De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 5 mei pagina 5

5 mei 1912 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

1819 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. ?De eerste vroq w.die alleen het Kanaal o ver; vloog, mi»Quinby, eene Amerikaansche. fiiiiFratö. Een woord van Condorce*. Gewoonte heef c de menachen zoo zeer vertrouwd gemaakt met de schending van - hunne heiligste rechten, dat te' f i vj, die « beroof i werden van deze rechter, er niet uu danken ze op te eiechen en wat erger ia, zich siet bewast zyn dat ban onrecht «achiedt," ''. Hét ware ei?enly'k te wenjchen, dat hier ie lande een anti-vrouwetkieBTechtbond werd opgericht l De vrouwen in Amerika en Enge land prezen . deze bonden om het hardst, , daar *Üdoor da e.g. anti'a steeds van propa ganda/ oiat er i« al voorzien worden. Een goede zaak^.wórdt nooit beter gediend dan door , tegenwerking en publiciteit, immers, zelfs slechte zaken groeien daarvan, getuige de gevolgen vaa ieder verbod van opvoering of uitgave van eenig tooneelatuk of boek, zelfs . alf h*t niet deugt. Da bezwaren die nu nog in besloten kringetjes geuit' worden, werken «lg- laster, d.w.t. moordenden ongezien. Voor ' openbare vergaderingen z\jn op het oogenblik in ons land geen contra-sprekers meer te vinden. Het i* jammer. K om l wij vragen tegenstander»l Kr zijn mannen, die de vrouwen altyd , «Bttlen noemen, daarmeda natuurlek de t- bcÉfaiyke bedoeling hebbend haar onbe kwaamheid ais bnrgerea in het licht te stellen. (Maa»6 begrepen wenachen de vrouwen i- fee»r eag*len téheeten. Zjj kt ataen dan '(;illlrtmHrti<»M*i<«milHmllHlimiiiiniiiii ...... IIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIII NATUUR. CDLjSXv". De Kempvisch. ,-u All een paar keer heb ik hier verteld van «?d»voOTJaawgevechten der Kemptianer, de vogels met hun mooie bonte kragen, die bij HMMftjMei hun. stoeipartytjes geven. Voor waadelende Amsterdammers zijn ze waar te , nemen aan de Zuiderzee, bij den Koenenmolen en aan den Amatelveengchen poel. i Voor hen die geen tijd of lust in verre ..wandelingen hebben, is een gemakkelijker bereikbaar vechthoekje binnen de «tad aan gelegd; natuurlijk in Artis. O rei de kempbaant j as dus vooreert niet meer; wel over een viscbje dat mij dezer dagen vertoond werd, en dat, wat de vechtlust betreft, betreft, gelijk mag gesteld worden met de liever het compliment terug, en zy kunnen dit met recht doen: in den Bijbel dragen de engelen steeds mannennamen. Nu de atryd voor burgerschapsrechten voor de vrouw in vier Staten van Amerika dit jaar beslist zal worden, zy'a meer dan 25 daannenbonden overal bez! g hunne krach ten aan de goede zaak te wyder. ' De vrouwen in Nederland tijn van oordeel, dat het beter is, soo elke vereeniging precies haar doel omechiyft en daarvoor werkt en alleen in de alles omvattende Vrouwenraad büelkaar komt. In Frarkryk is een groote; groep vrouwen van een andere meening, want behalve de bestaande Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht heeft zich nu nog een andere gevormd, die een drieledig doel heeft,; rameljjk het bevorderen van denIVcfc, de zorg voor het Moederichap en het verkrijgen van het R.eireiht. Zy hebben als wapendevies ook het beeld van Jus Soffragix" gekozen en daaronder de woorden geplaatst: Paix Lum'ère Travail". Door deze Aesociation de la Propagande Feministe Paciflste", wordt een Maandblad uitgegeven, la Tribune, dat in de Fransche taal n in het Esperanto verf cbynt, opdat het een schakel moge vormen tnsschen vele landePi Madame C. Legrelle de Ferrer, Kue de la Turbie 9, Monaco, heeft uitdrukkelijk ver zocht haar adres te vermelden, om in staat te zjjn inlichtingen te ontvangen en inlicbtingen te geven, en opdat Esperanten zich tot haar wenden voor een abonnement op la, Ftrina Bulleno ft n franc. Zy fcbrijft, dat juist het veréenigen van de vredesidee en de zorg voor het moederrcbap der menecben doet beseffen, hcènoodig het is dat de vrouw medezegginggcbap verkry'gt door het kieabi'jet. Deze groep feministe», die bovenal propagatdUtisch optreedt, heeft aan de leden der Departementale Baden in Frankrijk een scbiyven gezonden, waarin zy ter hunner kennis brengt de motie, die door dtn Raad van het Departement der Somme met algemeene stemmen ia aangenomen en waarin gelijke rechten gevraagd worden voor de vrouwen, die net ala de mannen belasting betalen, net ala de mannen kindere n op voeden, ?n net ala de mannen werken, en deze motie bij de Kamer ingezonden heeft. Zy verzoekt den Departementalen Kaden zich hierover uit te spreker. Ook aan de Gemeenteraden in Frankrijk is een dergelijk scbryven gericht, waarin een motie van ge lijke strekkiig door den Gemeenteraad van Lyon met algemeene stemmen aangenomen, is ingelascht en waarvoor de adhaeaie van de andere gemeenteraden verzocht wordt. Een prectbriefkaart die voor 10 centimes verkocht w ordttten voordeele van verschillende vereenigingen voor moeder hulp en tevens als propagandamiddel voor deze nieuwe ver eeniging nroet dienen, is genomen naar een groep van den Noorseben kunstenaar, den beeldhouwer Stepban Binding. Zy toont een moeder, haar zoontje zoogende, doch wier handen gebot den «ijn. Het ODdenchrift luidt: Wie zal haar be vrijden t'? *. Zy zelve, wanneer s$ er in geslaagd ia! Kempbaantjes en onze gewone baantje?. Het diertje, eeu halve pink leng n dik, doet in dit en ander opzicht ook denken aan onze stekeltjes uit sloot en sqnarinm. Maar het is nog veel belangwekkender in ny'n levenswijze en nog veel mooier gekleurd dan het mooiste stekeltje dat zyn nest klaar heeft. Het dVert ja is dan ook een Oosterling; >ijn vaderland is geheel Achter-Az'ë, dus voor en Achter Indië, onze archipel, Zuid China, de Philippynen, en .Zuid-Japan, waar het misschien ingevoerd ia door liefhebbers van mooie en interessaite viscbjes; wat de Japaneezen stellig zy'r. Een bekende eigenaardige geestesrichting, een byzondere karaktertrek van de Siameeien, de bewoners van Malakka en ook van onze Javaantjes misschien van alle Maleiers is Een paartje Betta's; aan de oppervlakte het schuimnest. zyn, niettegenstaande de ketenen, die haar binder, het geweten van haar zoon en dat vaa dezen wetgever te doen ontwaken." N. MANSFBLDT?DB WITT HÜBKRTS. Als myn venster open staat, Buit'len geluiden van de straat Dartel by mij binnen. 't Is dan, of 't voorjaar komen gaat, Of lente voor myn woning staat En 'k myn leven ga beginnen. Mrt. '12. BIKK. ALLERLEI. Tombola. Een schatrijke Japanner, de heer Yoaiohito, die twaalf kinderen bad, waarvan niet een zyn hart nader was dan de anderen, en die dus geen hunner by de rest wilde voor trekken, maakte op zonderlinge wijze zyn testament. Hu riep ze allen in zyn prachtig huis te Kyoto by elkander, en deelde hun toen mede, dat hy voor dezen feestelyken avond een lotery had georganiseerd. Ieder der kinderen moest toen op zyn beurt de hand steken in een gesloten zak van Japansche zijde, waarin zich een aantal nogal wydloopige papieren bevonden. By de opening van deze gezegelde stukken bleek, dat ze zijn testament bevatten voor elk zijner nakomelingen, en ieder bad zelf door het lot zyn deel gekozen. * * Voorjadrtmode. Bicbard Wagner, die in 't minst niet streefde naar het volgen van de heerschendemode, zal wel nimmer hebben vermoed dat de elegante vronwenwereld zich eenmaal aan zqn illnnater voorbeeld spiegelen zon, en zijn... hniekapje in den kring der hoogste sjiek en gratie opnemen. En toen geschiedt dit in deze zonnige lente: een geidealiseeerde Wagner-baret wordt met luchtigen zwier op blonde en bruine lokken gedrukt, rond, plat, met kïeine verhooging, in blauwe, bruine, groene twrjfeltinten van zijfluwee). En de germaanscbe heldensage wordt ter hulp geroepen om dit hoofddeksel meerder bekoring by te zetten, want uit het flnweelen fjnd rjjkt een sierlijke witte dnivenvlengel op, een attribuut, dat ontleend is aan den helmhoe d der Walk ure. Da cbapeaux-Yalkytie, gevleugelde, helmvormig hoeden van bruin en geel stroo, zijn trouwens reeds geruimen t ij d the topic", en handhaven zich ook thans. Ala men nu maar niet al te ver de cmscquentie dezer mythologische neigingen op modegebied doorvoert, want dan moeten we nog harnas sen in plaats van ragfijne kanten mantels, en zwaarden in plaats van point de Venise parasols gaan dragen; jen dat zan zelfs tegen over een groot kunstenaar als Wagner een al te wèidech offer beteekenen. We zyn trouwens met onze hoeden-mode dubbel en dwars in het land der groote artiesten. Bnbens en Bembrsndt hebben ons bq hun vele andere weldaden ook nog de gelegenheid geschonken, om breed-gerande, eieriyk gebogen hoedefl ffiet strnisveeien te dragen, die de bove,nzijdVvan het gelaat in een betooveretd clafiïo&gg^nr hullen. Maar deze modellen zyn iftèwinT wet, want er iiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiniiiiiimiMiiifUMÜmiutMiityiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiii de neiging tot wedden; meer in het bijzonder tot het opwekken tot tweeetiqd, waarbij de toeschouwers kunnen wedden, alias dobbelen. Alles wat maar dnelleeren wil, honden, hanen, hagedissen, torren en sprinkhanen wordt gewoon gefokt, of in bepaalde richting gekweekt, tot er een vechtraa van ontstaat. Dit is ook het geval met het prachtige tropische viscbje dat ook in Indië den naam van Kempvisch draagt, de Betta pugnax.de strijdlustige Betta of zooals hy tegenwoordig in wetenschap en handel heet: de Betta splendens, de schitterende Betta. Twintig jaar geleden is deze Betta voor het eerst levend naar Europa overgebracht. Een Franach (fficier in Saigon zond er een paar naar zyn kinderen in Parijs; de dieren kwamen levend over; wat niet te verwon deren is, daar deze diertjes tot een groep van viaschen behooren, de labyrinth-viaechen, die langen tijd in water kunnen leven dat weinig zuurstof bevat. Ook sterven ze niet spoedig, wanneer ze by toeval buiten water geraken, als de lucht maar vochtig is. Dit is mogelijk, doordien deze vischen naast de kienwen een bijzonder orgaan dragen, dat als een Incht-mervoir weikt, bet zooge naamde labyrinth. Onbekendheid met de levenswijs en dientengevolge een g ad ver keerde verpleging deed de mooie viccbjes spoedig sterven; ook een paar dat aan een wetenschappelijke inrichting te Parys werd gezonder, overleefde de reis naar Europa niet lang. Maar toen de aandacht op deze meikwaardige dieren was gevestigd kwamen de e qnarinm-vrienden er op af, en in 1894 kreeg de kweeker Nico Jennet van Parys er tweemaal, korten ty'd na elkaar, een twintigtal te gely>. Springlevend kwamen ze aan; daar Jennet dadely'k zap, dat hy met een Labyrinthviech te doen had, behandelde hy ze in het begin als zy'n Paradijs-viacbjes, dat ook Labyrinthici zyn; en hy kad het geluk,nog in hetzelfde jaar van de ontvangst jongen te kunnen kweeken van de geïmporteerde Betta's. Dat deze centimeter-viscbjea met een paar honderd francs per stuk betaald werden, is niet te verwonderen. De Dnitsche kwee kers van siervisschen bunkerden naar Betta's; de Franechman evenwel wilde ze niét aan DnitBcbe concurrenten verkoopen, wel aan Engeleche en Eussische liefhebbers. Langs een omweg echter kreeg Paul Matte door bemiddeling van een vriend in Moskou re toch; en toen waren de Betta's al spoedig voor een tientje het paar te ko p. Want de teelt ia voor een goed ingericht kweeker niet moeilijk. Ook een dilletant die een equarium bezit, dat regelmatig tot 25 ft 30°Celsius verwarmd kan worden, kan er op rekenen jonge Betta'a te krygen; ala by maar e eist een jong en gezond ouderpaar van het Kempviacbje ia machtig geworden. Het spreekt .van zelf, dat nu het kweeken om winst niet veel anccea meer heeft. Maar daarom ia het een amateur immers ook niet te doen. Als er maar wat belangwekkends op te merken valt by de kweekery, worden kosten en moeite niet geteld. En dat is nu juist by B.-tta's in buitengewone mate het geval. Het paaien en bon wen is n ry van zulke bekoorlijke, interessante, haast onge looflijke natuur-tafereeltjes dat ik ieder die er toe in de gelegenheid ia, aanraden kan, LIBERTX Géillusfr* Catalogus MeFzöC? LeidschesPn Rmsterdam MEUBO Yoorjairsmode bij de rennen te Longcbamp. tlMllinilllllllllllllllllllllllllllllimillllllllHIIIIIIIIIIHIIIHIHIIIHIIIIIIIIIJ) der dat ze daarbjj de fraaie plpoien en rimpels inboeten, die noodtakeiyk zyn voor hun vol en schitterend effec*. Zeer gezocht zijn de epinrag-fijne voile overkleeden met bloemen en sterren. O ver een onderkleed van de prachtigste changeants b.v. citroen gele-voile op paan-blauwe ijj met viecz-rofie weerscbyr>. In n woord... klenr-visioanen van ongekende pracht. ALLEGBA. IMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIMItMIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIintMIIIIIIIIIIIIIttllllUIIHIIIIMIIIIIIIIIIMIIIItlllllllMIIIIIIHIMIIXI'l'IIHIIIMIIM heerscht thans op dit terrein een verkwikkelyke regeeringloosbeid. De alleenheerschappij der breede randen en der klok modellen is geweken, en we laten ons niet langer uit slui tend ringelooren door Pieiio'.-mütsen en Ar eqnin-steken. Uit alle tyden en alle omat andigheden en alle hèmeistreken schijnt m«n nieuwe en vreemde modellen te hebben verzameld, en de promenades onzer groote steden zullen op het wandelnnr een overzicht geven der hoedenmode van vele eeuwen. Grilligheid en veelvormigheid zjjn het parool. Ieder kan zich een vorm fabelen naar zy'n eigen wenccb, en elk b.adeiksel, hoe phantastisch ook, is gangbaar. Zisterljjk bewegen zich de barec, de tcqae, déauto cap en de wydloopigste parasol-modellen naast elkaar in volmaakten vrede en eendracht. En, by dit alles ia de note-gaie in overvloed voorhanden, want de stralende vdorjaarszon heeft de fané-kleuren verbannen, en frissche, jonge, fleurige tinten genieten de voorkeur ditmaal... Oranje-geel, rood, lila, grasgroen, zijn de hoofdtonen van den kienrenzang, en daaromheen groepeert zich alles in dnizenderlei combinaties en tinten en nuancen, wat bl'u en jong en friacti is van coloriet: Een nieuwe lente en een nieuw geluid l" Yeel nieuwe modellen van mantels en blouses en japonnen brengt de mode niet. Nauw en kort blyven de rokken, geserreerd het bovenkleed... maar ook hier schitteren glans, en nagenoeg Oostereche kleuren weelde overall Zjjde en zyde-achtige stc S m tullen dit jaar de hoofdechotel zijn waarvan ons naar schoon heid hongerend hart kan smullen, en het is het streven der mode kunstenaars, Om deze atcffen, onder welke in 'c bi JOB der de changeant-tinten op den voorgrond treden, by den eoepelenen slanken vorm aan te passen, zoniiiiiiiiiiiiiiiiiiHHiimiiiiiiiiimiiiiiiiiiiimiiiHiiiiimiiiiii MMIIIIIIIIIIMII eens de proef te nemen met het verzorgen van deze Indische kempvlEebjes. Al gelukt het den eersten keer niet de jongen grootte brengen, wat aan het neatbonwen vooraf gaat, ook de bouw zelf, loont alle moeiten en koaten. Dit echter staat vast: wie meent het v iscl j e wel te kunnen wennen aan temperaturen lager dan 20°Celsius, komt bedrogen uit. De dieren sterven liet, maar in plaats van een kwiek en pittig diertja met achitterklenren, waarby die van een pauw nog «ffen mogen heeten, zwemt er door uw rqaarinm een niet leely'k, maar matklearig viecoje, dat weinig lust in stoeien toont en liefst tnsechen de water planten verscholen blijft. Eerst als de temperatuur boven de 20°C. komt, nog liever tegen de 30°aan, fleurt de Betta op; dan begint het mannetje te kleuren in 'alle nuancen van rood, groen, blauw, paars en wit. Hy toont daarna allerlei vlekkep, streepen en etippen; dan zet het zy'n staalblauwe kiewdeksels wy'd uit en naar voren, zoodat de roode kienwen zelf als een breede kraag om den kop staan. Wanneer date kleuring, die zei f g voor een tropendier buitengemeen mag heeten, op zjjn hoogst ia, begint het mannetje f en nestje te bouwen, een nestje van schuim. Hjj hapt lucht van de oppervlakte, omhuli de Inch t-bel in zijn bek met een vlies en laat het belletje stijgen. Hij maakt er nog een en nog een die aan elkaar hechten. Zoo gaat hy door, tot er tnsEchen het kroos of de drijvende water varens een vry regelmatige stompe acbMimkegel is gevormd, die door de planten op zy'n plaata wordt gehouden, tegen een stengel rust of ook wel geheel vrij lig*. Intusachen is al eens een nieuwsgierig wijfje dat lang zoo kleurig niet wordt als bet mannetje komen kijken wat mooi-mannelje er uitvoert. Maar zij mag er nog niet bjj; eerst moet het zilveren nest kant en klaar zyc. Wanneer er nu in het eqnarinm een tweede mannetje in de nabijheid ia in de natuur zal dat ook wel steeds het geval zijn dan gaat de vechtyiscb er dadelijk op los en de rivaal moet wy'ken of dnelleeren. Dit gevecht van het paar lustig mannetje is bet, dat het dier zy'n naam heeft bezorgd. De Maleierakomen samen; elk draagt zy'n Betta in een glazen bakje, door een doek verduisterd. Door het transport in donker, ia bet dier ontkleurd en het schuilt in een hoek van yn basey'p. Maar nu zetten twee wedders hun glaebabjea naast elkaar, en dadelijk worden de dieren opgewekt en geprikkeld tot den strijd. De viseh die het hoogst en felst kUnrt, is de overwinnaar; een jmy wy'at set uit. Hartstochtelijker wordt het tooneel, als een paar bezitters van kempvieachen op aan dringen van de menigte en door het voor uitbetalen van een verzekeringspremie, er toe gebracht kunnen worden, hun dieren in n aquarium by elk aar te zetten. Dan begint een gevecht zoo fel en bitter, dat de toe schouwers ademloos overbnigen en een dichte «aunr van binine koppen het iquarinm omgeeft. Indien het publiek f de eigenaara er niet bytijds een eind aan maken, eindigt bet duel eteeda met den dood van een der visjchen, meestal van be'.de. Voor ona westerlingen heeft zoo iets alleen waarde als anthropologüche studie; wy laten de dieren niet vechten; wy geven het manne je een wijfje, of de keua uit twee of diie; en dan krygen wij een ander tooneeltje te aarschouwen, het paaispel van de prachtige viscbjes in het opaal-kleurig water tusschen de groene waterplanten. Het mannetje is iets grooter dan het wijfje, maar door zy'n veel langere vinnen, die als waaier s, en vleugels, als zeilen en vlaggen wyd uitgezet worden, l ijk t het wel tweemaal zoo groot. Als een gepavoiseerd schip, zeilt het, bedatrd, met iets als zwanentrota, om het wijfje heen. Dit schiet van ty'd tot tijd op hem af, geeft hem een por in de z$ en du}kt dan onder hem door, het is of het diertje hem nog wat opgewekter wil hebbn; dat lukt ook best; het worde een jagen en stoeien, een cirkelen met kort e straal, een grijpen en loslaten, dat een half uur of langer kan duren. Zoo nu en dan zinkt het wtffja op dan bodem of valt op zijde; het mannetje richt het dan weer op, althans 100 lijkt het. Dan valt het wijfje plotseling geheel op zijde, vlak onder het schuim.nest, en nu buigt zich het mannetje over haar heen, maar richt haar niet op, hij plaatst zich kmiswüs over het midden van het wijfje, en buigt den kop naar onder en naar zijn staait toe, zoodat het dier een af geplatten hoepel of breeden ring wordt, die het wijfje omsluit. De kleuren van beide tyn op dit moment schitterender* dan ooit, het lijkt meer een ge flikker van edelgesteenten dan een paar levende wetens. Na een oogenblik begint het kuitachieten, by twee of drie tegelijk laat het wijfje de eieren varen; en waarschijnlijk worden deze meteen door de spermatozcïien uit het hom vocht van het mannetje bevrucht. Dan zinken ze naar den bodem, Als er ze o een tien of vijftien eieren zijn gelegd en bevrucht, laten de dieren elkaar los en het manne'je zoekt de eieren van den bodem. In zijn bek neemt hij ze mee naar boven en brengt ze zoo In bet schnimnest; dat bevat lucht genoeg voor de ontwikkeling en ontvangt warmte van de zon. Tot vijf, zesmaal toe, kan dit paai-spel en het eieren opzoeken herhaald wor den. Daarna blijft alleen het mannetje waken by het nest. Ook als de jongen uitkomen, wat al binnen drie dagen gebeurt, houdt alleen het mannetje de wacht; hy voert steeds lucht, misschien ook voedsel toe. In het begin dryft hy, evenals het stekeltje, de jonge diertjes telkens weer terug in het veilige schuimnest; eerst als ze hem al te eigeczinnig worden, laat hy ze aan hun lot over. Het was tot voor korten tijd in ons land heel lastig aan sierviecbjes voor het ver warmd tquarinm te komen; kennissen of leden van aquarium-clubs lieten wel eens te zamen ir at visebjes kom«n. Nu er in Amsterdam, aan de Ceintuurbaan 290, door Gebr. Voor walt een sier vischhan del en kweekery in het groot is opgezet, kan een liefhebber van sierviech of iemand die eens een proef wil nemen met Betta's of andere tropenvischjea, veel gemakkelijker zy'n doel bereiken; het is altyd prettiger te zien wat men koopt, dan maar af te wachten wat da post uit het buitenland zal brengen, levende of doode, zieke of gezonde viscbjes. E. HIIMANS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl