De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1911 24 december pagina 7

24 december 1911 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 1800 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR mee te doen everzien ala ten minste op het kwalitatieve der vertegenwoordiging ook wat toelicht was gebonden. Hierom echter schyaea de suteütell«rs Tin de Roelofa-tentoon stelling rich te weinig bekommerd te hebben, want ze lijkt zeker eerder een samenraapsel van allerlei werken, die toevallig voor de hand kwamen en beschikbaar gesteld, dan op een keurcoUeetie. Ia den catalogus zie ik van de twee-en-zeventig" nnmmera er tien met een sterretje gemerkt, wat beduidt, dat deze als particulier eigendom 'niet te koop zijn. De omstandigheid, dat van de*» zeer gebrekkig den meester vertegenwoordigende tentoon stelling, 'het o ver-o vergroot e deel koopwaar is, geeft grond tot het vermoeden, dat het uitgaande doel der expositie in commercieele zichting is. Zoo'a pndei neming is nu-wel op z'n plaats in de veilingzalen van een kunst handelaar, maar mag niet voorzitten b\j het arrangeeren van een tentoonstelling, die ?de pretentie heeft van een vertezenwoordiging. Ik vrees, dat velen die een warme waardeering voor Roelof* koesteren, nn wel wat onvoldaan van hnn bezoek van den li'arenschen Kunsthandel zullen huiswaarts keera. En zoo tij nog indrukken in zich bewaard hielden van een Rtelofs-tentoonstelling in Arti, al lange jaren geleden, zullen ze licht gaan twijfelen aan de juistheid hunner waardegchatting van' dezen schilder, die.., toch eigenlijk uit den tig d ie. ?Maar ze zyn dan nu wat van de wijs ge bracht. ? Het is me opgevallen, dat in verschillende bladen de beschouwingen zich bepaalden tot eem praatje, om d» weiken heen, over den flchilder, als geknipt uit een Lsxikon, terwijl bon gevoelens van waardesring geen aanstoot schenen te vinden in deze representatie. Maar dl* vereering wat meer doorgrond, blijkt toch maar betrekkelijk te wezen en de lof slechts onder voorbehoud gegeren bq de onvermijdelijke opmerking, dat Roelofs toch overschadu <vd werd door grooteren, die ui hem kwamen. Het bewijst dat zij on aangedaan blijven voor wat achter den uitings vorm de innerlijke, ethische, waarde van een kunstuiting als deze uitmaakt. E a deze waarde is juist van niet gering belang en had ik gehoopt door deze tentoonstelling weer eens gereleveerd te vinden. Want in onzen tijd van moeizame bespiegelingen en vertwijfelend zoeken naar richtige kunstformulea dat misschien niet anders is dan een instinct matig verweer tegen geestelijke verkwijning is het verkwikkend weer eens een kunstvorm te zien, die de klaarheid heeft van een gulle ontboezeming. Momenten van ontspanning, als een recreatie in de buitenlucht, is een R :>elofs-tentoonstelling wel in staat te geven. In het voorwoord, dat een uittreksel is uit zijn boek, noemt de heer Jeltes de kunst van de Marissen en van Weissenbrnch meer emotioneel" dan die van Raelofs. Deze be wering verwondert me van een schrijver, die elders weer van goede inzichten over dezen schilder blijk geeft. Want emotionneel" is Roelofs' werk juist in 't bijzonder. Zjj het dan in schilderkunstig ?opzicht minder beschaafd, ruwer zelfs rauwer soms -dan die der genoemden. Zeker, hij heeft ook aanvoeling gehad met de zoogenaamde Barbizorihers, maar hnn invloed is op zijn werk behoudens enkele uitzonderingen niet zoo overwegend geweest, ah wel 'eens beweerd wordt. Zijn schilderskwaliteiten hebben een minder geavanceerd karakter. Hij is'in zekeren zin altijd meer thuis ge bleven, hij vertoont minder de manieren welke het varkeeren in voorname vreemde kringen aanbrengt, al sleet bij dan ook zijn leven grootendeels in een stad, zoo buitenETLNSCHAPPEUJKE ZoirerMd van roelssl. Mijn plan is ditmaal eenige eenvoudige proeven te bespreken die met de eenvoudigste hulpmiddelen te nemen zyn om uit te maken of levensmiddelen zuiver of onzuiver, dus geschikt of ongeschikt zijn voor ons gebruik. Het il volkomen waar dat men vertrouwen kan hebben -in de verschillende bestaande inrichtingen voor scheikundig voedselonderzoek, maar er komen gevallen voor dat een korte zelfgedane proef meer waard is dan het eenden van voedaelproeven naar derge lijke inrichtingen. Juist bij het aanschaffen van dadelijk te gebruiken en dadelijk te ?betalen dagelijks voorkomende voedselstofien (en genotmiddelen) zyn de volgende eenvoudige proefjes van practiache waarde. Ia de eerste plaats komen eieren in aan merking. Hoewel goede en bedorven eieren bij 't eten ruim voldoende van elkaar te onderscheiden zijn, is het aantal menschen toch gering dat bij bet ongeopende ongekookte ei al zien kan of de inhoud een genot voor de tong zal zijn of ons voor langen tijd het pure gezicht van een ei tot een pijniging zal maken. De proef die hierbij te nemen is, wordt in den handel regelmatig-en veelvuldig toegepast zoo Jat men er voldoende op ver trouwen kan. Er is niets anders voor roodig, behalve het ei zelf, dan een brandende kaars, ?n een donker gemaakte kamer (elk hok is reeds voldoende). Houdt men het ei tusschen Fig. 1. HOK BEN VBBSCH BI KRUIT MOKT ZIEN BIJ BB BI-PBOKF. De tichtbare ruimte aan het itompe boten-eindt it de lucktntimte in 't ei. landtch als Brussel. Hjj is allereent, «n meer dan eenig ander misschien, de hollandsehe schilder van het hoUandsehe landschap, en zijn jaarlijkgche verplaatsing van uit het rumoerige wereldmUien naar de vreedzame omgeving van de polders en weilanden van zijne teimath" zijn zomersche studiereis zal hem een .bij uitstek geestelijke verfriasching zjjn geweest. Het verlangen naar de streken,, waarvan de intimiteiten hem zoo bekend en dierbaar waren, ondervond daar door een durende prikkeling en verlevendigde den drang naar ontboezeming. Zoo ia zijn kunst ten volle de onbevangen uiting van een hartsneiging, een warme herinnering aan, of een oogenblikkelyke verlust!gin g in de heimelijkheden, die schuilen binnen de wijde horizonnen van ons hollandsche land; een romantische gestemdheid ontsproot daaruit natuurlij ker wijze. Maar dan een romantische, of dichterlijke gesteldheid van vollen adem en krachtigen drang. En mag al zijn schilderwerk wel wat te wenscben laten aan beschaafdheid van voordracht en veredeling der kleur, het is toch weer om den gloed en de rondheid der nitzegging van die bekoring, welke uitgaat van een begeesterd verbaal in niet zorgvuldig gekoxn woorden. Zijn landschappen zijn soms onrustig, door zijn voorliefde tot de momenten van chaotisch licht en schadn wwemelen onder de rustelooie aanzwelling van regenbuien, als een flapperend spel van wolken, langs den hemel. Maar hij heeft daarmee getast naar den dramatiachen vorm voor de verbeelding der bewegelijkheid van het vochtrijke hoUandsehe landschap, als het schouwspel van het staag vefspiegelen van glorend licht en zwijmelend duister. Dat, wel al te schel dikwijls dramatiseeren, van de lichteffecten, geeft aan zijn werk den dracht van een ruime conceptie. Nu zyn er hier zeker wel verschillende werken die de kunst van Roelof* in al haar gloed en kernachtigheid doen uitkomen. Daar zijn van die fljnrige studietjes, als in 't bijzonder uit zijn productie geroemd worden; enkele zeer merkwaardige schilderijtjes uit vroeger tijd als No. 63 en 72; dan een paar grootere werken voldragen schilderijen, die in hun milde uitvoering en sterke, zilte kleuren, zelfs als een vol komene of glansrijke vertegenwoordiging kunnen gel der. [n'C bij zonder te noemen koeien die in !t water staan en watermolen No. 26. Daarnaast enkele interessante studio's in 't buitenland geschil derd, opmerkelijk om een op het groote aan gelegde» bouw van vormryker landstreken. Maar 't ia jammer dat er zooveel middelmatiga by ia; en juist dit middelmatige had geweerd moeten zij a, als storend voor het overzicht van zulk gezond, krachtig en innig werk, dat de eerste herleving beduidt van de moderne hollandsche kunst. Buiten Roelofs exposeert de Larensche Knnathandel een aantal schilderijen van den belgiacben marineschilder Louia Artan. In tegenstelling met den Hollander ligt de hoofdwaarde van deren in zekere verfijndheid van technische eigenschappen, die net verscbijnsel is van een bepaalde richting en tijd. De kleur heeft wel bekoring om een zilver achtige blankheid; de teekening heeft iets breeds, doch zinder de grooteche gestrektheid van Danbigny. De palet mes-techniek werd door dezen schilder veel aangewend, en ont aardde wel wat in een manier. W. STEENHOFF. iiiMiiMMiiiiiiMiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiMiiimi Fig. 2. MELK PBOEF. Goede melk vormt een druppel die een tijd blijft hangen; dunne melk of ver dunde melk vormt geen druppel of hoog stens een die dadelijk afvalt. oog en kaars vlam, dan moet een goed versch ei een duidelijk zichtbare Inch t ruimte vertoonen aan den stompen kant van het ei.(fig.l). Deze ruimte mag niet al te groot zgn als het ei zeer verach moet zijn; is het minder verach, maar toch nog goed, dan word t.deze luchtruimte grooter. De rest van het ei moet echter in elk geval doorzichtig, vlekkeloos wit zijn. Ij het ei bedorven dan is de lucht ruimte niet goed te zien, terwijl de rest van het ei overal donkere vlekjes vertoont b deze proef. Heeft men aenige handigheid gekregen dan zal men merken dat men met helder daglicht en een goede manier van het ei zóó vast te houden dat men ge en last heef t van het omringende licht, ook al voldoende zekerheid kan krijgen van de goede qualiteit van het ei. Een tweede proef betreft de melk. Niet alleen het met water verdunnen van melk is voor ons de reden om de melk te onder zoeken maar de qualiteit van de melk zelf is soms, zonder verder geknoei, reeds niet goed genoeg. Behalve de smaak, die een voornaam punt is en die dadelijk te onder zoeken is, komt pok het roomgehalte der melk in aanmerking. Om dit te onder zoeken kan men de melk langen tyd rustig laten ataan, maar als men sneller wil beslissen dan moet men een dikke, reestvrije breinaald nemen en over een lengte van minstens vjjf centimeter in de melk steken. Daarna houdt men de naald stevig vast in schuinen stand. (fig. 2). Ig de melk van goed* qualiteit dan zal zij langzamerhand aan het naald-einde een druppel vormen', die vry lang zal bly ven hangen. Is echter de melk van slecht gehalte, dan zal er by deze proef óf geen ei L Suze Sotertwn. Zij lijkt mij steeds Jde Hille Babbe onzer schilderkunst; ruig, en niet zonder diepte; kleurrijk en- toch niet edel; soms met toover, maar deze nooit als een geheel op het schilderij. Zjj is een eigen aardig weien Haar belangrijkheid komt uit een diepen hartstocht voort; haar kleur ge tuigt steeds van dexe. De gchilderes heefc de vrouwelijke eigenschap in de uitingen harer kracht de gratie te verliezen, welke gratie niets anders is in zulke gevallen, dan natuur lijk getoonde kracht; een uiting zonder oscentatie. Dit is wat altijd opnieuw me treft bq het bezien der tentoonstellingen van zulke, en hare werken. Maar wilt ge dit niet ie zwaar nemen (en inderdaad zij a we sinds lang ont wend zulke opmerkingen, als ik maakte, te laten gelden) dan blijft er plaats voor veel waarJeering. Het verband ? met Breitner is in sommige schilderijen duidelijk. In 't onderwerp vindt ge een gemeenzaamheid met hare tydgenooten. Dit zijn dingen eren natuurlijk, als water dat naar beneden loopt/ Maar wat is er nog meer in haar ? Za heeft de onberedeneerde en primaire genegenheid voor haar verf en voor hare kleuren, die een moeder bezit voor haar kind. Zjj btzit, als de andere. En in dit gevoel van bezit rijzen vele oude en zeer oude gevoelens en hartstochten méo?. Daze gevoelens zijn niet scherp gedefinieerd (baar kunst leeft niet in bewustheid, en in den droom die na de bewustheid komt) en ie zgn niet uitgeplozen tot fgoste geestes-nitepruitsele. Ze sjjm ruig en rul. In de klenrspelingen van haar vindt ge een dnisterte, als in een doorwoelden akker zit" vóór het broodbrengend zaad er in is gestort. Er is iets zér van de zware aarde aan haar werk. Ook dit is in hare portretten. Ze zijn geen pgycnologie van den afgebeelde en van de ccuilderes, in n gettollen. Het zijn afbeeldingen bovenal van de schilderes; haar ziel alleen vindt ge er (of zoo goed als uitsluitend) in weerkaatst. De diepere twee-heid is niet be reikt. Het is een eisch aan deze subjectieve niet te stellen. Ik weet bet. Maar ook dit dient geconstateerd. Zjj bezit vermogen ten slotte het niet om alles in n lichtval te houden; in een zelfden licatvloed zijn leven te laten vieren. Maar naast haar ge-eerd stilleven, dat ik vroeger prees, was er andere diepte te vinden in sommige der schilderijen die ik het laatst zag (btf K.eikamp, de Haag); spinsers etc. Zjj waren zon der een procéaé(dat ze vel bezit) groot en met iets van den eenvond, van een gr o 3 te waar heid gegeven. Winst ware zoo alles zoo kon worden! Israël» tentoonstellingen. Het ligt in den loop der dingen, dat, als eer-betuiging, een aantal tentoonstellingen van Israels gehou den zullen worden. Te wenschen is, en te hopen.tevens, dat deze dan ook in dien zin zullen worden ingericht; dat ze het beste, bet sterkste, het meest van licht doomend en dampend werk zullen te zien geven; dat dit eenige richtsnoer en juiate lijn van doen zal zijn. Een groot aantal werken zullen dus te zien gegeven worden. Het is te hopen dat tegelijk een aantal gegevens voor goed mogen worden vastgelegd". De katalogus van iedere tentoonstelling bevatte dus, naast een goede inleiding, zoo mogelijk de bekende, of vastgestelde namen of geve namen die van dan af mogen gelder. Zoo worden opge nomen de grootte (hoogte en breedte); aan gegeven tevens daek, paneel, etc. Waar de handteekening sta, worde vermeld; en het druppel gerormd worden, óf de.druppel, die zich nog vormt, blijft niet nangen maar valt dadelijk va», de naald af. Verfolgeng komt de boter aan de beurt. Hoewel men zonder bezwaar goeie p'antenboter gebruiken kan voor verschillende doel einden, is het toch hoogst onaangenaam als men voor goede boter betalende, margarine krijgf. De controle is echter weer zeer een voudig. Een klein kluitje boter wordt op een grooten lepel gelegd en boven een spiritusvlam verwarmd; eem gewone lamp of een gasbrander ia ook wel te gebruiken. De boter smelt en gaat koken; zuivere boter zal zich zeer kalm gedragen en talrijke kleine echuimbelletjes maken. Margarine en dergelijke knnetboteraoorten echter gedragen zich veel woester; 't kokende goedje sputtert en knapt net alsof men levend hout brandt. Koffi9 wordt ook nog al eens vervalacht, vooral de reeds gemalen soorten, maar ook hier is het bedrog spoedig te constateeren. Terwijl het onderzoek met een vergrootglas ook al heel veel leert, ia echter een leng niet steeds bij de hand. Esm glas water is echter wel beschikbaar (&*. 3); strooit men een half lepeltje der gemalen koffie uit op het wateropoervlak dan zal de zuivere onvervalachte koffia door haar hoog olie gehalte op het wateroppervlak blij ven drijven, terwijl slechts enkele korrela naar den bodem zullen zinken. Daarentegen zullen vrijwel alle vervalschte soorten dadelijk zinken, terwijl bovendien de aanwezigheid van cichorei blij Kt uit het feit dat het water onmiddellij k donker gekleurd wordt. Is de kleur erg donker dan 19 er zeker meer cichorei dan voor den ge bruiker gezond ia l Zuivere koffie zal het koude water geen kleur geren, tenzij het er zeer lang mee in aanraking ie. Gebruikt men b\j deze proef verschillende kunat-keffie"soorten, die geen koffie mogen bevatten, dan zal men herhaaldelijk bemerken dat er toch echte koffie in aanwezig ia. Het ia zeker op merkelijk dat men geen koffie krijgt als men deze juist hebben wil, en dat men jaist wel jaat van ontstaan; anders blijve dat van den aankoop door den .eersten kooper niet verholen. Zoo zullen een aantal nuttige din gen kunnen verkregen werden, die in goede handen, den ziels-loop van dezen schilder zullen helpen constateeren. Deze dingen zullen nooit weer zoo gemakkelijk te benaadren zijn als on. De groote verspreiding van het werk, ? door Israels gemaakt, kan voor den studeerende in zijn effect verminderd worden zoo dit geschiedt, wat ik voorstelde, overal, waar de tentoonstelling gehouden zal worden; dus niet alleen hier, maar ook in Engeland, en zoo er gelegenheid daartoe mocht gegeven worden in Amerika en in Duitschland. De dateering van vele der werken zal kunnen gevonden worden in de boeken der kunst handelaren; mits deze hun aanteekeningen hebben zullen doen vervolledigen door een photo van het beschreven werk. Het secundaire eener levensbeschrijving zal op deze wijze, zonder vele moeiten, behalve die van eenige metende ea waar-nemende zorg vuldigheid, bereikt worden, en ten bate van den weetgrage gesteld worden. Nog eene wensen blijft: dat voortaan deze notities niet mogen genomen worden na den dood alleen, maar telkens, bij iedere groote tentoonstelling van het werk der belangrijke schilders. Ik heb meermalen geschreven dat zoo by het leven der voortbrengers handelende, het type kunsthistoricus, die alleen door zijn verzamelkracht waarde krijgt, verminderd zal worden; dat de aesthetici, de aangewe zen beoordeelaars, de kritici, hartstochtelijke, koele, welbewuste en snel ontroerde, uit dien gevonden voorraad van data hun stelsels zuiver zullen kunnen constmeeren. PLASSCHAERT. ?Kerstdag en Nieuwjaarsdag. In de achttiende eeuw was men het oneens of Nieuwjaarsdag al of niet een kerkdag was. Wijlen de Doopsgezinde predikant J. Hartog heeft er op gewezen in de behandeling der Spectatoriale Geschriften van 1740?1800. In 1750 werd de Nieuwjaarsdag in Zeeland en te Amsterdam nog niet kerkelijk gevierd. De Nederlandsche Spectator verdedigde dit. De voorstanders van den Nieuwjaarsdag als feestdag, waren gewoon zich o.a. hierop te beroepen, dat hu het octaaf van 's Heilands geboorte kon heeten. Maar de Spectator meent te moeten opmerken, dat de instelling van het Kerstfeest op 25 December geheel wille keurig was. Want waarop berustte dit? Misschien alleen daarop, dat wij in oude jaarboeken achter 25 December lasen N. I. 8., hetgeen beteekende: Geboorte der onoverwinnelijke Zon" Natalit Invicti SoKs, die dan weer, begon op te klimmen tot haar zomerhoogte. Maar men verkoos er van te maken, Nalalis Jeiu Salvatoris, Ge boortedag van Jezus den Behouder", en stem pelde zoo een heideneen feest tot een chris telijk. Hij wijst er ? verder op, dat de 25e December, als geboortedag van Jezus, ook volstrekt niet sluit met hetgeen verder door de Evangelisten wordt verhaalt; dat de herders in dat jaargetij n!st des nachts met hunne kudden in het open veld waren, en 't met het Paascbfeest nog zó a koud was in het Joodache land, dat «en zich t>y het vuur moest warmen. Maat", zegt de Spectator tot zijn vriend, met wien hij op zijne kamer o rer deze zaak handelt: ik wil u laat en hooren, wat er wegens deeze herders in een oud Nederduitseh Paasionaal, te Ter Goude in koffie krijgt ala men hen niet wil hebben. Ten slotte cacao. Zetmeel is een zeer ge zocht vervalschings-middel. Maar ook dit is vry snel aan te toonen. Wanneer men een lepeltje van het cacaopoeder in een kopje doet en men giet er een beetje koken d-heet water by, dan wordt de vloeistof merkbaar dikker ala er zetmeel in het poeder geseten heeft, terwijl het dikker-worden niet merk baar ia by zuiver cacaopoeder. Alle hier beschreven proeven zy'n voor het dagelykscb. gebruik luim voldoende, ai zou er van wetenschappelijke zijde nog wel een en ander op aan te merken en bij te voegen zijn; alle vervalachingen zijn er stellig niet mee te vangen. Daarom voeg ik er nog een proef" bij, waar niet veel op aan te merken ia en die van groot belang kan zijn. Het onmisbaarste voedingsmiddel" is zuiver water. Terwijl dit dikwijls wel te krijgen ia, ia echter een even zuivere drinkbeker niet bij de hand. Publieke drinkbekera zyn nooit te vertrouwen; een eigen drinkbeker ia niet altijd dadelijk bij de hand, tenzij men er een maken kan. Wie een of hoogstens een paar maal de volgende herinnering aan Fröbel oefeningen opgefrischt heeft, zal er wel een a gebruik van kunnen maken, zonder de hand leiding erbij. Neem een vierkant stuk papier, waarvan de zijden ieder ongeveer twee decimeter zijn (een andere maat is ook bruikbaar, maar de hier genoemde geeft de beste resultaten). Ze flg. 4. ABC D ia het stuk papier (I); vouw dit om langs de diagonaal DC, zoodat het hoekpunt A op B komt te liggen (II). Vouw vervolgens de hoek D om, zooals III Holland 'gedrukt anno 1480 bö-Gheraert Leeu, gevonden wordt, waardoor ik in mfne ge dachten bevestigd ben. Hier vind ik o. a. in: Dra LEGKNDE VAN DIE QHBBOEBTBNIS8K O»S HEBBN «HSSU CBISTI, het volgende: '??'?'..;??? In der tij t soe waecten die har ders op haere endden, also ai pleghen twee werven des.Jaers; in den lancsten en in den corsten nachte. wnt weineer hadden die heyden en manier dat s i tel ken als die t r o e n 1) keerde dat is in désomer, omtrent sint jan baptisten daghe. en in den winter omtrent karsavont. dat si dan plagken te waken des nachtes om die eer van der sonne. En machsciea dese ghewoonte was op ghecomen onder den joden van den heydenen die omtrent hen w o en d e n." Dit laatste" merkt de Spectator op wegens de Jooden is valscb, al «o dat volk na de verlossing uit de Babylonische gevan genis zich nergens zo zorgvuldig als voor ' afgoderijen heeft gewacht. Wat 4en heidenen belangt, het is bekend, dat die der Zon eer bewezen, en naar allen schijn ook des nachts ten tijde haarer wendinge, zo des zomers als des winters, met grooter plegtigheid." lis nu op deie droggronden de dag van 't Kerstfeest eans was vastgesteld, moest die der be&nijdenisee noodzakelijk ep den eersten van de Roomsche jaartelling vallen, en hier om kan Nieuwjaar ook het Octaaf van Kersmisse genoemd worden." Hiernaar moesten alle feesten, die daar als van afhingen, regelmatig worden geschikt, waarvan ik er slechts noch ue, namelijk die van Maria's reiniging uit hetzelfde Paaeionaal voortbrengen zal, omdat daaruit mijne mee ning nog grooter licht erlangi." Dus spreekt het VAN ONZBB LIEVER VROUWENDACH TE LICHTMISSE. Die van roemen plaghen oec in febrnario offerbande te doe febrne ende anderen goden van der hellen voor dye sielen haer voor vaderen dat si hem goedertieren souden zijn ende al dien nacht soe loefden sise ende waecten met waskaersen ende ? met barnende fakkelen. Ende omdat swaer is oude ghewoenten te laten. Soe verkeerde Sergius die paus deze ghewoente ten besten dat alle dye werelt doer dye Kersten op deaen dach om die eere van onser vrouwen alle jaer draghen souden barnende wyende kaeisen, dat dus die feesten bleven souden staende met dat mense in een ander meninghe doen soude." De Spectator gelooft, omdat Sergins van 987?701 Paus was, en hij eerst den Vrouwendag heeft ingesteld, dat men ook veel later dan in de vierde eeuw begonnen is met het feest van Jezus geboorte te vieren. Inderdaad is het Kerstfeest" in de plaats gekomen van het,feest der onverwinlijke zon." £n werkelijk kon in geen geval de Nieuwjaars dag gelden als de dag, waarop Jezus besne den is. Dat was het wat men in 1750 bewees, ter verdediging, dat men van Nieuwjaarsdag geen kerkdag maakte. J. H. R. 1) Wending. Denk aan Zonnewende". aangeeft, zoodat de rechterkant van deze slip ongeveer rechthoekig staat op AC. Dan moet men hoek C zoover omvonwen dat het punt C op E komt te liggen, (IV) Vervolgena neemt men de hoek A (de daaronder liggende hoek B laat men nog liggen) en vouwt hem om volgens de lijn EF, waarna men hem.gemakkelijk in de dubbelplooi C kan steken (V). Eindelijk wordt hoek B achterover gevouwen, ook langs EF, waarna men den beker langs EF kan openen (VI). Da zoo gevormde drink beker ia, als 't papier zuiver was, ook zuiver, terwijl de rand van den bekermond overal uit dnbbelgevonwen papier bestaat, zoodat men geen gevaar loopt de lippen te snijden met de papierranden. Een beker van gewoon papier is goed genoeg om gedurende een tiental minuten water te bevatten, eer dat er gevaar voor lekkage is. Is er steviger papier gebruikt, dan krijgt men natuurlijk ook een resultaat dat langer duurt. P. VAN OLST. Fig. 3. KOFFIE-PBOEB. Zuivere koiüe (recht») drijft «p het water, dat helder blijft; vervalscMe koffi» zinkt (linkt) en kleurt het water dadelijk donker. _2T Fig. 4. HET MAKEN VAN EEN ZUIVBHEN DRINKBEKER UIT PAPISR. Voor de verklaring: zie bijgaand artikel.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl