De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 8 september pagina 5

8 september 1912 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

Na 1837 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Door den Bond der DaitBche vrouwenvcreenigingen zijn bfl den Rijksdag, en verder bjj alle regeeringslichamep, twee verzoek schriften ingediend, om by de aanstaande grondwetsherziening de volgende verande ringen aan te brengen. I. Dat de gehuwde vrouw als een zelfstandig persoon beschouwd zal wor den, wat betreft het verkrijgen of verliesen van nationaliteit, doch, dat het haar ook vrij nl staan, naast haar oor spronkelijke nationaliteit, die van haar echtgenoot te volgen. II. Dat minderjarige kinderen, die hetzij door den dood van den vader of met toestemming van den vader, tezamen wonen met de moeder, die van haar echtgenoot gescheiden leeft, gerekend mllen worden te behooren tot de nati onaliteit der moeder. In de toelichting worden eenige voor beelden aangehaald, waarvan ik hier de meest sprekende weergeef. Door de inge wikkelde wetgeving van verschillende landen, is het mogelijk dat de vrouw ttaatloot wordt. Bjjv.: In sommige Staten van Amerika deelt de vrouw niet in de nationaliteit van den man. Wanneer zij daar dus een bepaald aantal jaren gewoond heeft, verliest s)] haar eigen nationaliteit en is daarna dm londer vaderland. Kort geleden huwde een Dnltscue vrouw met ee»Ras. De man beging de een of andere font en werd in Rusland gevangen gezet. Daar het huwelijk niet door een Russische pope was ingezegend («ij waren in haar Heimat getrouwd) werd hun huwelijk in Rusland onwettig verklaard en de vrouw over de grenzen gezet. Een Duitsche vrouw trouwde met een buitenlander, doch bleef in Dnitachland wonen. De man werd ziek en sy moest in het onderhoud van man en kinderen voor den. Als lijnde zonder middelen van be staan, werd hjj toen met iyn familie als buitenlander over de grenzen gezet, verloor de vrouw daardoor haar betrekking en wer den zjj broodeloo?. Zulke voorbeelden worden er in de toe lichting nog vele gegeven. Ia het wonder dat de vrouwen ongeneigd zijn, de wetge ving als volmaakt te beschouwen? In de zitting der Tweede Kamer van Woensdag 3 Juli werd het ontwerp van wet, tot het verleenen van subsidie van 110.000 gulden aan de centrale commissie van Plan 1913", aangenomen. Bij de besprekingen die daarop nog volgden, werd vooral het mercantiel en finantieel karakter van dit Plan op den voorgrond geschoven. Een der onderdeelen is o.a. de ten toonstelling de Vrouw 1813?1913"; maar ik meen met een gerust geweten te mogen verklaren, dat door de vrouwen, die het UIT DB NATUUR. CDXCIII. Van de Vacantiereis. Enkelen van mijn lezers zullen zicb, hoop ik, nog herinneren wat ik hun verleden jaar vertelde van mijn vorig vacantie-verblijf, hoog en droog boven Frankenhansen am Kyffhauser. Nederlandera kennen dat plaatsje niet, en de bewoners daar ginds weten nau welijks, dat er een Nederlandache natie bestaat. Mijn tijdelijk verblijf, Berlebeck, in deze vacantie was van dat in de vorige de vol slagen tegenstelling. Natuurlijk ook wat den atmoaferiachen toestand betreft. Berlebeck is niet hoog en niet droog; het ligt aan de Oost-zy'de van het Tentobnrgerwond, in het dal van de Berle of Barlebecke; die beek is nooit droog, en in deze soppige vacantie liep hij zelfs over. Toch kwam deze tegenstelling met verleden jaar nog niet zoo sterk uit, als de andere, die de connecties met Nederland betreft. Het moge paradoxaal klinken, een fait is het, dat wij somtijds verrast opkeken, als wy voorbijtrekkende, of in Berlebeck logeerende toeristen echt Daitsch hooren spreken. Geen Hollanders!" zeiden wij dan tegen elkander. Wjj hadden van tyd tot tyd ook wel geregeld Duitschers als gaande en komende medegasten in ons pension, maar er is toch n dag geweest, dat wij uitsluitend met Hol landers aan tafel zaten. En 's avonds tegen den tyd van het avondeten hoorde j a menigkeer in de electriache tram van Detmold naar Johannaberg het grootst en zuidelijkst gele gen bötel?niet anders dan Hollandach spre ken. Dat de conducteurs nog geenNederlandach verstaan, ligt alleen daaraan, dat alle Hol landers hen in het Dnitsch toespreken ; maar plan hiervoor opvatten en bij haar, die bij de uitvoering daarvan de initiatiefneemsters terzijde zullen staan, persoonlijke noch mercantiele noch flnantieele voordeelen beoogd worden, maar dat het haar integendeel veel tijd en geld tal koster, omdat deze tentoon stelling hoofdzakelijk Ideële plannen hoopt te dienen. Door de inrichting van een huishouding uit het jaar 1813, waar de huisvrouw zelf nog kaarsen en aardappelmeel bereidt, spint en weeft, en met de hand alle naai werk verricht, zullen zij het publiek doen zien, dat toen het woord van kracht was, dat nog maar altijd door domme napraters tegen het vrouwenkiesrecht gebruikt wordt en dat luidt: de vrouw hoort thuis". Als tegenstelling zal men nn een huishou ding uit het jaar 1913 demonstreeren, om te bewijzen hoe zeer alle arbeid verplaatst is en de plaats der vrouw niet uitsluitend meer in huiêkin zijp. Doch het voornaamste deel zal natuurlijk gewijd zijn aan alles wat de vrouw op sociaal gebied aan arbeid levert (om hun de oogen te openen, opdat tij zich hekeeren van de Du ternii tot het Licht), opdat de mannen zullen inzien, welk een werkkracht ei aan de maat schappij onttrokken wordt, zoo de vrouw niet de volle medezeggingschap in alle zaken heeft, die het belang van het Huisgezin, de Maatschappij en den Staat betreffen. Op het onda landgoed Meerhuizen aan den Amsteldijk, dat met recht een stukje klas sieke grond mag genoemd worden, daar het eertijds de theetuin der familie Roemer Visscher waf, waar de Muiderkring dik wijls bijeen kwam, heeft het Tentponatellingf-comitédoor de welwillende bemiddeling der gemeente Amsterdam een zeer geschikt terrein gevonden. Het oude gedeelte, door hoog hout omgeven, leent zich uitstekend voor het gedeelte 1813, terwijl op de groote terreinen, die zich daarachter bevinden, de afdeeling 1913 tot haar recht kan komen. Het terrein is door trams gemakkelijk te bereiken, maar bovenal zal het vervoer per bootje langs onze schoone Amatel, een aan trekkelijkheid te meer vormen. N. MANBFELDT?DB WITT HUBEHTS. ALfDEI^EEI. Coquetterie. Is coqnetterie een ondeugd?" vraagt mij een jonge dame. De Frarcaiaea zullen u dit niet licht toegeven; een Franech spreek woord zegt: Une femme sans la moindre ceqnetterie c'eat nne flaur fanée." Ik geloof, dat de Frarsaises een beetje gelijk hebben: wij Hollandache vrouwen zijn wel wat al te schuw voor de eigenschap, die we met een veel te zwaar en veel te eigenwijs woord behaagzucht" noemen. Is het dan zoo mooi ooi OB behaagzucht ig en daardoor allicht on behagelijk te zyn ? De .kleine vogels denken er anders over, die zingen in de lente hun Nederlandacb. kleingeld kennen zy best en weten het precies te waardeeren. In ons hotel in het dorp verstaan de lui al vrij wel Hollandscb; trouwene Westfaahch en OostGelderech naderen elkander. Ik heb eens hoor en zeggen: in een buurt waar byzonder veel Engelache toeristen ko men logeeren, is het zindelijk; ik zou er wel bij willen zeggen: en waar opmerkelijk veel Hollanders komer, daar is bovendien het landschap eenvoudig mooi. Een stelling, die natuurlijk niet voor omkeer in g vatbaar is. Hoe zoo'n klein verscholen plaatsje als Berlebeck bij onze landgenooten zoo tn trek kon komen, is moeilyk te zeggen in het vreemdelingenboek vond ik al van jaren her bekende Nederlandache families ingeschreven. In elk geval het pleit voor de smaak en het schoonheidsgevoel van onze landgenooten dat zij al in de jeugd van het toerisme, dit mooie plek j a ontdekten, en nog meer, dat zy het sedert steeds in eere hebben gehouden. Het is inderdaad een plaatsje met veel landachapsachoon; wel niet van de meest trotsche soort, van de indrukwekkende schoonheid van het hooggebergte; meer van de soort die de meeste Hollander?, schijnt het, bijzonder waardeeren: de eenvoudige, de intieme, de kalme schoonheid van een niet al te vlak en toch vruchtbaar land. Berlebeck nu ia niet vlak; alles be halve; maar de bargen zijn er zoo, dat ze je nergens in den weg staan; ze zy*n niet hoog en niet woest, n groep van kale rotsen vormt een uitsondering. Toch zyn het heel wat anders dan zeednlnen of Veluwsche heuvels; een paar honderd meter boven het dal is nog de minste hoogte van de bodem- verh< Hingen die rechts en links het dal omaluiten. Wat de streek vooral aantrekkelijk maakt, Kjjkje uit myn venster door de winger bladeren heen op de halzen tegen den Sternberg. hoogste lied... voor wat andeis dan om te behagen? Hebt ge weieens gezien, welke ocquette buigingen en strijkages twee duiven tegen elkander maken kannen? En is de pauw niet aart sec quet als zij haar bieeden waaierstaart ontplooit, en het groen-gond der prachtige veeren doet glanzen en stralen in 't zonlicht... Ik raad n dus aan, lezeresje, dat mij deze vraag deed, niet al te bang te zijn voor een leitje cc qnetterie (niet AlaCarmen natuurlijk l!).., es ist una Malchen angeborep. *?" Dichter. In Engeland maakt thans een dichter op gang, die den geheelen dag met zwarte handen voor een gloeiend vuur staat. Alfred Williams is namelijk machinist by de Great Western Railway, en even knap in het besturen van zijn machine als in het dichten. Zyn tamelijk zwaar beroep belet hem evenwel niet, zeer fijne verzen te maken, waarvan hij reeds met belangrijk succes een tweetal bundels het licht deed zien. Het is intnsschen te hopen, dat deze dichter-machinist niet aan dichterlijke verstrooidheid gaat lijden, want dat zon voor de reizigers bedenkelijk kunnen worden. * . * Weduwe. Men vertelt me, dat in een kleinere Engel ache stad door den burgemeester de opvoering verboden werd van de Duitsche operette The merry Widow". (Die lastige Wittwe). Dat kon niet anders dan een onzedelijk stuk zijn, meende de Edelachtbare, want 't kwam voor een widow" onder geen beding te pas om merry" te zijn. Ik acht de mogelijkheid volstrekt niet uitgesloten, dat zooiets ook in Schiedam zou kunnen gebeuren. ?,* Bout de jambe. De Franache romancier Alphonse Dandet heeft eens een snoezig versje geschreven over fijne damealaarajea, dat voorkomt in zyn geestig bundeltje: ,Las Amoureuses". En de ondeugende dichter vertelt van deze fjjne gelakte schoentjes: En hiver au coin d'un bon feu, Quand Ie sarment pétille et flambe, Clicl clac! Elles aiment a rire nn pen, En laisaant voir nn bout de jambe. Clicl clac! Een Daudet van dezen tyd zou op dergelijke wijze kunnen schertsen over onze moderne jnpes-trotteurs". Da nauwe rok wordt reeds onderaan met een split gedragen, dat cc qnet openwipt onder 't loopen. De mode hoede zicb intnsschen voor de overdrijving der incroyables" in den tyd van het Directoire", en make van de Franrche jnpe geen zywaarts openvallende Grieksche tuniek.... Ik heb een vaag vermoeden, dat de grillige mevrouw Mode ons deze malligheid wil opdringen. * * Thuit. Adeline Genée, een Fransche tooneelspeeld»t is de variatie ia de boiembedekking. Op een terrein zoo weinig uitgestrekt, dat het van een hoog punt gemakkelijk is te over zien wisselen bouwland, boomgaard, boach, weide en heide met elkaar af; die bosschen zijn niet somber; ze beataan voornamelijk uit zware beuken, eiken, met hier en daar sparren en ook enkele dennen. Evenals overal in een bergachtige kalkry°ke streek kronen de wonden de heuvels; daar zijn de hellingen met koren of vruchtboomen bezet, daar graast het vee in het vlakke smalle beekdal. Zoo ook hier, maar dat er tussehen die vruchtbare tarwe relden groote bergkoepels in Augustus helder paars staan van de bloeiende struikheide, dat ia iets dat ge niet vaak zult aantreffen. Alleen het kale zand, het stuif zand en de grintgrond met de witte k wartg-kiezels van onzaDrentsche, Velu ireche en Brabantache heide relden ontbreekt. Er is wel stnifiand, Flugsand, te vinden, maar het is toch altijd nog door een laagje bosch- of heihnmns bedekt; alleen enkele zanderyen met hooge steile zandmuren be wijzen, dat althans op enkele plekken in deie streek waar de bodem als regel steenachtig ia toch zand voorkomt. Waar op een terrein van eenige uren in om trek, zooveel afwisseling te vinden is, daar ontbreken ook de aardige plekjes de intieme schilderachtige hoekjes niet; te meer daar de huizen van het Westfaalsche type door hun wit, zwart en rood goed kleuren in de groene omgeving; en dat zal het wel zyn, dat de Hollanders aantrekt. Een materialist, met wien ik er over sprak, beweerde dat de oorzaak een heel andere waa: het waa er zoo goedkoop, en je kreeg er goed eten en zinielijke kamers, en ddt trekt Hollanders". Nu, het kan wezen dat het er vroeger heel goedkoop was, tegenwoordig ia het er nog niet opmerkelijk duur, al ia het er nog heel wat duurder dan in ona Zuid-Limburg. In deze dure tyden is echter 5 Mark, die wy per dag betaalden voor logies met twee ruime warme maaltijden, ontbyt en een namiddagkoffie met wat erby, een zeer matige prya. Maar er ligt een kwartier van het dorp, dieper het dal in, tegen de helling, een groot en nieuw hotel Tobannaberg", dat duurder en toch ook vol Hollanders was. En hoog boven aan den Hangatein, met een prachtig en geweldig ver uitzicht naar Oost en West staat er nog een. In het dal by het dorp en aan de tram ligt ons hotel, zonder kelners; waar we het best hadden, waar we bediend en verwend werden door de Weduwe Schmidt met haar vier kwieke en ijverige dochter?. Er staan er nog twee hotel-pensions, een iets duurder het ander weer iets goedkopper; neen, het kan niet alleen de matige prys zijn, die Hol landers lokt. Ik blijf gelooven dat het werke lijk het aangeboren gevoel voor mooie kleu ren en vormen ia, die onze landgenooten naar dit plekje voerde. Ik heb er ook een paar Rotterdamache jonge dames naar gevraagd, die er jaar op jaar komen en het antwoord was: het is hier leuk, gezellig, je voelt je hier thuis, veel beter dan in de Harz of Thüringen, je kunt hier eiken dag andere tochten maken, kleine of groote, je wordt hier niet moe en je bent hier dadelijk in het bosch, als het wat warm wordt. Dat laatste vooral zal er ook wel veel toe bijgedragen hebben, het Tentobnrgerwoud en vooral Berlebeck, en Hiddesen dat er vlak by ligt, bij ons zoo bekend te maken. Het zyn wel geen wouden die vlak achter het hotel oprijzen; die beginnen een kwartiertje verderop. Wat zoo dicht bij de hotels ligt, zijn niet veel meer dan brokken en strooken bosch tnsschen debon wlanden, maar de boomen BADMUTSEN, DIE DIT SEIZOEN OP DE MODEBADPLAATSEN HET MEEST IN ZWANO WAKEN. 1. Noorache muts, 2. Mashroom-hoed, 3. Kokochnik, 4. Pariteinsch kapje. ater, die in Amerika reist, wenacbt geen gebruik te maken van de Amerikaanache hotels. Zy wil zich overal thuis gevoelen en voert dus, evenals de slakken, haar huis met zicb. Zy vindt haar eigen, fijn artistieke en sympathieke omgeving in een prachtigen salonwagen, waarin ze haar geheele huis houding meebrengt. In dezen wagen heeft zij een zitkamer, een slaapkamer, een eetkamer, een badkamer, iimminimiM zyn oud. Het zyn flinke sparren op zandsteen en op het ontkalkte kry't, stevige benken en eiken op demoaselkalk; al zjjn deze bosschen klein, de schaduw ia er dicht, de bodem bemost en vol boschplanten, die, al naar den grond, uit kiezel of kalk bestaat, voor ons Noord-Nederlanders gewoon of zeldzaam zyn. Ook gebeurt het maar zelden, dat ik bui tenslands een Nederlander ontmoet, die op reia wat aan natunratndie doet; dezen keerechter waa er een in onspension een vyfdeklasser, die al heel wat plantenkennis bezit; stellig meer dan hij voor zyn eindexamen noodig zal hebben. Bijna alle gasten, ook de Duitechere, had den denzelfden weg genomen als wij, om in Berlebeck te komen, namelijk over Datmold. Het kan ook heel goed anders; maar wie deze stad nog niet gezien heeft, durf ik gerust aanraden by een bezoek aan het Teutoburgerwond, Detmold niet voorbij te gaan; de stad is ook nog een omweg waard. Niet zoozeer om historische gebouwen of andere antiquiteiten, kerken, schilderden en dergelijke; het nat. historisch museum, waar van men my veel mooie verteld had en dat my een da? naar de stad gelokt heeft, zal vrees ik menigeen tegenvallen; in zulke kleine stadsmuaea verwacht men toch op zijn minst een collectie van natnraliën uit de streek zelf afkomstig; als gida en inleider bij de studie heeft zoo iet a veel waarde. Opgezette dieren waren er genoeg; van de apen af, het heel systeem door. Maar de collecties, die my hadden kuznen helpen by de natuurstudie van de omstreken, waren het aankijken nauwlyks waard. Toch is Detmold voor een natunrvriend een mooie plaats. Het alotpark midden in de atad tussehen de vorstelijke woningen gelegen, treft door den aanleg en nog meer door de en in een tweeden wagen daarachter be vinden zich een keuken en drie dienstbodenkamers. En zy heeft het voordeel, dat zy nn gedurende haar lange tournee op haar eigen bedje slaapt, en daardoor veel beter uitrust. Zy maakt een reis van nagenoeg 4000 kilometer baanlengte en kan dus ge noegen hebben van haar home" op wielen. ALLEORA. prachtige parkbcomen. Daar zag ik, voor zoo ver ik weet, voor het eerst den pyramide-eik; ook in Berlebeck en bij het station staan er enkele; ze gelijken op Italiaansche popu lieren, nog meer op echte cypressen. Over zyn oorsprong en geschiedenis zal ik u den vol genden keer wel iets kunnen vertellen. Ik noem den boom al vast, om eens te weten te komen, of er ergens in parken of op buitenplaatsen van ons land ook volwassen exemplaren van dezen eik voorkomen; of dat het misschien alleen toeval is, dat ik ze nooit eerdei dan in deze vacantie te Detmold te zien kreeg. Wie er in ons land een weet te staan, doet mij een genoegen met een briefkaart. E. HEIMANS. CORRESPONDENTIE. Zoo even ontving ik een doosje met houtwol, waarin zich twee levende eendenmossela bevonden. Met potlood staat binnen tegen het karton Carolientje van der Meulen. Als dat een attentie is van iemand, die mijn stukje over deze Legendarische Dieren gelezen heeft; dan bedank ik de jonge lezeres wel; ik had ze in geen jaren levend gezien. Is het de bedoeling dat ik er wat van vertellen zal, dan moet de zender of zendster nog maar eens een brief kaart schrijven. Misschien is er vergeten een briefje in te sluiter. Er zat niets in het pakje dan de prachtige gave dieren met hun lange rozeroode hecht s teler. L. te Middelburg. Uw naturalia zal ik trach ten te determineeren. Volgende week krijgt u, hoop ik, da juiste namen. H. v. V. te Laar. Uw tros met 24 hazel noten is inderdaad verbazend; ik had er nooit meer dan zes aan n tros gezien. E. Hs. Pyramide-eik (tegen lorken) te Berlebwk.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl