Historisch Archief 1877-1940
8 '
D,E A tt S TE B DA M MER W E E K B L A D V O O R N E JXE R LAND.
Nö. 1812'.'.
Xaigtlbtrg, GhHta»Mahkr.
Het ia na de goede tftd om te aokifjven
OTWT Willem Mengelberg, die al enkele jaren
geleden een.nienwecoheppliigsperiode begon,
waarin ztfn hartstochtelijk en daimocisch
GUSTAV MAHLBB,
naar een ets van Emil Orlik.
.karakter tot volle uiting geraakte en tot
opaerate, gulle effaaie van leven en muziek.
Htf'ii «o wakker vaa g«oetdii/t m
tchoonaa|| of tot bat goaiaio vaa afla wezen
behoort 4* af «e BMMleepende macht bezit
" vaiiiart het ook ia doa
Wfcwaumeo. h| betoovert, te
: bt aet beal»we»kt bfl als oen
va»dw, mraa, dan gaaat.de muziek
- ?^**£j^&JlF ***** *?* in
"a«artl«4wS5WeTnwwr «en nietb
*FH babeewohl atea en i»tcigalHkertfld
' impreaHol.!»* dat h|j de golving
Mis aaotttweoaual det elfde cadans
Bi woat sfla vertolker»onder
to teeafoa vaa s?a phaBtaaUsch
'ad porieJ, doch «teut het
do beteokoaia en motorische
coaeopUe to
verdaldetaae klank bovaait ham,
?9»«<lpl»jlaa «blak»«on gedeht krijgt
~"-t-J-"-T «B»verschiet van
2=
if
*,
fc
S,
de compeelüe ia de
efeweatratie ea doordringt
«?om. «peten out die
rlaaiiBea, terwijl men
aa* 'J!»bewustzijn ontgaat,
t.tMM»wfcrk, bezonnen en op
vaa «eiiatie. Bet is bfl «alken
te betreuren dat de
muziekbeschoawing der aeathetikers, en hierin stemt
d* wetejeviAg voor leligiense (katholieke) ea
opeabare masiak eigenaardig overeen, dat
beiden gekerkerd liggen en kwenen in het
Terra! «ener tastende, bedachtzame en
ach?aHoohtige eeow, het is te betreuren da «-die
* nog im»«r bet
dne-en-vierkwarU. moBOpoUaeeren, elk mathetnatiich
erkatzOTMlkeQ en teder meester honen
bttterheden of bittaraoete waardeering.
weet dat Mengelberg niet weinig t*
kampen had met dese schoonhddspaehters,
eYahem ban eigen saehtaardighedea verwfltea
aa haa eigoa panMbraxe elegieën van de,
Poeh; er sfa andere dingen te schrijven
Doodsmasker van Gtutav Manier.
eb men wil enthousiasme gaarne anders
niten al staat men dan weer voor het
onbeschrijfbare. Zaterdag gebeurde de uit
voering der Achtste Symphonie, Mengelbergs
Zondagmiddag-program ma verraste met de
Vierde, 's avonds werd de Achtste herhaald
en de intensiteit van z|jn geest was straf
genoeg om elke stemming te heffen tot haar
hoogste uitdrukking, welke men geen
oogenblik voelde in takken. En men kan niet
kiezen tnsschen dese bewonderenswaardige
reproductie», wanneer men den gloed der
visie vergelijkt, de kristallen kiank en klaarte
der Tierde en den oneindigen weerglans van
de zonneliefde der melodie of de schroeiende
koorlyriek van den Veni, Creator Spiritus
Mengelberg gaf ze vol, krachtig, verlokkend
beide, en ia hét gejuich (onmetelijk 1) der
hoorden en vereerders van den kunstenaar,
werd hu de Paraclitus, de aangeroepen e.
Mahlef zag den mensen in eeuwigen jammer,
in _ eenzaamheid, in jeugd in strüdgrage
schoonheid, in. dronken wanhoop, in den
sachten herfatavond van H leven, en deze
gevoelens, die ook een, volgende eeuw rollen
kwellen en ontroeren w|jl ze opdoomèn uit
elke herinnering, smart en weemoed, liggen
verstrooid over ijjaseven eerste gymphonieën;
die stemmingen iïk verdrongen in de Achtste
door de onverwinl|jke vreugde, jubel en
vertrouwen.
Dese klankea heerscbten vroeger in het
lied der aarde, doch na de gloria's en gigan
tisch»Amena van Palestrina kwamen M
immer seldiamer voor, niemand weet waarom,
Bach vond se niet, Beethoven eerst toen het
ongeluk hem dwong tot ondergangof algeheele
zelfverloochening, alleen deze gèsteltenia van
?UB sielalevcB hebben sfln epigonen nooit
geïmiteerd»en men kan zeggen, ondanks de
prometheoaiaohe pogingen van Berüoz in
sfin vaandelmanchen en visicnnahe
atiaatmuziek, dat Mahler de eerste is, die
Beethoven's vreugde-hymne voortzet.
Of net werk gebreken heeft t Misschien
evenzeer alt de Mlata Solemnis van Beet
hoven doch dit |jn dingen waarover- men
BOK aiet «preekt bfl des* vierde uitvoering
(München, Frankfort, Leipzig, Amsterdam)
en waarover men waarschijn) jjk nooit «preken
zal, omdat ia deze compositie eeae
schoonheid roep», hare essence enkel daarait voort
vloeit, daar behalve dat de techniek meester
lijk is. Ea het koor, hoe het de muziek
ook beheersehte en intensief voordroeg,
zal een volgende maal aet werk nog veel
.losser" weergeven, melodischer en
golvendar; klaarheid en expressie zullen groeien,
terwijl de zaag reeds beeft verrukt; er waren
fragmenten, gelijk de&loria- finale die vertolkt
werden met een duizelend lan, ea men
voelde dat er niet alleen eeaa sensatie uit
ging van de muziek, doch ook van koor;
dit «nidam ea die spoatane weUgaeid, die
tinteüng vaa verlangen en hartstocht, die
vlugge opatnwJag van klank aa vrije
rythmicohe vaart, galQk b.v. ook de herhaling vaa
deaVeai iaartto, ea wüd wegsidderde,of zooals
«opraaen «a altaa haa roaealied aeariedea..
zie, men ajteat zelf 10»% beetje beven fan
aaaatto ea vwüatt ,z|ja- op da melodie, of
knnkeren naar alting gel^k da dirigent.
Die prachtige hoedanighedeB waren er ea
ik bewonder ia te meer, omdat de worsteling
met het cffort /want Mahler schrijft soms
ongehoord moaUok) nog recent is, en er valt
niet aan te twijfelen Of dit blijkt eea vol
genden ken al ovarweaaea; die zwarigheid
immers bestaat zelfs b|j de solisten en
natuurlijk in sterker mate b|j het
jongenskoor, dat machinaal geoefend moet worden.
Boa muziek zelfi bfl knasteaaam" methode
ia geworden, eeae foat waarvoor de doctri
naire boeten verantwoordelijk «Dn, zag mea
aan dan Pater extaticnr, wiens voordracht
voor hetanf-und-abechwebendruitcbendeniet
toegankel||k was «a Mengelberg,trachtte te
vorgasfa haai er bevattelijk voor te makev.
Eén goede stem overigens, maar Gertrud
Forstel en Ottüie Metzger, de twee sopranen,
bezitten tienmaal meer temperament, na*
leve aanvoeling en bovendien haa magni
fiek gelald. Ik wil lader dar zevea
solisten niet bespreken, maar kan niet laten
om: den. Lvriaoben teaer dar Italiaansche
Opera (Nadal) even te vergeleken met dr.
Folix Senios; twee tegenstellingen. Senins
is het osagekeerde vaa een Italiaanschen of
Franschen tenor, h|j is een Daitachr. Ik eet
m|jn voorkeur voor warmen en weelderigea
toon, TOOT gouden ea lachende kleur, voor
Lyrische ingeborenheid op z^, doch verlaag
dan dat de tegenoverstaande Daitscher als
zoodanig redelijk goed ir. Wat i* echter een
tenor mot oen register tot f? En Benin*,
ronduit, loeit b|j g reeds als eea koe, terwijl
man bfl hoogere attiques(l) riskeert om te
vaüon. Men had hier Jac. TJrlas moeten
nemen, die dat partijtje wel even zou
instadeeren.
Er ligt voor den musicograaph eene
zeldrijkheid ia deze Achtste Bymphonie aa over
polyphonie, harmoniek, stemvoering, orgel
begeleiding, boege trompetten, tekst-exegese,
niaawoa koontf^ de twee kwart-intervallen
der Gloria-melodie, de rythmische construc
tie vaa het heele tweede deel op de
versmaat. van Allee Verf.angUche" over
de tonaliteit der twee orkost-taaschea-van
den Voai'Creator, de moüvlsche oenheid,
etc. onuitputtelijk! kan h& artikelen op
steller. Maar aet nut van dit alles bluft
twgfelachtig omdat délevend»musiek bier
alpha en omega ia; daarom staakte ik de
analyse vaa het F»ust-tafereel. En ik sta
even machteloos tegenover de impressie van
den klank, want voor elke tinkeling dezer
maziek verstomt alle woord. Ik kan n lederen
speler van hot Goncertgebonw-orchest roe
men, doch de uitdrukking en. kracht der
melodieën niet duidelijk maken, zelfs niet
ten naaste b|j. Men had Rodin's
Mahlerbuste in de zaal moeten plaatsen met een
krans, want de componist is dood, h|j
verging in het lied' der aarde, de groote
meester, en het smart me hem niet te kunnen
eeren, want z|jn dood is jammerlijk, nu,
w|jl die liebe Erde allüberall blühet
anf im Lenz and giünt aufs nen allüberall,
nnd e»ig blanen licht die Fernen..." Het
is echter de gewoonte dat een mengchsteifr,
voor h|j gecanoniseerd wordt! Ik benijd
Arnold Sckönberg, de Oostenr|jksche Debussy,
die hartstochtelijk schrijven kan (h|j draagt
hem z|jne Harmonielehre" op, een zeer
origineel boek): Dieser Mart y r er, dieser
Heilige aüsste gehen, ehe er sein Werk anch
nnr so weit gefördert batte, dass eresrnbig
seinen Frenaden berlassen konnte. Ich batte
mich damit begenügt, ihm eine Freude zn
bereiteB. Aber hente wo er tot ist, wüosche
ich, dass mein Bnch mir Achtung einbrlnge,
damit niemand daran voiübergehen könne,
wenn ich sage: Das Ut ein Crsnz-Grosier
gewesen.'
MATTHIJS VÏBMEULEN.
Soms wilt ge, voor een 8childer|j van laraëls
«taande, nu er eenzaamheid, en minder
uitleggend détail dan h|j er op bracht en er
op schilderde. De No. 7 en No. 9 van deze
tentoonstelling bij Tersteeg: Schemering"
en Het Einde van den Dag" 2yn bier-van
voor mij duidelijke voorbeelden. In beide
werken wordt beproefd de zachtmoedige,
en toch 'lyrische eenzaamheid van een mensch
in den avond gaand, weer te gever. En het
is den schilder b|j deele gegeven dit te ver
werkelijken. Met meer intensiteit aangezien, of
soberder be*repen,badden beide werken echter
gewonner.. Want de hutten die als het doel
van den avond-gang op de schilderijen ge
bracht z|jn, l|jken soms een toe-geven aan
een minder begrijpend wezen (het publiek)
dan waarnaar het overige van het werk zich
richt. Het. insinneeren in schoonheid" wordt
er door verminderd. Het lijkt, in werke
lijkheid, alsof . de schilder zichself ver
kleinde in dit toegeven, en ook in de
realiseering van deze batten (sooals soma in de
platte" pir ken die b|j schilderde) .de
derde afmeting niet voldoende gaf. En,
niet waar, m|)n vriendelijke volger, niets
is meer te mijden dan toe-geven; het ver
mindert de schat die nagelaten wordt door
de besten.
)*?;?;?
i^ *r.
,, ,? - ,.-?
' " *'___JP r '-I 'S *?
EEN CHBTIHCHX FOUTHKK FJBXKT.
Bovenstaande potloodsehets werd oas gezonden door eea hier te lande vertoevend Chinee», die ia oen begeleidend
iehr|ven de volgende verklaring geeft van z|jn politieke teekoniag: De overal opstekende onlusten, zoo werd m|j
alt China bericht, z|jn voornamelijk door toedeen van de jonge Mandsjoe-prinaen ontbrand. Joanfjikay staat daar
machteloos tegenover soolang h|j geen arootea finandeolea steun erlangt. Bot ia te weaschen dat dit spoedig gebeurt,
want *an hen hangt op 't oogenblik hit wel en wee van Chiaa af. Ik «tel China voor door de Draak, want deze
is niet, zooals men wel meent, het symbool der Mandfjoes, doch dat van ons land."
Een eigenaardig werk is No. 6, hot Mans
portret uit 18 S 7, ea het eigendom van den
heer 8. Muiikant te Amsterdam. Zoo de
datum hiervan juist if, was Israëls non zeer
jong. Het werk heeft een zekere kracht, en
hoewel de naam van Holbein hier b|j ge
noemd ia geworden Itfkt bet m|j, in zijn
realisme moer aaa de zwaardere werkwijze
der Breughel'a verwant dan aan die van
Holbeir, den Ijlen en atand-vastigen ichilder.
Hot ir, ook om den datum" een der merk
waardige zaken hier te zien gegeven. Om
iets anders noem ik n No. 10 Naaistertje''
Voor eea open raam zit een meisje met den
rug naar het licht. Het schilderij is vol van
symmetrie. EB door deze, en door de
verhoudingen dost bet in s|jn geheel (ea
toch met met welke verschillen l denken aaa
de Italiaansehe Madonna's. Er ia wellicht oen
weinig gelijk .gevoel in. Maar wanneer ge
zoo'n werk van G.orgione ziet: de Madonna
met Franetsens en Liberalis ter weerazfjde
van haar, of ge aiet een Bsllini, even
eens symmetrisch, dan U daarin de in
nigheid zeker niet minder, maar stellig en
veel maal meer. Dit is niet te vergeten.
De innigheid van een Italiaan is soms
in oen Madonna die eener vrouwe en die
eener Kor>ingin; en de innigheid van een der
Fiesole wiegelt even diepzinnig eq, diepzin
niger dan Isuë.'s intimiteit, ah een klare
bloem op ranken, blanken, stenge1. Dit is
altijd te bedenken b|j het oordeel dat wij
uitgeven ala een met eigen beeldenaar ge
?lagen mant...
Van de overige werken noem ik n:
een schets van David en Saul (No. S);
de «trljkstei" uft 18847; de Wandelaar;
de zware Last" met de sterke
evenwijdigbeid der vormen aan de basis van het schil
derij; op weg naar huis, uit Juni 1911 met
de lucht en het vreemde licht er in dat in
de laatste werken van Israëls als een adieu
eea teeken van het komend scheiden; te
vladen ia; ten slotte No. 5 Moeder en Kind.
' Ook dese tentoonstelling gaf in de verte geen
overzicht, maar ook zjj ia n «teen van het
gebouw der waardeering en van dat van het
definitieve oordeel voor ona. en ge
gevoeldet dat wel, ala wij; het stille ziften
van den Ttfd is bezig met Israël»; het werk
wordt ge-wand ter eeuwigheid...
E. van der 7en; S. Qaif. Knnatzaal
Kleykamp. In een vorig artikel trachte ik j niet
te bepalen, wat het gevaar is voor van der
Ven. Deze schilder van bloemen, en strevend
naar het te prijzen, zorgzaam modelleeren,
moet zyn ontroering bewegelijk houden.
Ik weet dat niets eenvoudiger te schrijven is
ea nieta moeieljjker soms te doen. Want
bet moot hem gaan, als ieder ander: op
zekeren leeftijd moet een zucht tot stil.
zitten en gedijen overwonnen worden; er ia
voor ona allen altijd waarheid ia de bewe
ring dat «e tteedi m «enig gevaar trmtig moeten
leven. Het doet de persoonlijkheid niet alleen
zich handhaven, maar het doet tevens den
geest zich reppen tot nieuwe mogelijkheden en
het winnen van deze ia weer de noodzake
lijke verrijking...
Het stilleven b|j van der Ven is m|j tot nu
toe meer dan z|jn Landechap.
De werke», van 8. Gaif die te ge
lijk met die van van der Ven te eten ge
geven z|jn, vertoonen weinig inventie, weinig
vinding-vollekracht. In een kinderportretje
Baby" is iets rechtstreeksch te waardeeren.
PLABBCHXB»T.
(Mart.
Het Hoofdbestuur der Pad vinders organi
satie vreest, blijkens een ingezonden stuk in
het N. v. d. D., voor een afschuwelijk mis
verstand door verwarring van de Organiiatie,
met den fndrindeK-Bond", waar niet deze
beginselen: het b|j de jeugd hooghouden
eener anti atheïstische levensbeschouwing,
gepaard met trouw aan den vont en liefde
Voor het vaderland een van/ de
fundamenteele kenmerken vormen." Zon niet alle
gevaar voor afschuwelijk misverstand ver
dwijnen, ala men de Organisatie eenvoudig
noemde de Eerste Nederlandsche
Antiathtïstische Levensbeschouwing Hooghou
dende Padvindera Orgacitatie", en den Bond
kortweg: de Eerste Nederlandgche
C-mtraanti-atheïstiache Levensbeschouwing Hoog
houdende Padvinders Organisatie?"
*
Volgena art. 28 van de Nieuwe Militie-wet
wordt wegens broederdienet van elk aantal
bioedera de helft, of, is hun getal oneven,
de grootste helft vrijgesteld." Deze bepaling
kan tot moeilijkheden aanleiding geven, in
geval men het er niet over eens kan worden,
welke van de twee helften de grootate i°.
De arr. rechtbank te Haarlem heeft in
den j are 1600 en twaalf, den vierden Maart,
b|j vonnia verklaard... enz., dat er ten aan
zien van den gedaagde sedert 19 October
llllllllllllHIIMItUflIlltlHIIimiltlllllllfUIIIIIIIIMHIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIlllllllir
1903 rechtavermoediea van o verlijden bestaat,
dat aan eiacheres wordt vergund een ander
huwelijk aan te gaan, en eindelijk dat ge
daagde zal worden veroordeeld in de koeten
van het geding." Zon dit nu niet oen goede
gelegenheid geweest «|jn het
halveeringstyateem van de militiewet toe tépassea, en
gedaagde op grond van zjjn precairea toe
stand te veroordeelea in de kleinste rJMftr
Te meer daar het vonnia eindigt we
hadden het bijna vergeten met de woorden:
De kosten z|jn nihil."
*
Het N. v. d. D. vertelt van een dame die
t|jdig wist te besluiten. Reeds vór haar
dood," schrijft het blad, stond het bij haar
vast een gebouw te stichten voor dit doel."
*
Parlementaire manuren.
De Minister deelt mode, dat w|j in
afwachting van het rapport van den
Rijkswater . Déberaadslagingen worden.
geslo'.en." (O, D.)
*
De vertooning had een raizesnkaip,"
(ff. S. Ct.)
De phonetiache spelling ia van ons. De
welwillende lezer zal het woord besjUiseji",
dat uitgevallen is vór een", ingevuld
hebben.
*
Een kilometervreter.
De Fiansche gezant Regnault ia te
Fez aangekomen en zal over een dag of
tien verder reizen naar Fes." (17. D.)
*
Van je vrienden...
Beden overleed m|jn trouwe knecht
Jan, die mjj 47 jaar goed en eerlijk ge
diend heefr. K|ju heengaan zal mij een
dan kbare herinnering blij ver." (Adv. L. D.)
*
Se wonderen der natuur.
Te koop zeven jonge kippen met
Haan (aan den leg)." (Adv. O. H. Ct.)
*
Hnwely'ks-Barean Fortnna",
Jericholaan 506, Rotterdam. Voor de Dames
een Dame aanwezig." (Adv. N. v. d. D.)
Ja, maar daar komen ze nu eigenlijk niet
voor.
MimimilMllimiMmiMiiMil
De uitgestrekte kolenstapelplaataen te Cardiff, zooals ze direct na het uitbreken der
Engelache mljnwerkerestaking verlaten achterbleven.