De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 21 juli pagina 5

21 juli 1912 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1830 DE AMSTERD A-M MERWEEKBLAD VOOR NEDERLAND. OPBKINOSBBDB, DITOESPBOKEN OP DEN FKXBTAVOND T/EB GELEGBNHEID VAN DB ALGBMSENB ZOMIKV«aQADEHING DB BVEREENIGING VOÖK Geachte QeettteritHmten/ Als voorzitster der Af deeling Utrecht heet ik n welkom op den feestavond der Ver. voor Vrouwenkiesrecht. " ' Al zy'n allen die hier tegenwoordig zijn nog geen leden der Vereeniginp, tcch durf ik o geestverwanten noemen; want tegenstanders komen wel op onze gewone vergaderingen, om te trachten ons daar in het debat te verslaan, maar op een feestavond als deze komen allén onze vrienden, Toen op de wintervergadering in Dordrecht beslist ion worden, waar de zomer ver ga-l erin g ?on plaats hebben, werd door mij Utrecht voorgesteld, en dit vcnd dadelijk bijval. Het was een stoutmoedig voorstel, want Utrecht is een moeilijke stad! M»ar, aan de Btontmoedigen behoort de halve wereld en de uitkomst heeft dit bewezen. Door de hulp van mijn medebestnursleden, de leden der Afdeeling, maar bovenal door de vele vrienden die wij, zoowel in als buiten de stad bezitten, ia het ons mogelijk geworden n dit f eest programma te kannen aanbieden en^u in talk een feestelyk versierde zaal te kvncen ontvanger. Eu het is heel gelukkig dat wij die symphatie ondervonden hebben, want cymphatie sterkt, en dit hebben wij noodig. Het ia a allen zeker bekend, dat het Bapport, uitgebracht door de Grond wetscommitfie, negatief ia wat betreft het Vrou wenkiesrecht. Wei moeten wy den heeren Oppenheim, Drncker, Van der Feltz en Tto-lstra dank baar zy'n voor het warm pleidoo', dat tij voor het vrouwenkiesrecht gebonden heb ben; maar als men het veidere rapport leeet^dan traant men zich af: IsNeleriand eea eiland, dat van alle communicatie ver stoken ia? Lezen die bewindsmannen nooit in'hoeveel landen reeds gedeeltelijk of alge heel vrou «enkiesrecht ia ingevoerd en hc goed het daar werkt T" Voor n ding ben ik dankbaar en wel, dat in een der neta'a een voorstel te lezen ?tut, dat luidt: het kiesrecht alleen dien vroawen te geven, die daadwerkelijk blyk hebben gegeven, dit te willen bezitten. Zie, dit woord daadwerkelijk moet voor ons de zweepslag worden, waarmede wüde lanwen opschrikken en wakker maken. Want er zijn helaas nog zooveel vroawen, die het vrouwenkiesrecht wel goed vinden, en er zelfs cympbatie voor koesteren, maar die het wel zoo gemakkelijk vinden, om or.« bet werk te laten doen. Dat moet veranderen. Zy, die tot dasver niet»deden moeten iets doen, ty die iets deden moeten meer doen en ly die meer deden, moeten nog vél meer doen! Onlangs sprak ik op een kleine afdeeling. Onier mijn gehoor bevond zich een Amerikaansche dame, die goed Hollandsen sprak en verstond. Na afloop der vergadering kwam zünaar mij toe, en zeide: weet gij, waarom de vr uwen in Amerika reeds zooveel verder zijn dan in Holland? Dat komt omdat de Amerikaansche vrouwen veel meer solidair zijn, veel meer voor elkander voelen. De vrouwen in Holland lijden aan een ziekte en die ziekte beet... defcigheid l" Ik laat het aan n w aller oordeel over om te beslissen, in boeverre die uitspraak juist is, maar dit is zeker, da', wij vrouwen, nooit mogen vragen: van welken rang, stand of geloof zijt gy, maar; zy t gy vrouw, lijdt gij onrecht zooals wij ? sluit n dan by ons aan en strijdt mét ons, zooals wy tot dusver voor u gestreden hebber. Wanneer bet waar is, dat de vrouwen aan die ziekte lijden (an nw applaus geeft mij het bewijs, dat gy dit bevestigt) dan wensen!e ik hier te cocatateeren, dat de mannen-tegenatanders ook krank zijn. De ziekte, waaraan tij ly'den, zou ik dualisme willen noemer. Want, is er wel groot er verschil denkbaar UIT DB NATUUR. CDLXXXVI. De Amsterdamsche Hortus. E k jaar heb ik myn lezers, vooral hun, die met de racantie m Amsterdam komen, maar ook hun,die ermoeten blijven, herinnerd, dat er in de P.antage tegenover de Muiderstraat een groote tuin ligt, met prachtige bloemen en belang nek kende planten, en dat die tuin voor een kleinigheid is te be zichtigen. Zy, die naar het buitenland gaan, naar een land met een mooie fl wa, kunnen er stellig wat voorkennis opdoen. Dezen keer wilde ik het lat»n, omdat er getimmerd en gemetseld wordt; en waar ge bouwd wordt daar is rommel, daar liggen planken op den weg en daar stoft het gewoonly'k een beetje. 0< k is d« groote nieuwe palmet kas nog wat heel nieuw en daardoor wat... nuchter, voor wie er niet juist komt om détails, maar om een mooi ensemble een bezonken, saamgegrotid geneel. Ik wilde den Hort as dezen keer o'erslaan zooals ik zei, en zou het gedaan hebben ik had al een ander opstel klaar indien ik er niet van middag toevallig e en bad moeten zijn. Toen ik den tuin in was, kon ik er baat>t niet weer uitkomen, en ik had toch zoo weinig tyd. Maar er is daar op dat klein bestek 100 ontzaglijk veel moois en interessants te zien, voor iemand die maar een klein beetje van planten houdt en dns ook iets van planten weet, dat ik mijn opwekking om eens een halven dag aan den Hortus te schenken, wel moet schiyven; ik zon mij zeif geweld aandoen als ik het naliet. Er bloeit in den tuin niet de helft van wat er in Iffei en Juni open i», dat spreekt; m aar YIachten zyn 01 k mooi, en er staat nog genoeg in bloei om een nnr lang in rerinkking te zijn. Mag ik n op eikele ding, n attent maken, dat kan zoo nuttig ly'n, als ge er voor het eerst komt. Als ge binnen zy't, hebt ge al dadelijk een rond perk voor n, vol varens. Ga kunt er de meeste Naderlandsche wilde soorten vinden. De rand van dit wilde-varen-perk is van klimop gemaakt, een liggende a vorm met heel gioote bladeren. Daartneschen en daar naast ziet ge grijst g paarse of al broine bloemtrosaen op teken, als verdroogde byacinthen zonder blad. Dit zijn echter levende bloemen, m»r k waardige planten die nooit blad bezaten, woekerplanten, levend ten koste van andexe gewassen, het zijn de B stellig by dan tasschen een man die op vrijersvoeten loopt en dezen zelfden man op een ver gadering van vrouwenkiesrecht, waar hij als tegenstander aan het woord is? Wanneer onze vereeniging over dezelfde ruime geld middelen kon oeschikken als onze zustervereenigingen in Engeland en Amerika, dan zon ik' voorstellen, om aan elke verloofde een gramaphoon cadeau te doen, opdat zo de woorden, die dan tot haar gesproken worden, kon opvangen en bewaren, om, wan neer haar verloofde haar echtgenoot zoa zijn geworden, en zich als tegenstander van het vrouwenkiesrecht ontpopt, hem dan nog eens zijn eigen woorden te doen hoorer. Wanneer een m a a een vrouw uitverkoren heeft om de zy'ne te worden, dan is die vroaw volmaakt l Dan heet zij een engel, de grond is te kond 'waarop zy loopt, hy zon haar op z'n handen willen drager, enz. en r. Alle verloofden en gehuwden die hier tegenwoordig zyn, kunnen zelf wel aanvallen, wat er -in die dagen tot baar gesproken is. En boort na dienzelfden man als tegenstander van vrouwenkiesrecht l dan zegt by': De vrouw heeft geen verstand van politiek; de vrouw laat zich te veel door haar gevoel beheerschen; de vron ir kan niet objectief oord eelen; da vrouw kan niet logisch deuken; .de vrouwen praten te veel; want dat doen mannen in den Gemeenteraad of de Kamer nooit, enz. enz. Ook hier kunt grj allen zelf aanvullen, wat w|j van dien aard te hooren krijger. Natnnrly'k heeft men my' wel eens ge antwoord, dat een man die verliefd ia niet toerekenbaar is en aan een ty'delyken waan zin lijdt. Maar hij die zósprak had natuurlijk pas een blauwtje geloopen of ia ong lukkig in zy'n huwelijk. Een min die gelukkig getrouwd is, krijgt een glimlach op de lippen, zoo hy' aandien tijd herinnerd wordt en, al is zijn \rouw een dik moedertje geworden, of krijgt ze al grijze haren, met het cog der herinnering ziet hij in baar nog de bruid van vroeger. Welnu, al d.e gelukkig getrouwde mannen moeten wij er steeds aan herinneren, dat ook hun vrouw behoort tot de vrouwen, die door de Nederlandacbe wetgeving als mindervaardig gebrandmerkt zyn. N. MANSFELDT?DE WITT HTJBBETS. Wie helpt ze aan ei preitipi Tactn Verleden jaar heb ik niets gevraagd, ook het jaar te voren niet; het wordt zoo ver velend elk jaar opnieaw en ik had het verscheidene jaren volgehouden te bedelen voor dezelfde arme kinderen bij dezelfde goedgeefsche en belangstellende lezers. Maar na doe ik het weer. Eer dame uit Nymegen die mij drie gulden z nd: Even als voor drie jaar voor iéi prettigen dag aan ten paar van de allerarmste kinderen" neefc het my herinnerd, dat het juist tyd is, als ik weer vragen wil, wie wat missen wi). Ik vind ook, dat het precies op tyd is. U gaat in deze week op reis, gaat geld wisselen, brieven posten met beschikkingen voor de reis, of haalt in nw buitenverblijf al brie ven van de post, geef er het dienstmeisje, den huisknecht of den kruier meteen een postwisseltje bij voor n prettigen dag aan n kind uit de achterbuurten van Amsterdam, of liever laat het n w kinderen bezorgen, die voelen dat bet beate. Voor n gulden kan au er zoovelen gaan een kind in Zandvoort, Baaeam of elders een vollen dag leven, echt leven, dat wil zeggen, buiten zy'n, met trein of boot reizen, lekker spelen in het graa of het zand, en lekker eten ook. Zet d nu in deze week, in de volgende begint de vacantie, een gulden, als het kan een paar, direct aan M. J. de Moor, Brederoatraat 91 te Amsterdam, den penningmeester van het Vacantie-Kinderf eest. Ik sta er voor in, dat bet geld komt waar het noodig , en dat het voor de allerarmsten besteed wordt. D ontvangt later verslag, dat tevens qnitantie berat voor nw liefdegaaf. Stel het niet ait. E. HEIMANS. name bekende bremrapen; deze soort woe kert op klimop. Naast het ronde perk staan eierplanten in vrucht, kolossale ronde roode vrachten hangen aan de korte stelen, onder de al bijna afge leefde bladeren en daarnaast het bassin met waterplanter. De Hortus-bediende die n vergezelt, zal n de merkwaardigheid van het wateidaizendblad wel laten zien dat er tusFchen de waterlelies groeit. Zoo omgaande hebt ge rechts het veentje." Wie wat weet van de heerlijke plaotengroei van onze plassen en moerassen, moet hier eens niet vluchtig kijken. Ge vindt er de meeste van ense sloet- en plaeplanten in bloei of vrucht terug; de kleine liechdodde houdt zyn bruine sigaartje al omhoog, de bloedaren staan als vlammen, de wederik als goad. Hebt ge nog geen lust, de planten met tiquetjes te gaan bekyken of vindt Re dat meer speciaal stndentenwerk zooals ik iemand, die nooit in den Hortus geweest was hoorde beweren dan zyn er voor n nog meer natuurlijke of pse ndo-natunrlyke pietjes te zien. Wandelt ge om de groote kas heen, langs de Kanarie-kers, die zoo ry'k bloeit, de roode potentil met zijn tallooze zacht wynroode bloemen, de lorech opgeschoten Bccconias en nog veel meer dat n tegenlacht en, hoop ik, tegenhoudt by het passeeren, dan komt ge by de rotspartij. Ook dat is een hoekje zonder naambordjes, waar ge al vast ter oefening met nw flora wat kunt determineeren; of nog beter met een Aipeiflora, want het zyn meerendeels bergplanten die er op en tnsschen de bteenen bloeien of hun vruchten al doen rijpen. Het Edelweisz is van het jaar wat slap, de Sedums en de Aristolochia's staan mooi. Nog >yt ge niet aangewezen op de systemati sche gedeelten van den tuin met de gevreesde tiqnetten. Er is ook nog een boEchhoek. Als ge er heen loopt, moet ge even een bloem van een Mimulus, een roode maskerbloem, zijn kunstje laten yertooner. Als ge een grasspriet of een Jncifer of een potlcodje in de bloem steekt op dezelfde wijze als ge de hommels er in ziet kruipen dan zult ge opmerken, dat de stempel, die eerst open stond en wijd gaapte, «ich gaat bewegen en toeklept. De bet eekenis snapt ge dadel y k, het is alweer een krnisbestnivings-kwestie; de onderste stempellob krijgt stuifmeel als de hommei zyn kop naar binnen steekt, de stempel sluit zich meteen om het beleggen met eigen stuifmeel te voorkomen; als de hommei zijn korpus terugtrekt, kan alleen nog maar de buitenkant van den stempel ADLEÏ^QEL Glamloklen. Lokken, die glansden en straalden als zonneschijn", waren reeds sedert overoude tqden een geliefkoosd onderwerp voor de dichters, en een Ooetersch sprookje verhaalt zelfs van een koningsdochter, wier gouden haar van zulk een verblindende pracht was, dat ze, in den nacht staande op de tinten van baars vaders paleis, de geheele stad verlichtte, en deze Arabische beeldspraak is baast al te stout om nog mooi te zijn. In Ne w-York nochtans gaat men dit sprookje min of meer in werkelijkheid vertooqen, want daar be gint in de salons de electrische verlichting van het kapsel highlife" te worden. Ia de luchtige haarrollen zijn kleine, maar sterke gloeilampen verborgen, die, ofschoon zelf ongezien, aan de lokken een bnitengewonen glans geven, en als 't ware een stralenkrans tooveren om 't blozende kopje van blondine of brunette. Amazone. Een schitterende amazone is de Ameri kaansche tin. Eerbert Wadsworth, die reeds sedert gerturnen tijd hondster was van het lange-afstanas record te paard voor dames, en die thans opnieaw een prachtig ruiterstak bedreef, dat baar aan de spits stelt van alle gentlemen-riders" van de Vereenigde Staten". Als eenige dame, en incoicarectieo.a. met twee cavalerie-tfficieren, nam >ij deel aan een &f-ttar dsrit van 9UO Eogeleche myien of pi.m. 1500 Kilometer, van Washington naar haar zomer-verblijf. !a '' geheel waren er vijf mededingers bij dezen interessanten strijd, die alleen door de amazone in «.'n geheel vol bracht en gewonnen werd. Zij gaf daarmee een bewijs van geweldige kracht en uithcndingsvermoger. Tanden. Een dentist te Cbicago beweert, dat hu de kunst verstaat, om valcche tanden te maken, die in den mond groeien als echte tanden, en die deze dos volkomen vervangen. Heel waarschijnlijk klinkt dit verhaal u iet, want hu zou dan het gebeim ge ronden heb ben van het leven, dat langs knnstmatigen weg aan het doode materiaal werd ge schonken was. Kwakzalvers zijn sterk in dit soort van reclame. De Histoireanecdotiqae" verhaalt, dat er ettelijke jaren geleden een tandentrekker op een der markten te Parijs stond, de zy'n kunst vaardig beid propageerde met de woorden : Dames en heeren l Anderen rukken u de tanden uit: ik trek ze zelfs niet, ik pluk ze, gelijk mea bloemen plukt." Z'n vrouw stond naast hem en zong na deze aanspraak met een se ar il sopraanlje: Z>o liefjes, zoo zachtjes Kan mijn man dat doen! * * Whist. In de salon van een voorname Paryache familie, die reclame wilde maken voor het fijn a Whist-spel, dat meer en meer dreigt verdrongen te worden door het nieuwere en ingewikkelder Bridgn", heeft men dezer dagen een levende partij Wcist gespeeld. Vier uit muntende spelers, twee heeren en twee dames, waren nitgenoodigd om een match te speler, en het geheele middengedeelte van de salon was da whisttafe). Een aantal kindei en, op buitengewoon fraaie wijze gccostnmeerd, en «Ik een kaart voo;stellend, werden, nadat het spel gedistribueerd was, achter elk der spelers in vier zijden tenten geplaatst. Naast alle spelers stond een page, die door deze gewaarschuwd werd, welke zet gedaan moest worden, en dan onmiddeljjk de gewenschte levende kaart opriep, die uit de tent kwam, en zich naar het midden van het prachtige perzisehe tapijt bigif, waar weldra de andere zetten hem volgden. De zetten der partners gingen dan hand en hand tegenover elkaar staan, maakten een buiging, ei begaven zich dan in een r|j van vier met vlugge danspa'jes naar de zijde der winnende partij, om vervolgens het vertrek te verlaten KONINGIN DES SCHOONHEID IN ENGELAND. Bnrggravin Cnrzon, welke op de Shakespeare-England" tonrnooian in Earl's Court de Koningin der Schoonheid ie. Op deze middel eeuwse hèma?keradefeesten is de Engelse hèaristocratie zeer gesteld. Uit haar rijen worden in groot aantal de eerejonkera en eere jonkvrouwen aan de mooie lady C ar zon toegevoegd. Zjj deelt als Koningin de mijnen uit aan de kampvechters. t i iiiiiiiliiiiiiiiiniii mmiiii miiimiiiiimiiMi iiiiiiiinii iiiiiiiniiiii miiimiiiimmtimmiiiiiiiiiinmiiimmi tot de parlij was afgespeeld. De punten die gemaakt werden verschenen na elk spel in electrisch licht aan den wand der zaal, zoodat ieder den loop der party gemakkelijk volgen kon. Ryk van middeleen wtche pracht waren de costnnms der hoofdfiguren van het spe1. De vier vroawen waren 'ier mooie graciense kinderen van twaalf tot veertien jaar, die luchtig en fijn waren uitgedost als elfenkoninginnetjes, en die bovenop het weel derige zwarte en blonde haar als een stralend diadeem, door kleine electrische gloeilampjes omgeven, het figuur droegen, dat ze ver tegenwoordigden. Overigens werden de harten en ruiten voorgesteld door meisjes, de klaveren en schoppen door jongens (van twee tot tien in oploopende grootte en letftyd.) De klaveren waren in het groen, de schjppen in het paars, de ruiten in het geel, de harten in het rood gekleed. Ze droegen allen het figuur in een schild op de borst, en het cijfer in gloei lampjes bovenop het hoofd. Een buitengewoon applaus viel da asen ten deel, waar 'oor men vier ecrattige k'eine kinderen genomen bad, die gekleed waren als cupidos met eilveren vleugeltjes op den rug. Het geheele spel had een groot succes, en werd in alle mon daine bladen druk besproken. Muziek l Een dnitsch landbouwer is van meening, dat men zich zelf voordeel doet door zy'n werklieden in een vroolyke stemming te brengen, en heeft daarom voor de eerste maal in den hooit y d een reusachtige gramophoon aangeschaft, die allerlei jolige volksliedjes speelt en zingt. Het ding is middenop het land geplaatst, zoodat al de Aan den rand van het Victoiia-regia bekken. Boode Waterlelies. gerat kt worden en die doet niet mee aan de voortplantingsmekaniek. Die boEcbhoek is een van de attracties van onzen Hortup. Niet alleen voor de leeken en liefhebbers, de onderwijzers en de kin deren die er komen schoolwandelen". De teekenaars en leerlingen van de schilders school gaan er wel heen, als zy een mi? t e en wildernis met veel mooie bloemen heb ben te schetsen ; ook de studenten zelf, voor wie de Hortus eigenlijk bestaat, hebben er plezier in; er wordt weinig of niet gewied, de natuur mag er zijn gang gaan en zoo nu en dan brengt de een of de ander er wat merkwaardigs of mooi's bQ in. Nog een brokje by'na vrye natuur, zoo vrij en weelderig, dat ik er van middag letterlijk in vast raakte, dat is de kleine vy'ver met zy'n boorden aan bet eind van den tuin, op den hoek van de Middellaan. Daar groeien en bloeien de groote liecbdodde, hooge oevergrasgen, wilde orcbideiëa en vrouwenschoentjes. Het heksenkrnid bloeit er welig en de aronskelk beeft er vuist-dikke vruchtaren. De witte waterlelie en de gele plomp liggen er zoo stil en matig te bloeien, te midden van het voortdurend getingel en getoeter van trams en auto's, dat het lijkt, of ze u tot zich lokken en flatteren: Als ge niet weg kunt uit het stadsgewoel, kom hooiers het hooren kannen, en het doet even opwindend als de kry'gsmnzlek, men werkt, dat de stukken eraf vliegen. De baas wrijft zich in 'n handen en acht de proef uitnemend gelakt, en z er narolgens waard. *?? Record. Men verwijt ona vrcawen wel eens, dat we veel en lang achter elkaar kannen spre ken, en noemt zelfs de steeds bewegende en ritselende blaadjes der populieren vrouwentongetjes1'; maar ik vraag u, wat zeirt ge dan wel van dien afgevaardigde in het Oostenryksehe parlement, den obstrnctionist M. Baczynscy, die een redevoering hield welke volle dertien uur duurde ?... Hij begon 's avonds om half elf, praatte den geheelen nacht door en eindigde den volgeuden morgen om half twaalf. * Verzameling. Een van de merkwaardigste verzamelingen, die er bestaan, is wel die collectie van hoefyzers uit alle landen en tijden, die zich te Oakham Castle bevindt. Deze verzameling ontstond door de zonderlinge schikking van een der oude bezitters van het kasteel, welke de bepaling maakte, dat iedere ruiter, die over zy'n gebied reed, een van de hoefyzeis van zy'n paard moest schenken als tolgeld. Oade ridders en vorsten lieten deze namelijk lang niet altijd maken van onedel metaal, en zoo komt het, dat er zich in de collectie, die ook uit een cultuurhiatorisch oogpunt zeer interssant is, hoefijzers bevinden van goud en van zilver, soms zelfs met fraai dry'f- en inlegwerk. ALLEGRA. dan vaker hier, 's morgana wat vroeg, dan is het hier zoo stil en mooi als in de eenzame plas; dan zingen hier de tainflaiter, de zang lijster, de winterkoning en de merel." Er zat er van middag een te zingen op de eenige composiet, die een boompje kan worden: de bloeiende Olearia van NieuwZeeland. Maar nu zyn ook de vrye hoekjea op. In den tuin ia het verder systematiek met wat biologie; maar de Hor t as heeft' nog wat andera, dat alleen de twee k war ij as toegang waard is. Dat ia de de groote Victoriakas, om van de Kweekkas, met zijn cactnsachtige planten en Ven us vliegen val, met da Orchi deeën en van de palmenkaa niet eens te spreken. A.1 wat er in die kas groeit en bloeit is schitterend van schoonheid, van kleuren pracht en vormenrijkdom. Geweldig als tempelznilen groeten u bij het binnenkomen de dikke stengels van een bloeiende Arpnckelk, de Colocasia odornm, de Water hyacint h valt de zy bassins, de Victoria-regia met vol-ontplooid blad en bloem knop. Van de week komt er willicht al bloem. De Lotosbladen en de blauwe Waterlelies, de bloeiende Ry'st en Fapyrnsplanten, de groote Malvtbloemen van de Katoen plant, het is alles even weelderig, overstelpend van levens kracht Belangwekkender en tevens mooi zijn ook de verschillende kleine Kruid j es-r oerme-niet, ook de gewone Mimosa pndica. Ze zijn verscholen tusschen de reusachtige Pylkr uiden met gele bloemen. Nog interessanter dan Kruidje-roer-mcniet is de veel grootere Desmodinm gyrans; het Telegraaf-plantje, daar staat ge gewoon versteld bij. De blaadjes van deze plant, vooral de kleine zy blaadjes draaien in een kegelvlak rond, zoo snel en duidelijk dat ge geen pogen t lik kant twijfelen aan de bewegelykheid. Neem, als ge gelegenheid hebt, uw kin deren, boven de twaalf jaar, eens mee naar de Hortus; ze kunnen er verbazend veel leeren, aia ze een klein beetje lust in natuarBtudie meebrengen. E. HEIMANS. CORRESPONDENTIE. Uw torren zy'n waterkevers die aan het verhuizen waren en iets glimmende op uw plat of plaatrje voor water hielden. Het zijn da kleine pikzwarte en de kleine gerand") tor Hydrous en Colymbetes.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl