De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 8 september pagina 3

8 september 1912 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1837 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Na bet 32ste Heierl. Taal- en LetterUi Cnngres en naar aaileüiBK m eei indient, Hat afgeloopen congres ia zeker een der voornaamste geweest van de reeds lange reeka. Niet alleen omdat het pulk der Nederlandsche en Vlaamscbe letterknndigen er aaxNdeel heeft genomen, en om de belang rijkheid van talrijke voordrachten en beaprekingeo, maar ook omdat het aanleiding heeft gegeven tot meerdere incidenten die veel beroering verwekt hebben. Voornamelijk op den feestmaaltfjd is een bom losgebarsten, waarvan de Echervenlang niet zacht op talryke hoofden zijn neerge vallen. Sprekende uit naam der Nederlandsihe pers, liet de heer Bsrnard Canter, in handige doch zeer doorschijnende zinnen uitkomen, dat de Vlamingen wél opgeblasen redevoeringen honden, maar in werkelijk heid niets doen om hunne handelingen in overeenstemming te brengen met hunne woorden. En daarom vond h|j het eene schande, dat Xarel Van de Woestijne, Vlaan dere na grootste en heerlijkste dichter van het huidige oogenblik, zich genoodsaakt zag het slavenwerk van een eenvoudig dagblad reporter te verrichten, om niet van honger te sterven. Evenals Guido Gezel Ie altijd miskend werd, wordt thans Van de Woestyne niet naar waarde geschat. De indruk door die woorden teweegge bracht was zógroot, dat dr. Frans Van Cauwelaert, de vertegenwoordiger der B 3). giache regeering, gemeend heef t ze te moeten weerleggen en te doen verstaan, dat de Vlamingen hun Ijjden weten te dragen, en dat het onbescheiden waa den lof van een nog levend schryver te maken. Deze verdediging, die zeker voor discussie vatbaar is, was echter niet van aard om het aangestoken vuur te blnsschen, zoodat nog heel lang werd geredetwist over Canter's uitlatingen. En thans wijdt de Vlaameche pers kolommen aan de bespreking van het ge va). Alhoewel Bernard Canter's uitval niet onze algeheele sympathie kan meedragen, wyl wy van meening zijn, dat bij bij eene andere gelegenheid dan op den feestmaaltijd had kunnen gedaan worden, en wij daarbij ook niet meegaan met de termen die Canter voor zijne aanklacht gebruikte, willen wy echter, als Noord-Nederlander, sinds jaren te midden der Vlamingen wonende en met de toestan den hier volkomen bekend, verklaren dat zij in den grond diepe waarheden bevat. Toen op de algemeene zitting van Donder dagmorgen, dr. Marlen Radelaheim den Hollanders gebrek aan nationale fierheid verweet, toen hij hen op hunne in zijne oogen zoo vreeseljjke gebreken wee», toen had Canter zijne inbeschuldigingstelling moeten uiten. Dan ware zij op bate plaats geweest. Dat zij op het banket te voorschijn IHIIIIIMHIIII Gonst, eerlyk gezeid had ik meer aan 'n blijvend souvenir gedacht.... 'n mooie, echte leeren Engelsche voetbal of zoo... dat is voor hen allemaal 'n bron van genot... net... net als Lorre dat toch ook voor ns is" stelde Loulse wat aarzelend voor. Bertha peinsde; waar waren toch de tijden gebleven dat die voetballende rakkers van hiernaast", 'c verblijf op villa Dole a-f ar niente tot een hoogst dramatische beroering maak ten.... och ja.... die Vrede-papepaai". ICenach, ben j e niet goed" zei Fine gansch onthutst; zoo'n ding kost minstens wel 'n gulden of zeven, zoo niet mér...." En 'n papegaai dan? die krijg j e toch k niet voor niets?" zei Lonise. Nu wel" zei Bertha met een! g a galgenhumor. Gut wat ben je aardig" zei beleedigd Lonlse die er niet goed uit wijs had kannen worden of B ar t ha bdir hielp of op Fine's hand was. Dien middag bleven «e mokken, alledrie; het onderwerp liet hun gedachten niet los, en toch, toch wilde geen der drie bedaagde zusters 't voorstel nog eens ter sprake bren gen. Totdat opeens, den volgenden ochtend tijdens het ontbijt, Fine minzaam zei: Var nacht heb ik er nog eens ampel en breed over gedacht, maar we moesten van morgen dan maar allemaal eens ep zoo'n voetbal uitgaan...." 't Was een moeilijk dilemna geweest, en de geheele ochtend was er mee heengegaan; ze hadden met hun drieën, achtereenvolgens geconfereerd in n Per/y-magasyn, drie aport-artikelen winkels, twee zadel- en leer waren winkels, vier speelgoedmagazynen en ten overvloede in een mazazUn van kantooren schoolbehoeften; was 'n voetbal tegen woordig geen artikel voor onderwijs of op voeding, 'n ding van universeel belang? Daar echter de drie dames in alle deze etablissementen, over den prijs en de qialiteit des begeerden voetbals, 'k met den verkoopers heftigiyk oneens bleken te zijn, en de morgen onvruchtbaar voor hun' plan dreigde voorbij te gaan, opperde Fine nog eenmaal haar voorstel van 't kistje sigaren... toen, dat van de bonbons fins van 'n rijks daalder of zoo"... En om n uur, 'n half uur later dan ze gewoon waren te lunchen, stapten de bedaagde zusters met gezwinden pas huiswaarts, Fine vier schreden vooruit, om dat Daatje, dat uilskuiken, töh altijd maar raak klaarzette, of de dames luit waren of niet, en iü, Fine, doodsbenauwd was dat de koffie zon overkoken, 't gaf zoo'n vuile boel op je gewreven blad,... of 't spirituslichtje van den boullloir in brand vliegen.... Za was overigens best voldaan. BJJ den cocfiaenr hadden ze na lang wikken en wegen een gansche kist sport-chocolade ingeslagen, waaraan een bon voor verschil lende prijzen, o. a. een voetbal, verbonden was... zoo sneed 't mes aan twee kanten... 't was gewoonweg eelt koopje... Za kwamen met den sleutel in huis. Daatje zong in de keuken. Za veegden hun voeten, trokken hun mantels uit... Toen, bijna tegelijk bleven ze onbewegelijk staan... luisterden ze... Koppie krrranauw.. ? dag lorretje... dag asaoete lorre..." Hij... hij pi&&, de snoes," jubelde zacht onderdrukt om 'c dier niet te storen, Bertha, die nu met haar oor pal tegen de eetkamerdeur stond. Lorretje, kaporretje, kapoeoeoe..." O gut, o gat, de engel, dat heb ik 'm geleerd," juichte Fine eveneens tegen de kamerdeur geleund. Ngieve sssgat... ngieve asoete engeng," fleemde 't onzichtbare beest, en Louise durfde kwam, vermindert hare verdienste niet. Men kan het Canter hoogstens euvel duiden, de feestvreugde verstoord te hebben. Doch dit moet ons niet beletten zijne woorden te onderzoeken, met al de aandacht die zij werkelijk verdienen. Het is volkomen joiat, dat Earel Van de Woestyne van zijne kunst niet kan leven en miskend wordt, en dat is de schuld van de Vlamingen. Ja, van de Vlamingen l Dat de Noard-Nederlanders, die het congres te Ant werpen bijgewoond hebben en meegesleept zijn geworden door de heerlijke redevoerin gen der VJaamsche voormannen, zich geene illusies maken. Hetgeen zij hoorden was theorie. De praktijk is zoo heel ander*. Sinds Ang. Vermeylen in 1895 zyne Kritiek der Vlaamsche Beweging" schreef en daarin de parade-Vlamingen geweldig op de kneukels tikte, is er niet veel veranderd. Er wordt nog steeds geschreeuwd en gezongen en gerucht gemaakt. Wanneer het echter op band 11 an aankomt, is de geestdrift bekoald. Een Vlaming ia altyd bereid naar geweldige redevoeringen te luisteren of self te spreken, in optochten met wapperende vaandels mee te marcheeren, en daarna een goeie pint bier te drinken. Als hij ddt gedaan heeft, is zijne plicht tegenover de Vlaamsche be weging volbracht. Den volgenden dag is hij het zaakje vergeten en denkt hu weer aan een ander pleziertje. Want een pleziertje is het voor hem geweest. Hy gaat naar eene Vlaamschgezinde meeting in denzelfden gees testoestand als naar een mnaic-hall. Hij wil zich verstrooien, zich amnseeren. Op welke manier, daar tobt hij niet over. Als hy zich maar ver maakt. Doch als hy naar een mnsicball is geweest, heeft hy daar later niet meer over te peinzen en daarom trekt hy zich ook van de Vlaamsche beweging niets meer aan, na een optocht of na het aanhooren van een der volksredenaars. Zijne schrijvers lesen, Vlaamsche instellingen steunen, valt hem niet in. Ik zei het immers zooeven: zijn plicht tegenover de Vlaameche beweging bepaalt zich by' het meeloopen in stoeten en het zingen van den Vlaamschen Laeuw" of het Groanighe lied". Daarbuiten bestaat niets meer. Hoe zonden menschen met zulk eene mentaliteit zich om hunne schrijvers bekommeren ? Zy geven trouwens heel weinig om hunne kunst en om hunne kunstenaar?. Een voor beeld. Sinds twaalf jaar is Peter Benoit, de eerste Vlaamsche musicus, dood. Gaen enkele gelegenheid laat de Vlaming voorbijgaan om Benou'd verdiensten uit te bazuinen. Most men hem gelooven, dan bestaat er geen grooter genie. (Altyd frases !) Het is trouwens esn karaktertrek van vele Vlamingen niet verder dan den gezichtskring van hunne eigene, bekrompen denkbeelden te zien en al wat verder ligt te negeeren of te veroordeelen. Maar laten wy nu toegeven, dat niat te zeggen dat hy nu de eenigszins apraakgebrekkige resultaten van h;'uir onderwijs ten beate gaf. Ha-ha... ha-ha-ha," lachte 't dier nu met daivelsch geschater; toen weer zoet fleemend t om... kou.,, kom dan., .ssoete ngieverd..." En de drie kulsche zusters hoorden 't ge luid van gekns, veel en hartstochtelijk... Laten we de voor suite doorgaan, dan kunnen we hem ongemerkt zien" fluisterde Fine, en geluidloos liepen ze achter elkaar, met blosjes van opwinding, 't eindje gang terug, de voorkamer door, totdat ze hem aanschouwden... Met z'n pooten tot halverhoogte verzonken in ean schotel kalfahersens, hapte hy met baldadige woestheid, hompen uit de hard gekookte eieren en de goadbruine cióatons die de rand van 't smakelijke gerecht vorm den ; dat?, met 'n volle sneb schudde h\j z'n kop, zoodat links en rechts de etensbrokken door de kamer vlogen. Goeie genade, hoe komt-ie eruit ?" steunde Fine. Lorretje, ka ... kaporretje... ka... ka... ka... poe-oe-oe" juichte Lorre, een zijner pooten uit de weeke massa optrekkend, als 'n drenkeling in 't drijfzand. Vraag liever hoe komt-ie er weer in" zei Bertha, met 'n hnlpeloosen blik van da wagenwijd openstaande kooideur, naar den brooddronken papegaai. Lonise keek wezenloos; gat, o, gut, 't was t ;Ur werk... had zy hem niet gewend er uit te komen... had-ie niet altyd met z'n lieve slimme oogen zitten kijken en kijken hoe zy den koperen pin uit 'c slot trok en de deur open deed ? ... Fine resoluut op de tafel toegestapt, had 't tooneel der verwoesting met n blik over zien; Lorre" aai ze hél streng, je bent een stout, ondeugend beest... vooruit," ze won hem grijpen, maar Lorre plofte van de kalfahersens in 'n schaaltje aaidbei-vla, be keek kalm onderzoekend 't vreemd gebeu ren aan z'n met ei en vleesch beklonterde teenen die uitgleden in de gladde gelei... Maar Fine gaf 't zoo gauw niet op. Vooruit Lorre... vooruit zeg ik j3..." Verveegnenda zeurrrpiet", toeterde 't beest even klapwiekend om z'n precaire evenwicht in de aardbei-vla te bewaren, toen, juist door die beweging met 'n vaart over den rand van 't schaaltje schietend, plantten zijn vasten grond zoekende pooten zich stevig met de krachtige nagels in 't damasten tafellaken. Maar deze omstandigheid veroorzaakte een nieuwe calamiteit omdat Bertha hem juist te pakken had gekregen... ik heb 'm," riep ze triomfantelijk, met haar hand om &'n vlerken alsof ze 'n kip had gevangen,... toen bolde, saamgepakt in Lorre'a klauwen, 't tafellaken hoog puntig op, rinkelden als langs een rutschbaan, botervlootje, bordjes, messen en vorken tegen den grond. Ze liet 'm Io3 van heftigen schiik en 't dier plofte terug op de vreemd wanorde lijke tafel, versuft even, toch dadelijk weer meester van den toestand. Hij wipte op 't zilveren hengsel van 'C euikermandje, maar ook dat bleek geen hechte troon te zyn; 't kantelde, en Lorre, eenigazina onthutst, klauterde klapwiekend op de luxe-broodjea en krentenbollen. Lorre... kom by de vrouwtjea", ver maanden zoet-o verredend Fine en Louiae, die samen de kooi in de nabijheid van de tafel torschten. Lorre keek liatig naar dit zonderling ge zeul, krabde toen z'n kop met 't vreemde amalgama dat zyn nagels kwistiglyk omgaf, zette zich toen op z'n gemak in de knepen van 't traditionneel Cnnssewinckelsche knip brood". We krijgen er hem nooit meer in," zsi Benoit werkelijk een geniaal kunstenaar is geweest. Dankt ge dat hy al een grafsteen heeft? Geen spoor van. Het comité, met dat doel gesticht, heeft in twaalf jaar tijda een handvol gelde verzameld. Voor twee jaar gaf de Vlaamsche Opera, van dewelke Benoit eigenlijk de stichter ia, een voorstelling, waarvan de opbrengst moest dienen om het grafmonument Benoit te helpen oprichten. De zaal was leeg en de kosten werden niet gedekt. E a op Benoit's graf staat nog steeds een houten kruis... Ziedaar praktisch flamingantisme. Schreeu wen, zingen, optochten organiseeren, zooveel men wil. Daartoe is de Vlaming altyd be reid, zoolang het een lolletje blijft. Maar zoodra hy in den zak moet schieten, is hy niet meer thuis. Woordkramery in daden omzetten doet hy zelden. En toen Canter daarop wees, had hy gelijk. Er is trouwens voor de Hollandsche con gres-leden een comedie gespeeld, die wy het ten plicht achten bekend te maken. De woorden, door den burgemeester uitgesproken tyiens de ontvangst ten stadhnize,, waren terngstootend voor hen die een beetje op de hoogte van de toestanden tyn. De brave burgervader liep hoog op met zijne liefde voor de Vlaamsche taal en de Vlaamache beweging. Maar hij vergat er by te voegen, dat hy vór zyne benoeming als burgemeester een der verwoedste Fransquillona van den gemeenteraad was, en eens uitriep, dat hy het Vlaamsen alleen met zyne dienstknechten sprak. Dezelfde burgemeester, die op het banket er zyne biy dschap o rer uitdrukte, dat Antwerpens gemeentebestuur voor de Vlaam sche mui^kknnst een tempel ha J gebouwd, waardig van het hoogste en van het beate", herinnerde zich waarschijnlijk niet meer, dat in den gemeenteraad tegen de credieten voor die Vlaamsche Opera gestemd heeft, zes jaar geleden. De Noord-Nederlanders moeten weten, wat de liefdesbetuigingen van Antwerpens burgemeester voor de Vlaamache beweging beduiden. Dat iemand als Pol de Mout dien man, alleen ter wille van de politiek VlaamEchgezind geworden, deed toejuichen door onse landgenooten, blijft ons een raadsel. Wy kunnen het den Hollanders niet genoeg op het hart drukken: weeat voorzichtig met de Vlaamsche beweging. Alleen zy, die hier wonen en de theorie met de praktijk kunnen vergelijken, weten waaraan zich te honden. Opgeblazen redevoeringen uitspreken is een sport die zyne verdiensten heeft en waarbij veel talent kan vertoond worden. Maar het is volstrekt onnoodi?, dat onze landgenooten het alachtoflar worden van de Vlaamsche woord-virtuozen. Er ia veel goeds in de Vlaameche beweging, echter ook veel kwaads. Er zyn hier mannen voor wier talent men bewondering gevoelen moet. Maar hoevelen zyn bewogen door den oprecht en, onbaatBeriha twyfelmoadig. Toen, fljemeni kom dan Lorre .,. toe ... kom dan..." Daaag vrrouw... dag vrrrononw," zei 't beest, met z'n kop scheef opzy gedraaid, fel starend naar z'n drie meesteressen. De weelde van hem te hooren praten was er radicaal af; de bedaagde dames hadden maar n hartgrondig verlangen, namelijk 't baldadige dier te overmeesteren en in zyn kooi te krijgen. Opeens greep Fine 'n vinger doekje, spreidde 't uit en wierp 't met flkschen zwaai over Lorre heen. Er vielen nog enkele glazen in gruis, ook brak 't mooie oude kristallen zunrkommetje, maar Lorre dreef klapwiekend door de kamer, trachtte zich een nieuwe troon te veroveren op 't hoofd van 'n Japansch beeldje dat echter fataal bleek te knikken, toen op de bronzen Hebe boven op de pendule... ver volgens op 'n gordynatok ... Daar bleef hy, voelde zich veilig, onge naakbaar, onaantastbaar. Hy keek met z'n listigen kop naar beneden, fel nieuwsgierig, ook wel eens kalm belangstellend; zózal een aviatenr soms de aarde bezien. Van lunchen kwam dien middag niets. Fine, Bjrtha en Louise liepen hulpeloos door de kamer, dreigend, lokkend, bevelend, flaemend. Z) trapten in vél kalfaheraens, ei- en croi L on-fragmenten, omiat haar blik ken al maar naar boven waren gericht. Eens bemerkte Fine het, en schrapte moeizaam de ongure klonters van haar sahoenzoolen. Toen schelde ze Daatje; 'n gedienstige werd altyd pas in uiterste noodzakelijkheid in een familie-drama betrokken. Daatje keek van de ontredderde tafel, naar den gordtfnstok, zei toen fel ge amu seer d: Gossiemyne, zoo'n mirakel nou toch l" ... en begon te mimen. Toen de dames weer veilig konden rondloopen, moest Daatje de groote blauwe trap brengen, die vlak onder den omineuaen gordynatok werd geplaatst. Maar juist toen Fine 'i ding bestegen, en op drie na, de bovenste tree bereikt had, zette Lorre, al schuivende, koers naar 't tegenovergestelde uiteinde van den stok dat, gelukkig voor hem, maar fataal voor Fine, van de groote blauwe trap niét te bereiken wa?. 't Toestel werd verplaatst; nogmaals klom Fine naar boven, toen mobiliseerde Lorre naar den tegenover ges telden kant.... De middag ging er mee heen; ze lokten om de beurt, beklommen met punctneele nauwgezetheid, om de beurt, de groote blauwe trap, fleemden, dreigden.... Als we met de ragebol hem er eens afjoegen" opperde Bartha. Och gut, de arme lieveling ... als-ie dan z'n pooten eens brak"... klaagde Louise. Weet je wat" zei Fine die dood-op was, we moaten 'm maar laten zitten... dan dryft de honger 'm wel naar beneden. Liten we dan overal wat lekkers voor 'm neerzetten... en goed in 't gezicht, dat-ie er op af kan komen"... zei Lonisa met nog n hunkerenden blik naar den gordynstok. Za gebruikten 'c middagmaal in een wat zonderlinge entourage; de grond mitsgaders de stoelen en andere meubelen die maar eenigszina in ataat waren eenig vaatwerk te dragen, waren kwistiglyk voorzien vaa scho teltjea, bakjes, of kommetjes met pindah'a, druiven, koekjes, vygen, tot zelfa met ge bakken aardappels en met fijngesneden flensjes.... Maar Lorre bleef impassiebel, onontroerd door 'de verleidingsknnsten beneden hem; hy' lag plat op den gordynatok, kraakte af en toe met z'n hoornen sneb, klakte met z'n hard, rond tongetje, krabde z'n listige, boosaardige kop Dan keken diie paar oogen naar boven, znchtigen aandraag om hun volk hooger op te voeren? Hoevelen zyn er niet, die in het flamin santisme de gelegenheid zien om zich op den voorgrond te plaatsen en wier holle frases alleen schandelijke huichelarij zijn? De ware kampers weten zulks wel en meer malen laten zy een alarmkreet hooren. Pol de Mont zei het zelf nog, met donderende stem en krachtig gebaar op het congres: Wy moeten daden verrichten, er zyn nog te veel papbroeken onder ons." Pol de Mont kent zijn volk, en hy weet ook dat het honderden Vlaamsche schreeuwers niet gemeend is met hun optreden. Dr. Rudelsheim zon wys gehandeld hebben daarover na te denken, alvorens zyn pamflet tegen de Hollanders op het congres voor te lezen. Zoolang er in Vlaamsch-België enorm veel te doen blijft by de Vlamingen zelf, zoolang de Vlaamsche beweging niet gezui verd is van de parasieten, die er steeds weelderig in opschieten, zoolang de Vlamin gen zich niet gebeterd hebben van de o zoo talrijke gebreken, die hen aankleven, past het hun niet andere volkeren en in het bizonder het Noord-Nederlandsche (waarvan zy, volgens hun eigen bekentenis, ontzettend veel te leeren hebben) te bespotten en de lea te spellen. Er ia in hun eigen kamp zóveel recht te maken wat krom is, dat zy ver standig doen al hun tyd en al hun kracht daartoe te gebruiken. En wanneer zy eens de volmaaktheid hebben bereikt, want niets is onmogelijk in Vlaanderen , en zy aan de spits der beschaving staan, zullen zy eerst het recht verkrijgen op de anderen te vitten. En dan nog valt he^ te bezien of zulks hoff alyk en ernstig is... Antwerpen, 31 Aug. B. ABRAHAM. Berichten, DICKEHSFONDS. Het totaalbedrag dat door het Dickens-eenwfeestcomitébijeen gebracht is, bedraagt 150.000 gulden. Na aftrek der onvermijdelijke onkosten ia van het over schot een fonds gevormd ten behoeve van de vyf kleindochters van Charles Dickens, die in bekrompen omstandigheden leefden. Elk van baar zal daaruit levenslang een in komen van 1200 gulden kunnen genieten. FÉMINISATION. De Happy Ptiblishing Company te Londen is een uitgeversmaatschappij welke uitsluitend met vrouwelijke krachten werkt Binnenkort verschijnt by haar een boek, geschreven, gezet en gedrukt door vrouwen. In dit werk: Love's Victorie»door mre. M. M. Lee, vertelt de schrijfster een reeks gebeurtenissen uit baar leven te mid den van alle klassen der maatschappij. Zoo wel voor de scbryfater ala voor de uitgeefster is dit bjek haar malden venture." NIEUWE FBANSCHE TOONEELWEBKEN. Volgens een in den Almanach des Spectaclet gepublistreng, verwijtend of smachtend, maar vol verwachting altyd. Onder thee-tijd werd de verzameling verleidingamiddelen aangevuld met een bakje warme melk en een met suikerklontjes... 't Had geen resultaat. De stemming leed er onder. Zal ik de trap maar weer wegbrengen 1" vroeg Daatje, toen 't tien nar was en de dames dan gewoon waren op te ruimen. Ze keken elkaar besluiteloos aan, toen, voor de zooveelste maal, naar den hoek van den gordynstok... . Lorre zat te dutten, 'n opgerolde vormlooze grijze bal, z'n kop in de veeren. Ala we 't nog na probeerden" stelde Fine voor; 't plan vond byval. Fine klom naar boven, stil, moeizaam, verraderlijk... Maar toen ze de bovenste tree bereikte, kraakte de trap, schrok Lorre wakker, verloor z'n evenwicht en tuimelde met 'n doffe ploems naar beneden. Die val maakte z'n slaperige kop weer volkomen helder; hy achoot pijlsnel onder 'n stoel, toen, liefdevol achtervolgd door Bertha en Lonise, onder 't schaaktafel!j e, 't theetafeltje, weer 'n paar stoelen, eindelijk onder 't buffet... De jacht van 'a middags werd vol ijverig en met friaschen moed, nu gelijkvloers voort gezet. Veel schoteltjes en bakjes met lokmiddelen kwamen in 't ongereede, maar Lorre zelf bleef ongedeerd. Tegen middernacht gaven de znaters 't op. Daatje waa al lang naar bed. Lorre zat onder de piano. De znaters gingen om de beurt plat op haar buik liggen, dan konden ze 'm zien zit ten, laag gehurkt op z'n pooten, da loerende kop met de felle kraal-oopjea vooruit gesto ken ... op a'n qui-vive... Ze martelden nog 'n goed half uur, tracht ten zelfa de piano te versjouwen, maar toen Louise jammerend verklaarde dat ze aldus de arme engel misschien zouden verpletteren, zagen zy verder van dit experiment af... Wat kleinmoedig liepen ze achter elkaar de trap op naar haar slaapkamers, spraken niet veel meer, gingen naar bed; ze waren dood-op van den woeligen dag... Maar Lonise kon niet inslapen. Dat belette haar 't visioen van Lorre; Lorre, plat-benepen gehurkt onder de piano, in de stik- duisternis van die stille, eenzame, verlaten, nachtelijke kamer, visioen dat haar niet meer losliet, haar tot 'u obaeaaie werd, haar bezwaarde ala de herinnering aan 'n ontrouwe, onkameraadschappeiyke daad. En toen 't geruststellend snurken der zustera in kalme eentonige cadans tot haar kwam, slipte ze haar bed, n de kamer uit... de trap af naar de eetkamer... Neen, ze zon 'm niet probeeren te vangen... Alleen maar 'n lichtje by 'm te branden zetten... En omzichtig, by 'n vlammende lucifer, greep ze 't thee-lichtje, stak 't aan en zette 't op den grond in de buurt van de piano... En nog nmaal ging ze plat op haar buik liggen om hem te zien... Za verachpof 't thee-lichtje, schoof 't zelfs tot vlak bij de donkere. kier die Lorre's zonderlinge wykplaats was, toen keek ze plotseling in z'n felle kraal-oogen. Saaoete engeng," teemde 't benarde beeat, wat heen en weer schommelend met z'n ineengehurkt lijf. Lieveling... kom hier, kom by 't vrouwtje," fluisterde Louise in allerhoogste extase, haar hoofd plat op den grond, n oor gekneld onder een pedaal van de piano. Lorre kolde listig, klakte zoengeluidjes. Loniae perste haar hoofd dieper onder de pedalen, klakte k zoengeluidjee. Lorre schommelde iets dichterbij. Sssoete engeng... ngievening..." ceerde statistiek bedroeg het aantal der in het jaar 1911 voor het eerst in de Fransche schouwburgen opgevoerde stukken niet min der dan 986, of 65 meer dan het jaar te voren. Daarvan komen 574 voor rekening van de Paryache schouwburgen en 412 voor die in de Fransche provinciën. In de voornaamste Parij eche theaters werden opgevoerd : Grande Opéra 3; Opéra Comique 6; Comedie francaise 7 ; Odéon 21 ; Gymnase 4 ; Vandeville 10; Gaitélyrique 4; Cbdtelet 7 ; Renaissance 5; Théfttre Antoine 12; Théatre Sarah Bernardt 11; Théatre Réjane 4 nieuwe stukken ; enz. De kleinere Parysche theaters en café-concerts .gaven te zamen 430 pre mières. 40 cents per regel. BOUWT ÏÏIÜNSPEET. Inlichtingen by het bonwbureau DE VELUWE", aldaar. DELAUNAY BELLEVILLE AUTOMOBIELEN. Hoofd-Agent voor Nederland t J. LEONARD LANG, Sta.d.hond.er»l£ad.e, AMSTERDAM. DELILA CIGARETTE5 J. LE MINJE, Amsterdam. OUDE GENEVER merk Nectar". ?1.38 per D literflesch. WIJNEN, COGNAC etc. Ja, lieveling," juichte Louiae, kom maar... kern..." Toen schommelde Lorre nog dichterbij, atak z'n kop onder de piano van daanen... liet tich zoenen. Maar met 'n kreun, schoot Louise weer overeind, kreeg 'n stekende pyn in haar tong en 'n wee zoet vocht in haar mond; ze nam 't thee-lichtje op, liep er mee naar 't gang fonteintje. Dag vrrouonw," riep benauwdkrakerig, Lorre haar na, die weer naar voren gescharreld was en z'n listige kop net om den hoek van den kristallen piano-klos stak. Ze hield haar tong uitgestoken onder den konden waterstraal van 't fonteintje... wat 't blooden verergerde. Toen schuifelde ze, rillig van zenuwachtigheid, schuchter naar boven, wee van angst en zoete bloedsmaak.... wist ze dat alles nu uit moest komen.... De rest van dien nacht werd voor de zusters woeliger nog dan den ganechen dag geweest was. Lonise biechtte volledig; de zusters ston den nu om haar heen, telkens met 'n nieuw glas boorwater waarin Louise haar bebeten tong hangen liet. Dan keken de zusters aan dachtig naar 't glaa dat gansch beslagen werd door Louise's adem, en naar de dofroode vlek er in, die de tong was Morgen-ochtend vroeg moet Daatje maar even naar dokter loopen" zei Fine. B art ha knikte peinzend, dacht aan de misschien weer uitlekkende praatjes,... en toch ... met 'n pleiater zon 't toch wel niet te genezen zijn. Louise zei niets, weckte om 'n verach glas. Dien ochtend was de stemming op Villa Dolce far Niente van zeer drukkende zwoel heid. Fine begon 'n overzicht te krygeu van het vele dat, in de hitte des gevechts om Lorre te heroveren, den vorigen dag waa veron gelukt. Loniae leunde lusteloos in haar atoel, voelde zich klein en beschaamd, na 't nachtelijk avontuur, kon bovendien nö3h praten, noch eten tengevolge van haar opgezwollen tong die als ean rauwe biefatnk in haar mond te deinen lag. Bertha voelde zich lichtelijk sarcastisch gestemd omdat Lorre 's morgens weer kalm en onontroerd in z'n kooi zat, waar hy in alle eenzaamheid, by vroege ochtendscheme ring, eigenwijs als altyd, vanzelf weer ingeklanterd waa. Ja hebt ons hél wat laat bezorgd... voor niemendal... Maar je bent toch onze Vrede-papegaai, nie-waar Lorre?" zei ze wat sarrig kijkend naar Fine die aandachtig toe zag hoe Daatje met een cent op z'n kant, de tallooze vlekken van vla, vruchten, auiker, vleesch, flensjes, eieren enz. uit het tapijt trachtte te schrappen. Nou, zeid-u dat wel... wreede papegaai" zei Daal j e met 'n meewarigen blik naar Louise, goasiemyne die ouwe stakker had ook altyd wat. A.le-t-ie 't mijn flikte, dan draaide ik 'm zoo subiet z'n kale nek om"... Aan de voordeur werd gescheld; 't zal dokter zyn" zei Fine waardig. Daatje legde haar cent neer en stond op. Dag ssoete vrrouuuw... düi; engeng..." fleemde Lorre, die haar met scheef gedraaiden kop listig n a-keek. 't Was dokter nog niet. Daatje kwam terug met een kiat Sportchocolade. Compliment van de confiseur, en alsdat de dames 20 percent korting krijgen als de dames soms twee kisten kunne gebrnike..." De damea zwegen, py'nlyk. Lorre krabde z'n kop, bekeek toen aan dachtig z'n nagels en prevelde: Ngievenging... engeng... ssoete saagat"...

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl