuwe iep, minn ulaits,
i.
In den zomer van 1910 riepen wq de gast
vrijheid in van dit weekolad, voor een op
wekking aan de Nederlandsche meisjes en
vrouwen, om toch niet allen naar dezelfde
weinige, reeds overvolle, beroepen te dringen,
maar zich ook in tot dusver nog niet of
?anwelij'ks door vrouwen beo.-fecde vakken,
als pianostemmen, kappen en horlogemaken
te gaan oekwamen.
Dat die raad naarsüglyk werd opgevolgd
zouden wy niet durven beweren. Tenminste
bet is ons niet ter oore gekomen, dat
iemand zich tot pianostemster of horloge
maakster'hei f t laten vormen, of dit een
grooter aantal mei-j es dan tot dus ver zich in
kapperszaken hebben laten opleidt n.' Wij
hei talen dus hier onze opwekking, overtuigd
als wij zy'o, dat flinke vrouwen, mitsdegeyk
onderlegd en niet onder de markt werkend,
in alle drie beroepen een toekomst kunnen
vinden.(1) Wij willen hieraan thans nog toe
voegen, dat ons in eene der grootere
provincieBteden van Zuid Holland een pianohandelaar
bekend is, die zich beieid beeft verklaard,
meisjes met aanleg en g eden wil tot stemster
op te leiden. Evenwel alleen op deze voor
waarde, dat het de meisjes ernst is met
baar beroep, en dat zij niet, zooals het hem
reeds meermalen overswam, na eenige maan
den, wanneer hit een of ander de pretentieuse
leerlinge minder bevalt, het vak vaarwel
zeggen.
Een inderdaad onverantwoordelijke wijze
van handelen, die allen die het wèiateenen
met de meipjesvakopleiding met zorg en ver
ontwaardiging vervullen moet. Beswaren toch
(1) J)e beide, voor zoover ons bekend,
uige pianostemsters hier te lande schijnen
zich een goed bestaan te verwerven.
UIT DE NATUUR.
CDLIV. Vogelbescherming.
Het sneeuwt nattig, en de aarde met de
belangwekkende vormen, met de langstlevende
herfst plant en, met paddestoelen en insecten
verdwijnt, voor wie weet hoe lang, onder het
witte of grauwe winterkleed. Nn komen andere
dingen in het vizier der belangstelling. Inde
eerste plaats de vogels. Vooral de kleine
zangertjes, die ons ook 's winters niet verlaten.
Die hebben het nu hard te ve antwoorden;
maar als ze troostredenen konden begrijpen,
of weten wat hoop en vertrouwen is, zon
den ze misschien niet zoo treurig zitten kijken;
en optimisten als vugoH vau namre zijn
souden ze in de vogelbescherming-campagne
die aan de gang is, reden vinden om hun
mooiste zomerliedj'es tot lof der goede
menschen nit te zingen..
Echter, als de menschen aan het bescher
men van dieren gaan, dat wil zeggen van de
dieren in de vrije natuur, dan is er gewoonlijk
iets niet in den haak, hetzij dan met de dieren
of met de menschen. In den regel neemt zoo'n
bescherming eerst een aanvang als er niet veel
meer te beschermen valt, als de menschen,
doen ziek voor in ieder beroep: geen werk
kring, of er komen oogen olikkeo,- waarin de
dagtaak eentonig of onbelangrijk ly'kt. Op
elke sterke actie pleegt een gevoel van af
matting te volgen. Na ty'den van opwinding
schijnt de hemel zich in troostelooze grauw
heid te welven boven iederen aan stemmingen
onderhevigen mensen. Gaen enkel vak, hoe
poëtisch of verheven ook, dat c uvoor vrij
waart. Maar de vrouw, die de beswaren niet
uit eigen kracht kan overwinnen, en de
moedeloosheid niet uit eigen kracht vermag
onder te houden, zal harde lessen hebben
te leeren in de school des levens, waar een
strijd haar wacht van geheel ander gehalte
nog, dan in de opleidingswerkplaats, die zij
uit baloorigheid verliet.
Voor moeielükleden, en niet weinige ook,
zullen ongetwijfeld de meines eveneens in
'die beroepen komen te staan, welke wij haar,
naast de vroeger reeds aangeradene, thans
gern-tiglyk ter keuze aanbevelen, wetende
dat ze weliswaar geen groote scharen, maar
toch een zeker aantal deugdelijke vrouwelijke
arbeidskrachten een bevredigenden werk
kring en bescheiden welvaart zullen ver
zekeren.
In de eerste' plaats dan noemen wij twee
betrekkingen in de voortdurend groeiende
wasch-indnstrie: de betrekking van
zaalcb>f in de stry'kafdeeling, en die van
detacheuse", v ekken-uitmaakster, in chemische
waescherijen.
In de meeste groote wasch-inrichtingen
schijnt het eigenlijke wasechen tegenwoordig
door mannen te geschieden. Waarom, is ons
niet techt duidelijk geworden. Sommige
patroons spraken wel over beswaren die da
vronwenkleediag zou opleveren bij het werken
aan de waschmachines; maar dat lijkt ons
een zoo gezocht en zoo gemakkelijk op te
heffen bezwaar, dat er voor dezen voorkeur
vermoedelijk andere oorzaken bestaan; voorals
nog even onnaspeurlijk als het ontbreken van
aanbod der mannelijke arbeidskracht by het
strijken.
Behalve by' het waggchen worden mannen
som-ij ds te werk gesteld by het sorteeren en
verpakken. Maar dikwyls ook wordt dit werk,
dat evenals drogen en mangelen heel weinig
voorbereiding vereischt, aan vrouwen opge
dragen. Wat, zooals wij reeds zeiden, tot nog
toe, althans voor zoover ons bekend is,
uitsluitend als vrouwenwerk schijnt te worden
beschouwd, dat is het strijken, z»owel het
machinaal als het haDdatrijsen. Wel werd
reeds door den eigenaar eener groote
was-chinrichting het denkbeeld geopperd om, mocht
het inmiddfls aangenomen
ontwerpArbeidswet 1911 wet worden, zyn strijksters
door strijkers" te vervangen. Maar wij be
twijfelen, of hem die poging, moe T t hu ze
metterdaad willen aanwendei, gelukken zou.
Want waarom zou bij dan niet sinds lang
mannen c ebben bereid gevonden, om dit,
zelfs voor vrouwen niet onvoordeelige vak, te
beoefenen? Ten minste, wy kunt en ons geen
reden voorstellen, waarom de werkgever?,
indien zich reeds mannen voor deze werk
zaamheden hadden beschikbaar gesteld, niet
hier, even goei als by het wasschen, dikwijls
ook by het verpakken en uitzoeken, aan de
mannelijke boven de vrouwelijk-) arbeids
kracht, niettegenstaande dese laatste
goedkooper te krijgen is, de voorkeur zouden gevt n.
Hos evenwel in dit opzicht de toekomst
er uit moge zien, voorioopig zal ongetwyfald
in tal van wasscueiijen de strrjkbewerking
berusten in vrouwenhand. Ea over dat
vromelijk personeel moet een opzicbteres worden
iiiMimiiiiiMiimiiMi)
om een of andere redan verschoon oaar eigen
belang meestal een diersoort zoo hebben
geplaagd en gejaagd, dat de vermindering van
het aantal individuen ic-het-ocg-vallend is
gevorden. Dan komen de dieren vrienden en
dierkundigen los, en roepen ach en wee, eiscbea
het restan'je op voor de wetenschap of voor
de genietingen van het algemeen.
Dan blijkt het in den regel ook, dat de
meeste menschen wel itts voelen voor het
tragische van het uitsterven van een diersoort.
Want meestal is dat uitsterven het
nood^akei ij k gevolg van de bevrediging hunner be
hoef tf n of begeerten, soms ook alleen van
enkele niet onmisbare genoegens van bet
menschenleven als jacht en versiering; met
andere woorden : dan zijn de dieren roekeloos
en noodeloos zoo goed als uitgeroeid.
Het valt dan ook niet moeilijk, geldely ken
en zedely'ken sttun te krijgen voor de be
scherming van de nog levende restanten van
een vroeger zeer talrijke vertegenwoordigde,
onschadelijke diersoort, als bisons, zebra'3
en giraffen; maar ook als het gevaarlijke
roofdieren als beren en arenden zy'n, willen
de menschen, indien de schade die de weinige
overgeblevenen nog aanrichten kunnen, niet
noemenswaard meer is.
Roodborstje, met voer in den bek; niet ver van zijn nest.
Toto van A. Burdet. (Uit De Levende Natuur).
aangesteld. Waar nn de opzichterei in de
tel- en sorteer tam er, in de mangelzaal e» op
den droogzolder veelal gekozen tan worden
uit de werksters zelven, daar wordt als
opzichteres over de etrijkzaal aen dame ver
langd, die tevens een fl.nke vrouw Uenhtt
vak tot in de puntjes verstaat. Aan haar zou
o. i., zoolang althans de aanstaande strijkster
noch aan de Huishoud noen aan de
Industrienoen aan de Vak- of Vrouwenarbeiduscuolen
behoorlijke opleiding vindt, de vorming der
jonge krachten kannen worden toevertrouwd.
De directrice der strykzaal zou da acte voor
leerares in strijk- «n waschbehandeling
moeten hebben verworven, en daarna als
au jont t-directrice in de eeue of andere
waectiinrichüng de praktijk van bet bedrijfs
leven mueien hebbeu leuren kennen. Waar
nu de leerares aan Kook-en Huishoudscholen
het veelal niet verd-r brengt dan tot een
salaris vau ? 7uO a ?800, daar kan aet hono
rarium van de directrice der jtrjjkzaal, in
de grootere inrichtingen ten minste, tot een
bedrag van ? 1500 stijgen. Niet alleen
fioantieel evenwel oiedi de/.e betrekking een ganse h
niet OLaardige positie, ook wat geest en
gemoed betreft zal de. 20d eenwscbe jonge
vrousv die eenigssins,sociaal voelend is aan
gelegd, in de leiding van mei-j en, uit een
gehte. andere volksklasse voortgekomen, een
zeker mei on Devrëdigendea werkkring kunnen
vinden. Oageiochte gelegenheid voor
Ttyubee-werk," dat «oor Dtide partijen niet noog
geuoeg te schatten -voordeel o ukan leveren!
Van bescneidener aard is de tweede be
trekking in de wasenmdusme waarop wij
zinspeelden: de betrekking van detacueuae
in c -lemische wasscherijen. I ^ gewone
wasscberijen wordt het vlei ken-uit mu ken, niet veel
vuldig genoeg voorkomend om er een volslagen
werkkracnt voor aan te sieilen, veelal opge
dragtn aan ter, mannthjken, waeecher. In
cuemitche wasscherijen daarentegen, waar
uitleraard het nektien-mimaieu een zooveel
belangrijker onderdeel >an net bedrijf vormt,
scüijnt «ei voor een volslagen juist voor dit
onderdeel aangestelde arbeiüssracat, meer
malen zttifd voor meer dan ne, plaats te
zyn. Het tornt ons laug met onwiarschynly'k
veor, dat in de voortdurend in aamal toe
nemende stojmwasscuerijen en ververijen,
ve/schtuden tu ei r j es als detacaeuses een
middel van bestaan zonden kunnen vinden.
Aangewezen dankt ons dit vak bijv. voor
dochters van drogisten, voor mesjes die bazig
zyn zich voor het
aputhekers-assiitenteexaoien te bekwatnan, doch nog by'tyda
gewaarschuwd woiddii, dat de markt aldaar
scurouieiji overvoerd is; in het aigem en
vuor ieder meisj«, dal heUij door haar
omgeving, heuy door haar voor-opieidiog,
reeds ^émge no ie vau de allereerste begin
selen der se'Jtleunde beiit. Ia de iunctuiag
zelve wordt tij dan veider bekwaamd. Hec
is ons beseLd dut op het oo&enblik een
meisje, dt or don reeds werkzamen detachenr,
in Let vak wordt opgeleid. A'A een leertijd
van ongeveer 2 jaar zal ij vermoedelijk vol
doende wegwijs niju, enhet volgens de
hoofdstry kaïer in bedoelde inricating, op den duur
tot ?16 per week kunnen brengan. Zsker
geldely K voordeeiiger dan 'het vak van
apocnuEers assistente, waar het salaris van
85 pCt! der externen beneden' ?700 b y'fc,
ter wijl dat der internen slechts vai 30 ,C>./301)
of rnetr, dua voor 70 pCt. mibder dan ?300
bedraagt. Ea, begcuenad aty het is duur de
Arbeidswet, zal net beroep 'zek<S? ook teen
zwaardere inspanning ei-enen dan er 'erlangd
woidt van de apoioekers-assistette, we.ka
iiiimiiiiiiiimiiiiMimiiMiMMiiiimi
Zjo zyn er verseueidone R-sarvatio'ri voor
groot wild" on staan m Ameriïa en Afrisa.
Daar is de jacnt verooden; en al heel wat
dieren, waarvan de soorc bijna was uitgestor
ven, zijn er voor een al te snel verdwijnen
vau de aaid« behoed.
Voor de kleinere dieren echter was tot voor
korten tijd niets van betee&enis gedaan. Dit
zal wel hei gevolg z.ijn van tieomsiaudigtieid,
dat de vermindering van hun aantal zoo
spoedig niet wordt opgemerkt.
Met name is dat het geval met de ver
schillende vogel». Soonmige soorten nemen
hier en daar zoo in aantal t o a, b.v. de
nuismuscehen, dat de menseden die het met ie
onderscheiding der vogelsoorten v»n onge
veer musschen-kleur en mutechen-grootte
zoo nauw niet nemen, eerder aan te alerte
vermenig 'uldiging, dan aan een naderend
uitsterven denken; zij zouden liever maat
regelen zien nemen tot opruiming dan tot
bescherming.
Toch is de steeds voortgaande verminde
ring van het individnen-aantal van het
grootste deel onzer vogelsoorten e?n goed
geconstateerd feit; CL de poging tot redding
voor bescherming is volkomen gewettigd.
Van welken kant m»n de zaak dezer vogel
bescherming ook beky'kt, het werken en
streven der voorstanders verdient onze volle
aandacht.
Hbt gemakkelijkst zou de taak te volbrengen
zijo, en stellig zouden zij veel g el delpen
steun krijgen, als de vogelbeschermers ver
klaarden, uitsluitend de vogels te willen be
houden of althans te be-ichermen, die voor
sommige bedrijven van nut zyc, of wier leven
en voortbestaan zonder twijfel in het belang
van de gezondneid der muuschen is; zooals
de muggen-vangende awalu-wen en de meest
andere insectenetende vogels; maar dat 'ij
zich onthielden, waar het diertje geen duidelijk
aan te wijzen voordeel brengt, of misschien
wel eens schade doet aan tuinbouw, jacht of
vischvangst. As de vogel oeschermers meieen
maar tegen de uitbreiding van deze visch- n
graandièven" wilden te werk gaan, Konden ze
meestanders bij duizenden krijgen.
Zoo ecg echter vatten de tegenwoordige
vogel beschermers hun taak niet OD. Zeker,
ze zullen in elk speciaal geval de materieele
belangen en b-hoef ten ontzien of in betoog
houden, waar het maar e 'en kan; maar
niet uitsluitend deze belangen. De vogelbe
schermers zyn in de eerste plaats
natnnrviiet-den en meer in't bij socder vog«lvrienden.
Zy stellen op den voorgrond,dat er nog een
ander belang, een meer algemeen beiang in
het spel is dan het materieel nut en de scna^e
in geld, die vogels kunnen aanbrengen. Zy
leggen den meesten nadruk op de ethisci e
en aeethetische zijde van de vogelbeecuerming.
De vogels, du k eine zangers van tuin, vei d
en bosch zoowel als de vrye a wem vogels, de
steltloopers, die onze stranden, uiterwaarden,
onze meren en weilanden opvronlijken en
eieren; de vogels, die door hun levendigheid,
bun sympathiek huiselijk leven, uun weer
loosheid, ons meegevoel wekken; die kleur,
klank, beweging en schoonheid kunnen
brengen in de stille natuur, en die den
goeden mensen altijd en overal tot een
vtrhaar vak uitoefent in een door de
A'be'dswet niet als werkplaats" erkende nimte.
Voor het Nationaal Bureau
N o v. 1911. voor Vrouwenarbeid
(Slot volgt.) ANNA, POLAK. Directrice.
Ideaal.
Ia een Deensche courant verscheen onlangs
de volgende huwehjks-sdvertentie: Is ben
5X voet lang, 25 jaar oud, niet onknap en
zeer geestig. IK bezit veertigduizend kronen
en een huis in een goede buurt in Kopen
hagen. IK zoek een vrouw in nagenoeg
dezelfde, maar liefst nog wat betere omstan
digheden, (j die t zal wjrden op de volgende
eigenschappen: slankheid, lenigheid, schoon
heid, sierlijkheid van beweging, zacht karak
ter, huiselijkheid, vroolykheid, onverstoor
baar humeur, kleine, fraaie handen en voeten,
goivend, goudblond haar, hailelijkheid, ont
stentenis van egt tme, handigheid in 't maken
van eigen kleeding, een frissere blos en een
vertrouwen in boezemenden o >gopslag. Afkeer
van pianospelen en onverschiliigieid voor
r ij K e, zwierige toiletten strekken tot aanbeve
ling. Een niet al te klein vermogen is zeer
gewenscht, benevens een eert ficaat van gezond
heid, door twee bekende doctor, n geceekend,
en over te leggen, gelijktijdig m<-t portret en
aan soeksbmf. Zjj, die voor minder dao drie
kwart aan de je eigenschappen voldoen, komen
onder geen beding in aanmerking tn kunnen
zich de moeite eener referentie besparen.
Brieven onder het motto Ideaal" aan het
'bureau van dit blad."
Praktisch.
Men zou thans ineen wél-ingericht huis
houden geen 24 paar groot- en 24 paar
kiein-zilver meer nocdig hebben, indien 't
nu nog zoo gesteld was als in den tijd van
koningin Eliaabeth vau Engeland. Toen was
het de gewoonte, dat ieder zijn
eetgereedschap op een diner zelf meebracut. Dat
moet een gemakkelijke vaat geweest zijn om
te wasschen in de keukan van Queen Bes.
Oad Nieuw
In sommige kringen in Engeland, waar
men de oude gewoonten graag navolgt,
tiacht men ook de bo reu genoemde te
doen herleven. Men organiseert in enkele
grojte auizen in Londen Afti-rnoons", waar
ieler zijn eigen theekofja meebrengt, det
allernieuwste e'tnwel zyn avondpartijen, die
men Witter picnics" noemt, en waar elk
van du gas en eeuige consumptie meebrengt,
die bij voorkeur zoo noncaelant mogelijk
in vang' n en op trappen genuttigd wordt.
Het zuten op stoelen begirt in de salons der
Engelscue chiqu», hoe langer hoe meer in
onbruik te raken. Man zit, om de losheid eu
sc-ulderac 'tige wanorde te bevorderen overal,
behalve op de meubelen, die er voor bestemd
zyn. Er vormen zich. soms groepjes, die in
een kring op de vloer zitt> n te caaseeren, en
de trappen zitten van boven tot onder
gevu'd met keuvelende paartje?. Oaze
overjirootmoedtrs zoaden dat alles erg
OLfatsoenJy'k «n ongemanierd gebonden hebben; maar
taan» Behoort het tot d-n ,boa ton". Wat is
er grilliger dan de mode?...
heuging .'.ijD, ook de meeuwen, de duiven en
ipefcen en spreeuwen onzer steden,, zij
betatkenen inderdaad nog iets meer en beters
in het menscoele en daii een lekker hapje,
een gestolen dopervr ja, of een vter op en
hoed.
Dat begint ingezien en erkend te worden.
Maar zonder waarscnuwirg, opwekking en
leering ging het niet. l, den laatstan tijd is
er ooral veel en goed werk verricht door
de Vereenigiug voor Vogelbe-cherming: Een
jong enthusiaetisch naiuU: vriend H. W. de
Beaufort, gaat van stad tot stad de beteekenis
van vogeibascaermii'g uitleggen; om zoo de
menschun, die tot nu toe onverschillig bieren,
toe medewerking op te wekken
In een lant;e rij avond-voordrachten, waar
van het tind nog niet is bereikt, tracat de
begaafde spreker zijn toehoorders duidelijk te
mafeen, wat de Ned. Vereeniging tot
Vogelbeschermmg, waervan hij secretaris is, *il
bereikeB. En het gelukt hem vol tomen.
Enkele hoofdtaken heb ik zooeven aan
geroerd. De heer de Beaufort weet dat alles
in keurige, vaak geestige, altijd overtuigende
bewoordingen zoo smakelijk te maken voor
zijn publiek, dat in den regel weinig
kennis heef c van des sociale en aesthetiscbe be
teekenis van het vo<el /raagstnk, dat er
een gtest van tympatbie door da zaal gaat,
dat er een gevoel van verp ichting, van dank
baarheid, soms van schuldbesef, jegens de
vogels over de menschen komt, en elk zich
voorneemt in dit opzie nt te doen wat hij of
zij kan. En dat dit vet l is, toont bun de spre
ker in den regel na de pauze aan.
Bij ons in Amsterdam is het werk van haar
secretaris een ware triomf voor de Vogelbe
scherming geweest.
Op den eersten avond was de groote
Koningszaal van irtis prop prop vol ;geen
zitof staanplaats onbezet; honderden die toe
gang vroegen, moestrn afgescheept worden
met een spy t Betuiging. Maar de aanwesigen
vertelden zooveel goeds van dien eersten
avond, dat er van alle kanten aanzoek kwam,
ooi een tweeden avond te organieeeren.
Ook op den tweeden avond weer geen plaats
onbezet. De heer De Beaufort varieerde zijn
betoog, maar liet het thema gelijk, zooiat
velen, die zooals ik merkte voor de tweede
maal waren gekomen, zich geen oogenbhk
hebben verveeld. Dezen keer waren ook de
hoofdmannen en leiders van de pad vinders
beweging in coetunm in de zaal ken
schetsend hoe die allemaal opstonden en
zich tegen de wanden en in hoekjes
eclipseerden, toen er weer zitplaatsen te weinig
bleken; ook de schoolautoriteicen waren goed
vertegenwoordigd; wat den spreker blijkbaar
al dadelijk moed gaf op welslagen, en hem
inspireerde.
in weer kon de zaal zooveel belangstelling
niet plaa sen; er zal een derde misschieü, een
vi>rde vogelavond moeten komen.
Tot dit onverwacit groot tucces hebhen
verschillende oorzaken meegewerkt, De in
richting *an den avond was in banden van
een combinatie van twee hestoren; dat van
de afd. Amsterdam van het
Ond^rwijzersgenootachap en vandeN^d. > a uur-Historische
Vereeniging; de heer Ve.dkamp van het N.
Honty-moon.
Ge weet, dat men de wittebroodsweeken
in het Engelsen Honey-moon" noemt, en
hebt n misschien weieens afgevraagd, waar die
honin i-maan" eigenlijk vandaan kwam. Zie
hier de verklaring. De honing-maan" is
heidenscber dan ge vermoedt en vindt reeds
zijn oireprong in het oude Engeland der
A n e i aksen.
Het woord Hoon" is hier natuurlijk een
tijdsbepaling en beteekent maand", in dit
verband du-t de eerste maand aa het huwelijk.
Bij de oude Anueleaksen was deze maand
aan vreugde en feesten ge wij d en men dronk
dan voortdurend een verfrisachenden honing
drank Mee" genaamd. Op deze wijze, soms
met wat al te veel vocht, werd de
Honingmaand" gedoopt, en ze bleef ook ia de
christelijke maatschappij dien heiden t chen
doop getrouw.
Zindelijk.
Tot de zindelijkste naties van de wereld
behooren Nederland, Frankrjjk, Engeland en
Amerika, waar volgens recente statistieke
door de bevolking gemiddeld 16, Jo 14/4
en 14 pond zeep per hoofd per jaar gebtui&t
wordt. In Rudand is 't minder f risch gesteld,
dit komt in een ver ve schiet met niet meer
dan l1/: pond per hot f d.
L'encemier.
IE vind in een oud-Franech gedicht de
volgende mooie verejts, die misschien wel
wat al te devoot zijn voor onzen nieuwen
tijd, maar die ik bewonder om het prachtige
beeld, dat erin wordt uitgewerkt:
Li coenr doit tre
. Semblatis a l'encensier :
'Tont do» envers la terre
Et ouvert vers Ie ciel.
Recoïd.
Het huwelijks-record houdt een
Mexikaansch damj van nauwelijks veertig jaar,
Hèjora Ray C*stillo, die tüans voor de zevende
maal weduwe geworden i». Zjj overleefde zeven
gelukkige huwelijken. Wie't thans nog waagt
met baar te huwen, doet m. i. een poging
tot suïcide.
Ean A'nerikaan'che dame, Mrs. Jennie
Bigfovd, tbanu 59 jaar, maakte een ander
itcord. Zij verscheen 14 maal in de 29 jaar
voor den burgerlijken stand om te tiuwen,
maar liet zich 002 veertien maal scheiden.
Op n na leven al haar echtgenooten nog.
* *
Mésailliance.
In de Oostenryksche keizersfamilie ia onder
da groot vorsten en grootvorsiinnen de
metaii iance aan de orde van den da?. Tnanz
weder is de verloving bekend geworden van
Aartshertog Ferdinand Karel, neef des keuers
en broeder van den verrnoedelijken troon
opvolger, Fracz Feidinand, met een jonge
dame, die niet eens een kroontje bo ^ea haar
naam d aagt, ten bargwrmeisje,BerthaCiuber.
De prins heeft om dit huwelijk te kunnen
sluiten, afstand gedaan van zijn rang en titels.
ALLEQEA.
O. G. was de hoof i orgtmüator; dr. Heicsius
van de N. tl. V. leidde de vergaderingen. Het
bestuur v dn Aitiö, met lamedr. Kerbert, had
gezorgd voor een prachtige expositie in de
groote koffidkaoier, naast de Koniagszaal,
van alle vogess, die ter sprake of op het
doak werden gebracht.
DJ heer L. d-* Vries, een van de beste
vogelkennero van de N. H. V. plaatste er zijn mooie
verzameling nesten en eieren er bij. De
popuiaire en wetenschappelijke lectuur lag
op bedien ; de firma loim ng en van Tungeren
te ArnLem had gezorgd vooreen uitgebreide
en leerdame ui'.stailmg van haar vog-lkastjea
en voeierhuitjes, het was een, in «-en woord
gelegd volmaakte pamenwbrking van allen
en van alles, net welslagen kon bevorderen.
List not least heeft de heer A. Barder van
Overveen dank verdiend. Hij is op net
oogenbiik onze beste vogelfotogrtiaf; Steenhuizen
en lepe zijn hem voorgegaan, maar c ij heeft
het een heel eind v-irder gebracht met het
vast leggen door de camera van het belang
wekkende vogelleven; ook van on .e
scnuwste inlaiid che vogels, zooals de sperwer?.
Schitterend waren deze lichtbeelden, waarbij
de spreker toelichting gaf. Zy riepen
menigkeereen spontaan bravo en handgeklap op,
even .eer als het gesproken woord. De groote
nieuwe boog ichtiantaarn van de heeren
Conterier en Ladige<, (onbetaalbare leien van
de N. H. V.,) en door hen zelven bediend,
werkte vooral op den t weeden avond bijzonder
goed, en deed het werk van den heer fiurdet
tot zijn volle recht komen,
Zoo moet de goede zaak wel vorderingen
maken; vooral nu de ijverige secretaris uit
naam van het hoofdbestuur het onderwijs te
hulp heeft geroepen, om eet aankomend Ne
derland te doordringen met een geest van
belangstelling en waardeering veor het ryke
en mooie voge leven. Alle onderwijzers zullen
daarom zeer welkom zijn, indien zij als leden
tot de Nederlandse ae Vereeniging tot Vo
gelbescherming willen treden; ook zonder
betaling van cont ibutie. Ztf hebben zich
maar op te geven bij . W. de Beaufort te
Wouienaerg. Die contributie- is ook voor
anderen laag genoeg gesteld: f l.?per jaar
als minimum, waarvoor men de geschriften
der Vereeniging out rangt; daarin staat menige
mooie afdruk van foto's; in het jaarboek
1910 b.v. de sperwer bij zijn nest (<an Burdei).
Andere propaganda-uitgaven staan voorleden
tegen een geringen prijs beschikbaar.
De krachten van een Vereeniging als deze
groeien met het aantal van haar leden.
Daarom meende ik niet te mogen nalaten ??
hier de Vereeuiging in a w belangstelling aan
te bevelen, en vooral de onderwijzers en
overigens alle vogelvrienden den weg te ?
wijzen naar het punt, waar sy' door aansluiting
steun kunnen geven aan een beweging, die
ongetwijfeld han geveterde vriendjes en
even zeker het jonge Nederland ten goede
tal komen.
E. HEIMANS.
Onder de rechtsche foto by myn vorig
ops el had moe'en staan: zonderlinge
verweerirgsvormen (vogeipooten)", DöJmenmoet
natuurlijk dolinen zijn. ,