De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 1 september pagina 6

1 september 1912 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1836 Andrew Carnegie. De Carnegie-stichting te Washington. #? Indien over eenige eeuwen, dank zij de gezamenlijke pogingen van de sociaaleconomen, het groot-kapitaal gesneuveld zal zqn, en men de Amerikaansehe milliardairs nog slechts uit de geschiedenis kent, zal men nochtans een goede zijde van het oude systeem niet vergeten hebbei, nl. dat hun kapitaalkracht deze rrjkaards in staat stelde, zeer groote an mooie dingen te doen op wetenschappe lijk gebied, dingen, die misschien buiten het bereik liggen eener regeering, en die alleen, het wellicht ijdele, maar niet temin naar het uiterlijk te oordeelen zeer milde gemoed van een machtigen plutooraat tot stand kon brengen. Er is tegenwoordig e»n wedstrijd ont staan tusschen de Amerikaansche dollarkoningen, om zulke schitterende en in het oog springende dingen te doen, en wie zal het Rockefeller euvel duiden, dat 't hem geenszins kond laat, de Hoogeschool te Chicago, aan welke hij onge veer honderd millioen dollars efferde, te zien herdoopt tot Rockefeller-University; ea wie zal het Andrew Carnegie als een blaam aanrekenei, dat hij boven de dozijnen kleinere en grootere volksboe kerijen, welke met behulp van zijn millioenen in Amerika en Engeland tot stand kwamen, gaarne zijn naam leest, in marnier en graniet gebeiteld ? Echter Het hoofdgebonw van de Garnegle-stichtlng te Washington. worden deze kleinere momenten in de schaduw gesteld door zijn Yredespaleis, en door de Carnegie-Institutiom" te Washington, die e veneens zij n naam aan het nageslacht zullen overleveren. Vooral deze laatste groote stichting doet dien naam eer aan, en is het pièce de r aistatca" van des rijkaards wetenschap pelijke weldadigheidsarbeid, hoewel ze, naar ik tot mijn verwondering be merkte, in Europa slechts binnen den academischen kring algemeen gekend en gewaardeerd wordt; het groote publiek kent haar niet of slechts bij naam, hoe wel ze reeds in 1902 werd gesticht, en dus volle tien jaar oud is. Het zal intusschen de publieke belangstelling wel een weinig prikkelen, indien men weet, dat de peetvader der nieuwgeborene, Andrew Carnegie, haar ia dat stichtings jaar de bare som van vjjf-en-twintig millioen gulden in de windselen legde. Het eerste lustrum van de baby vierde hij vervolgens in 1907 door haar nog maals vijf millioan te schenken, terwijl hij in 1911 andermaal met vijf-en twin tig millioen over de brug kwam, zoodat de Carnegie-Institution thans beschikt over een kapitaal van 55 millioen galden, dat, belegd in bonds, tegen vijf procent, een rente afwerpt van 2,750,000 gulden. Het particuliere knipje van den Ameri kaan heeft hier dus wellicht het grootste jaarlijksche budget voor zuiver weten schappelijke doeleinden beschikbaar ge steld, dat ergens ter wereld wordt aan getroffen. Den regeeringei is het niet altijd even gemakkelijk geld te voteeren voor zuiver wetenschappelijk werk, want de belas tingbetalers willen waar voor hun geld ?n mopperen als het nut der besteede dubbeltjes niet dadelijk en overtuigend blijkt. Dit principe heeft de ontwikkeling van sommige wetenschappen herhaal delijk in den weg gestaan. In deze leemte nu voorziet de Carnegie Stichting, hoewel ze tevens de praktische toepas sing der wetenschappen niet voorbijziet, want de kern in haar programma luidt: The objects of the corporation shall be to encourage in the broadest and most liberal manner investigation, research and discovary, and the application of knowledge to the improvement f man kind". Eenzijdigheid is in deze korte formule zorgvuldig vermeden; zij omvat de geheele wetenschap in al haar ver takkingen. En dit zijn niet slechts woorden. Het blijkt ook uit de werken der stichting, dat zühaar taak zeer ruim opvat, en als logisch ge volg daar van, dat zij wetenDe groote hal van de Carnegie-stichting. iiiitmiiiiuiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiii GebrnMniist, Dat de bevrediging van kunstzin niet alleen te vinden is by een schilderij, een teekening, een ets, zelfs, dat heel wat nederige ge bruiksvoorwerpen meer te genieten kunnen geven dan zoo menig voorgewend kunstwerk, zal wel algemeen voetstoots worden toe gegeven, als men daarover aan 't redetwisten ion willen gaan. Toch schijnt dat besef zich slechts tot een theorie te bepalen, want vrij algemeen wordt het rechte kunstgenot eerst te ondervinden geacht by een voortbrengsel uit menschenhanden, dat uitsluitend zjjn bestaansreden moet vinden in mooi-te-zjjn. Was er wel ooit een tjjd als de onze, zoo vruchtbaar aan wesenlooze of redelooie kunst werken, werd er ooit zoo veel geschilderd, alsof dat broodnoodig was? Ook dit en het noodelooze, zelfs onzinnige, van dien over vloed wordt erkend, terwijl tentoonstel lingen zich vermeerderen en kunsthandels in schilderden floreeren. Integendeel dus van een verheldering der inzichten, zon eerder te constateeren zijn vergroving van kunstzin en een geleidelijke algeheele ontwrichting van schoonheids begrip. Maar ook weer bij de belangstelling voor de productie van de e.g. versierende kunst, blijken de knnstzinnigen dikwijls slechts maniakken te zijn. Sommige artikelen ge meten ook hier, naar een uit het onbewuste gedreven zin, de voorkeur. Een stuk oudDelftsch b.v. staat tegenwoordig zeer in de vereering van het kleinlijke kunstgeliefhebber; de onnoozelste boer uit een veraf gelegen negorij, weet dat zijn oude schotel of kom zoo die hem nog niet afgetroggeld is stijf geld waard is. De liefhebberij is hier niet vél anders dan een verzameldrift, die de een van den ander overneemt... als bij het verzamelen van schilderijen. Intnsschen blijft veel wat ook mooi is, dus bestaat om genoten te worden onopgemerkt. Ik heb reeds eenige keeren getracht de oogen wat meer te doen opengaan voor het fraaie aan Chineescbe en Japansche voor werpen van allerlei aard, daarbij nadrukkelijk wijzend op de kunstige verrichting, op het harmonisch samengaan van de technische voortreffelijkheid en de schoonheidsuiting het werkstuk en het kunstwerk. In onzen tijd vooral kan het heilzaam zy'n de yoorbeeldlgheid van het handwerkschap by die kunstenaars met htm fijnen esthetischen zin te doen «itkomen. Wat uit hun handen kwam is mooi, omdat het als proeve van uitvoering ook volmaakt was en logisch van gedaantevorming. Er is op 't oogenblik in den winkel van Komter, op 't Rokin, een heele collectie Chineesche en Japansche pettery", waar onder menig kostelijk stuk en ieder met zjjn eigene bekoring, 't Zijn kommen en potten meest, maar in vorm en versiering zeer onderscheiden. Zoo'n verzameling is inderdaad zeer geschikt tot verscherping van den kijk op mooie dingen, ongeacht hun aard of bestemming. Wat door den niterljjken vorm het oog behagelük aandoet (wijl het doeleinde van het voorwerp verantwoord is in het ver sierende element) zoekt men zuiverder te keuren in de smijdige gaafheid van de materie, in de teedere welving van het gladde op pervlak. Want de knnatigheid van die pottebakkers uit zich wel in veel vernuftige toe passingen van louter technischen aard, maar is ook vol raffinement. Het glazuur van al die potten en kommen is van afwisselende Torentelescoop, 50 meter hoog, Mount Wilson, Californië. schappen onder haar vleugelen neemt, die elders misdeeld zijn. Gedurende haar tienjarig bestaan gaf zij meer dan 200 lijvige boekdeelen uit, die op buiten gewoon milde wijze aan alle wetenschap pelijke instituten in het buitenland wer den toegezonden, en op het gebied van alle wetenschappen belangrijk nieuws brachten. Onder deze bevindt zich o.a. een catalogus van de posities der vaste sterren aan den zuidelijken hemel. In dit omvangrijke werk werden alle sterren van de eerste tot de zevende grootte opgenomen. In 1905 werd met dezen kolossalen arbeid eau aanvang gemaakt, in een afzonderlijk daarvoor gesticht observatorium te San-Luis in Argentinië op een hoogte van 2500 voet, en waar uitsluitend sterrenmetingen worden ge daan voor dezen catalogus. Niet minder belangrijk is het reeds in 1904 gestichte zonne-observatorium op Mount-Wilson in Californië, gelegen op een bergplateau, dat zich 5886 voet boven den zeespiegel verheft, te midden van een atmosfeer, die zich onderscheid door buitengewone klaarheid, en waar nevels kleur. Schilderachtige effecten, verkregen uit accidenteele vervloeiingen der kleuren, zijn niet versmaad en soms is uit dat half mechanisch, half door rede geleid, com bineeren van kleuren een coloristischen toover bereikt, die grootsche en diepzinnige verdichtingen van de werkelijkheid doet onderstellen. Toch lijkt me 't zuiverst in stijl de vlekkeloos effene tint. Door 't mooie baksel, of de kunstige bewerking is de kleur toch vol wemeling. Zoo trof me hier vooral een Chineeeche pot van een roomig, grauwend groen en ook wel een meer geprononceerd, toch kwijnend groen van schotels, dat een imitatie is van het jade", een zeer harde, glasachtige delfstof, waaruit heel vroeg reeds figuren gesneden zijn. De plastische hoedanigheden en aange brachte ornamentiek aan die voorwerpen doen den artiest kennen naast den vaardigen werkman. Er zit in een wijd uitrandende lage kom de strakke sierlijkheid van een in gulle lijning wijd nitcirkelenden vorm. Ook zag ik er potten of pullen van grilliger formatie; zware voren omme verloopend naar den hals in dunnere en zich schielijker herhalende ribbels, als in natuurlijke uitstreving der ringen aan een knoestig gewas of aan een dierhoorn. Een andere kom van vorm, glazuur en kleuring, gelijkend op een palmhouten bakje, vertoonde eveneens een wat dartel spel der fantasie. Maar het kostelijkst leken me toch enkele Chineesche potten, wat romaansch van vorm en ook schotels, waar de ornementiek als natuurlijkerwijze uit het wezen van de dingen was gewassen en ges tol t en. Dat een kunstvoorwerp zijn schoonheid dragen moet gelijk de rationeele verschijn selen in den groei der natuur, dat het wille en bewolkte luchten tot de groote zeldzaamheden behooren. Deze ideale sterrenwacht, die reeds een aantal zeer belangrijke onderzoe kingen publiceerde, beschikt over reus achtige instrumenten, onder welke zich een torenteleskoop bevindt van 150 voet hoogte, die zich als een trotsche ijzerbouw boven den berg verheft. Trotsch is men er ook op een reflector met spectrograaf, die eveneens van buitenge wone grootte en kostbaarheid is. Door John D. Hooker te Los Angeles zijn thans fondsen verstrekt voor de vervaar diging van een spiegeltelescoop, die twee en «en halve meter middellijn zal hebben. Dit wonder van optische kunst wordt in de eigen werkplaatsen van het observa torium vervaardigd. De laboratoria van de Carnegie-Institution zijn door geheel Amerika verspreid, en het fraaie hoofdgebouw te Washington dient alleen voor de administratie, en voor het bewaren van de uitgaven der stichting: het wetenschappelijk werk wordt daarbuiten verricht. Men zorgt daarvoor in het Plantkundig Laborato rium te Tucsen in Arizona, waar te midden eener wilde omgeving de botanici het plantenleven der woestijn bestudeeren; aan het Department of Economics and Sociology", te New-Haven, waar gegevens worden verzameld voor een eerlang te verschijnen reuzenwerk, The economie History of the United States"; in het Department of experimentalÉvolution",teColdspringHarbour, Long Island in den staat New-York, waar, in een speciaal daarvoor ingericht laboratorium met proeftuinen onderzoe kingen worden gedaan over de evolutie leer ; in het praal volle Geophisische laboratorium", in de nabijheid van Was hington op een heuvel gelegen; in het Nutriton-Laboratory" te Boston, waar onderzoekingen worden geiaan over lichaamswarmte, ademhaling, voeding, enz. Zeer bekend in de wetenschappelijke wereld zijn de Calorimeters" dezer in richting. Twee der meest belangrijke stichtingen der Carnegie-Institution zijn echter het Department of MarineBiology" en het .Department of terrestrial Magnatism". Het eerstgenoemde heeft zijn laboratorium te Tortugas in Florida, op een klein eiland, dat zeer rijk is aan vogels en planten. Voor het zeeonderzoek zijn daar een fraai stoomj acht en vier kleinere schepen beschikbaar. Ook het Department of terrestrial Magnetism" heeft een vaartuig tot zijn beschikking, en dit scheepje is een buiten gewoon merkwaardig en kostbaar werkkeurige van een maaksel uit menschenhanden niet onmiddellijk te herkennen moet zijn, wordt door deze producten van Oostersche kunstnijverheid weer eens bevestigd. De aanwezigheid van dit pottebakkerswerk gaf me aanleiding weer eens de aandacht op den winkel van Komter te vestigen. Er is veel meer en ook in andere richtingen kostelijke aan Aziatische kunst. Die er eens gaat kijken, zal dan waarschijnlijk inzien (om nu den aanhef van dit artikeltje weer op te nemen) dat er buiten de ech dermagazijnen ook nog wel kunstgenot te vin den is? W. STEBNHOFF. De Futuristen. De Futuristen exposeerem nu toch ook in Amsterdam bij de firma Boos, op 't Bokin. De opening vond plaats met een rede in 't D ui t ach, die, nog al rad uitgesproken, moeiel\jk te volgen was. Maar 'k meen, dat er den nadruk op gelegd werd, dat de Futuristen niet de natuur willen weergeven, zooals we die bekijken, maar hun sensatie's of gewaar wordingen (Érhebungen). Welke kunstenaar doet dat niet? Welke kunst is eigenlijk niet impressionistisch en vooral expresiionnistisch? Intnsschen is het waar, dat verslapping der kunst steeds gekenmerkt is door een tekort aan expressionisme. Deze Futuristen voelen dit tekort en willen het verhelpen... door excessen. Wat zij trachten uit te druk ken, zon ik in 't kort willen noemen: een gezichtsverbijstering; of bijv. als een opge vangen beeld van uit een voortsnellenden trein. Maar nu de formnleering daarvan? Na PlasBchaert's artikeltje, in het vorig WeekDe Carnegie" voor Colombo, gepavoiseerd iter eere der kroning van George V. stuk, dat bij zijn verschijning op de wijde wateren van den Oceaan algemeen de aandacht trok. Het is zeer in t bizpnder gebouwd voor magnetische waarnemingen ter zee, en er is dus in het geheel geen ijzer of staal bij de samenstelling ge bruikt; zelfs zoo min mogelijk metaal. Het meet over zijn geheele lengte 155 voet, en heeft ean waterverplaatsing van 586 ton. Het lijkt een sierlijk jacht, dat prachtig in zeil gaat met zijn slanke hooge masten, maar beschikt tevens over een krachtigen motor. Het voert den naam Carnegie", die op zijn spiegel prijkt, door alle zeeën van den aardbol, en strekte zijn waarnemingen reeds uit over meer dan vijfmaal honderdduizend kilometers. Zonder de mildheid van den rijken Amerikaan zou dit kostbare schip, dat aan de wetenschap en aan de zeevaart onschatbare diensten bewijzen kan, wel licht nimmer gebouwd zijn, en het is een schitterende demonstratie voor het nut en de belangrijkheid der stichting, die het uitrustte, en die een monument is voor de machtige republiek en zijn vrijgevige plutocraten. Carnegie zal het wellicht bij de vijf envijftig millioen, welke hij reeds schonk, niet laten, maar neg meermalen zijn millioenen-spaarpotje in den schoot der stichting uitschudden, indien het belang van de wetenschap dit vordert, en de nakomelingschap zal dit op de creditzijde van zijn levensbalans schrijven. J. D. C. v. DOKKUM. blad, wil ik volstaan met deze kennisgeving der aanwezigheid van de Futuristen in Amsterdam, W. S. In De Telegraaf lezen wij deze zinsnede, vol vurige jaloezie: Slechts n bijzonderheid züuit zijn (Hervrarth Walden's) inleidings woord opgeteekend, en wel dit voor ons Amsterdammers zeer vleiende, dat er op de heele wereld maar n journalist is, die de Futuristen begrepen heeft en die schreef in de Groene". Tracht u van dit artikel meester te maken en wandel naar het Kokin." Wy veronderstellen, dat de heer Walden het oog had op 't artikel, ondertee£end D., en voorkomende in De Amsterdammer van 11 Ang. j.l. BED. Teiteonstelliigen ii iefl Haas;. Vincent van Gogh; Jan Manke»; Breitner. Wanneer ge, zooals ik, bezig zijt het leven van Vincent na te gaan, dan treft n telkens weer en, nimmer verzwakkend, hoe vol van koortsig op-bronnend streven dit tchildersbestaan was. Wanneer ge, zooals ik, als het water van een feilen stroom (met hier en daar zedige plaatsen van rustig zich uitbreiden) de moeiten, de daden, de tekortkomingen, de verlangens, de zuiverheid en de onbetogen eerlijkheid u voelt door de handen gaan, dan weet ge zwygend, maar aarzeloos, dat dit karakter een volledig-mannelijk was; dat sommige zijner schilderijen ontroerend blijven en dat zijn Brieven een inderdaad kostbaar bezit sullen worden zoodra ze volledig ver schenen, en niet langer onrechtmatig ons zullen worden onthouden. Want de waarde dezer Brieven is te groot om zekere teimg

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl