De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 27 oktober pagina 5

27 oktober 1912 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1844 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. NORM AAL ONDERGOED K.F.DenschleBeDger, (Fabrikaat W. BENGER SÖHNE, Stuttgart.) KALVERSTRAAT 166 Telefoon No. 5629. «iiiiiiiirMiinmitinmiiMmiinMmmnHiiimniiiHmmmiiniiiMiHMiiiiimniMiimMMiiHHiMiMHnm iriiiiMiniMiiiniiuiiiiininiiiiM t MINIMI imiiiiiMiiiiiiiftiMiMiiiMii t iiimitimiii 1111111111111111111111111111111111111111 BniteDlaniscke rremren m eeie Emclscfce iwrsiteit. Zoo nn en dan hoort men van enkele Hollandache meisjes, die gaan stadeerea aan een Engeleche Universiteit, b.v. in een der Women-colleges te 'Oxford. In Dnitechland il dit veel meer 't geval: sedert vele j aren gaan Duitsche vrouwen in grooten getale naar Oxtord, om niet alleen de Engelsche taal beter te leeren beheerechen, maar om ook haar voorraad algemeene kennis te ver rijken en te volmaken. En daar de gewooiten en gebruiken er zeer afwijken van die aan de Dnitsche unive siteiten en ook aan onze hoogescholen, willen wij eenigszins uitvoeriger spreken over de gelegenheden tot ontwik keling, die de universiteit te Oxford biedt, ook wijl de uiterlijke levensomstandigheden, cooals woning en pension, aan zekere be perkingen onderworpen zijn. Men vergeet maar al te dikwijls dat eene Engelsche universiteit een soort van middending is tasschen een internaat en eene vrije hoogeachool; dat er eene ge heel e reeks voorschnf een in acht moet worden genomen, die zoowel aan Dnitsche als aan Hollaodsche vrouwelijke stadenten in haar eigen land geheel onbekend zijn, doch haar echter in moeilijkheden brengen kannen zoodra zij ze veronachtzamen. Verreweg't grootste aantal Duitsche meisjes gaan niet als eigenlijke studenten naar Oxford, maar alleen met 't doel zich te bekwamen in de Engelache taal en litteratuur. Deze dames nemen deel aan de zoogenaamde vacantiecnrsnssen die elk jaar in Augustus gehouden worden. De cursussen gaan uit van de Universiteit (University-Extensioc), maar staan in verbinding met Norman Hall te Oxford, 't wereldberoemd instituut waarin ook vele der deelneemsters woten. (Ia Norman Hall wordt buitendien nog door de directrice mrs Burck in Juli een vacantiecnnna gehou den voor die dames, welke in Augustus niet vrij «Uu. Deze voordrachten zijn ongeveer dezelfde als die in Augustus. De deelneemsters «IIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIMI1IIIIHIIIIIIHIIIIIIIII UIT DB NATUUR . D. HEIMANS. (Bij dit 500ste feuilleton hebben uy enten medewerker E. Heimans buiten tijn weten zijn plaatsruimte afhandig gemaakt. (Red.) Toen de redactie van De Amsterdammer" mij vroeg, om het vijfhonderdste feuilleton Uit de Natuur" te schrijven, had ik daar al dadelijk veel zin in. Heimans zelf zal er wel een beetje het land over hebben, want hjj houdt heelemaal niet van persoonlijke ophemelarij, dcch 't is niet meer dan billijk dat hjj, die zoovele echepselen van voorheen en thans becanseiied heeft, nn zelf ook eens een beurt krijgt. 't Is zoowa* vijfentwintig jaar geleden, dat ik voor 't eerst van hem hoorde gewagen. Leerlingen van de Hendrik Westerschool hadden het toen nog al eens dikwijls over Helmie", een onderwijzer, die heel anders was dan de anderen. Hu wiat van alles en nog wat en las hun een prachtig verhaal voor uit de drukproeven van een boek, dat hij zelf had geschreven en dat nn binnen kort verschijnen zon. Dat boek was Willem Eoda" en 't is typisch voor Heimane, dat hij 't voorlas terwijl 't nog ter perse lag; zijn leerlingen konden dan meteen eens zien, hoe een boek in de wereld komt. Hoogstwaar schijnlijk heeft hij hun de copy ook wel vertoond. Een jaar of wat later schreef by zij r Hand leiding b|j bet onderwijs in de Natuurlijke H is o r ie op de Legere Schoo.", een k'ein boekje, zoo hee'emaal yerecbiliend van andere handleidingen", dat ik münog verbaas o ver den lat gen scboo'schen l i el, die hij aan dat baanbrekend weikje heeft gegeven. Vijftigers herinneren zich wel, hoe wij in onze jeugd Natuurlijke His'orie leerden, voor zoover er toan op school onderwijs in dat vak werd gegeven. Je begon met te onderscheiden de drie rijken der natuur. Daarna werd het Dierenrij k ingedeeld en dan moest je acht ereenvo'gans het een en ander Jeeren onthouden van vierbandigen, handvlengelfgeo, insecteneters en EOO voort, de heele litanie. Aan het Plantenrjjk werd minder zo;g besteed en het Delfstofienrijk kwam nooit aan de beurt. wonen of in Norman Hall cf in een der Women-colleges die in Jnli vrij zij ). Buitendien heeft de Universiteit nog tri mester-cursussen voor alle boitenlandsche vrouwen, die dieper willen indringen in het wezen der Eagelsche l ai'. Het onderwijs is bier meer echoolscb. Opstellen en ander schriftelijk werk worden eenmaal per week ingeleverd en gecorrigeerd. Wie wenscht een getuigschrift van zijne studie te Oxford te krijger, moet den trimestprcnrtns mee maken en zich aangeven voor 't < xamen, dat aan 't eind van lederen term" gehouden wordt. Men krijgt dan een getuigschrift over den duur van het verblijf en den uitslag van 't examen. Dit getuigschrift geeft natuurlijk geen rechten, maar is toch van waarde, b. v. voor eene onderwijzeres, als toevoeging voor bare aktes. Verplichting om aan 't eind van 't trimeèter of liever term" een examen «f te leggen, bettaat er niet; dat wordt geheel aan de dame zelf overgelaten. Maar raadzaam is 'D zeker. De jonge meisje»wonen gedurende den ,/erm" meestal in Nor man Hall, maar op aanvrage worden er door de directrice ook familie pen slons aan de hand gedaan. Niet zeer groot is 't aantal vaa eigenlijke vrouwelijke studenten, die uit Duttechland naar Oxford gaan. Slechts zij die goed Engelsen spreken, moeten trachten toegelaten te worden tot de hoogeecbool want het onderwijs is niet, zooals bij de vacantie cnrsnssen en die voor de toehoorderessen, ingericht voor de buitenlandgche vrouw, die nog met de taal te kampen het f c. Wie in Oxford stndeeren wil, moet eicb voor toelating aanmelden bij eene bestaande Vereening van stndeerende vrouwen. Kamers zijn er in de Women-colleges zelden te krijgen; slechts voor vreemdehrgen, die in Oxford haar examen willen doen, wordt wel eens eene uitzondering gemaakt, 't Baat ia zich te wenden tot de presidente (Principa ) of the Society of Oxford Home Studente, Oxford Sonth Parkroad 5, die steeds in staat is pensions op te ge t en en ook toegangskaarten voor bijzondere lezingen, bibliotheken enz. te verschaffen. Zich van ui-, het eigen land, zonder aanvraag bij de directie, logies Nn kwem Heimans en raapte doodgewoon een paar ahornvrnchtjes van de straat, nam ze in een doosje mee naa? school en begon daar al spelend iets van die dingetjes te vertellen. De?dnifjes" of vlindertjah", zooals de kinderen die vruchten noemen, vlogen door de klas, de boom, waaraan ze gegroeid waren, werd aangeduid en opgezocht en hst aanloopje was gevonden, om de leerlingen te brengen tot bekendheid en omgang met de voornaamste hoornen en heesters uit een stadspark. Als vanzelf kwamen daar bloemen en dieren by en eer ja 't wist, had je At meest leename en amusante reeks van lessen O7er Natuurlijke Historie, die maar te be denken ie. 't Was maar een klein boekje, die Hand leiding. We noemden 't ook wel: 't boakje over 't Sirphatipark. In een nieuwe bewerking is het uitgedijd tot een groot werk in vier deelen, maar we mogen er Heimans dankbaar voor zijn dat bij in een aanhangsel van het vierde deel zijner Handleiding die 1-ssen over den ahorn t f eschdoorn" nog eens in extaneo heeft opgenomen. Wel, bij bad een zeer groot succes met dat boekje. Hu was toen net schoolhoofd geworden en 't trof dat ik destijds ook pas mijn werkkring op Texel had vaarwel ge zegd, om weer naar Amsterdam te gaan. Op een onderwijzersveri adering ontmoette ik het kleine, zwarte, plentert», gondbebrilde mannetje en het sprak vanzelf dat we het over de Handleiding kregec. Hoe het toen precies gegaan is, kan ik mij niet meer her inneren, maar ik weet wel, dat we het binnen vijf aainuten er over eens waren, dat die Handleiding nog maar een begin was en dat de Echoollitteratnnr behoefte had aan meer van die uitgewerkte onderwerpen. Bovendien had ik hem beloofd daaraan mes te werken, hoewel ik nog nooit iets anders had gepu bliceerd dan een klein artikeltje over de vogels van Texel in een obscuur Engelech tydechrif je, dat nn ook al sinds lange jaren niet meer bestaaf. In 't eerst wisten we heelemaal niet hoe we onze plannen zouden verwezenlijken, maar in afwachting gingen we er maar vlijtig gezamenlijk op uit, stof verzamelend in den meest letterlijken zin des woord s. ledere sloot in de buurt van de hoofdstad werd afgeschept. Er waren er een paar in .de IJ polder die een onuitputtelijken voorraad bevatten van watertorren. Voor reptielen en amphibiën, de dieren die zich in Heimans' bijzondere belangstelling mochten verheugen, gingen we meer naar de oostzijde van de stad en vooral naar de Vechtstreek, het Soesterveen en de Amersfoortsche hei, waar destijds nog een uitgestrekte zeer prachtige en intereseante belt-heide werd gevonden. De Batterij op 't buitenland van Zeeburg was een heel voornaam vogelterrein, slechts geëvenaard door de omgeving van den Koenemolen. Het waren heel prettige en rijke dagen, maar we schoten niet bijster op, we konden maar geen goeden vorm vitden, tot op een goeden dag Heimans kwam aandragen met een litterair meesterstukje, het sprookje van Atalanta, dat de inleiding moest vormen van een boekje. Dat boekje werd Langs Dijken en Wegen", het eerste van de retks: Van Vlinders, Vogels en Bloemen" en 't is mijn vaste overtuiging, dat het succes van die serie voor het grootste deel is te danken aan dat schitterend inleidend hoofdstuk. Toen waren we opeens goed en wel onder weg, maar 't was geen makkelijk werkje. Want die Heimans is nooit tevreden en staat voor niets. Die boekjes moesten geïllustreerd in Oxford te willen verechsffan is niet aan te raden, daar zooals gezegd, de hooggeschool de vrijheid van den enkelen in 't belang van 't geheel beperkt, zoodat 't zon kunnen voor komen, dat men dadelijk zon m«eten ver huizen. Bj de vacantiecursusEen wordt de tucht mindor streng gehandhaafd, maar zoodra de Universiteit weer in residence" is, moeten alle voorechriften stipt worJen opgevolgd. Naar 'tüuitteh. lllllllllltHIIIIIIIIIHIIIMMIIIIIIIMIIIIIIMIHIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIttlMIIIInlIII AlrDEÏ^DEL Radium. Een van de nieuwste wonderen van het Radium" komt dezer dagen aan het licht door de proeven van een jongen Dnitechen chemicus, die een aantal edelsteenen, uit sluitend stffieren, gedurende langer tijd t xponearde aan den invloed van radinm-bromide. Gedurende ongeveer een maand legde hij de tamelijk inferieure steenen, welke bij tegen 2 shillings per caraat gekocht had, bij het wondermetaal in een gesloten doos, en toen had een ervan de kleur aangenomen van een prachtigen robijn, terwijl de anderen respec tievelijk, smaragd-groen, tapbier -blauw, opaal en geel als een topaas geworden waren. Hij ver kocht de nu zeer fraaie steenen tegen een prijs, die hem duizend procent winst opleverde. De prachtige robijn-kleurige steen werd door een juwelier gekocht tegen 210 gulden per caraat. Als uu de kleuren maar stand vastig blijken l * ** 't Zwartje,. In MüDcben is onlangs een zonderlinge vereeniging gesticht, die zich ten doel stelt... maar, dat is niet in twee woorden te zeggen, laat ik bij 't begin beginnen. De vereeniging draagt den vreemden naam SchwarzkngelVerein" en heeft slechts zeven maal elf leden, die elk een entree betalen van 200 Mark en een jaarlijksche contributie van 150 Mark. Elk jaar in de maand Mei in een plechtige bijeenkomst steken al deze 77 leden om de beurt hun banden in een bus, die 76 witte balletjes en n zwart bevat. Hij, die het worden en liefst zoo rijk mogelijk. Oudbakken prentjes uit andere boeken, die ge tien, twintig keer herhaald vindt in allerhande werken, waren hem een gruwel. We moesten zelf aan 't teekenen en elk procédémoest geprobeerd worden, penteekening, gewasechen teekening, aquarel, teekening op afschaafpapier of hoe dat heeten mag, aan alles moest ik gelooven en we ploeterden net zoo lang totdat het ging. Hy sleepte me zelf mee naar Lion Cachet en daar hebben we een poosje op steen zitten teekenen, voor 't geval dat we ook dé, 5 zelf zonden moeten doen. Die zes boekjes geven een getrouw overzicht van al onze teeken-tribnlaties; als ge n de moeite wilt getroosten ze even door te zien, zult ge bemerken dat Heimans al tijd haantje de voorste was bU 't toepassen van een nieuwen vorm van illustratie. Vaak knoeiden we, soms hadden we een gelukkig o ogenblik, maar we hadden de voldoening onze boekjes en ons tijdschrift voorzien te hebben van oorspronkelijke illustraties, die we voor 't meerendeel om verschillende redenen te veel, om hier op te noemen zelf hadden vervaardigd. 't Was alweer Hermans, die dreef fol de oprichting van De Levende Natnm". Zonder zijn vlijt en stimulatie hadden we dat nooit begonnen en volgehouden en ook het Wandetboekje en de Geïllustreerde Flora xijn recht streeks afkomstig van zijn weikdran?. Ik heb rooit een vlijtiger mensch gezien, ook nooit iemand, die zoo vlug werkende, toch nog zoo omzichtig,zoo weinig oppervlakkig is.In't veld is hjj onvermoeid, zonder echter ooit eeniga lust tot athletieche prestaties te hebben.Als hij een uur of zes zonder eten of drinken heeft gewande'd of geklauterd tnsschen zijn geliefde Limbnrg3che heuve'.en (zie: Uit ons Krijtlat d") dan weet hjj niet, dat hij iets bijzonders beeft verricht. Wel heeft hij intusschen de zeldzame planten gevondea, die daar te ver wachten zijn of aan de wisseling van't planteckleed verandeiing van grondeoort gecon stateerd. Een moddertge bocat vol keien langs het beekje brengt bèta. op 't idee dat daar wel eens vnurpadjes knnnen schuilen en hij wentelt steen op steen tot hij die raar ge vlekte amphibiën warkelijk heeft gevonden. Een oogenblik later staat hij even stil bij een steil rotskantje en toovert er een paar fossielen uit te voorschijn. Zijn bus en tasch worden elk oogenblik zwaarder, het schets boek telkens een tqckeniüg rijker. Ja, die schetsboeken. In den tijd toen we de geïllustreerde Flora op touw zetten, was hu niet tevreden als h\j niet minstens een stuk of drie planten per dag had geteekend, doorgaans meer. Lang vcor dien tijd had by z'cii ook al de laak gesteld geen plant te pasaeeren, bloeiend of niet bloeiend, of hij moest weten wat 't was. Liter ging het met de paddestoelen net zoo en toen hu tot de overtuiging kwam, dat eenige bekendheid met de geologie den wandelaar nieuwe en hooge genoegens kan verschaffen, wandelde hu een grcot deel van Centaaal Emopa af, om daarvan op de hoogte te komen. En hij bewees alweer, dat de leek, zonder n oogen blik den eerbied voor de wetenschap te ver liezen, in werkelijkheid contact kan verkrijgen met de resultaten van de onderzoekingen der geleerden en zich eenig begrip kan vormen van hetgeen er van onze wonderbare wereld al zoo bekend is. Het pre lij elijka voor ons is, dat hij dan meteen komt vertellen hoe hij dat heeft aangelegd en onbekrompen noodigt hij ons uit, om ook het onze daar van te genieten. De lezers van de Groene weten het 't best, hoe hu dan de kunst ver staat, zijn os der werpen populair te behanzwarte balletje trekt is verplicht onmiddellijk een vrouw te zoeken, en moet binnen elf maanden na dato getrouwd zijn. Voor rekening van de kas der vereeniging komen dan echter de menbileeiing van zijn huis, de kosten der hnwelijksfestiviteiten en de huwelijksreis. Men wordt van het lidmaatschap ontzet door een voorbarig huwelijk zonder zwarte boon, en door het niet nakomen van de voorwaarden, indien men de zwarte boon getrokken heeft. Alleen dus in deze gevallen, en bij overlijden van een lid is er mogelijkheid tot toetreden. De ondervinding ittusschen ht eft geleerd, dat menigeen niet op Ie gros lot" kan wachten, en aan het oude vrijers ver bond ontrouw wordt, voor het geluk hem diende. De combinatie is vel aardig... jammer maar, dat dat zwarte balletje" geen vleiend symbool is voor het huwelijk: er moesten feitelijk zes en zeventig zwarte knikkers en n zilveren of gooden in de lotcrijbuszijn l Wat zijn de mannen toch vaak kortzichtig en hoe miskennen ze hun geluk! Trouwe lettret. Ik ontving van een trouwe lezeres" mijner rubriek, die zeer in 't bisonder voor dieren bescherming ijvert, nevens een viertal bro chures, een vriendelijk schrijven, waarin ze mij reprimandeert over mijn stukje betreffende de weelderige en prachtige veeren op de modehoeden. , Ik moet haar (by alle appreciatie voor haar sympathiek strevei) intnsscben doen opmerken, dat ik bijna uitsluitend den lof zing der rijke strnisveeren, die heden ten dage de hoeden versieren in zoo kwistigen overvloed. En deze veeren vallen m. i. holten het terrein der dierenbescherming, want ze worden op de zoogenaamde Oatrichfarms" gevojnen van levende vogels, die telken jare in den rnitijd hun staartveeren zonder noemenswaardige pijn aan den farmer afstaan. Het ligt natuurlijk geheel op den weg der strnig-vogelhonders de kos bare vogels, die jaarlijks zulk een rijken oogst aan ponden sterling geven, uitmuntend te ver zorgen, en de steltloopers hebben dan ook een leven als een prineje. Het schieten van wilde struisvogels komt betrekke'ijk zelden voor, want de veeren der ia 't wild levende vogels zijn minderwaardig en niet dan na een zeer zorgvnldige behande ling in gevangenschap (eenzeer betrekkelijke gevangenschap, want voor deze renzenkippen beeft men geweldige hoenderparken inge richt) kan de struisvogelplalmage zijn volle waarde erlangen. Liefde tot de dieren be hoeft dus nimmer een reden zijn, om de prachtige atrnisveer uit het gebied der mode te bannen. ALLEQBA. delen, zonder ze te vnlgariseeren. Een kwestie van smaak. Soms heb ik gedacht, dat zijn smaak wat te verfijnd waf. Ik had een artikel voor de Lsvende Natuur geschreven o ?er graaf wespen en dat geïllustreerd met flink vergroote afbeeldingen van eenige van die interessante dieren met bun groote oogen, felle kaken en stekelige, doornige graefpooten. Hu had groot bezwaar om die monsters", zooals hij ze noemde, in ons blad te laten afdrukken, want, meende hij, de menschen zonden geen lust krijgen, om naar zulk gedierte uit te zier. Die teekeningen zijn toen zooveel mogelijk verkleind en als ik ze nn aankijk, dan zou ik wel willen, dat za nog kleiner waren, want ik moet nn erkennen dat hu gelijk had. Hij denkt dikwijls om de menschen" en ook om de kinderen, daarvoor is hij trouwens paerfagoop. Ook houdt hij bij al zijn drukte getrouw zijn correspondentie b i', al moet in den mooien tijd van l jaar een enkele brief wel eens op antwoord wachten en al kan de stapel op zijn werktafdl soms tot een wan hopige hoogte groeien. Een inventaris van wat er op zijn werktafel ligt ia soms bijzon der instructief: brieven en pakjes van allerlei vorm en inhont', paddestoeler, stukken wier, steenen, fossielen, de bloemen van 'c seizoen, een paar begonnen schetsen, boeken ter inzage, instrumenten, lantaarns, doozen met negatieven, convocaties en die geduchte gele enveloppen van het gemeentebestuur van Amsterdam, met mededeelingen of vragen betrtffande het schoolwezen, en tegen dat 't vacantie wordt kaarten en reisboeker. Convocaties by de vleet, want hij is lid van de meeste vereenigingen die zich bezig bonden de beoefening van de Kennis der Natuur in ona land. Van vele dier vereenigingen ia hg oprichter of bestnorler of allebei «n wanneer ik nu nog verte), dat hij nooit be hoort tot de absente of zwijgende bestnnrderen, dan kunt ge begrijpen dat onze vriend zijn mierenvlijt wel dikwijls van noode heeft, vooral ook doordat zijn algemeen bekende eerlijkheid en zachtmoedigheid hem de aan gewezen bemiddelaar maken bij de velerlei Nieuw Parijgch kapsel voor den Schouwburg. iiiHHiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiHiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii miiiiiiiiiiiiiii onvrede, die soms in onze klingen kan voor komen. Eigenlijk behoef ik n dat niet te vertellen, maar om u te laten zien, hoe bij hem het fijn gevoel nooit ontaardt in ziekelijke sen timentaliteit, schrijf ik even tot slot een halve bladzijde af nit zijn hoofdwerk, de reeds genoemde handleiding bij het onderwijs in de Natuurlijke historie op de lagere school, een boek dat gelukkig ook in vele huis gezinnen zy'n weg heefc gevonden. Hy heeft het over het vangen en verzamelen van insecten. Mijnheer," zoo kwam een jongen op m toe, hier heb ik een kever voor n ('t was een gaaf exemplaar van een popnlierenboktor) die zat in de kleerkast op dea mantel van mijn grootmoeder. (De dame was een week te voren naar een begraafplaats geweest). Z& stonden er allemaal om heen, mijn ma, de meid, mijn zuster, geeneen durfde ham eraf nemen, en doodslaan op den mant el konden ze niet, want dat kon den mantel vlekkecToen hebban ze mügeroepen, om hem er af te nemen en hem dood te trappen, want het was een vergiftig beest; alle torren zijn ver giftig, zei da meid. En mijn ma rilde; ze zei dat ze voor geen tien gnl den zoo'n vies beest zon aanpakken, wel doodslaan m*t een pactcffj)." Eo jij, waarom heb jühem niet dood geslagen?" vroeg ik dan knaap. Hij keek mij een oogenblik aan ea rilde niet voor 't aanpakken, maar voor 't doodslaan. Nog maanden lang heeft deze, om zijn tragen aard en zijn merkwaardigen lichaams bouw zoo belangwekkende tor in de k'assa geleefd. Zijn redder verzorgde hem dagelijks met vermolmd bont en snikerwater. Dit is een geval nit vele, waaruit blijken kan, dat de dieren er niet altijd kwaad bij varen, als ze een verzamelaar in handen vallen." In dit kleine verhaaltje heb je nu Heimans zooals hij heelemaal is, gevoelig, humoris tisch, raak en instructief. Want zonder dat je 't merkt, heef c hij meteen in hoofdtrekken de levensgeschiedenis verteld van de populierbpktor (Saperda circharias). Wij hopen dat hij nog lang zoo mag voortgaan. JAC. P. THIJSSE. De stndeerkamer van Heimans in zijn huis, Plantage Mnidergracht te Amsterdam.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl