Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER W EEKBJ, A D VOOR NEDERLAND.
H*t Palkfta Bandihi Piccolomini" te Siena, waar C.' ea M. Schuten?Antink
De Vreemde Heercchera" voltooiden.
-voltooid, 'l II ma*r ^weer een geval mér,
~r<R «t tele, die ire hebben gezien.'"
'?Wij zon «eer bevriend met den pas
toor hiör," vertelde de heer 8. verder,
..wij agn trouwens dol op de Italiaaneche
dirpa-paBtoors, raaa» deze hier zegt ook:
vroeger waa er veel armoede en daardoor
ziekte; de emigratie en het Amérikaanscbe
gdd heliben daarin wel Verbetering
gehfacht, maar sinds tientallen ju-en is de
?emigratie B iet. minder dan een manie
geworden, die het familieleven ontwricht."
Waar dan weer tegenover staat ie
invasie der Daitachera, die bezit nemen
van al de open plaate. Weet u wel, dat
er in Milaan alleen 60.000 Duitschers
stjnP MilaanBohe vrienden van ons ver
klaren, dat men 's Zondags in het park
zou meenen in Duitschland te zijn in
plaats van in Italië."
Juut als in Antwerpen," voerde ik
aan, .en ook Seheveningen en Rotterdam
zijn, dunkt mij, wel eenigszins paralelle
gevalle». Heeft u eraan gedacht P"
«Men moet in Holland," glimlachte de
heer S., «de schoenen maar aantrekken,
die onverhoopt mochten passen...."
Wij zwegen; en ik werd mij bewast
van mijn interview-voornemens.
Denkt u hier nog lang te wonen P"
Nog maar een week of wat. Zoodra
ons boek af is, en tegelijk de prachtige
drniventrjd voorbij, dan gaan wij naar
Siena. Wij moeten daar nog allerlei
dingen zien en herzien. En wij hebben
er nog de proeven van de uitgave in
'de Wereld-Bibliotheek te corrigeeren. Een
heel werk, want wij hebben het ongeluk,
of het geluk, nooit tevreden te zijn...."
En welk werk staat daarna op uw
programma P''
O, ik kan gerust zeggen: een mees
terwerk. Kapels! Rust, in Napels."
Maar Theodora begon dit gesprek
danig te vervelen. Ze was van tafel w
ggeslipt en zat met haar bizonder gracieuze
gebaartjes ik waagde te
verenderstellen, te mijner eere de coatadina"
«en paars fl u woelen 'beukj e" en een
groenzijden schort om te doen en
wou weten of ik haar zoo niet schitte
rend" vond.
B jn jij ook dien verschrikkelijk stellen
weg opgeklommen P" vroeg ik.
O daar geef ik niet om," klonk 't
kordaat, met papa klim ik altijd de
bergen op; en wij gingen 's avonds, toen
«r geen zon was."
.Wordt jij ook schrijfster later P"
Hèjakkie nee; zullie hebben altijd
proeven. Ik ga koken, als ik groot ben."
«iiimiliiiiiiiiiiliiiltiitiiitiiiitiiiiiiiiiitHHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiifiiiiiii
II
l)
De nieuwjaarsdag is een van de weinige
heideniche feesten geweest, die niet dan na
lange tegenstribbeling door de christelijke
kerk'zijn geadopteerd. .Waarom mei zich er
tegen verzette, is my niet recht duidelijk,
{was het wellicht om zijn nabnurschap met
bet kerstfeest?) want verschillende andere
gedenkdagen van de oudheid tegen welker
?opname in het kerkelijk jaar men geen
bezwaren had, onderscheidden zich door de
zelfde minder soliede eigenschappen, die
een aankleve waren fan de Calendae
Janu.arii'', in het oude Rome ge fier d met festi
viteiten, welke levendig herinneren aan het
latere Carneval.
Aanvankelijk was het voornamelijk, wat
het vooral na in Frankrijk tóg i?, een
ge«chenkfeegt. Het volk bracht dan geschenken
aan de Senatoren, dia van hun kant als een
tegen gift gastmalen en fuiven aanrichtten, waar
hei verre van rustig en ordelijk toeging. In
later tqd, voornamelijk toen
reedshetCarisieniom zich aanhangers begon te winnen,
werden daar gemaskerde en gecostumeerda
bachanalen aan toegevoegd, en hierdoor
ikVam de eerste dag des jaars by de vrome
luiden in een Biecht blaadje. Verschille
kerkvadeis, geiyk Tertulliarus, Ambrosims,
iugnstinus, hebben zich met oui-testamentieche
?zwaarwichtigheid tegen de viering van den
nieuwjaarsdag door het christelijke volk ver
zet, en da Trullanische synode te
Constant!nopel in 692 heeft er den banvloek over
uitgesproken, en als tegenhanger der
hei?densche zwelgpartijen op dien datum een
boete- en vastendag vastgesteld.
Dit streven ia aanvankelijk niet zonder
?vrucht geweest. Het kerkelijk nieuwjaar werd
zorgvuldig buiten den datum der hei densche
?feesten gehouden; het nam een aanvang,
?eerst op den 25sten Maart, later op het
Paaschfeest en vervolgens op eersten kerstdag,
waarvoor de «el logische, reden werd aange
voerd, dat, aangezien de christelijke jaartelling
aanving met de geboorte van Christus, ook
het kerkelijk jaar met den datum van dit
.groote feit behoorde te beginnen. Vooral in
JDnitechland heeft zich dit gebruik zeer lang
gehandhaafd. Luther nog heeft den 25»ten
December uitdrukkelijk als nieuwjaarsdag
vastgesteld, en van den kansel zich heftig
«itgësproken tegen de toen reedt meer en
Toon moest ik ook pop Jonanna zien,
en Jet j e, en Jantje, die eigenlijk Giovanni
heette en die zoo oattivo" was, altijd
de andere poppen klappen te geven....
Het poetig en pikzwart Italiaanse,
Adele, hing alweer verlangend en
oolijkglnrend aan de buitendeur....
Maar wat ook die Jet j 9 en Johanna,
vond ik, schitterende" jurken aanhadden
en prachtig opgemaakte haren, met
knoetjes boven de ooren En als ik
vroeg, of zy dat zoo mooi had verzonnen
of 'gedaan, was het onveranderlijk ant
woord: nee, natuurlijk Mamma!"
En dat bleef mij later wel het sterkste
bq van dit bezoek, waarvan ik niet
langer vertellen kan de Redactie zou
spijt krijgen van de aanvaarding van mijn
aanbod : in het Italiaansche bergdorp
het Hollandsehe kindje, waarop f en echt
Hollandsche moeder heel wat trotscher
was dan op haar beste kunst.
Zürich, 24 Nov. 1911. W. KERN.
Vaierlaiisclie Historie.
JX.
Nieuwe berichten over
Roggeveen's reizen.
Scheiptjownaal, gehouden op het echip
Tienhoten, tijdens de ontdekkingsreis van
mr. Jacob Roggeveen, 1721/Z2. Ditgeg.
door F. E. baron Mulert, in Archief
Z. Gen. 1911, 52?183.
Alles wat onze kennis kamt verrijken van
de roem volle zee tochten der vaderen, zullen
wy immer met blijdschap begroeten, nooit
moede te luisteren naar wat zij ons van hun
lotgevallen vertellen, al is natuurlijk niet
alles van gelijk belang. Mr. Jacob Rogge veen
verdient in meer dan n opzicht onze aan
dacht. Zoon van een Middelburger wijnroeier
(d. i. die met de wynroede meet hoeveel wijn
er in een aangestoken vat staat)
ArentRoggeveeo, die meteen uiterst kundig was in de
theorie der zeevaart, geboren 1659, meester
in de rechten aan eene Franse hèhoogeechool,
van 1706 tot 1714 Baad van justitie te Batavia,
waar Valentijn hem in 1712 kende (O. en N.
Oott-Indie IV, l, 387) keerde onze Jacob naar
't vaderland terug, om in heftijze theologische
twisten betrokken te worder. Welken
nederlander trouwens overkwam dat niet als een
soort van nationaal noodlot? Ten j ar e 1706
was de fel vervolgde Ponliaan van Hat tem
tot lijn rust ingegaan. Hu was predikant
geweest in St. Pbilipsland en in 1683 afgezet
als sielverderffjlyk ketter", besmet nl. met
spinozisme. Dit is door alle latere historici
nagescbrever, (ook baron Mnlert spreekt er
bis. 57 van), maar ten onrechte. Wijlen prof.
van Manen heeft uit de offlcleele
procesiiitiimiiiiimiHiiiiiiiiMmimiMiiiiiiMHMiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiimimiiiiiii
meer opkomende gewoonte van
nieuwjaarsviering op den eersten Januari. In een zijner
predikaties zegt hy: Wir Christen genen
nnseren n en en Jahrestag an, am heiligen
Christage, wie die Jahreszahl zeaget, dass
man schreibt: lm Jahr nach Obristi geburt";
en in zijn Kinderlied auf die Weihnachten",
het beroemde koraal Vom Himmel noch da
kom ich her" laat hij de engelen het nieuwe
jaar bezingen:
Lob, ehr sei Gottimhöshsten thron,
der uns schenkt seinen einigen eon.
Des frenen sich der Engel schar,
nnd singen uns solchs nenes jar.
Niettemin heeft het oudere gebruik het
jongere betrekkelijk spoedig weder terug gezet,
en na Luther's dood is weldra ook kerkelijk
in Duitschland de eerste Januari aangenomen
als begin van den nieuwen jaarkring. Pailippus
Melanchton is de eerste der hervormers ge
weest, die daartoe het voorbeeld gaf.
In Nederland was hat Beqnesens, die in
1575 paal en perk stelde aan de al te groote ver
warring, welke er ten opzichte van het nieuwe
jaar heerschte, want op grond van oude
traditiëu hielden venchillendn groepen van per
sonen er elk hun eigen jaarrekening op na:
Paschen, Kerstmis, l Januari en nog andere
data waren in bonte warreling als aanvang
des jaars in zwang, en het was een verdien
stelijke daad vaa den Spaanachen stadhouder,
dat hij een einde maakte aan deze al te groote
verscheidenheid van inlichten. De
nieuwjaarsvieting was overigens ook hier reeds zeer
oud, want onze Bataafsche voorouders vierden
met offers en drinkgelagen en maaltijden het
Joelfeest", het feest der nieuwe zon, dat ze
wellicht van hunne Bomeinsche
overheerschers hadden overgenomen. En het moet
daarbij wel buitengewoon ruw zijn toegegaan.
Dit althans valt op te maken uit het feit,
dat de christenpredikers, in wonderlijke een
stemmigheid met de elders gevolgde tactiek,
ook bier z'.ch verzetten tegen de overigens
met zooveel toegevendheid aangewendde
opname van het heidensche feest binnen
den kerkeljjken kring.
Eligius verhief met gloed zyn stem tegen
het Aloude volksgebruik, *n bromde zelfs op
de gewoonte om elkander ter gelegenheid
van den «jaersdag" geschenken te vereeren;
maar deze boctpredikatiën waren vin zoo
geringe nitwerking, dat Bjnifaciug ze plus
stukken en's mans eigen geschriften duidelijk
aangetoond, dat Pontiaan veeleer een van die
mystiich getinte piëtisten !? geweest, .die naar
p-aktische vroomheid uitgingen, naar een
innerlijk doorleefd christendom in tegen
stelling met het uitwendig, dogmatische. Zfln
verbitterde inquisiteur dfc Carolus Tuinman
van Middelburg mog» hem jsociniaanschen
en Sfinozistijchen waanzin" hebben aan
gewreven, in waarheid was hij een rustig,
vroom man en alleen omdat hu (naar den
geest zijnen tfld vooruit) leefde in dagen van
zoo felle leervergoding, is hij a1» een pest der
kerk afgezet. Mr. Jacob nu, onder de be
koring van Van Hattem gekomen, had in
1718 het eerste deel doen verschijnen van
Den val van 'a werelds afgod ofte het
geloove der heyligen, zegepralende over de
Leere van ey gen geregtigheid, klaer vertoont
in de nagelaten schriften van Pontiaan van
Hatteoi", waarop hij 1719 dl. II en III volgen
liet (IV is van 1727). Aanstonds vroeg classis
Walcheren het te verbieden en die van Mid
delburg, door den kerkéraad aangezocht,
ontzegden hem 3 Juni 1710 het verblijf binnen
de stad en de crimineaie. jurisdictie van de
zelve. Zyn gematigdheid en zachtmoedigheid,
zQn sterke afkeer van gewetensdwang maakten
hem dit vonnis dubbel ondragelijk en xoo
groeide in hem het begeeren naar den
eindeloozen oceaan, naar den ruimen horizont der
wijde wateren, naar breede deining en frissche
koelte, ? opdat hy nit de engte der
vaderlandsohe kerktwisten in het vrije uitbreken
mocht. De W. I. Cie gaf hem drie schepen
voor een reis om de wereld, ter mogelijke
ontdekking van dat denkbeeldige Znidland,
nog in Cook's dagen vermoed (Re>ien, vert.
d. J. D. Pasteur, Lsyden 1795, I 27) en
l Aniustns 1721 teilden uit Teiel nit de Arend
van 32 st. met 111 man, de Tienhoven van
24 st. met 80 man (Mulert geeft blz. 181 een
uittreksel uit de monsterrol) en de
Afrikaansche galey van 14 st. met 33 man.
O ver dezea rampspoedigen tocht bezitten wij
reeds eene groot t literatuur. K. F. Bahrens,
sergeant der mariniers a/b van de Arend",
(af in 1739 in den Haag e ene Eistoire de
l'ezpédition des trois vaisseanx" enz.; anonym
Tweejaarige reyse rondom de wereld ter
verder ontdekkinge der onbekende
Zuydlanden" enz. Dordr. 1728 (door mij gebruikt;
voorts 17582, 17643, 17744); Dagverhaal der
ontdekkingsreis van Mr. Jacob Rogge veen,
uitgegeven 1838 in de Nieuwe werken v.
h. Z. Gen. L 8°st., XL en 205 met een
kort levensbericht door S. de Wind.
Buitenlandsche literatuur geeft Malert blz. 61.
Eene ontdekkingsreis is het inderdaad ge
weest. Op 5 April 1722 betrad Rog?eveen
voor het eerst het Paascheiland, omdat wij
het op den eersten paaschdag ontdekt heb
ben," Tepoto op on se kaarten in den Pamitoe
archipel, gelijk volgende reizigers hem daar
van ook altijd de eer gelaten hebben (Cook,
Reizen, vert. door J. D. Pasteur V 199, 213,
ver»r. ook Staart, Di mènscfi op den aardbol,
1802, I 214). Hem dankt men al verder de
ontdekking van Dageraad (tegenwoordig
Manihi, op 25 Mei), Avondstond (tegen
woordig Apataki, op 27 Mei) Mearderzorg
(iroetoaa, op 28 Mei), Goede verwachting
(Bangiroa, op 30 Mei), Eü'and van verkwik
king (Makatea, op 2 Juni), eindelijk de
B-jumans eilanden (Manoea, op 14 Juni) en
twee van de Samoa-groep t. w. Tienhovea
(Toatoeila) en Groningen (Ojpoeloe), beide
op 15 Juni. Treffend is het in net Dagverhaal
te lezen, om welke redenen de ontdekte
eilanden juist zóó werden genoemd, tref
fender nog te bedenken, dat Roggeveen voort
durend te kampen heeft gehad met de
scheurbuik onder zijn bemanning, zoodat
hij 2/5 in het geheel verloor l Esn treurig
hoog cijfer, vooral voor wie bedenkt, dat
Schouten en Lsmaire (1615?1616) van 80
man er maar 2 verloren. Vanwaar dit groote
verschil 1 Baron Malert vertelt ons (blz. 52),
dat vermoedelijk de O. I. C.,'die zich op
berging en bewaren van victaaliën beter
verstond dan de W. I. C., uit najj ver daar van
niets heeft willen mededeelen. Aan deze
verfoeielüke taktiek zouden dus de matrozen
gewaagd zijn. Het is dezelfde blinde j aloude,
dezelfde booze invloed van het monopolie
stelsel, oorzaak van zoo menige zwarte blad
zijde in onze koloniale geschiedenis, die er
Gouverneur- Generaal Z waardeeroon toe bracht
minus honderd jaar later nog weder met
evenveel klem en met evenveel recht her
halen kon. Hij schreef er ook over aan
Paus Zacharias en kon daarbij niet nalaten
tevens van een hachelijk precedent te reppen,
en den kerkvorst er op te wijzen, dat in zijn
onmiddelyke nabijheid het gewraakte feest
der heidensche nieuwjaarsviering nog al te
zeer bloeide. Volgens ter Gouw echreef bij:
Het helpt mij bitter weinig of ik al voor
de Friezen en Saksera preek, om die
Hei'densche gebruiken op den eersten Januari
af te schaffen, wanneer er mannen onder
hen opstaan, die zelf te Rome geweest zyn,
en my tegenwerpen, dat dezelfde zaken, die
ik verbieden wil, te Rome openlijk worden
geduld."
Da viering van het oude en nieuwe jaar
op dien verwenschten en venchopten eersten
Januari zegevierde nochtans over alle vroom
latyn, hield zich ondanks hof gebruiken en
kerkelijke bevelschriften als volksfeest door
de middeleenwen staande, en bracht het ten
slotte (we zagen het reeds) tegen het einde
der zestiende een w tot officieeJe erkenning.
En sedert dien tijd heeft noch de kerkelijke,
noch de wereldlijke maeht zich er mee be
moeid, de glorie van dien goeden ouden
jaersavond" en jaersdag" ta fnuiken, en
ofschoon mpder wild en minder uitbundig,
wordt ze nog immer gevierd met vele ge
bruiken en gewoonten, die het oude Rome
voor dezei gedenkdag uitvond. In de her
innering van sommige volken is intnsschen
nog altijd een duidelijk verband gebleven
tusschen Nieuwjaar en Kerstmis. De
nienwjaarswensch geschiedt hier in Nederland op
dien eigen dag, maar in Dnitschland wenscht
men elkander gute nnd fröhliche
Weihnachten" en in Engeland neemt men 't
verband nog typischer door de beide feesten
onafscheidelijk saam te voegen in den stereo
typen wensch: i merry Christmas and a
happy New-Year". De gedachte aan den
gelukwensen bij den aanvang van het oude
kerkelijke jaar, is, dankt me, hier niet nit
te sluiten.
Als grootste feest van het jaar wordt met
zijn Etrennes" (geschenken) het Nieuwjaar
uitsluitend gevierd in Frankrijk, waar het
dezelfde beteekeuis heeft ala het Hollandsche
St. Nicolaas-feest, en de Dniteche en
Engeliche Kerstmis". Dit woord Etrennes" leidt
men af van de godin Strenia, in wier heilig
Een gesprek tasschen den Arabischen Scheik Abdoellah en den aanvoerder
der Turksche troepen in Tripoli, Moessa Mehemet. Deze laatste wordt
beschreven als ongewapend zich bewegend onder de voorposten, enkel mat
een ebbenhonten stok in de hand. Schets van den eenigen by de Turken
zich be vindenden correspondent-teeken aar Seppings-Wright.
mini minimum luuiuuiMiiuiilMiMutiimuuiimimiiiiiimimMiutiimtilmuuilMliMiuuimiiliimuiliiiiiHiiiiiiiioiliiiiiiiiiiiiiii
om, toen Bojgeveen met zyn deerlijk ge
dunde en uitgeputte beiranning te Batavia
aankwam, schepen en ladiog in beslag te
nemen en ten ba'e der Compagnie te
verkoopen! Want haar kwam het recht tos
alleen eigeu scaepen in hare wateren te
dulden l" Op dezelfde schandelijke wyze
waren vroeger Schouten en Lemaire be
handeld. Het is cauxrelyks te gelooven, dat
domme bureaucratie en winzuchtig egoïsme
aldui hebben gewoed tegen moedige en voor
treffelijke zonen van het eigen volk. Mr.
Rogge veen werd met de retour vloot naar
patria gezonden. Den 80 Juli 1723 geraakte
hy binnen Texel, arm en beroyder" zegt
de Tweejaarige reijzt, ils wy uytgevaren
waaren, en bragten voor al de ingebeelde
schatten ... niets thaya ala ijdele beurzen en
afgematte lichaamen..." (blz. 147). Aldus was
ook hier weer ondank dar braven loon, en
begrypelyk is de verontwaardiging, waarmede
op het schutblad van het door ons gebruikte
exemplaar der Tweejaarige reijze, eene latere
hand bepaaldelijk op die schandelijke ge
beurtenis de aandacht vestigt. Wat Roggeveen
aangaat, der kerkelijke inqaisitie ontvlucht,
was hu van dommen handelsnayver het
slachtoffer geworden. ?
Het thans uitgegeven journaal van kapitein
C. Brouwer van de Tienhoven" loopt tot
15 Juni, de ontdekking van de eilanden
Tienhoven en Groningen. Het leert ons voor
eerst, dat Bonman een hoogst bekwaam
zeeman was, daarin zeker de meerdere van
mr. Jacob, niet gewoon ook zijne meening
te verzwijgen. Als hy op zeker eiland
aanwoud het oude Rome gedurende de Calendar
Januarii bloeiende verbena-twygen ging pluk
ken om ze aan de senatoren te schenken.
In de middeleeuwen schijnt het nieuwjaar
voornamelijk als geschenkfeest gevierd te
zijn aan de vorstenhoven, die wellicht bewust
het klassieke model uit oud-Rome volgden
Maar, gelijk vanzelf spreekt, bleven ook de
onderdanen niet in gebreke een minder 4uxu ?
ense navolging te geven van het voorbeeld
hunner heerscher8.
Zoowel aan het Engelsche als aan het
Franscte hof werd weleer van dezen dag
veel werk gemaakf. Een oud Engelsen ge
dicht van Barnabe Googe zegt:
The next to this is Newe Yeares day,
Whereon to every frende,
They cortly presents in do bring,
And Newe Yeares gif.es do gende.
These gif tas tae hnsband gives bis wife,
And father eke the childe,
And maister OH his men bestowes
The like, with f*voUr milde.
Voor de hovelingen werden dese nieuw
jaarsgiften in later tijd een belasting, die men
door oud recht aan den vorst schuldig was.
De vorsten ontvingen dan van de hooge
staatsambtenaren een beurs met goud, die
van twintig tot veertig ponden inhield. Alle
peers en peereases, alle hoogere
hofbedienden, tot zelfs de keukenchef in kluis, gaven
dan vorst zijn nieuwjaarsfooi, die ook weieens
uit een kostbaar geschenk bestond. Men be
weert o. a. dat de j aweelenschat van Koningin
Eiisabeth bijna geheel was bekostigd uit ge
schenken en sommen gelds, die zij op den
nieuwjaarsdag van haar hovelingen ontving.
In Fraakryk (ik zeide het reede) is nog
immer de nieuwjaarsdag als geschenkdag in
voile fleur. Men maakt er vooral werk van
prachtige doozen met hé&Apns, die de typische
Etrennes" zyn. Men bétert, dat er voor den
Nieuwjaarsdag in Parijja meer dan een
millioen francs aan bonbons wordt gekocht.
Het Nienwjaarsfeest in Parijs is dus bovenal
ean feest voor de patissiers, hoewel men ook
andere geschenken geeft, die aan de kostbare
Nieuwjaarsvieringen uit den koningstijd herin
neren, toen de geheele hofhouding een wed
strijd hield om den fraaisten en rykstengift aan
Zijne Majesteit te vereeren. Wagonladingen
vol fraaigheden Werden op dien eenten
Jannari-morgen in d« koninklijke
aparteraadt een onderzoek naar mogelijke
parelbanken in te stellen, luistert men niet naar
hem, tgeen gans niet met mijn zin geschiet
is" (blz. 163). O rer 't geheel is dit journaal
een eerherstel. De legende, dat hij, van de
beide andere echepen afgedwaald en door
de S :raat van Magellaen gevaren, tot op 64 gr.
53 min. Zuiderbreedte uit de koers zou ge
raakt zijn (Twefj. reyze, blz. 37) was aan
Behrens niet beken 1, kon door den uitgev»
van het Dagverhaal niet worden weersproken,
omdat hy on) journaal nog niet kende, doch
blijkt thans een verzinsel. Van 29 December
1721 tot 27 Januari 1722 is de Tienhoven
dicht om Kaap Hoorn gegaan en is pal
noordelijk tot Jnan Farnandez doorgeze.ld,
terwyl juist de beide andere echepen, op
22 Januiri een groot eind zuidelijker, een
veel grooter boog om Kaap Ho.orn gemaakt
hebben.
De taal van Echipper Bmman is levendig,
niet zoo frisch en bekoorlijk als de taal dier
17de eenwsche scheepsjournalen, waarop
Kalfl gewezqn heeft, maar toch vaak treffend
sober en met lichten humor. Een koebeest,
dat zij aan boord kregen, .scheen de dood
self te verbeelden" (72); een inlander rende
als een pegasus op ons af" (UO). Hoe dank
baar maakt hy melding van een mooy
lughtien" na z waren storm (134), van delicate
creefte»" voor de zieke nanschap (123) en
joe vromelyk vermeldt' hy, dit God tot hun
behoud dei wind westelijk ar schieten liet"
(U4). Hij is voorts een goed waarnemer en
bespeurt, dat Roger's beschrijving van het
eiland Juin Fernandez (vanwaar hij in 1709
iiiiiiiiiimiMiniiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiMiiiiMiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiniiiiiii
menten gebracht, vaak praal volle wer
ken van kunstenaars en kunstenaressen,
waai aan het geheele jaar gearbeid was. In
1824 schonk de Hertogin van Bsrri aan den
koning een compleet salon-amenblemen van
Chineesch schilder weik,dat zy zelf eigenhandig
vervaardigd had. Een zelfde weelde heerschte
ook ondar den adel, en niet zeldzaam waren de
gevallen, dat een edelman 8000 a 10000 francs
par jaar op zyn begrooting uittrok voor ge
schenken op den nieuwjaarsdag. In Engeland
behoorden kostbare geborduaide handschoe
nen in de hofkringen tot de geliefkoosde ge
schenken op nieuwjaarsdag. Wilde men 't
geschenk nog wat wichtiger maken dan vulde
men deze handschoenen met goudstukken.
Rieds in dien ouden tyd waren het
niet alleen de vorsten en edelen, die ge
schenken ontvingen, maar ook de mindere
man werd bedacht met giften en gaven, en'
men weet dat 'c nieuwjaar deze niet zeer
aangename eigenschap ook in ons land
behouden heeft en dat de in onverzwakte
kracht gebruikelijke nieuwjaarsfooien nog
menig; kwartje rollen doeo. Verder is ons
weinig eigenaardigs gebleven van de oude en
nienwjaarsavond-viering. Ter Gouw vertelt dat
men weleer in 't oude Holland op den St.
Sylvester avond oblieën of pranwels bakte, welker
opgerolden vorm een symbool zou zyn geweest
van 'c nog niet ontrolde jaar; ik herinner
me echter nog alleen, dat myn grootmoeder
op dien avond ons vergastte op oliebollen
en appelflippen. En wil men in dese simpele
gerechten een voortzetting zien der
zwelgp irtyen van 't .oude Rome, die de ergernis
opwekten der kerkvaders en zendelingen,
dan ia onze tijd reed a weder veel dichter
tot de klassieke oudheid genaderd, getuigen,
het de viechhandelaars, die duizenden
oesters afleveren, en de wy'nhandelaars, die
hoogty vieren over het knallen der cham
pagne kurken. Maar wat .we zeker niet nit
oud Rome hebben, dat zijn de geweer- en
pistoolaalvo's, waarmee het volk door geheel
Nederland nog 't oude jaar wegschiet", een
eerlijker symbool voor onze wereld van stry'd,
dan de Onvervulde vredezang der engelen
in den Kerstnacht.
J. D. C. VAN DOKKUM.