Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1844
Het vooruitzicht echter dat, zonder risico
voor '<jryka financiën, een binnenlandsch
petio'eum-monopolie, zooals het thans ia ont
worpen, een nieuwe bron van inkomst voor
de gchatkirt kan worden, zal wel veel hebben
bijgedragen tot het verkregen van de
modewerking der regeeiiag in deze aangelegenheid.
Een gedeelte van de te maken wintt ia
nl. voor de schatkist besproken, waartegen
de regeering aan een op te richten maat
schappij het recht wil verleenen tot exploi
tatie van den groothandel in petroleum
binnen het Dnitsche rjjk voor een tjjdvak
van 30 jaren, van welke maatschappij direc
teur en commissarissen worden benoemd met
machtiging van de regeering, die boyendien
wordt vertegenwoardigd door een
rykscormmissaris, die de uitvoering van belangrijke
of gewaagde maatregelen door z'J n r echt van
veto kan beletten.
De invloed van bnitenlandache onder
nemingen op den gang van zaken wordt
geweerd, door deze te beletten ala aandeel
houders der maatschappij deel te nemen in
het maatschappelijk kapitaal, dat op
60millioan ryksmark ia bepaald.
Of het daarom mogelijk ia! zijn den
sydelingachen invloed van machtige maat
schappijen in het buitenland te ontgaan, ook
al staan de aandeelen dan niet te haren name,
ia een vraag1, waarop moeilijk een bevestigend
antwoord ia te geven. Maar officieel wordt
het boitenlandsch element van inmenging
uitgesloten.
Wol echter kan iedere buitenlavdsche pro
ducent, dns ook de Standard O il Cy., het
product aan de Duitsohe maatschappij leve
ren, wanneer hare aanbiedingen daartoe in
de termen vallen.
By het weta-ontwerp ia blijkbaar voor
namelijk het oog gericht op de licht-olie,
waarop het invoerrecht echter zeer hoog ia
(6 rjjksmark par meterzentnei), zoodat in ge
wone t\jden invoerrecht kosten van transport,
alvorens het product den consument bereikt,
weinig minder bedragen dan de waarde van
de olie zelve. Op 'c oogenblik, na
depetrolenmprijs zeer hoog is, overtreft dase het bedrag
van invoerrecht, transport en andere on
kosten. Maar wil men het licht voor den
kleinen man meer bereikbaar maken, dan
sou men moeten beginnen met het hooge
invoerrecht te-verlagen. Dan zon het eigen
monopolie uit een sociaal oogpunt althana
te verdedigen zjjn,
Da Standard Oil Cy., de rechtstreeks door
het nieuwe monopolie getroffene, verdedigt
zich tegen de tot haar gerichte verwijten,
wat de willekeurige, hooge prijzen betreft,
door er op te wijzen dat de concurrentie haar
voorbeeld in dit opzicht steeds heeft gevolgd,
in plaats van in werkelijkheid te concurreeren
door lagere pryien. Zj was in elk geval niet
de eenige producent en dat de prijzen niet
nog 'meer zijn opgezet, is eenvoudig het
gevolg van de steeds ruimere toepassing van
gas en electriciteit, zoodat voor het
petroleumverbrnik het terrein zooveel doenlijk moaat
worden behouden.
Wat de hooge prijzen van het laatste j aar
betreft, hiervan ia de verklaring te zoeken
in het gebrek aan tank-stpombooten.
De concurrentie in Dnitschland waa niet
uitsluitend afhankelijk van de machtige
Standard OU Cy. «n betrok ten deele hare
rnwe olie uit andere bronnen, tot prijzen,
zeker niet duurder dan de Amerlkaaneche,
en meer nabij geleger, zoodat het vervoer
minder kostbaar was.
De Deutec: e Bank o. a. was in belangrijke
mate geïnteresseerd bij de 8'eaua Romana
en richtte de Europ. Petio eum-Unie op, die
echter in plaats van, zooala het program
vermeldde, de Standard Oil Cy te bestrijden
zich met deze vereenigde. Onlangs beeft zij
' zich daarvan losgemaakt en thans staat ztf
aan 't fcoofd van de oanken en
bankiersfirma's, die het consortium vormen voor de
plaatsing van het kapitaal der nieuwe mono
polie-maatschappij.
Tegenover haar staan natuurlijk de finan
cieel e instellingen, waarvan de belangen be
rusten büde ondernemingen, verbonden met
de grcote Amerikaaneche o'ie-trust.
25/10 '12. v. D. 8.
iiiiiiiiiiiiiimii
Vorstelie gtff.
Bovenstaande woorden kan men herhaal
delijk lezen boven het bericht van een
aanzienlijke gift of schenking, door een
particulier voor een of ander liefdadig of
ander nuttig doel gedaan.
Aan het gebruik van deze woorden moet
een einde komen.
Niets is toch minder waar, dan dat Vorsten
zoo buitengewoon liefdadig of milddadig
zijn. Wél is dit het geval met niet-vorstelijke
personen in alle landen. Om niet te spreken
van de schatten gelds, die de
NoordAmerikaansche milliardairs voor en na tot
allerlei liefdadige en andere doeleinden
schenken, zou ik willen wijzen op de
Bothschilds, de Montefiores, de Bleichröders,
de Hirschs, om slechts de voornaamsten te
noemen, die vroeger en later millioenen
weggaven voor genoemde doeleinden.
En wat heeft in ons eigen land in vroegere
jaren de Amsterdammer Jansen in dit
opzicht niet gedaan? Men denke ook aan
het Amsterdamsche echtpaar Rosenfchal, aan
den Breda'schen van Cooth, die meer dan
een ton gouds legateerde voor een in zijn
woonplaats te stichten ambachtsschool, aan
détt Kotterdammer van den Bergh, die,
weinige jaren geleden, anderhalve ton gouds
gaf voor de stichting van een Sanatorium
ten behoeve van kinderen, die aan tuber
culose lijden, voorts aan het echtpaar
Drucker, dat zoo groote kunstschatten
schonk voor het Rijksmuseum.
Als er een oproep voor noodlijdenden
geschiedt, kan men, vooral te Amsterdam,
onder de ontvangen giften dikwijls lezen
Y«n ?1000 en ?5000, soms van nog meer,
en de gever of geefster wil zich niet laten
noemen.
"Welke eenigszins belangrijke giften staan
hier tegenover van Vorsttn, zoowel bij ons
te lande, als in het buitenland? Het zijn
in den regel op zijn hoogst ettelijke honderde
guldens, en dan wordt, bij een gift, zelfs
van slechts ?25, de naam van gever of
geefster vermeld!
Staat er niet geschreven, dat de linkerhand
niet mag weten wat de rechterhand doet?
Daarom nogmaals: Als voortaan van aan
zienlijke giften van niet- vorstelijke personen
wordt melding gemaakt, late men de
woorden: ^Vorstelijke gift" weg.
LEO.
"Wij achten de consequentie van deze juiste
opmerkingen deze: Indien een koningin
of een koning of prins een geschenk doet van
meer dan een zeker bedrag, zoo zegge men:
de koning, koningin gaf een Morgansche,
of een waarlijk Oarnegiesche gift. BED.
Het enfant terrible" pater Bonaventura
Krnitwagen heeft in eenige hoofdartikelen
in De Tijd" gepoogd de oomken uit te
vinden, waaraan ia toe te schrijven de on
gelukkige toestand, waarin de Roomsche boek
handel en uitgeverij verkeert. Het schy'nt
een oude qnaeatie te zijn, vol haken en oogen,
en er zit meer aan vast dan men zoo opper
vlakkig zon meenen. Vooral in de laatste
vijf jaren ia dit vraagstuk in het katholieke
kamp op den voorgrond getreden en werden
er in de Roomsche pers heel wat kolommen
aan gewijd.
Pater Kruitwagen blijkt n oprecht man
te zijn, en wellicht ia het daarom, dat hij
de blakende gunst van vele geloofsgenooten
moet derven; daartegenover staat de ware
hoogachting, welke verscheidene wetenschap
pelijke niet-katholieken hem toedragen.
Voorheen zon men ala katholiek niet 200
vrijmoedig over een pater in het publiek
geschreven hebben, doch sinds Thompson
door zijn liefdeloos en ergerniswekkend
schelden op zijn priester-collega's in den
Roomachen Aamodee" (d._w. z. de officieele
Roskam vaa het biadom Haarlem) alle ge
wetensbezwaren daaromtrent by de leeken
heeft weggenomen, acht men zich op dit
punt veel vrijer, en al wil men niet het
afatootende Rotterdamache voorbeeld van
laffe en denigreerende verdachtmaking vol
gen, men durft waar te «ÜD, ook zelfa wanneer
het den clerus geldt. Zelfs zou men aange
moedigd worden tot een beatja schelden,
wanneer men weet hoe die ergerniagevende
eerwaarde (die blijkens zijn zonder
imprimatnr" verschijnend schendblad, alle
naasteliefde sibi aliennm pntat) op zijn prieaterfeest
is gehuldigd door de hoogste
waardigheiddragers uit zijn bisdom, met den
VicarisGeneraal, den vnrigen Maasbode-beschermer,
aan het hoofd.
In gesegde artikelen noemt,pater Krnit
wagen de werkzaamheid van kloosters, semi
naries en missiehnizen op het gebied van
boekhandel en nitgeverszaken onder de oor
zaken, waardoor die vakklasae in het gedrang
komt. De klacht over de nijverheid dezer
inrichtingen gaat echter niet enkel van deze
vakkringen uit. Ook het drukkers- en jour
nalisten-bedrijf lijdt onder deze concurrentie;
pension- en hotelhouders (welk Pdlace-Hotel
werd ooit gelijk Dninrust door een bisschop
geopend?) klagen over de alom ras op
schietende groote gestichten, die veelal niet
andera zijn dan pensions of herstellings
oorden met religieuze bediening; wij kennen
onze monnikken die bier bronven en
likeur stoken; wy vernamen van een gees
telyke, die te Rotterdam een land
verhuizershotel exploiteert; tot voor kort was een
pastoor commissaris der Geldersehe
credietvereeniging; telkens kunnen wülezen hoe
kapelaans en patera optreden ala impresario's
van processies en congressen, hetgeen alle
bezigheden zijn, waarvan men niet zoo direct
zon onderstellen, dat zij ressorteeren onder
het geestelijk ambt of doel kunnen zyn van
geestelijke roeping. (Zie ter illustratie
van een en ander de onderstaande adver
tenties*) en het artikel in De Protestant" van
7 Augustus j.!.). In het buitenland, vooral
in Italië, ia die handelsgeest büden clerus
nog veel sterker ontwikkeld, maar ook Frank
rijk, Spanje en Portugal weten er van mede
te spreken; terwy'l hier te lande een gedeel
telijk overdreven, gedeeltelijk ongegrond mis
baar gemaakt werd over de uitdrijvingen de
wetten in die landen,-zegende aldaar menig
oprecht katholiek het vertrek van zoo on
gewone en onrechtmatig bevoorrechte con
currenten.
Ook in ons land neemt dit euvel snel toe;
telkens gaan uitgestrekte landgoederen en
groote terreinen over in handen van eigen
of vreemde kloosterorden, en dan worden
daar allerlei bedrijven uitgeoefend die niets
met gebed, studie of meditatie te maken
hebben. Het Roomsche onderwijs (dag- en
kostscholen) ia bijna geheel in religieuze
handen, ziekenhuizen en sanatoria worden
met succes geëxploiteerd, en zoo vast zit al
de idee, dat zulks aldna behoort, dat
leekenverplegera of verpleegsters onbestaanbaar
worden gaacht. Nu zit aan deze bedrijven
nog iets vast van caritas of dienende liefde,
al gaat de kunst van rekeningen uitschrijven
hun ook opperbest af, maar wat te zeggen,
wanneer zulke geestelijke corporaties zich
werpen op de eigenlijke bedry'ven van handel
en nijverheid? Hun positie wordt dan al te
bevoorrecht ten koste van de leeken. Earst
winnen ze de gewone revenuen uit hun zaken,
dan wordt er handig nog wat by gebedeld
voor het goede doel" en eindelijk weten
ze zich nog rijkssubsidies te doen toestoppen,
terwijl de wel voorziene kloosterkas in reserve
blyft. Aan alle belastingen echter (speciaal
bedryfsbelaiting) weten ze te ontkomen en
ook alle andere lasten, waaronder de gewone
zakenmenschen gebukt gaan, hebben ze ge
leerd glad van zie i af te wentelen, onder
praetext, dat ze toch zulke arme zusters en
paters zyn.
Het gezegde kan niets afdoen aan de
achting, waarin ze zich doorgaans terecht als
fatsoenlijks en rustige burgers verheugen;
ook moeten za na eenmaal leven, doch een
ondoelmatige en onrechtvaardige bevoorrech
ting is onnoodig en oneerJyk.
By dat gedeelte van den Roomgchen
middenstand, dat zich bezig houdt met boek
handel, uitgeven, drukken enz., schy'nt, vol
gens pater Krnitwagen en uitlatingen in
sommige bladen, de concurrentie en tegen
werking van de zijde der kloosters en andere
*) Te Hees by Nymegen ia geopend Villa
Sancta Maria." Pension voor R. K. dames.
Gesticht Ie klas, bestuurd door de Zusters
van Barmhartigheid."
De beste en zuiverste Samos-wynen, mie-,
morgen-, dessert- en zieken-wynen zijn die,
welke door de Miasion Cstholiqne de Samoa
worden gemaakt en geleverd door het Apos
tolisch College te Keer bij Maastricht. Vraagt
prijscourant."
Adressen gevraagd van kloosters of par
ticulieren, die zich belasten met het
feetonneeren en borduren van linnengoed. Prima
werk is eerste vereiechte. Bj billijke
prysnoteering kan geregeld werk worden toege
zonden door bekende firma. Brieven franco,
onder no. 5793, bureau van dit blad."
dergelijke instellingen al bijzonder voelbaar
te zijn. Men splitse hier boekhandel en
uitgeverazaken; de uitgever ia fabrikant, de
boekhandelaar winkelier.
In beide bedrijven zijn de kloosters minder
mooi werkzaam.
De boekhandel wordt clandeatien uitge
oefend door klooatera, priesterseminaries en
andere onderwijsinrichtingen; onder bedrei
ging van klandizie verlies, tevens met motieven,
ontleend aan het medelijdend en liefdadig
hart van den uitgever, worden van dasen in
massa de boeken afgeperst met ongeoorloofde
korting, ofschoon zeer wel bekend is, dat
zoowel de statuten der vakvereeniging als
de onveranderlijke statuten der sociale recht
vaardigheid deze handelwijze verbieden. De
meestal zwakke uitgever zwicht voor de be
dreiging en verleiding van de financieel en
maatschappelijk sterk staande geestelijke cor
poratie. Hier ia een overblijfsel van een
vroeger gezichtspunt (dat nu non vigeert in
sommige streken van Amerika), dat namelijk
geestelijke personen alles voor niets moeten
hebben en boven betaling verheren worden
gerekend. Ook op ander gebied werkt dit
idee nog wel door.
Déaldna ontfutselde boekenachat wordt
aan de leerlingen verkocht tegen da volle
in den boekhandel voor particulieren gel
dende prezen, (soms misschien hooger), dik
wijls niet enkel aan de leerlingen, ook aan
omwonenden, aan vrienden, geestelijke ver
wanten of milddadige begunstiger?. Zao wordt
dit de reinste handel in boeken, doch een
handal, vrij van belasting en gesubsidieerd
van staatswege.
Het geniepige komt vooral hierin uit, dat
de bij den uitgever bestellende mannelijke
of vrouwelijke geestelijke op geheimhouding
aandringt, van zyn (haai) kant geheimhouding
belooft, en de bestelkaarten en dergelijke
gaan de wereld in, onderteekend door een
naam, voorafgegaan door het woord boek
handel", welke naam de familienaam is van
den met het bestellen belasten kloosterling.
ZDO worden hier door geestelijke pressie, de
verhoudingen tuaschen Raomsche
handeldryvende leeken onzuiver en oneerlyk ge
maakt.
Ook wordt er misbruik gemaakt van het
recht van den sterkste, want hoe hoog ver
heven staat, vooral in de oogen der geloofs
genooten, een wel gefundeerd, rustig, onbe
zorgd en welvarend lerend klooster of
seminarie boven een armen, tobbendea,
simpelen leek-boekhandelaar, die niet alleen
alle lasten draagt van leven, geiin en vak,
maar borendien kinderen en penningen
afdraagt, ter wille der goede Roomsehe zaak,
om die geestelijke inrichtingen, welke hem
knypen en knauwen, te steunen en te onder
honden.
Toen hij met veel offers en kosten zyn
kind liet opvoeden tot kloosterling of pries
ter, toen by soms edelmoedig een liefdegave,
door een pater of zuster afgevraagd, toestond,
was het waarschijnlijk niet zyn bedoeling,
dat uit een en ander wapens zouden gesmeed
worden tegen zyn poover en schraal bestaan.
Ook als uitgever treden genoemde inrich
tingen vaak op. Men detke hier aan de
tallooze, meest prullige, dikwerf ongezonde
tydschrifijea, almanakken, prentjes en der
gelijke uitgaven, welke hun abonné'a by
tienduizendtallen tellen. De opbrengst wordt
gezegd te moeten dienen om naast
liefdegaven en andere niet onbeduidende inkomsten,
de arme kloostergemeente ervan te laten
leven.
Da Benedictijnen, de Passionisten, de
Damianisten, het missiehuis van S.eyl (onge
veer l millioan abonnementen) en nog vele
andere corporaties houden zich hiermede
besig, en die ondernemingen slagen alle vrij
wel, want een pij en nonnenkap zjjn by ons
Roomsch goedgeefrch publiek geen te onder
schatten middelen voor een colportenr.
De inhoud dier annalen, boden, of hoe ze
verder heeten mogen (wat stichtelijkheid en
wat overoude wetenswaardigheden op ander
gebied met een paar zoetelijke verhaaltjes)
werkt verheffend noch onderrichtend en
jammer is het ook daarom, dat hun debiet
zoo groot is, want tijd en geld daaraan door
de lezers ten koste gelegd, konden vrucht
baarder gebruikt. Zoo werkt hun overstel
pende massa, opgedrongen door vromen aan
vromen, verwarrend en deprecieerend op de
Roomsche boekenmarkt, waartoe niet weinig
bijdraagt het by'idee van een goed en gods
dienstig werk te steunen. ]>jj kleine koopera
is dan voor degelijk werk van de eigenlijke
uitgevers en boekhandelaars geen kans mear.
Komt zulk een pater- of broeder-colporteur
voor de omslagen van zyn geechriftje bij de
Roomsche neringdoenden om advertenties,
en wyst hij hun op het eanig (?) doel van
zyn uitgave : het verspreiden van godsvrucht,
dan wordt hem gegeven wat den leek-uit
gever wordt onthouden ; die kan niet zeggen,
dat het eenig doel zijner publicaties grond
vindt in godvruchtige beweegredenen.
Z)o komt door bedoelde manipulaties da
leek-vakman lealyk in het gedrang, en zon
hy zich volgens zyn goed recht durven ver
dedigen, dan klinkt aldra van alle kanten :
Foei, die waagt het iets tegen de paters en
kloosters te zeggen, wij moeten hem laten
verhongeren, weg met hem, aan het kruis
met hem, tolle, tollel"
Het is veel gevraagd en het zou een ver
onderstelling van bovenmenschelyke held
haftigheid zyn, bij den R. K. boekhandelaar
en uitgever nog veel liefde of geestdrift te
verwachten voor deze ondardeelen van zyn
kerkgenootschap.
In hoever het volgens de wetten dier kerk
geoorloofd is, dat geestelijke personen handel
dry ven, in hoever het die iel f de corporaties
op den duur tot zegen of tot vloek (men
denke aan Frankrijk!) zal verstrekken, blyve
hier veilig onbesproken en aan gezaghebbende
deskundigen overgelaten.
Christus dreef de handelaars wel uit den
tempel, doch er waren ook pausen die de
tempelheeren uit den handel joegen.
Zaker is het der moeite waard te noteeren,
dat de gansche staf van Roomsche sociale
denkers en werkera nog nimmer in het open
baar deze verkeerde verhoudingen aanroerde,
terwyl zy toch zoo menigmaal voorgeeft
ook in het belang van den middenstand
werkzaam te willen zyn.
Het zon aanbeveling verdienen dit vraag
stuk in zijn geheel met al zijn aanhangsels
en nasleep op het programma te plaatsen
van de het volgend jaar te houden sociale
week, of van den aanstaanden katholiekendag.
Vragen als deze zonden dan in de af deelingen
door de gewone eminente sprekers met het
gewone daverende applaus behandeld kunnen
worden.
Welke is in de tegenwoordige sociale
verhoudingen de plaats der kloosters en
religieaie gemeenschappen ?
Mogen züof lidmaten van andere geeste
lijke instellingen zich bezig honden met
handel en nijverheid ?
Zoo ja, binnen welke grenzen en onder
welke voorwaarden t
Zoo neen, hoe valt er dan het geschiktst
overleg te plegen met de kerkelijke over
heid, opdat een ver bod worde uitgevaardigd?
Ia het in het algemeen van sociologisch
standpunt uit, toe te juichen dat het aantal
kloosters in Nederland, bevolkt met eigen en
vreemde landslieden, steeds toeneemt en hoe
langer hoe "meer grondgebied in kerkelijke
handen overgaat?
Zoolang aangaande deze vraagstukken geen
principieele, gezaghebbende uitspraken aan
dringen op wettelijke voorziening door kerk
en staat, zullen de boekhandelaars, uitgevers
en andere klagers zich moeten behelpen met
de oprechte maar weinig uitwerkende dien
sten van Krnitwagen en anderen.
MASSOF.
Rbytniscke Gwtieï,
Naar aanleiding van een artikel van den
heer J alle Troelatra over de Dalcroze-feeaten
te Helleran, ontstond in ons blad een
pennestiijd tnsjchen de heeren J. M. J.'Korpershoek
en W. P. E. de Hart. In het nummer van
28 Juli had de heer de Hart het laatste
woord; de radere bestrijding van den heer
Kojpershoak was te omvangrijk en daalde
te zeer af in technische details, om in haar
geheel op te worden genomen. Dit antwoord
aan den heer de Hart ia thans voor het eerate
gedeelte gepubliceerd in het Oetober-aummer
van het maandblad Licbaamsoefening". Ona
wordt verzocht de aandacht van onze lezers,
die de polimiek gevolgd hebben, ep [dit
artikel van den heer Korperahoek te vestigen.
Het adres van Lichgamaoefeninfe" ia
Maaskade W.Z. 86a, Rotterdam.
Iilml m TöflscnL
On»Tijdschrift, afl. 10: J. H. Gunning J.Hz.,
In- Spanje, II. M. van W ij hèEza, Mis
daad en Straf. Nellie, Versen. J. A.
Rispens, Verzen. J. Petri, Kunst en
8yntheae, II, en?.
De Bxkzaal: H E. Grove, In memoriam
G. van RUn. Jonkvr. Clara Engelen, Vier
boeken van H. P. Berlage. M. H. van
Campen, Brieven over literatuur, V (slot).
D. Smit, De eerste Bariynache kinderleeszaal.
De Witte Mier, Oct. '12: Mr. J. T. van
Royen, Nieuwste boek der Eiagry-P/esp.
Deutscher Mueterdruck. J. Greshofl, Typo
grafie en Gemeentezorg. Annie Salomona,
Ean merkwaardige Vrouw. C jrneüs Veth,
Het Affiche der Gastentoonstelling.
De Klaroen, No. 43: J. Jac. Thomson,
Christelijke levenshouding en maatschap
pelijke onderscheiding der Stander. Dr,
J. van Dorp, De G'aheelonthoudersbeweging
van Patteraon.
tfoleichott, No. 16: Trachoom (de besmet
telijke oogziekte) in Antwerpen. De strijd
tegen vervalsching van levensmiddelen en
zijn beteekenis voor de volksgezondheid, enz.
De Levende Natuur, sfl. 12; E. Hei mans,
Curiosa. Dr. J. J. Tasch, Krabben van
onze kust. B. E. Bonman, K eskeurige
zwammen. H. R. Hoogenraad, Een nieuwe
plant voor de Nederl. Fiora, enz.
Mork»' Magazijn, Oet. '12: K»rel Verdroe
ven, Het ontslag (gevangenisÊchetp).
S;edenschoon in Overijsel. Het
NegervraagHtuk in Amerika. C'ara Viebig, By den
Krater der Doeder, enz.
9e Jaargang. 27 October 1912.
Redacteur: J. DE HAAS,
Graaf Florlsatraat 15', Amsterdam.
Verzoeke alle mededeellngen, deze rubriek
betreffende, aan bovenstaand adres te richten.
ONZE CURSUS".
Ook deze les is gewyd aan den valzat",
doch in inga wikkelden vorm toegepast. f
zult zien hoa vaak men daarop spelen kan
en wanneer gy combinatievermogen bezit,
dan kunt gy met betrekkelijk weinig schyven
zelf deien zet conatrneeren. Wy pry'zen dit
spelsysteem volstrekt niet aan en zyn er
evenmin aanhanger van, maar men dient dit
gedeelte van het spel te kennen en hierom
behandelen wij deze zetten uitvoerig.
B
WVi
Wit.
31-27
3631
41-36
47-41
34-29
40-34
4440
Zw.
17-21
21-26
11-17
17-21
12-17
8-12
1722?
Z wart loopt nu in den
valzet. (Zie diagram.]
8. 29 23 18:29
Op 19:28 wit 32:23, zwart 18:29, wit 34:23,
zwart 21:32, wit 37:19.
9. 34:23 19:2
10. 322S 21:32
11. 37:19. Wel leuk l
Nu een voorbeeld van dien slag voor zwart.
Wit.
Zw.
20-24
1520
18-23
13:22
10-15
6-10
9 13
34-30
40-34
34-29
29:18
31-26
39 34
34 29
_. 43-39?
Wit loopt hiermede
(in den valset I (Zie
diagram.)
8. 22-28
9. 33:22
Wit 32:23, zwart 19:28, wit 33:22, zwart
17:28, wit 30:19, zwart 14:32.
9. 17:28
10. 32:23 19:28
11. 30:19 14:32
Men ziet, de slag berust er op, dat wit
als laatste zet 30:19 alaan moet.
Oplossing
en bespreking van de prijsvraag in de vol
gende rubriek.
DE INTERNATIONALE.
PH. L. BATTEFELD.
Deze bekend* Nederlandeche speler ver
overde de plaats waarvoor hy' in aanmerking
tomen kon. Vór den wedstrijd beschouwde
Battefefald zelf reeds deze plaats voor kern
ala de normale. De derde onder de Hollanders.
Battefeld neemt ala dammer een heel bijzon
dere plaata in. Z<jn kracht dat k t hij niet
aan studie, doch aan kennis, opgedaan in de
praktijk. Al spelende leerde hij aterk dammen.
Battefeld heeft veel kennis van de openingen
BB deed op dit gebied verschillende vondsten.
Dit ia echter het gedeelte, dat hij bestudeerde.
Van het eindapel maakte hij geen studie.
Het manoenvreeren met een dam heeft hij
niet onder zijn bereik. Met schijven in het
eindspel speelt hij echter uitstekend en weet
deze dan goed te combineeren.
HU ia een positiespeler, die het sterkst
speelt wanneer de partij wordt geleid langs
regelmatige paden. In onsen lij d is dit echter
niet voldoende.
Ook in het onregelmatige spel moet men
het poaitieapel onder de knie hebben ea juist
in deze partijen is Battefeld het zwakst.
Hiermede meenen wüniet, het nist zien van
slagen, want het zal iemand niet licht ge
lukken een sJagzet tegen hem uit te voeren.
Met een onregelmatige voortzetting kan men
hen veeltijds overbluffen en dan raakt hij de
klnta kwijt.
Het die»t echter gezegd, getuige zijn spel
in den jongsten wedstry'd, dat groote vooruit
gang in dit Opzicht te bespeuren valt. Tegen
de sterketen accepteerde hy onregelmatige
partije». Zijn winst behaald op schrijver dezes,
zijn remise tegen Molimard en vooral die
tegen Bonnard in een zeer ingewikkeld en
onregelmatig spel, waren een groot euccea
voor hem. Made een zijner «wakke punten
ligt in zijn gemis aan zelfvertrouwen. Ook
hierin valt verbeter ing te bespeuren, want
Bittefeld heeft leeren inzien, dat men geen
wonderen doen kan op het dambord en het
ia mij bekend, dat hij na den internationalen
meer dan vroeger in zijn spelkracht ia gaan
gelooven.
Bitlefeld apeelt geheel en al voor zijn
genoegen. Geen winst of verlies brengt hem
uit zijn gewone stemming en hy is al vol
daan wanneer het een mooie' part)} waa die
hij speelde. Teekenend voor hem waa zijn
partij, die h\j tegen Fabre verloor.
Fabre won in pracht i gen atyi en Bittefeld
hield niet op,met het spel van!zijn tegenstander
in deze partij te bewonderen en te pryzen. Hy
behoort tot de sympathiekaten onder onze
speler?. Indien hy een studie maakt van het
eindspel en de onregelmatige party, dan heeft
?hy by een volgende gelegenheid een goede
kar s op een hoosere plaats.
Een paar voorbeelden gaan hierbij uit den
internationalen wedstrijd.
WEISZ. ZWART.
BATTBFBLD. WIT.
Wit kan nu schijnbaar voordeelig uitruilen
en een scby'f op 7 plaatsen. Deze uitruil waa
juist de valstrik door Weiss opengezet want op
Wit 30-24 35:24 38 33 34 30 40:7
B wart 19:30 20:29 29:38 25:34
zon zwart laten volgen:
Wit ....__7:18 27:18 31:22 26:17
Zwart 8-12 13:22 38:27 17:28 11:13
met de winst van een cchijf.
De val was goed gesteld, doch ook door
Battefeld goed doorzien, want er gaan 17
echy'ven van het bord. Dit ia wel een bewijs
dat Battefald langzamerhand ook dit gedeelte
van het spal onder de knie krijgt.
Het volgende volgende voorbeeld leert ona
Battefeld kennen ala de geduchte positie
speler.
H. J. v. D. BROEK. ZWART.
BATTEFEID. WIT.
Wit is aan den zet. Zijn stand ia beduidend
sterker vooral op het midden in tegenstelling
met zwart, die daar door zyn verspreiden
stand geen kracht ontwikkelen kar. Wit
speelde nu 44-4011 zwart 35:44, wit 39:50 en
zwart moet nu, hoe dan ook, een schyf ver
liezen f wit kry'gt vrijen doorgang naar
dam. Zie maar.
Op zwart variant I.
Wit
29-24 22 18 26-21 28:8
Zwart 3U-35 19.3U 13:22 17:26
deze variant werd gespeeld en wit won.
Nu een andere voortzetting. Variant II.
Wit 22:1129-24 2420 20:9 28-22
Zwart-11-16 6 17 30 35(a) 12 18 13:4 17:39
dan wit 38-33. 32:12.
(a) Op ' 30-34 wit 50 44, zwart 19:30, wit
3329, 28:10.
Variant III.
Wit ..... 22:11 2924 2420 20:9 29-23
Zwart 11-16 6:17 30 35 12-18 23:4
wit 38-33, 32:1
Wel moo1, in een stand waarin ieder 10
scby'ven heeft, door een achterwaartachen
uitruil een schyf winst of doortocht naar dam
te forceeren.