Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1841
Da etabnr van Berdalnit. Een der mooiste hniien yan het openlucht-museum
in Telemarken op Bygde.
Interieur yan den Hoyestae uit Telemarken. Unks Peise" met Kubb-stol", de Tralie" (groote kaal)
en het hoekkastje. Daartasschen de högbanken", waarvoor de storaboré" (tafel).
?Het Nederlandsche Openlucht
museum.
Naast Heemschut" en de bij dezen
bond aangesloten vereenigingen, die een
groote mate yan waardeering toonen
voor den vaderlandsohen bodem met
alles wat daar op groeit of ontstaan is,
werd dit voorjaar eaa vereeniging opge
richt tot bevordering der studie van de
beschaving der plattelands-bevolking van
Nederland, zooals die zich uit in woning
bouw, dorpsaanleg, kleederdraohten, huis
raad, werktuigen, enz.
En om dit doel te bereiken wil men
in n van de schoonst denkbare
vaderlandsohe oorden een stichting in het leven
roepen, welke als het Nederlandsche
Openluchtmuseum" baars gelijken slechts
vindt in de frisiche museum-typen van
Scandinavië, waar de Friluft musea zich
onder de bezielende leiding van
corypheën als Arthnr Hazelius, Anders
Sandvig, Algot Friberg, G. J. Son
Karlin, Hans Aal en Benard Ohlsen
ontwikkeld hebben tot nationale
volksschatkamerB, waarin elk voorwerp niet
meer afzonderlijk geplaatst wordt, doch
in zijn oude rol weer getreden is, welke
hij in het maatschappelijke leven ver
vulde, waar alles weer in verband ge
bracht is met de vroegere huishouding.
Doch laten wij eens hooren wat Anders
Sandvig zelf zegt van zijn stichting
Maihaugen", in het romantisch-schoone
Gudbrandsdal verrezen bij het stedeke
Lillehammer.
Mijn plan met Maihaugen was niet
een mnsenm op te richten met
sehematische uitstallingen, of louter te
verzamelen, wat men machtig kan worden
van vergeten voorwerpen uit vroegere
dagen een huis hier, een werktuig
daar ; evenmin had ik slechts eog
om te vinden wat het uiterste is
geweest van de voortbrengselen der
verschilleride tijden, de varianten, die van
het gewone afweken".
Neen hij dacht zich Maihaugen" als
een oord waarin een ieder iets zon vin
den, dat hem aantrok, iets kan lezen in
het opengeslagen boek der
volksbesohaving; een tehuis, dat gul zijn deuren
openzet, waar alles in blij stemmende
vriendelijkheid laat zien hoe zij, die voor
ons leefden, hebben gedacht en gewerkt,
en wel zóvolmaakt, dat, wanneer die
voorouders weer zouden ontwaken en
het werk zagen, zij zich daarin geheel
zonden thuis gevoelen en zich niet met
de yan Frederik I spreekwoordelijk ge
worden uitroep zouden afvragen: Potz
Kreuz, haben wir das alles getan?"
Yan zulk een nationale stichting kan
een groote macht uitgaan, niet zoo zeer
een directe, dan wel een indirecte, in
werkend op het gebied van paedagogie,
aesthetica, kunst en nijverheid. Zulk een
museum geeft ook den leek veel te
leeren, omdat hij hier alles bijeen vindt
en de visu kan beschouwen, en niet zijn
gedachten fantasie moet laten werken,
om de alleenstaande voorwerpen gecon
cipieerd te denken in de omgeving,
waaruit ze komen, kortom het kan als
een centrale stichting een monument
voor ons volksbestaan worden.
Want en dit heeft de jonge ver
eeniging dunkt me juist ingezien 't is
van het hoogste belang, dat er in een
klein landje als 't onze geen versnippe
ring plaats heeft, waardoor veel gemist
wordt van den innigen band, welke juist
op een centraal proefveld tusschen al
die heterogene huizen en voorwerpen
kan gelegd worden, opheldering gevend
in zoovele nu nog duistere zaken.
Waar de Waterberg ons een verrukke
lijk oord aanbiedt met uitgestrekte
parkaanleg, maagdelijk romantische bosschen,
heidevelden, die omsloten worden door
jonge dennenaanplantingen, waar 't zoo
onontbeerlijke water voor oude molens
f e vonden wordt in nooit uitdrogende
oele bosch vijvers en beweeglijke kronkel
beekjes... waar hier gladgrijze
beukenstammen onder hun breed uitgeslagen
takken geen kreupelhout dulden en ginds
het zonnegoud op de schrale weide
wisselglansem toovert... zie daar is het niet
wel mogelijk elders in het centrum van
ons land bij stichtingen die direct of
indirect er belang bij hebben als de
Rjjks Land-, Tuin- en Boschbouwscholen
te Wageningen en de Ned. Heide-Mij.
te Arnhem, waarbij nog komt de roep
die er van Gelres hoofdstad als vreemde
lingenoord bij uitnemendheid uitgaat,
... ik herhaal daar zou men moeilijk
elders een terrein zoeken, dat ook in zijn
onderdeelen in situatie en bodemconfigu
ratie, in vergelijking kan treden met
onzen Waterberg.
Ik weet het, moeilijk is de taak dit
grootsche plan in zijn meest vergevoerde
details harmonisch op te lossen, maar in
het voortdurend deskundig toezicht der
commissie van bijstand, alsmede in de
reeks kostelijke gegevens, welke de
stichtingsgeschiedenis der Scandinavische
musea ons geeft te verwerken, vind ik
factoren, die mij met het volst vertrouwen
de toekomst en de verwezenlijking der
plannen doen afwachten.
Als voorbeeld hoe men in Bygdözich
de moeilijke oplossing gedacht heeft,
dienen 2 foto's ons in beeld brengend
een oud Noorsche schuur en een interieur
van een welvarende boerenhoeve uit
1738. Beide behooren tot de huizen uit
Telemarken, welke met de wereldbe
roemde Stav-kirke van Gol in 1905
door Oscar II aan het Noorsche volk
geschonken den kern vormen van het
openluchtmuseum. Immers lang voor dat
er in 1894 een vereeniging werd opge
richt als die waarop we nu in ons land
trotsch gaan, op 16 Maart 1881, werd er
reeds een begin gemaakt op het koninklijk
lustverblijf Oscarshall verschillende
oudNoorsche gebouwen te verzamelen.
En als ge nu vraagt wat de bezoeker er
ziet P Wel reeds uit de open haard de
Peise" blijkt, dat dit vertrek op een
vrij hooge trap van ontwikkeling staat.
Trouwens dit getuigt de zolder ook,
welke in de oudste are-stuen" gemist
wordt; dit zegt niet alleen het rijke
lofwerk van het eeuwen-oude hoekkastje,
doch ook het kabinet met zijn borden,
pullen en blakers. Doch de zonderlinge
leunstoel, welke ge bij het vuur ge
schoven vindt, en die door zijn origineele
uiterst primitieve opvatting ons naar
de middeleeuwen verplaatst, toen Tele
marken reeds om zijn kunstnijverheid
vermaard was, zal een ieders aandacht
zeker het eerst boeien. Dit exemplaar
is bijzonder eenvoudig, men vindt er met
rijk snijwerk, ja met een versiering van
kindertandjes, herinnerend aan 't oude bij
geloof, dat verkondigde, dat de kinderen
wier tanden op deze wijze bewaard werden
geen last van tandpijn zouden krijgen."
Rechts ziet men de soms meer dan
3 meter lange tafel, Storabord", met
de vaste muurbank, hogbanka", voor
den heer des huizes, vlak bij het hoek
kastje, waarop de aartsvaderljjke bierpul
geplaatst is en waarin de kostbaarheden
werden bewaard.
O, en voor hem, die niet geheel onbe
kend is met de ontwikkeling van zoo'n
eenvoudig boerenhuis, voor den architect
is hier een uitgestrekt studieve1 d wegge
legd voor logische ruimteverdeeling, want
zoo'n huis in het heoge Noorden is alleen
ontstaan uit zuivere
noodzakelijkheidsfactoren, zoodat door alle eeuwen heen
zelfs de meest luxueuse huizen terugge
bracht kunnen worden tot de eenvoudige
Fabodvallen of n-vertrekhuizen der
Sennen.
Maar verder, veel verder in het ver
leden reikt de oorsprong van de schuren,
die in het Scandinavische land gewichtiger
rol speelden dan de eigenlijk woonhuizen.
Wait die schuren werden reeds in
hun meest priinitiëren vorm gevonden
büde nomadiseerende Lappen, waar ze
op hooge houten palen als D j alla's", ge
vonden werden bij de tenten,
En büde prachtigste specimen van
oud-Noorsche schuren vindt ge die palen
terug voor de bescherming tegen muizen
en ratteninvasie. Gij ziet op de foto ook
de dwarsbalken hilla", welke om het
doel, dat ze beoogen tot in onze dagen
nog muizenbalken mus-hilla" heeten,
terwijl de houten palen zelf stave-stolp"
in het Noorscb, aan de scharen hun
naam van stolpbod" of stabbur" ge
geven hebben. Ook de houten of steenen
trap was op een aanzienlijke afstand
van de deur verwijderd.
Doch er is meer, wat boeit. Daar zij n
de gedraaide hoekzuiltjes, die volkomen
aan hun .bestemming beantwoorden als
dragers der bovenverdiepingen, doch die
als hoekposten van de galerij als 't
ware zwevend ons het onlogische der
plaatsing doen gevoelen.
Deze lofc" uit Berdal is een der
schoonste, welke de musea bezitten. Hij
bestaat uit t wee verdiepingen. De onderste
bestemd als voorraadschuur voor koren,
vleesch etc., het bovenvertrek, slechts
zeer moeilijk langs een galerij te be
reiken bevat de kleederen en dikwijls de
bedden voor de gasten. Vandaar de vrij
algëmeeae betiteling van harbre, harbur,
habbare of babba, zooveel beteekenend
als herberg". Dikwijls deed het dienst
als verblijf voor de jonge dochters, die
er hun vrienden ontvingen en heette als
dan, jungfruburen'1 wat verband houdt
met bu = bur = bod = schuur zooals we
die reeds zien optreden bij de neder
zettingen welke als Fdbödvallen den over
gang vormen tusschen het bewegelijke
Lappenlager en de vaste boeren-hoeven
als de Morastugan.
Ook de vooruitspringende galerij, soms
met kijk- of schietgaten voorzien, heeft
vooral bij de Zweedsche schuren een
heel interessante rol gespeeld. Het meest
volmaakt is zij ontwikkeld bij den
prachtigen Björvikfatburen op Skansen.
Etymologen verklaren dat de
barfroloftet" in verband staat met barfre" een
afdak boven den ingang zooals men in
Dalarne nog vindt. Verder zou het
Zweedsche barfred in de 16e eau w nog
galerij beduiden en uit het
middel-hoogduitsche bervrit" of het latijnscke
belfredus" ontstaan zijn. In het Engelsch
vinden wij het als belfrij", in het Fransch
als beff'roi" en in het Duitsoh als
bergfried" terug. Oyeral duidt het op een
middeleeuwschen wachttoren.
Wanneer in woelige tijden huurbenden
de landen afstroopten en het den boer
in het woonhuis wat al te benauwd werd
trok hij met zijn gezin naar de bovenste
verdieping van de schuur, haalde de uit
een boomstam vervaardige trap binnen
en bevond zich althans voorloopig in
veiligheid. Zoo hebben deze schuren
naast de klokketorens menig goede dienst
in den oorlog bewezen.
Doch ik zou me laten verleiden d
tailbeschrijvingen te geven en deze zijn in
een noodzakelijk oeknopt weekartikeltje
niet op hun plaats.
Daarom eindig ik, hopende door deze
introductie het doel en streven van de
jonge vereeniging in een sympathiek
licht gezet te hebben, opdat, als straks
men zich in actie stelt, de verwezenlijking
niet zal afhangen van het toevallig aan
wezig zijn van ean paar organisatorische
krachten als die van den heer F. A.
Hoefer en anderen, doch dat men zal
kunnen rekenen op den steun van heel
het schoon heidlie ren d vaderlandsch-ge
zind Nederlandsche Yolk.
D. J. VAN DER VEN.
Nijmegen, 14 Sept. 1912.
De afbraak van den Dam in het jaar 1912. Teekening van Louit Lcmdrêeigendom van den heer P. If. te Riet, Emergo" Warmoesttr., Amtt.
< M f ? r ij-1 K -.
Hotel Palen", Rokin.
Er tegenover de afbraak
der hulzen tusachen
Vijgendam en Beurspoortje.
Effectenkantoor v. Eyck.
G/oote Club
met doorzicht Het half gesloopte
in de Kommandantahuis;
Paleiaatraat. thans geheel verdwenen.
Moe n m en t, der
volksgeest van 1830
en 1831 gewijd.
(Naat j e Eendracht).
Damrak met de schatting
Hoekhuis Damrak: voor het te bonwen
Café-Restaurant manufacturenmagaayn
De Bisschop". De Bijenkorf".