Historisch Archief 1877-1940
Nó. 1817
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
een waarlijk niet minder belangrijk middel
tot opvoeding in schoonheid, bjj ons schrome
lijk wordt verwaarloosd; ik bedoel de
wandprenten voor school versie ring.
Raeds vele jaren geleden werden door my
pogingen aangewend om met medewerking
van eenige anderen, te geraken tot de uit
ga re van een serie gekleurde lithogrsfUën
om schoolvertrekken en kinderkamera te
versieren. Door verschillende omstandig
heden werden deze pogingen toen gestaakt,
maar na mg blykt boe men in andere landen
op dit geaied uitstekende resultaten
verkrijgt, terwy'l bjj ons op averechtacae wyze
wordt gewerkt, voel ik my ged ongen op
nieuw moeite te doen om goede Hoilandacne
prentkiiQBt in onze schoolgeboawen te
brengen.
Vooreerst dient er dan op gewezen te
worden, dat prenten die voor wand versiering
bestemd zyn, niets met het onderwy a in een
of ander va* te maken hebban. Indien ten
gebruike by het 'onderwy'a prenten noodig
zyn, dan sollen die alleen d da r voor voor den
dag gehiald mogen worden; dat deze
leertame afbeeldingen, van wat dan ook, zoo
goed mogelijk moeten sgn, spreekt van zelf,
maar met kunst hebben zjj niets te maken;
my dnckt dat hiervoor goede fotografieën
naar dieren, planten, landschappen, eng.,
op duidelijke wjjse vergroot, uitstekend ge
schikt zyn, althans honderdmaal beter dan
de doode gekleurde prenten die tot na toe
gebruikt worden; verder lijkt m
decinematograaf het aangewezen hulpmiddel om aan
kinderen een voerstelling te geven van ver
schillende bedrijven en ambachten, terwijl
alleen voor feiten en toestanden uit bet ver
leden goede reproducties naar oude kunst
vertoond mogen worden.
Bedroevend slecht zijn de schoolprenten
die in de laatste jaren hier te lande ver
schenen zijn. De firma Woltera te Grocingen
exposeert daarvan in den Haag en te Rot
terdam een aantal, plus de oorspronkelijke
teekeningen waarnaar ze gemaakt werden.
Ik zal niet trachten deze afgrijselijke pro
ducten van wansmaak hier te beschrijven,
alleen wil ik er op wyzen, dat al deze pren
ten werden op steen geteekend door zooge
naamde vaklithografen naar aquarellen, wat
natuurlijk nooit tot een behoorlijk resultaat
kan leiden. Naar ik verneem is nog een uit
gever beiig om op deselfde manier de zaak
te vertroebelen.
Ook door hem werden in vereeniging met
een of meer onderwijsere verschillende min
of meer bekende achi ders nitgenoodigd om
van bepaalde Hollandsche landschappen schet
sen te maken, de wijze van uitvoering daar
van aan hen overlatende, maar met de bedoe
ling deze echetsen op een lithografisch atelier
te doen reprodnceeren. Een der genoodigde
schilders, op het gebied der lithografie lang
geen onbekende, stelde voor zyn ontwerp
zelf op steen te teekenen, doch dit werd hem
domweg verboden; de verschillende olie- en
waterverf schetsen zullen das zoo getrouw
mogelijk op steen worden gecopieerd, een
wijze van doen waartegen door kunstenaars
niet ernstig genoeg kan worden geprotesteerd.
Zn den catalogus van bovengenoemde R
./tterdamsche tentoonstelling zegt de heer
Hnib Luns eenige zeer juiste woorden met
betrekking tot school wandprenten. Deze heer
gaat echter verder en wenacht de
schoollokalen met wandschilderingen te versieren;
op desen radicalen wensen zal men echter
verstandig doen voorloopig niet in te gaan,
daar de tijd daarvoor m. i. nop lang niet
rijp ia. Als men de mislukte affiche voor
dese tentoonstelling en de flodderige olie
verf-schets in het academie gebouw ziet,
beide van den heer Luns, wordt men huiverig
bij de* gedacate aan mnnrachilderingen van
denze fden oorsprong. Zaer zeker ia er een
sterke neiging naar het decoratieve in de
moderne schilderkunst, doch te zeer nog
Btaan verschillende uitingen op dit gebied
apart, en voor bet versieren van
schoolloialen met wandschilderingen acht ik meer
eenheid in principen volstrekt noodzakelijk.
Voorloopig zijn de grafi cae kunstenaars de
aangewezenen om in de behoefte aan
scbooiwand verstei in g te voorzien ; met hoogstens
een enkele voorlichting van een
onderwijaantoriteic moet de kunstenaar geheel vrij
gelaten worden in de keuze van zijn
onderiiillHttiiiiMimmiiiiiiiiiiiiiiitiiiiMiiiiiiiiiiiiiimiiiiitiiiiiiiiiiiiMliiiiiiii
er zoo frisch en zoo vroo ijk nitzagt-n. Het
waren lieve kindt-ren, zei J»n ie n, hu moest
de lekkernij maar goed voor z« bergen ;'zijn
vrouw was dol op kinderen. Toen was een
oogenblik in boer Lammers de drift van al
zyn bloed omhooggezied, waa zijn bittere
baat in hem opgejammerd om uit te breken
en den vijand te vernietigen, en zijd buis
en zyn hof en de stad en de ganecbe,
stekende, tartende, opjagende wereld. En
die smartelijk-opvlagende kracht was terug
gekomen in hem zonder haar werk te hebben
gedaan, en baar gift had zich rerspieid in
zijn lyf en zyn bloed, tot een walging; hjj
had de prop van den eigen gal moeten
doorslik k n en gesidderd van het leed dier
doodeiy*e bitterheid. Want by had een oogenblik
met wilde oogen opgezien naar den pacht heer
en ay'n huis en hit had een oogeblic gevoeld,
in een snelle'dooi flitsing der bewustheid, de
machten die hem van dien hevig-begeerden
wraak terughielden, buiten hem en in hem.
De pachtboer met zijn huis en zijn eigen
dom was buiten hem, en in zyn binnenste
vermoordde hem de vrees voor de misdaad
der opstandigheid. De pachtheer was groot
en machtig; by' waa ontzagwekkend en
beheerschte Lammers' erf en land en zyn
vrouw en zyn kinderen. En aan die macht
en aan die ontzag wekkendheid en aan zyn
recht tot bevelen en regeeren leefde van
den goddelyken glans, die, boven alle begrip
van menschen, in haar wereldbeatnrende
verhevenheid niet zonder vrees voor onder
gang en verdoemenis was te weerstreven.
Door die lang gekweekte en bestendigde
angst voor de orerdaad en de wereld sche
meerderheid was zyn kemende begeerte
naar verzet en rechtvaardiging teruggeslagen
en neergtjaagd. Vernederd als een hond
had hij toen zyn verzoek om uitstel nog slechts
kunnen stamelen, zich beroepend op de
staking, die hem belette, zijn geld te ont
vangen, en zich beklagend over de ramp,
waarmee de dood van de koe hem weer zon
gaan., trtffen. Na een zwy'genspoos, die als
een diepe kuil van boozen heimeljjken
haatgeest tustchen hen beefde, was zyn verzoek
hem slechts aarzelend en als een zeldzame
duiding toegestaan. En hjj was heengegaan,
met zyn pet in zyn hand groetend, en met
zyn sigaren in de eene zak en de zoetigheid
voor de kinderen in de andere, als een tot
veidooving nijpende sluwe kneveling. En
werp, zelf zal hij Jan zyn prent .in het voer
dit doel het meeat geschikte materiaal, de
litbogrsfie, moeten uitvoeren en geheel voor
den druk gereedmaken; slechts dan is een
zuiver artistiek resultaat mogelijk, als de
nitvoeiing geschiedt door den ontwerper, in
het materiaal waarin het ontwerp ia gedacht.
Tsr tentoonstelling te Rotrerdam is ook
een inzending van de vereeniging van leer
aren by het M. O. In deze vereeniging bestaat
een commissie voor achoolwandversiering die
er naar streeft poe de prenten en gipsafgietsels
aan de echolen te verschaffen. Hoe lofwaardig
dit streven ook zijn moge, deze commissie
zal een anderen weg moeten inslaan om haar
doel te bereiken. Da reprodnctiea in fotografie
en ets die zy inzond zyn zeker heel mooi,
doch niet geschikt voor den waod van het
schooliokaal; wat hier vereiecht wordt is
een decoratieve gekleurde prent, zooals ter
tentoonstelling aanwezig; zy*n o. a. van Héne
Dufau, van Henri Riviore en van de uitgevers
Voigtl ander en Tenbner. Het is dunkt mij,
de taak van deze commissie voor
achoolwand versiering om de hier aangege ren richting
te volgen en niet te rusten voor zy' een serie
goede Hollandsche prenten tot hare beschik
king heeft.
S. Metrum.
Oordeel orer ie Trometieluri ii
(e I?1II« eenw,
De Vry metselaars zyn in de 18e een w aan
het oordeel der samenstellers van Spectators"
niet ontkomen. J. Hartog heeft in de
spectotariale geschriften van 1741?1800, van
wat by hier en daar over hen heb/c aan
getroffen het voornaamste vermeld. Menigeen
had het in de 18de eeuw te kwaad met de
Vrymetselaars. In het Zinrijk en achertzend
Woordenboek" hadden zij een hevi&en aan
val te verduren. Onder het motto:
'tQeheim derMetzelaars, het spel der razernij,
Bestaat niet anders dan in at 6 bedriegerij,
werd daarin een stuk opgenomen, getuigend
van groote bitterheid. Het was van algemeene
bekendheid, zegt de schry' rer, dat de Sociëteit
der Vrijmetselaars door een vreeaely'ken eed
gebonden waa. Wie" gaat hy voort
heeft deze Nachtuilen, die doorgaans in
den donker achermen, het regt .verleend om
hunnen evenmensch zoo zwaar een juk op
den bala te werpen? Weeten zy niet, dat
de wettige hooge Orerheid alleen de magt
toekomt om verbintenissen door middel van
eenen eed, iemand af te vorderen? en dat
buiten dit alle eeden, hoe genaamt, gods
lasterlijk en ongeoorlooft zyn ? De zaligmaker
der wereld leert ons, dat onze burgelijke
verbintenissen in niets anders moeten be
staan dan in : ja, ja. Dog onse zwarte
Naghthoesaren zy'n veel wijzer. Zg echynen met
hun gedrag een nieuw Evangelie te willen
invoeren, en een zedeknnde in trein te
brengen, die de ware Kristeiyke omverstoot."
Anderen hadden echter gunstiger gedachten
aangaande de broederscnap. De Denker,
ofschoon niet zeker, dat zyn correspondent
achter het geheim der Vrij metselaars was,
plaatste een britf over hen, waarvan de
inhoud eerder op te maken is nit het motto:
Qal dit nn ennemi dn crime
Caractéiise nn Fr au 9
Het hoofdoogmerk der stichting was,
volgens dien schrijver, verzet tegen het
priesterlijk gezag en alle inbreuk op 'a menschen
vrijheid. Het waren de redelijke en braave
lieden" in de gansene wereld, die zich in
deze broederschap aan elkander aioten. In
het Recueil des Chanrons, dat zy in hunne
zamenkomaten gebruikten, laa men regels
als deze:
Les erreurs, les prestiges
Par nous sont abattna;
C 'e B t ici, qu'on erige
TJn Temple a la vertu.
of op eene andere plaats:
Nous rompons la barrière
Des préjugéd trompenra;
Le compaa et l'éqnerre
Dirigent nos moeara.
met het onnicschreeuwbare leed van zyn
onderdrukten toorn, dat iy'n gang wankel
maakte van ondragelijke beladenheid.
Hy drentelde rond over den weg, aarzelend
en keerend, alsof hy niet besluiten kon, het
huis van den pacht neer ongeschonden achter
zich te laten. Zy'n nog jonge, bleeke, koortsig.
gevlamde kop hing neer, met diapy'nlykheid
van de wijzerplaat eener fijne veerkrachtige
schaal, die dreigt te zeilen knappen van
groven overlast. Intnsschen halden zijn voeten
hem reeda verder gedragen; hy waa het hek
van de groote villa al voorby, en liep den
kant van zyn huia op, onwillig overgeleverd
aan het gareel van den d win genden voort
gang. De zon zat op de schitterende hoogte
van den nasomerdag ten troon, tnsschen den
hemel vol stryd van als groote pluimige
vogels jagende wolken, over lucht en water
en land en leven liefelijk reg?erend.
Hy liap langen tyd orer den korten afstand
naar hui?, en toen hij by zyn erf kwam, en
daar zyn vader gaan zag, met da bloedschratn
nog nat aan zy'n wang, overwonnen, was
het als kon hy zich niet weerhouden, iets
van zyn marteling te ontladen, en liep hy
voelend hoa hy zichzelven wondde, in dien
tengelloof-nit brekenden drang o p den oude toe.
Je hoef niet meer bai me te komm 9 hoor l"
kreet hy, want ik skopje van 'teif af hoor l"
De oude bleef een oogenblik staan, geplant
op zyn kromme wydgespreide beenen, en
schudde weer zyn hoofd.
De mo'j niet zegge," ried hy
onverstaanbaar, en keeide zich dan om, om heen te
strompelen.
Vol stille gilling van wanhoop in zyn
hoofd, om dit uien we bijtende en toch onher
stelbare wroegingaleed, stiet boer Lammers
zich voort, het bruggetje over en den hof in.
In het middaguur, waarin de zomer al haar
krachten scheen in te spannen, om ze in een
groote en ateeda gedijende vreugdegift uit te
storten o ver de aarde, lag het erf, onder de ateeda
zuiverende, verjongende koelte van het water,
ala een verteedering achter den witten dy'kweg
in de laagte. In een volkomen afzonderende en
zoete rnstigtieid omstonden de korte
wy'dgetakte vruchtboomen het gry ze,groengelnikte
huisje met de schuur daarachter; door de
hooiige geuren van den polder zoemde er
gezang van insecten, en er ging vriendelijk
gekakel van trippelende kippen over het
gras, als in de liefelijke vredigheid van een
en de hoofdwet in hunne vermaken en uit
spanningen was in dezen regel begrepen:
Mesnrons nor plaiaira,
Et leglona nos déairs.
't Was wereldkundig, dat de loges in Zwe
den, Engeland en elders veel hadden gedaan
ter bevordering van het algemeen welzijn,
en dat de weldadigheid in 't algemeen on Ier
de vrij metselaars krachtig werd aangedrongen
en beoefend. Allen, meent de schrijver, ko
men in deze vereeniging thuis, Heidenen,
Joden, Giriatenen, Turken, die begrijpen,
dat zedelijke deugd da hoofdzaak van allen
godadietat is," en zyn oordeel over deze
broederschap komt hierop neer, dat zy eene
verbindtenia ia, die voormaala redelyk, thans
onschuldig ia, en welke nu gaen wettelijke
voordeelen, ten minste, ean aangenaam ge
zelschap en onzandige uitspanning verschaft."
J. H. RÖISINQ.
Berichten.
*Dan 29sten en SOaten April heeft by den
antiquair Martin Brealanër te Berlijn een
verkooping plaats van handschriften, welke
voor een groot gedeelte behoorden tot de
verzameling van Mevrouw Sophie Schneider
te Brnnswyk?Wilhelmshöie.
Onder deze ia ook een kostbare en in
teressante collectie muzikale antographen.
De nnmmera 471 tot 484 zyn allen hand
schriften van Richard Wagner, waarbij zich
bevinden een twaalftal zeer interessante
brieven van den meester, die ongepubliceerde
en onbekende gebeurtenissen uit zy'n leren
bevatten, en bovendien de complete Urschrift
des Ttxtbncb.es enm Lohengrin", waar be
langrijke afwijkingen in voorkomen van den
vaatgeatelden tekst. Het geheele libret ia
door Wagner zelf geschreven op folio papier
en draagt onderaan den datum 27 November
1845. Een facsimile van de slot-scène ia als
by'age by den catalogus gevoegd.
Verder bevat de collectie brieven van
Beethoven, en van dezen ook een paar be
langrijke, eigenhandige mudek-autographiëa,
onder welke een zeer vroege copie van het
Buaalied" en verder een canon van acht
maten, waarvan zelfa de ly'nen door hem
zelf uit de hand getrokken zyu. Beethoven
noemde dergelijke muzikale extemporé'a zyn
visitekaart j s" en de In deaen catalogus
gefacaimileerde, werd geschreven op een dag
van 1825, toen hy Dr. Braunhofer bezocht
had, en desen niet thuis vond. Haastig bracht
hy deze enkele mnziekmaten op papier en
liet ze ten huize van zyn geneesheer achter.
De tekst luidt: Ich war hier, ich war hier,
Doktor, ich war hier!"
Verder bevat de collectie ier
mnziekmannacripfen van Mozart en n fragment
van een geheel onbekend werk van dezen
compooist in een copie door zy'n zoon.
Het ia te verwachten, dat de
Amerifcaansche verzamelaars op deze anctie hun dollars
zullen doen rammelen, en dat er dna ten
gevolge van de tot een belachelijke hoogte
opgedreven pry'sen, weinig van in
Dnitschland zal blyven.
Waarde Redacteur!
Even een antwoordje aan uw inzender in
het No. van 14 April, den beer G. Nolat
Treniié. Ik ben het, ook in 'c algemeen,
volatrekt niet met hem eena. Ala wy tegen
woordig een of ander, nog niet sedert eeawen
gebruikelijk, Nederlandsch woord bezigen,
dat door zyn klank en vorming aan het
dnitsche equivalent heriinert, wordt dat
onmiddellg'k door de beeren puristen een
germanisme genoemd. Ik vind dat erg over
dreven. Van huis uit" heb'ik al door myn
grootouders hooren zeggen. Mocht dat niet,
omdat de duitschers ook spreken van von
Hause ans"? Beduidend", voorradig",
billyk" (voor goedkoop) zyn woorden die wy
niet noodig hebben; voorradig" vind ik even
leelyk ah uitstedig"j(^een germanisme, maar
kloosterhof. Weinig klimop kroop als een
zachte beslniping van teedere genegenheid
op tezen het lichte grijs van de eene muur;
o 'er de ander hadden twee ruizelende popels
hun lenige fi j o groene bovenlichamen gelegd,
aangedrukt tegen het dak en den nok zoekend
als hoopten zy nog eens het gansche huisje te
kunnen omgrüpen in een zacht-bartatochteiy'k
verliefde omhelzirg. Van binnen klonk zacht
geklink van lepels en hakkelend
kindergepraat. De vrouw verscheen aan de deur en
riep hem met haar zangerige stem toe, te
komen eten. Boer Lammers slingerde zyn
lyf door den hof, boordevol van wanhoop,
spyt en woede. Hy voelde allen stryd te
moeten verliezen, en wilde toch al zyn bit
terheid uitleven. Hy liep naar achter het
erf op, langs de oude vergroende
varkenshok j ea, de begroeide kalverschnnr, en de
atil-droomerige plek, waar onda wt-ggeworpen
stukken tuig in de kalme zon lagen te stoven
met die molmige mijmering der in warmte
verterende stof, waaruit de rust van uit
gestreden leven acby'nt op te suizen. Maar
hy kon nergens den stilstand van zyn kol
kende en on verzwakt opjagende verbitte
ring vinden. En hy dreef zich naar binnen,
om zich met weinig bitse woorden aan tafel
te zetten. Da kinderen zaten reeda te
trampelen en van de schaal te anoepen, daar
vader hen zoo lang had laten wachten. En
men ontblootte het hoofd en kruiate zich
borat en voorhoofd, en bad. Boer Lammere
had onder het oogenaluiten aan niets van
zyn gebed gedacht, hij had een hevigen
tegenzin gevoeld in de ootmoedige overgave,
hy waa niet in staat voor den geringsten
deemoed iets van zyn opstand te breken.
De vrouw vroeg of hy* uitstel gekregen had,
en hy knikte; zy had zyn wilde oogen gezien
en vroeg niet verder, maar snauwde bij de
onbeduidende ondeugendüeden der kinderen.
De lepela klikten met het drukke en onre
gelmatige geluid van een onvoegzamen honger
door de kamer, die was zonder een enkel
woord. Opeens, terwijl van dicht langs het
huis op den weg het zacht gedrnisch van rijtuig
banden doorgromde in de kamer by het
dartel getwinkel van een hoofdatelbelletje,
riepen dekinderen vol hnnkerige bewondering:
,,'n Raitoig... 't raitoig van meheer Janstl"
Zy lieten zich van de atoelen glijden, om
naar het raam te gaan en de equipage na
te zien. Boer Lammere sprong op met een
daarom niet minder leelijk); in 't algemeen
ben ik er zér voor by de (hoogst noodzake
lijke) voortdurende uitbreiding van onzen
taalachat rekening te honden met de wijzen
van woordvorming die aan het nederlandach
eigen zijn; maar zich te laten terughouden
van het gebruiken eener uitdrukking,' omdat
die toevallig in het dnitsch (of een andere
taal) ook voorkomt, lijkt my overdreven
nationale trots oftewel chauvinisme.
Maar nu, meer in 't bizonder, het woord
Kumtenaarshuie. [De beer Trenitéspreekt van
Robbers' Ennstenaarshnis; dit ia stellig
minder juist dan menig germanisme 1] Het
gebouw zal worden bet Huis van de Kun
stenaars, en, eerst daardoor, van de Kunst.
Kunstenaarsgebonw voldoet niet, nog minder
Ennstgebouw. Die woorden zyn te slap, zy
zeggen niet waar het om gaat. Het zal niet
alleen zyn een gebouw voor de kunstenaars,
en voor hun kunst, het zal zyn hun Huis.
En zonden wy dezen naam nn niet mogen
bezigen, omdat de dnitechers Künatlerbanser
bezitten? Duizenden woorden zijn immers
in verwante talen gelijkluidend, of soo goed
als gelijkluidend l
Ik hoop van harte, dat wy het woord
Kunstenaarshuig" spoedig gebeiteld zullen
tien in den gavel van het gebouw, dat het
Verbond van Nederlandsche
Knnstenaarsvereenigingen bezig is te stichten.
HERMAN ROBBERS.
Kieiwe Uitgaien,
Eenige mededeelingen naar aanleiding van
het eerste jaarverslag v. h. Gemeentelijk
Electrisch Bedrijf te Asaendelft, door A. ten
Brink N.Jan, beheerend Venn. der Nat.
Electriciteita My. te 'a Gravenhage. Publicatie
No. 1. 'a Gravenhage, De -4t>oncZp(?8f-drukkerÜ.
Catalogus de la Vente ;! Amsterdam Ie
16 Avril 1912, par B. W. P. DB VKIKS, de
Gravures anglaiaea et f rar fiises du 18 ^siècle.
Catalcqtte d'nne collection importante de
liviea dont Ie vente pnbliqne aura lien dn
13 an 27 Avril 1912 dana la salie de vente
de livrea de van Stocknm'a Antiquariat.
Prinsegracht 15, Ia Baye.
Volledig huif middel voor het waarnemen van
de Centrale Zon JBclip»op 17 April 1912. 1.
Een waarnemingskaart. 2. E>n
oriënteeringBksart. P/ys compleet 20 ets. Uitgave van
W. de Haan, Utrecht.
Geïllustreerde Catalogus van KREIJMBORO'S
Vereenigde Nederlandscbe
Kleedingmagazijnen. Hoofdkantoor te Amsterdam.
Bad Hartburg. Gebirgelnftkurort. Solbad
met Krodo-Trinkqnalle nnd Inhalatorium.
Heransgegeben vom Herz oglichen
Badekommissariar. Bad Harzburg 1912. Dr nek von
George Westermann in Braunzweig.
Voor wat betreft abonnementen, adver
tenties, bezorging van het Weekblad, uit
betaling van het honorarium, e. d., wende
men zich uitsluitend tot de ADMINISTRATH
van De Amsterdammer, Keizersgracht 333,
Amsterdam.
Voor wat betreft artikels en ingezonden
stukken, uitsluitend tot de REDACTIE en aan
hetzelfde adres.
Om teleurstellingen te voorkomen U het
gewenscht, dat de inzender?iederen keer,
dat hy' een by'drage zendt zoowel op zijn
brief ala op zy'n by'drage zyn volledig adres
duidelyk leesbaar vermeldt,
dat de inzender een voldoend bedrag ba
postzegels toevoege (los in den brief) indien
by niet-plaataing terugzending verlangd wordt.
40 cents per regel.
BOUWT fFÏUNSPEET.
Inlichtingen by het bonwburean DE
VELUWE". aldaar.
DEUONAY BELLE1LE
AUTOMOBIELEN.
J. LEONARD LAMfi,
AMSTERDA
IS EEN POPULAIR RIJWIEL
VOOR WEINIG GELD S
2a A. BERVELING. V
J. LE MINJE,
Amsterdam.
OUDE GENEVER
merk Nectar".
?1.38 per D literflesch.
WIJNEN, COGNAC etc.
GRANDS V1NS DE CHAMPAGNE
Perrier-Jouet
Epernay.
Concessionnaires,
Sauter & Polis, Maastricht.
T TT/^J. A "NT ?'"l Een van de moo'8t
?a-i d VAXXJUI Vx« gelegen plaatsen van
?zzzzzzzzzHiBzzzflBiBflHitl Zwitserland. Zeer
vele wandelw. en uitstapjes. Zacht, gematigd
klimaat. Temper, in don winter semidH 2 6°C.
Geen mixt. Heer), verblijfplaats voor de lente en
den zomer. 70 hotem eu p ^u:ions met meer dan
4000 Dedden. Op verl. gr. geill. Gids No. 19,
door het Off. Verkehrsbnr. in Lueano of door
het Int.Verk.bur.Raadh.str.16 b/h8ingel,Amst.
Voor hartziekten, jicht, rheumatiek, zenuwen, ruggemergziekten,
acophulose, vrou wenziekten, beaoekt men, het door de geneeskraunuge woning zijner Daden
beruemde
Bad-NTauheim.
1911 34793 bezoekers, 474719 baden, Seizoen van 16 April tot 15
Oetober. Drmkbron-, badzout- en moederloogveizending. Troep. gr. uuur de
Kurverwaitnng Bad Nauueim en het Interr?. Verkeersbur., Raadhuiastr. 16 by het Singel, Amaterdam.
_, .__.
| TT
Jj ^J
(IT ALIAANSGaE M EREN). Schoonste
Winter- en Voorjaar-verblyfplaata. late kl. Hotel,
prachtig gelegen, met gr. Panorama. Kamer
vanaf f r. 4.?, Penaion vanaf fr 9.?. Eigen.:
c- CAMENZINO. P/osp. gr. en fr. Intern.
Verkeerabureau Raadhniaatr. 16, Amaterdam.
hoofi, waarnaar alle bloeddrang gestegan
scheen, roid witte plekken van beving by
neus ec mond, en oogen, waaraan het
pnpillenleven scheen ontnomen. Hy zaz wild om
zich heen, als om zich op iets te werpen,
met een aandrift om naar buiten te loopeo.
Dan zette hy zich weer half neer en stoof
opnieuw op.
D'r hai-je n'em weer... d'r rait-ieweerl"
riep hy steeds hooger krijtend, 'c Ia allemaal
voor hem... wai hèw we d'r niks van...
allemaal voor hem... da' kan raie... da'
kan wel raie I..."
Hy was weer opgesprongen en liep de
kamer uit, rennend als een met gloeiende
sta?en gepijnigd dier. Hy stond op het erf
en zag het rijtuig gaan, rollend in z|jn zachte,
veilige weelderigheid en zyn ru <tig onderhon
den glans, en met even weinig bekommernis om
al zyn nederlaag ala hy straks de stakers had
zien heen trek ken, verhenpd, zonder een oog
wenk naar hem om te zien. Een vlaag van
onweerstaanbare vernielbegeerte brniscntein
hem op ; maar hy kreet gedempt van onmacht,
en greep met de handen naar zyn hoofd.
Neen hy kon niets: van allen kant kwam
de vijandigheid opgezet, om op hem aan te
vallen, om hem te atooten en neer te druk
ken en dood te knellen. De martelende onop
losbaarheid van zyn stryd waa als een dikke
laag kwaadaardige bitterheid op zyn tong, en
als een giftige troebelheid van sluwe aan
tasting in zyn hersenen. Hy wilde zich op
alles werpen, om te vernielen en te benken,
in een dierlijke zinneloosheid. Hy liep de hof
in en de ruimte was als een wanhopige trei
tering om hem, en hy voelde dat er slechts
n ding was, waaraan hy zyn vuur kon
koelen, en zich nitvieren en vergrijpen.
Toen een oogenblik later de maaltijd bin
nen was afgeloopen, en de vrouw bezig was
het eetgerei af te ruimen, kwam een der
meisjes op de moeder toegeloopen:
Moeder..." vertelde het kind angstig.
Vader doet zoo raar... hai lait heelendal
in de boom... bai de takke..."
We sai-je Mie...?" riep de vrouw, we
aai je... in de boom?... we aai je?..."
Zy sidderde, en stond stil, en voelde plots
het ongeluk nit de kamer op haar af komen,
en scheurde een kreet nit haar borst, en rende
met de handen aan haar hoofd genepen naar
buiten. Toen ay den man aan een grooten
boomtak zag hangen, jankte zy een langen
iiimiiiiiiMHiiiiiiii
iiiiiiiiniiiflii
gil uit, als onder een messteek, en d ukte de
handen in haar oogeo. Zy liep terug en weer
aan, en in de opgedreven zinnen had zy het
begrip gewonnen, een mes uit huis te halen.
Zy spiong op een stoel, die onder hem atond,
en rekte en wrong zich met haar lyf vol
angstigopgedreven lief d a naar hem heen tot by zy'n
reeda paars-gezwollen hoofd,en rukteenkerfde
en sneed het touw af en hield zyn lichaam
tegen in den val op den grond. De kinderen
stonden rond hen te jammeren, door een
niet bevroede gruwzaamheid gegrepen, en de
vrouw had zich op het gras geworpen en
kroop om hem heen en nam zyn hoofd in
haar handen en streek er over als om het
van de puilende aderen te e ff men. Dan liep
zy raar de pomp en begon hem met water
te wasschen en te betten, terwy'l haar keel
scheen volgegoten tot stikkens toe.
Toen hy by was gekomen, stond zy
doodswit voor hèra, met een mond, die was open
gereten tot een spleet diep in haar wangen,
en oogen die waren als kleine stukjes kool
diep in haar hcofd gestoken.
,,Wa' hai-je gedaan... Dirk..." hokte ze
zacht, ,,wa' hai-je gedaan... da'a doch nie'
goed ... da'a doca nie' goed... wa'j gedaan
het..."
Hy stak zy'n kop vooruit; hy'wist weer wat
er was, en al wat komen ging. En met de angst
in zyn keel kreet hy baar zyn benauwenis toe:
Ik kan d'r ook niet oit l... ik kan d'r
niet oit!.." drein de hy, hai h et ons ook weer
twee honderd gulden opgeslagen voor 't ander
jaar... dat hait-ie ook... de smeerlap... de
smeerlap... l"
De vrouw stond met haar waswitte gezicht
voor hem, en schrok een eind terug. Zy
voelde de onoverkomenlijkheid en de
ongeneeaelykheid van het lijf-vullende en wereld
vullende leed, en zy vouwde de handen klem
mend saam en knelde ze tegen de borst,
waar binnen alles gescheurd en gebroken
leek. ZQ' kneep de oogen dicht die nu pas
volliepen met heete tranen, en kreunde, haar
hoofd omhoog wringend van de brandende
pijn, waarmee haar hart ineen kromp in
haar lyf tot stervens toe.
Jezus Josef Maria..." kermde zij zacht
voor zich heen.