De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 26 mei pagina 3

26 mei 1912 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1822 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOORNEDÉRL AND. 100 zelden rekening met de technische com plicaties welke de uitvoering van moderne eymphonische kunst "Bemoeilijken (het Amsierdamsch Concertgebouw toevallig uitge zonderd) dat bijna geen enkele aan de elemen tairste eisenen van doelmatigheid voldoet. Itit is een dier euvelen vaar ram men niet begrijpt dat ay jaren lang bestaan kannen en geduld worden. En den ontwerpers van muziek-tempels in pastorale streken worde in overweging gegeven of a\j voorloopig hun energie en talent niet eer zouden aanwenden ter verbetering van de toestanden in de steden. Het ontbrak den dirigent A. B. H. Verbeu, bjj La prise de Troie" van Barlioz, niet gigantischer geconcipieerd dan syne andere werken, slechts aan een geschikte zaal. De Marche troienne dans Ie mode triomphal" optocht van geheel een volk, aanwaaiende geluiden door de straten, luider en luider, met een ontzaglyten climax, moest zürf levende plastiek en de illusie van enthousiaste stoeten volkomen verliezen in de i.g. Harmonie" van Botterdam. Zelfs wan neer de dirigent beschikte over een talrijker koor en een vollediger orcheat dan had hij er geen ruimte voor gevonden tenzij hij op 't idee gekomen ware zyn Fernorchester" achter op het balcon te plaatsen, met of eender gordijn, hetgeen de acoustiek der zaal misschien toelaat. Men is den heer Verhey echter te veel dank schuldig door zijne keuze van dit werk (de tweede uitvoering in ons land!) om andere tekorten na te gaan, welke den dirigent noch de andere vertolkers geweten mogen worden. De solt waren voortreffelijk bezet door Emile Casenenve, tenor, Jean Béder, bariton, en Manrice Daiu, bas, allen uit Parijs, magnifieke zangers en kunstenaars. Het verwonderde me dat er voor de Cassandra-rol niet een Fransche zangeres was nitgenóodigd. Elfriede Goette uit Beriqn (s|j verving Ilona Darigo) was in de versie verte niet berekend voor eene creatie als Caisandra, en dit ligt aan haar koele stem, koele phantaoie, koele muzikaliteit en ver bazend minieme intellect. Zg zong Caaaandra als een oratorium-sopraau-aolo, 't beate bewya dat zij geheel onbekend is met de geschiedenis, met Berlioz, met de muziek, met de kunst. Het is te hopen, dat een Amsterdamscae vereeniging dit bewonderenswaardige werk spoedig op zijn programma neemt. Ieder goed koor en ieder temperamentvol dirigent kan zich bij deze compositie in zijn schoonste hoedanigheden openbaren. Ik wil ook niet laten er den leider der Wagner-vereeniging opmerkzaam op te maken, dat hij met de mise-en-acène der Trojanen een meer artistieke daad had verricht dan door onlangs de . karakterlooze Königakinder" van Humperdinck op de planken te brengen. MAITHIJB VEBMBULEN. Qtachle Redaclie! Wanneer ik n een opstel ter plaatsing aanbood over onze Jtfederlandache letteren en ik schreef daarin over Hein van den Vondel of Kees Bilderdyk of DesiiéKloos, dan zoadt n zeer terecht zeggen of denken: 't is mogelijk, dat die goede vrind ooit de klok heeft nooren luiden, maar weten, waar de klepel hangt, neen, d S, t doet hij toen niet. Zóeb ik ook gedacht, toen ik het opstel las, dat men" u toezond en geplaatst kreeg op de eerste bladzijde in bet heden verschenen nummer van D« Amstei dammer. Men" moest immers niet spreken over Thomas de Lignori. Dat is toch al te bar. De groote katnolieke moralist der achttiende eeuw heette steeds en heet nog in Koomsch missaal en brevier, zoowel als in de her nieuwde uitgaven zijner werken: Alfonsus de' Lignori. Hoewel deze Boomache kerkleeraar ook b|j niet-katholieken bekend zal zyn, al was het slechts door den aanval van den Duitschen socialist Grassmann of van Mr. P. Troelatra in de Tweede Kamer (1910?1911), is het, na hy toch genoemd werd, mogelijk goed te weten, dat Atfonsus de'JLigaori, geboren Napolitaansch edelman, vór zijn twintigste jaar doctor ntriusqne iuris was; later priester werd, eene orde stichtte, die mannen van Eoropeeache vermaardheid (o. a. Clemens M. Hofoaner) onder hare leden telde, als godgeleerde en wijsgeer een honderdtal zeer geroemde boeken en boekjes schreef, volks liederen dichtte, welke men thans nog, na anderhalve eeuw, in heel Italië zingen noort en bovendien een welklinkenden naam had als musicus en componist, gelijk men" lezen kan in het werk van den Nederlandschen Musicus J. Bogaerts: 8t. Alfonse muaicien7' (Parys-LethieUenx). Zulk een min kan men" niet in eenige regelen neerhalen. Trouwens, in net betoog, dat men" u schreef, komen gezegden voor, die aanmer kelijk in strijd zijn met wat een Roomsen kind van zeven jaar leert in den kleinen catechismus. Ik gevoel my niet geroepen die te weer leggen of nader in te gaan op de beweringen, voorkomend in het bedoelde opsteller j e. Echter meende ik wél te doen met uw 't Hinderde haar nu en mér, naarmate ze er meer aan dacnt dat zoo'n man door zijn martiaal uiterlijk een vrouw maar zoo opeens dacht te winnen. O, hu vergiste zich l Misschien had zij zich in een roes, in een soort geestelijke dronkenschap laten meesleepen, dat was mogelijk. Maar van liefde was geen sprake. Dat 't daar voor dien jongen officier (wiens naam ze bijna alweer vergeten was) en voor het oog van de wereld toe a allen schijn van had gehad dat hinderde haar nog het meeat. Was dit nu, wat men een moreele kater noemde? Wel mogelijk. In ieder geval ging een deel van haar zelf-aanklacht op den officier over, omdat hu haar tot daden gebracht had, waar ze &pyt over gevoelde, waarvoor ze zich schaamde. Ze voelde zich beleedigd, beleedigd door zijn vrijmoedigheid. Ze zocht in haar ongeluk naar hulp naar steun. Onwillekeurig dwaalden haar gedachten af naar Lao. Hy was de eenige, die haar helpen kon, die haar tegen dergelijke aanvallen verdedigen moest... Plotseling lichtte een gedachte in haar op. Leo waa uitgegaan, van morgen vroeg al «ei de kamenier. Als Leo eens... Hy was vannacht onder het naar huis ry'den ook al zoo opvallend stil geweest... Als Leo die... die andere eens was gaan uitdagen? Als Leo haar eans waa gaan wreken? Haar gezicht kreeg opeens een meer geanl meerde uitdrukking. Ze kon de gedachte niet-katholieke lezers erop te wijzen, dat zy den schrijver niet al te serieus moeten nemen, al noemt hy eenige mystieken en al citeert eenige katholieke schrijvers, ja zelfs het Concilinm 4?ridentinnm." Misschien willen anderen wel wat meer en beter licht ontsteken, al zullen velen uwer lezers met mij meenen, dat uw geacht blad nu juist niet de geëigende plaats is voor dergelijke collo qmia of disputen. Inmiddels zult n met plaatsing dezer regelen, ter wille der waarheid, velen wél zeer ver plichten. Gaarne dankt u daarvoor bij voorbaat Uw dw. V. CLEEBDIN. 'a Hertogenbosch 18 5-12. * * In antwoord op dit stuk, zendt de schrijver van het hierin bedoeld artikel ons de vol gende opmerkingen: Ean kostelyk stuk, en een echt.... Brabantsche repliek. Gezegend land, waarlfa getin en Limburger Koerier bloeien en gedijen. De inzender kan overigens gerust zijn: de zwarte beruchtheid van Alphonaus de Ligorio ia bij ons in het Noorden even groot als de blanke glorie van Joost van den Vondel. Een schooljongen zal Alphonaua" aanvullen met de Liguori" zooals Joost" met van den Vondel". De Tijd van j.l. Maandag merkt op, dat In plaats van Alphonaua de Ligorio, resp. in mjjn stuk staan: de Heilige Liguori", /Thomas de Lignori" en fratei Thomas". nder frater Thomas" verstaat men echter, gelijk De Tijd ook wel weet, niet den pompenzen en liatigen de Lignori, maar den eenvoudigen 15e eeuwechen broeder in de De venter stichting van de Broeders des gemeenen Levens, Thomas a Kempis. Dat De Tijd het geen ik mededeel uit zy'n 'Imitatio Christi' nl. Simplicilai debet etie in intentione, puritas in affectionel) doet slaan op den heiligen leeraar der meineeden door aequivocaties, pleit voor de onzeggelijke verwarring in sommige priesterlijke denkwerelden. Dat de nabijheid van den naam 'frater Thomas'1 anticipeerend heeft gewerkt op den naam van den nieuwsten doctor ecclesiae, en mijne verschrijving heeft veroorzaakt, is aannemelijk 2). Er zyn menschen, die het genot van een zekere superioriteit vinden in het ontdekken van drukfouten. Het geval van bovengenoemden inzender en van de Tijd is veel aardiger. Want werkelijk roerend is de zoo weinig verholen vreugde, die by hen door straalt over de gevonden fout, daar deze hen in staat gesteld heeft, om een hooge borst op te zetten, en lekker de, naar het schijnt, onaangename opmerkingen niet te beantwoorden. Een uitstel van een week is zoo verkregen. Het citaat uit Caussette, dat aan den nietkatholiek den diepsten grond van den anders moeilyk verantwoordbaren innerlyken hoog moed van den geestelijke openbaart, is alvast niet ontkend. Ziehier de andere citaten; (Lity'nsche citaten, die wy niet noodig achten te geven, daar voor ons de deskun digheid van onzen medewerker onontkend bleef, maar die wübij nieuwe twijfelingen van De Tijd in «xtenao afdrukken. Bed.). Uit den Roomacnen EenheidscatechismueS): (III, cap. 3, l 4): FBAGE: Iet der Diebstahl eine ichwere Sünde f ANTWOBT: Er ist eine schwere Sünde gegen die Oerechtigkeit, wenn es tich um eine bedeutende Sache handelt FB. : Wann itt die Sache bei einem Diebstahle bedeutend? ANT.: Bedeutend ist sie, wenn man eine erhebliche Sache nimmt, und auch, wtwn der Nachite durch wegnehmen einer Sache von geringem Werte einen Schweren Schaden erleidet. Verder: FH, : Was für eine Sünde i»t die ÏAgt, f ANT.: Die Schetzlüge ader Nothlüge ist eine lassliche Sünde; die Schadenlüge jedochisteine Todiünde, wenn DEB VEBUESACHTE SCHADEN QEOSS I8T. In deze Boomsche mystiek wordt de nadruk dua gelegd op de teweeggebrachte schade, en niet op de bedoeling van den zondaar: Nader is dit uitgewerkt by' de Liguori (Alphonso). Na een beroep op 8. Thomas, die natuurlijk heel iets anders heeft gezegd 4) (hij heeft voor het laxisme geleefd) en op een groot aantal moraaltheologen, waaronder vele laxisten, geeft de Liguori (Alphonao) als eigen meening het volgende: (Theol. mor. lib. IV, 528.) Ex his omnibus concludo quid probabilius mihi videtur. Et quidem 1. BESPECTA MENDicANTiUMpwto esse materiam gravem NUM JUJLIDM, teu Carolenum. 4 ... 2. Respectu FOSSOKUM, et iimilium operantium, communiter loquendo uuos JULIOS/ pro ABTIFICIBUS vero i) n, i. 2) Door bepaalde omstandigheden heb ik geen drukproeven ontvangen! 3) Met toestemming van den H. Stoel en approbatiea uitgegeven Duitsche vertaling vanStieglitz.In de vorige Groene kol. 4, reg. 34. 4) In amiasione uaius gallinae plus pauper gravatnr quam unus mnltum dives gravaretur in mille marcis. maar niet van zich afsetten, dat Leo dien de Brakelaer waa gaan nitdag'en' om haar eer te wreken. Ze koesterde die gedachte. Ze zag Leo te paard door den storm rijden, ze zag hem op een open plek in het bosch tegenover den officier, de secondanten op eenigen afstand. Leo stond daar als «en held, vol doodsverachting. De schoten knalden, de Brakelaer wankelde, en Leo kwam terug, te paard weer door de bosachen. Hy zag er vreemd uit, heel anders en veel jonger dan gewoonlijk: zyn haar verward, en zijn gezicht nat en rood nog van de opwinding; en hu vertelde haar alles gelukkig lachende, omdat 't zoo goed was afgeloopen en omdat hg een blijk had mogen geven van zijn liefde voor haar. Ze idealizeerde hem geheel en lief koosde hem in haar gedachten, want ze kon hem nu weer, neen nu eerst liefhebben, ze kon trotech op hem zijn. Zóging ze op in haar verbeelding, dat ze niet hoorde, noéachter haar door de halfgeopende deur iemand zacht binnenkwam. 't Was een klein, tenger en reeds bejaard heertje, onberispelijk gekleed in een zwarten gekleeden jas, zün weinige blonde haren zorgvuldig genapt: glimmend en glad; een gedistingeerd genrtje omhulde hem. On hoorbaar schreed hu voort over het dikke tapijt. Op eens stond h\j vór haar, zyn blanke handen langzaam plat tegen elkaar wrijvend en een lichte buiging makend. DUOS JULIOS CUM PIMIDIO ... ww»pro ABSOLÜTB DlVITIBUS QUINQÜB VEL 8BX JüLIOS . . . 4. Retpectu MAQNATUM ditiisimorum UNUM A UREUM .... Respectu autem BEQUM DUOS AUBEOS. Gaachieden de diefstallen met tus=3henpoozei, dan moet, vór er van doodzonde sprake kan zijn, door een der diefstalletjes de dubbele taxe, volgens anderen de drie voudige taxe overschreden zijn, volgens de Ligorio (Alphonsus) anderhalf maal de taxe van den eigenaar. Citaat (ib. lib IV, 530): Mihi iamen aequius videtur ... quod si furtula fiunt eidem per intervalla, aut divertis eodem tempore, requiritur et svffitit ad materiam gravtm Simplum cum dimidio. Is de gewone taxe 4 Jnlii, dan is er pas doodzonde, zoodra de kleine dief stalletjes samen 6 Julii bedragen. Verloopen er tnsachen die kleine diefstal letjes eenige maanden, dan mag de dief telkens van voren af beginnen te tellen. Thans komen een paar citaten (De Tijd dwingt mg tot publicatie) waarvan het be staan door den beschaafden en fatsoenlijken katholiek wordt ontkend, tot dat men ze hem laat zien: De Lignori (AlphenBO) zegt (Theol. Mor. lib. 6 no. 865): . ..Si Sponsa esset pauper, quae reputalur dives; ignobilig quae ntbüis; deformia quae pulchra; COBBUPTA, QUAE VIKGO ; tune esto ipsa non pessit virum decipere fingendo se immimem a tali dtfectu, Iamen n»n tenetur defectum manifettare, sed POTEST ETIAM INTEBKOQATA DISSIMULABE AEQUIVOCB EESPONDENDO; tune enim non fingit, sed occultat vilium occultum. Hetwelk overgezet zijnde: Wanneer een verloofde, ten onrechte doorgaat voor r'yk of aanzienlijk, of schoon gevormd, of voor eene maagd, dan mag zij wel haren aanstaande niet bedriegen, door zich uit te geven als vrij van de aangeduide gebreken, maar zij is niet gehouden, ze te bekennen, en zei f i mag zij, dit wanneer zy door hem wordt ondervraagd, verheimelijken door een dubbelzinnig antwoord, want dan liegt niet, doch verbergt een verborgen gebrek. Daarbij beroept de Ligorio zich op de Boomsche moralisten Sanchez, Diana, Escobar etc. etc. Dicunt praefati A. A. quod eponsa ab alio corrupta, etiamsi interrogetur a sponso, on fuerit ab alio cognita, poterit dissimulare et negare per restrictionem non pure mentakm, respondendo non esse eorruptam, subintelligens in communi aestimatione, aut ad aperiendum tibi." Genoemde auteurs zyn van meening, dat eene bruid, die zich aan een ander heeft gegeven, zelfs wanneer haar door den brui degom gevraagd wordt, of zy zich met een ander heeft ingelaten, het mag verheimelijken, en ontkennen met een niet enkel-geestelijke restrictie, door nl. te antwoorden, dat zij hare maagdelijkheid niet verloren heeft, mits zy erby denkt: volgens de publieke opinie", of zoo, dat ik 'c zon moeten bekennen". Addit Diana, posse Ulam sine peccato, aut aaltem sine. martali, uti aliquo artiflcio, qno impediat, ne vir deprehendat esse corruptam". Diana- (een auteur) voegt erby, dat zij zonder zonde, of tenminste zonder doodzonde, van de een of andere kunstgreep mag ge bruik maken, waardoor voorkomen wordt, dat de echtgenoot merken zou, dat zy geen maagd meer ib". Deze meeningen van anderen worden door den heiligen Alphonsns zonder commentaar overgenomen; gelyk men weet, is ayne mo raaltheologie op deze wy'ze opgebouwd. Laat ik er nog bijvoegen, dat volgens eene door den Paus geratifieerde beslissing van een hoog Boomsch gerechtshof, een professor in de theologie alle moraaltheologische voorschtiften van den H. de Lignori (Alphonso) veilig mag volgen; 2. dat geen biechtvader mag worden lastig gevallen, die alle meeningen in diens moraaltheologie in zy'ne bitchtstoelpractyk volgt. Wil De Tijd dit decreet in extenso? Wil hare redactie en wil bovengenoemde inzender met zyn, trouwens niet geheel juiste encyclopaedie-wijsheid.nadere bijzonderheden om trent het feit, dat Liguori'g 'editie in tien deeltjes' aan alle Seminarie's hier te lande wordt gebruikt, zoodat deze leeringen over ons Boomsche volk afdrnppelen. Is De Tijd nog niet overtuigd, dat ik van Ie rangs boeken heb gebruik gemaakt, dan wacht ik een wenk af: en publiceer nog een vijftigtal plaatsen, niet schandelijker dan de boven aangehaalde (dat mag men niet eischen), maar toch even schandalig. De Tijd heeft maar te kikken en ik zal dan bewijzen uit de teksten, dat by onze rechtbanken met 't oog op 8. Alph. de Liguori voor Boomsch-Katholieken een speciale eed, bestaande uit vier successieve eeden, eigenlijk zal dienen te worden ingevoerd, wil de door de wet bedoelde rechtszekerheid, ook werkelyk gewaarborgd zyn. * ** Tot zoover onze medewerker, die terecht ge prikkeld is c oor de onbeschaamde manier waarop De Tijd zijne deskundigheid in ver denking bracht, waarbij zij zich niet ontzag zyn eenvoudig en helder betoog, na het met geen woord te hebben gereleveerd, en er niets tegen in te hebben gebracht, toch te Leo I" kreet zii, opschrikkend en hem met n blik van het hoofd tot de voeten opnemend. Hy boog op nieuw, correct, koel. Waar kom je vandaan?" vroeg ze schril. Van van Giesbergen." Wat heb je daar gedaan?" Hy wilde iets zeggen, doch hield 't blijk baar nog net bytyds in. Geluncht," zei hy droog. Anders niets?" Nee, anders niets." Ze mat hem met een minachtenden blik. Je bent heelemaal niet nat," zei ze ver wijtend. Hij lachte even, kort, droog: Nee, dat wil ik wel gelooven. Ik heb het coupétje genomen natuurlijk, met dit weer." Za wendde zich van hem af en keek gram storig naar buiten. O ja, apropos" zei hy, zich een weinig nerveus de handen wringend da's waar ook: ik heb er met Gies ook nog even over gesproken, zoo terloops maar natuurlijk, ja ... h... over je... gedrag van gisteren avond, bedoel ik. Hy was volkomen met me eens, dat... a... de naam, die je draagt, je... h... zekere verplichtingen oplegt. Ik wilde je dus vragen: beperk je een beetje in den omgang, hè, met die heeren officieren? Er zy'n er onder, niet allen gelukkig, die daar misbruik van zouden kunnen maken. Opspraak is niet gewenscht... h...." bestempelen als lectuur" overeenkomende met die van de zwarte non". Onder deze omstandigheden moesten wy onzen mede werker alle mogelijke vrijheid laten. BED. Berichten. NIEUW GÜINEA. Den 31en dezer verschijnt te Londen het verhaal van de Britache ornithologiache vereeniging welke in 1910?11 het aan Nederland toebehoorende deel van Nieuw Guinea bezocht. Het boek, dat heeten zal Pygmies and Papuans ; the ttone age to-day in Dutch New Guinea, beschrijft een tot oog toe onbekend gedeelte van dit nog zoo weinig bekende eiland met zijn op lagen trap van beschaving staande bewoners. EEN EIGENAARDIGE couKANT wordt sinds korten tyd onder den titel La/euille littéraire te Brussel en te Parijs uitgegeven. In for maat en oplage zich aanpassend aan de dagbladen, wil het blad belangrijke letter kundige werken onder het volk brengen, beter dan zulks door het boek, ook door de billykate volksuitgaven, gebeurt. Het blad verschijnt om de veertien dagen en brengt in zijn acht pagina's, elk van zes kolommen, voor den prijs van tien centimes, een drama, een roman of eene novelle onverkort in vertronwkaren tekst, oorspronkelijk of in goede vertalingen. Isographie naar BOULANOER; Ronde du Sabbat. Prijs ?10. Amsterdam, My. v. Goede en Goedkoope Lectuur. Uren met het Oude Testament. De O f voeding door den Bijbel. Naar 't Fransch van PAUL VALLOTTON, geheel omgewerkt onder toezicht van, en met een inleidend woord voorzien, door dr. J. J. P. VALETON, 230 pag. Baarn, Hollandia- drukkerij. Lioba. Dramatische scène van FBEDEBIK VAN EBDEN voor Sopraan-, Tenor- en Baritongoio, Vrouwenkoor en Orkest, getoonzet door DAKIËL DB LANGE, 243 pag., f 7.20. Amsterdam, G. Alsbach & Co. Leipzig, Breitkopf ?& Hartel. GUST VAN DB WALL PEBNÉ. Een inleiding tot waardeering van zijn Kunst, door FRANS BKRDENO, 23 pag. en 14 reproducties naar schilderyen. Prys ?0.35. Amsterdam, Scheltens & Giltay. J. H. VAN 'T HOFF'S Amsterdamer Periode, 1877?1895. Von dr. W. P. JOHISSBN und dr. L. TH. BBICHER, 106 pagina's. Helder, Verlag von C. de Boer Jr. Levensvragen", serie VI, No. 2: H. MAKKINK, Godsdienitig leven buiten de Kerk in dezen tijd, 35 pag., ?0.40. Baarn, Hollandiadrukkerij. C. VAN NOORT, Modernisme en Anti-Moder nisten eed, 53 pag., ?0.50. Amsterdam, C. L. van Langenhny'zen. Eet ne noodige. Toespraak gehouden by de toetreding der nieuwe leden tot de Bemonstrantsch-Gereformeerde Gemeente van Bot terdam, op Zondag 31 Maart 1912, door W. H. STENFERT KBOESE, 14 pag. Botterdam, D. J. P. Storm Lotz. Tijd- en Strijdvragen, No. l: TACO H. DE BEER, prof. mr. M. W. E. TREUB en de Coöperatie, 32 pag. Amsterdam, C. L. G. Veldt. Is. ZEEHANDELAAR J.BzN., Het Radium en de Geneeskunde, 68 pag., ?!. Amsterdam, H. Menlenhofi. A. H. STRAATMAN, Fabrieki-Hygiène, 77 pag. In linnen geb. ? § 75. Amsterdam, F. van Bossen. Mr. N. MULLER, Engelsche misdadigers en hunne behandeling, 52 pag. Botterdam, W. L. en J. Brusse. VEBBEBNE, Taklisch gebruik van Mitrailleurs, 62 pag;., ?0.60. Utrecht, A. W. Brnna & Zn. Foor het Dambord met J. DB HAAS en PH. L. BATTEFELD, 205 pag., ?0.90. Gouda, G. B. van-Goor Zonen'a Uitg. My. C. NOOBDWAL, Pension Brode, 2e druk. Utrecht, A. W. Brnna & Zn. Mr. J. P. H. KROON, De Armenwei. Met teelichting. Groningen, J. B. Wolters. Nederlands-Indië, afl. 22. Amsterdam, Uitg. My\ Elsevier." De Balaks. Wie zy waren en wat wij naar de opgedane ervaringen van hen mogen verwachten. Een schets, door M. JOUSTRA, 84 pag., No. 7, v. d. uitgaven van het Bataksch Instituut. Prys ?0.75. Voor begunstigers en leden gratis. Leiden, S. C. van Doesbnrgh. " De Proteatantsche Zending," serie I, No. 8, dr. A. M. BROUWER, De Opleiding onzer Zen delingen, 48 pag., ?0.40. Baarn, Hollandiadrnkkery. Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap (gevestigd te Utrecht) 33ste deel, 460 pag., ?5.75 Amsterdam, Joh. Muller. D. VAN DEB ZEE, De Arbeidswet 1911 en haar uitvoering, 125 pag. Amsterdam, Ipenbunr & Van Seldam. HtmiiiMMimiiiMin 40 cents per regel. BOUWT TE NUNSPEET. Inlichtingen by het bouwbureau DE VELUWE". aldaar. DELAUNAY BELLEVILLE AUTOMOBIELEN. Hoofd-Agent voor Nederland: J. LEONARD LANG, 114 Stadhouderskade, AMSTERDAM. GRANDS WINS DE (CHAMPAGNE Perrjer-Jouet j Epernay. Cojncessionnajres, Sauter&teoliSjMèastricht. IS EEN POPULAIR RIJWIEL VOOR WEINIG GELD \ / AMSTERDAM, . HOBBEMASTR 2B A, Eenige Fabrikante BengerSühne Stuttga LUGANO. Hoofddepót te AMSTEBDAM: Kalverstr. 166 K. F. DEOSCHLE-BENQEB. Een van de mooist gelegen plaatsen van Zwitserland. Zeer vele wandel w. en uitstapjes. Zacht, gematigd klimaat. Temper, in den winter gemidd. 2,6°C. Geen mist. Heer), verblijfplaats voor de lente en den zomer. 70 hotels en pensions met meer dan 4500 bedden. Op verl. gr. geill. Gids No. 19, door het Off. Verkehrsbur. in Lugano of door het Int.Verk.bur.Raadh.str.l b/h Singel, Amst. Hei best betientle Merh* AUTO-GARAGE RENAULT.- FREDERIK HENDRIKLAAN 84. 's-GEAVEBTHAGE. Telefoon Schev. 1533 BERNER OBERLAND. IThun TUINSTAD a/h THUNERMEEfi. 570 M. b/d Z. Centrum voor prachtige uitstapjes. Uitstekend ingerichte Hotels met 1500 bedden. KUBHAU8. Geïll. Prospectus. Verkehrsbureau Thun en Intern. VerJceersbureau Amsterdam, Baadhuisstraat 16, by het Singel. 11MIMIIMIIMM1 Is dat alles, wat je me te «eggen hebt?" vroeg ze driftig. HU boog bevestigend, en zyn stem klonk opeens heel nederig: Ja, Miesje." Ik heb je al zoo dikwijls gezegd: ik ben geen kelnerin" stampvoette ze. Mary dan." Hy sprak haar naam geaffecteerd op zyn engelsch uit. En je merrie ben ik ook niet" striemde ze. Hy gaf door een kleine handbeweging zyn trouwens onderworpen wanhoop te kenner. Je zult me zeker wel toegeven dat als onze naam mij verplichtingen oplegt, hij 't jou ook doet?" vroeg ze scherp. Natuurly'k" zei hy met eenige ver bazing. Die man heeft me be'leecligd." Welke man? ffies?" Nee. Die officier natuurlijk. Hij heeft me beleedigd, zeg ik je!" Zyn verbazing steeg: Heeft die «aan jon beleedigd ? Maar wat heeft-ie dan...?" Hu heeft me onder anderen een zoen gegeven, hier, in myn hals." Hy werd opfiens zeer bewegelijk, draaide met zyn lichaam, zwaaide met zijn armen: Hy ... hy heeft je gekust ? l Ah, maar dat is infaam, dat is eenvoudig infaam l Daar moet ik Gies eens over spreken." Hu deed een paar stappen naar de deur als ging hij zyn voornemen dadelijk ten uit voer brengen. Doch hy bleef plotseling staan: En iy.... hebt dat toegelaten ?" toornde hy. 't Was gebeurd, eer ik 't kon beletten." Hy liep zenuwachtig heen en weer: Maar wat.., wat moet ik daaraan doen?" Zij was opgestaan, en haar gezicht vlak by het zijne, beet ze hem toe: Je moet 'm uitdagen l" Haar stem klonk vreemd, heel hoog en trillend; en 't was als maakte ze er een grapje van en kon ze haar lachen nauwelijks bedwingen. Hy stond perplex en stamelde: Ja maar ... Ja maar... Je kan toch van müniet eischen)... dat ik dien officier...?" Haar gezicht vertrok tot een grimas. Nee" zei ze heel goedig dat kan ik van jou niet eischen." Meteen barstte ze in een schaterlach uit en ylde de kamer uit. Onwillekeurig deed hy eenige passen achter haar aan. Doch zQ sloot zich op in haar slaapkamer, en hy hoorde hoe haar lachen langzamerhand overging in een zenuwachtig hoog-gillend geween. 'a Avonds vertelden de bedienden elkaar dat zy" weer een bui had en dat hy" in de bibliotheek de ne whiskey-soda na de andere dronk. Ze beklaagden hem.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl