De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1912 1 december pagina 3

1 december 1912 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

1849 l Dec. 12. D E AM STERDAMMER, WE E*K B LA D VOOE 'NEDERLAND. AMSTERDAM VL/ZELSTRAAT-^G-SS oo T UJO ONHUi IMRICHTiNG TOT HET M EUBILEEREN-EN VER.SIER.EN DER UJONIMG BOUWT TE NUNSPEET. Inlichtingen bij bet bouw bar aan DE VELUWE", aldaar. Prima Anthraciet,Gascokes, Brechcokes enz. FiiaHlY.BBEEÏEN, Lönbaansgr. 296. - Telef. N. 4276. J. LE MINJE, Amsterdam. OUDE GENEVER merk Nectar". /?J.38 per D literflesch. WIJNEN, COGNAC etc. GRANDS V1NS DE CHAMPAGNE Perrier-Jouet Epernay. Concessionnaires, Sauter & Polis, Maastricht. Wintersport. Pontresina. - Hotel Pontresina. Hotel Isten Rang met allen comfort. Voortreffelijke S h I veld en. Gaillnstreerd prospectus gratis. Intern. Verkeersbureau Biadhuisetraat 18, Amsterdam. WINTERSPORT. ADBLBODEN. F4MILTKHOTEL BEAU SITE. CONCERTZAAL MET EIGEN ORCHE8T. GR. VESTIBULE. PENSION. ZOMER 7?12 Fr. WINTERS 8?15 Fr. PROSP. GR. INTERN. VEEKEERSBÜR., AMST., RAADHUISSTRAAT 16. Pour vos Cadeaux a l'occasion de la ST. NICOLAS, QELAUNAY BELLEVILLE AUTOMOBIELEN. ???fd- Agent v«or He4erlmn4i J. LEONARD LARG, AHSTEBDAK. Hoofddepot te AMSTERDAM: Kalverstr.166 K. F. DEÜSCHLE-BENGEB. Wintersport Pontresina. Schlosshotel Enderlïn. Voornaa Hotel Isten Rang. P/ospectns gratis. Interna.ionaal Verkeersbureau Raadhuisstraat 16, Amsterdam. iiiiiniiit nu iiimiimiiiiiMii iiiiimiiiiiMiiiuiniiiii nul minimin!! iiiiiiiiiiu > mi muil imi in hulpvaardig, warm, spontaan, rijkbegaafd man, die voor velen veel is geweest. Leiden, 26 Nov. 1912. L. KNAPPER*. JAN Wz. ANDENNE, Van Kutten en Tranen : Fitter Gntree, Amsterdam, L. J. Veen, zonder jaartal. Men onderecheide wel: het boek zelf heet Piet/r Qoeree; de titel Van Kutten en Tranen is die van de serie oftewel eyelu* der romans van Jan W». Andenne. Een niet zeer aan lokkelijke titel, dunkt me. Stel het n voor: een gansene reeks van romans die inderdaad van zoenen en gehuil aan elkander hangen «on! De schrijver rcbjjnt er op gerekend te hebben, dat wil wel dadelijk zonden begrijpen: evenals het meeste in zijn boek is ook dit n bui*en-op gesteld*: een grapje. Daze schrijver is n.l. een hnmorist, een onweerstaanbare, soo een van de soort, waar Hildebrand in zijn tijd al voor gewaarschuwd werd (sinds dien nog wat verburgerd, vergrcft), hy kan letter1 uk geen twee woorden zeggen zonder uitbundig (roestig te zijn, maar o, natuur lijk I wügevoelige en intelligente losers worden voorondersteld ty"n grappen onmiddel'ijk te doorzien, d«n diepen zin ervan bedoel ik, en te beseflin, ietwat pijnlijk, omar toch ten zeerste genietend, wat daar allemaal in- of aeb.terscb.nilr, aan zielelijden om 's levens wreede zotheid («n zotte wreed' heid), aan wijsgeerig begrip, aan geniale levensvisie, aan... ja, weet ik al niet wat Toor hoogs en dichterlijke l Piêterffftrre is eigenlijk al de tweede roman" van dezen cyclup. De eerste, getiteld Front Kemaer, Haaytche roman, heb ik niet gelezen. "Wel las ik ergens iets erover en, naar ik m\j stel lig meen te herinneren, zelfs iets pry zenda Ik zeg er dit expresse'ij k by; gü, leserr, kunt tegenwoordig niet voorzichtig genoeg zijn met de kritiek; nog pas heeft bet Handelsblad er tnet nadruk op gewezen hoezeer mijn litte raire meening soms verschilt met b.v. die van collega Aletrico. Men moet dus zonder twijfel aannemen, dat er behalve zijn uit gever, L. J. Voen (uitgever ook voor Streuvels, Jeanne R^ijneke van Stuwe enz.) nog andere mengrhen zon die iets zien in den anteir Jan Wz. Andenne. Het is natuurlijk ook mogelijk, dat het eerste verhaal van kassen en tranen inderdaad wat beters was dan dit tweede. Ik voor müheb geen lust mi] ervan te overtuigen. T wee-honderd-zeven et-negentig pagina's zesde rangs Maltatnliaanfche, dnitpchige romantiekerigheid, gelar deerd met flauwe mopt>en ik verzeker n dat het genoeg is! Goeie-hemel, wat een gedachte toch, dat er menschen zijn die zooieta heelemaal ten-einde leien ~ als dat niet hoeft! llllltlllllllllllllllltllllllllllllllllllMIMMMMIIIIIIIHIIIIIIHMHIllMMIHIIIMII nog ennmaal af naar de Allemande". Nooit boos worden, lachte Corbeau. Als men veine hepfr, tevreden zijn en zich onverschillig houden, maar en cas de malheur" geen dépit toonen! Ik wacht op het verhaal van de mug, bromde Vintor, bijna nijdig, dat hij was doorzien. Om zich een houding te geven verzorgde hu ziin koffie, maar door het beven zijner hand liep toch de helft van de melk naast bet kopje en de aich zijner sigaret schroeide een leelijke vlek in zijn pas g»streken vest. Hebt gij van Halard gehoord, G-eorges Elouard Halard ? zoo wendde de Franschman op kiesche wijze zijne aandacht af. In astronomische kringen is dat lang een beroemde figuur geweest en gedurende een kwart eeuw heeft men er zijn naam met evenveel hartstocht opgehemeld, als men h»m bjj zijn dood in het slijk heeft getrapt. Het eerste kwam hem rechtmatig toe; het tweede was, op zijn minst genomen, onver diend, en getuigde van eene bekrompenheid, zooals die slechts in milieu's, waar het ziellooze intellect hoogtij viert, kan bestaan. HU was de astronoom op het observato rium te Parijs, woest geleerd en verreweg de meest merkwaardige en scherpzinnige kop, die zich ooit mot de sterrenkunde heeft bezig gehouden. Hu heeft een nieuw lenzensy'teem uitgevonden, waarmede het hem gelukt is, een paar dozijn onbekende planeten te ontdekken, welker aanwezigheid hij reeds lang tevoren door uiterst spitsvondige be rekeningen in ik weet niet hoeveel deci malen en repetenten had vastgesteld. De moderne theorie omtrent de zonne vlekken komt almede pp zijn naam, al trachten nu ook anderen zich dien roem toe te eigenen. Z\jn geestelijke nalatenschap bestaat uit twaalf lijvige/ banden en een onnoemelijk aantal tijdschriftartikelen, die op bijna iedere pagina iets nieuws, iets onverwachts brachten; hij stond aan het hoofd van tien periodieken, was de voorzitter van alle internationale congressen, werd vereerd en Ik sprak van roman" en verhaal". Het eerste de«l dar kne-en-bail-serie move dat geweest afin, dit t woede is hot eigenlijk mlet. Het is het nog vinder dan Woutertje Pietene, door Maltatnli, hüwijze van entremnts, tusschen zijn Ideeën" opgadischt, en stel' lig veel minder dan die fantastische werknm nit den bloeitijd der duitsche Tomdntik" waaraan ook Woutertje soo vaak herinnert. Toch wilde ook Jan Wan. Andenne blijkbaar er>i»ch en dramatisch doen, ja zelfs objectief. Hij beschrijft «f netje? of laat zijn z.g. personen praten. Zoo kwam er wel een zekere levendigheid in zijn boek. Maar het is een schreeuwen ge, opdringerige, «en poppenkast-levendigheid, die met het eigenlijke leven al bizonder weinig uitstaande beef r. Het eenige doel is n, zij het dan n action," raadseltjes op te geve* de moraal, da maatschappij of ds wetenschap betreffende en t.v. idee'j«« aan den man te brengen oudbakken ideetje van esn half-ontwikkelde met flen klein bee'js g«««', een ziertje hart, een flaUerisr scbrijftalentje en een enorm* hoeveelheid ai gen waan.... Zooals er. helaas! zoo ontzaglijk vele iy'm teetin woord i g. In dokters- en patiënten-, in leeraars- en studen tenkringen wordt steeds meer geklaagd over de toeneming van het z.g. wetenschappelijk prolorariaat fmaar zeg liever: bargerdonderdom) dat, schrander en gsleerd venoag om zijn examens af te leggen, een half-dnitsche dissertatie samen te stellen, ten eenenmale te kort schiet waar het aankomt op een menschknndig en tactvol optreden, op het noodige moreele overw'eat, zoowel als op een eigen levensstijl. Zoo zon men ook in de litteratnmr mogen klagen ja, ik meen wel haast in d'le kransten. Onze tijd is er bij u'tstek een van half- of kwart-ontwikkeling die tot gebrekkige zelfontdekking komt, daar zielsverrukt van is en zich aanziet voor genie. Is ook de heer Jan Wz. Andenne niet een veelbelovend hnlc-onderwij»ertje of halfmislukt student, die Mnltatuli geleien heeft en wat modtaag-moderni wetenschap (over bypnom. spiritisme enz.) en die nu meent de wereld op zijn beurt te kunnen verlichten met ideeën" dikwijls vrij ordinaire opmerkinkjes, op pedantig-anaakeche wijze voor gedragen, zonder iets van echte humor, hoogere geestigheid of zelfs van het echt komische of clowneske? Een burgerjongen die voor clown spoelt op «en brniloftspartfttje en superieur doet tegen zijn familie. Dat Jan Wz. Andenne intusschen ook wel bewijs geeft wat idealisme te bezitten, dat bij b.v. veel blijkt op te hebben met lieve, onschuldige kinderen, vooral wanneer ze mooi zijn, en <n een pracMig meieje voornamelijk de naïeve onschuld en innige gevierd, veertig jaren lang, geridderd door alle regeeringen der «arde... en verspeelde naam en faam in tweemaal vieren-twintig uur. O, men heflft hom onbillijk behandeld bij zijn fantaBtifchen dood, zóonheusch, met zooveel kwalijk verborgen haat e" leed vermaak, als men maar kan verwachten dat bij den val van een waarlijk groot man uit in gehouden nijd en afcunstkan worden geboren. Ik kan zoo spreken, omdat ik hem per soonlijk zoo goed gekend heb, en... geen astronoom ben, dus geen in het geheimste mijner ziel jaloersche, mokkende concurrent ben geweest. Wij woonden in hetzelfde huis, hij met zijne goede vrouw op de eer*te verdieping, ik, bescheidenlijk, eenige tages hooger. Dikwijls ben ik bij hen binnengevallen en dan vond ik in hem steeds een hartelijk gastheer en aangenaam causeur, die, zooals dat aan bijzondere menschen eigen is, steeds iets interessants had te vertellen. Hij was klein, zér corpulent, podagra-lijder, slecht ter been, hetgeen hem er nochtans niet toe kon brengen, zich in zijn overmatig wijndrinken te matigen. Zijn bolronde. kale schedel was omringd door een kransje van dun, zijdeachtig, zwart haar, zijn wangen waren kaal geschoren, hij had een smal kinbaartje en een céerhangenden, afgebeten snor, die, steeds de teekenen droeg van wat hij het laatst gegeten of gedronken had. Zrjn oogen waren blauw en waterig, zijn neus stomp en opgewipt, als bij Socrates of een Phrygisehen Sileen. Hjj droeg altijd een zwarte pandjesjas en een soepele, grijze broek, die nauw om zijn dikke dijen sloot. Ziehier zijn portret. Dus iets ii la Zola, maar dan in het carricatuur ? Zoo kunt gij u hem voorstellen, maar dan zonder lorgnet en van een hoog-roode gelaatskleur, met dikke, blauwe aderen aan de slapen. Aha, voila de praedestinatie.... Compris. IQ zijne laatste jaren legde hij zich voornamelijk toe op de studie van roaie goedheid waardeert... laat ons zeg gen, dat het hem tot eer strekt, maar... nu ja, wie zon er nu ten slotte toch ook niet iets voelen voor het kinderlijk onschuldige dat daarenboven zoo mooi en lieftallig isl... En dan nog t Een enkel aardig kinder-scèaetjn, of echt-gevoelige opmerking kan een roman" niet redden, die, in holle waanwijsheid op gezet, al na de eerste bladzijden zijn stuur moest missen en ten slotte dan ook vergaat in vaag gebazel, dat niet eens meer grappig is, en nog oneindig minder verheven! HERMAN ROBBERS. Mm Toer miers en opciers. Dezer dagen werd ik verrast met de sta tuten en een paar circulaires van de jonge vereeniging Museum voor ouders en op voeders" gevestigd te Assen, voorzitter Dr. J. H. Gunning; te Amsterdam, secretaresse Mevrouw Sandberg te Assen. Deze vereeniting stelt zich ten doel: 1°. In een museum bijeen te brengen, alles wat op 't gebied van kinde.rverztrging en verpkging, kinderhygiëne, tpeelgaed, prtntenbteken, lectuur, fjökel en andere leermiddelen, paedagogtiche geschriften enz. enz. wezenlijk goed is. 2°. Dit muaenm per spoor, in een woon wagen of in een woonschip*), geheel of gedeeltelijk te laten reizsn onder geleide van deskundigen, die over bepaalde rubrieken van 't tentoongestelde populaire voordrach ten houden en alle gewenechte toelichtingen geven omtrent 't gebruik van de tentoon gestelde artikelen. Denk n daar eens even in. Zie in gedachte zoo'n drijvend museum door ons vaderland trekken van stad tot stad, van dorp tot dorp; zie de jonge moeders toestroomen, om van beschaafde, deskundige vrouwen te leeren, hoe ze hun kleintjes goed moeten verzorgen; welke byg/ëaifche voorzorgen dienstig zUn; welk speelgoed, welke prentenboeken, welke lectuur za de kinderen rustig in handen kunnen geven, gij moest al een ver stokte misantroop zy'n, om het visioen niet even toe te lachen. Maar tu'schen de idee en de uitvoering ligt een breede kloof, waar over een zilveren brug geslagen moet worden. Welnu, moeders en vaders, medici en onder wijzers, n'tgevers en fabrikanten, Nelerlandsche Maecenassen en rijke kindervrien den, het woord is aan u. Het lidmaatschap ko*t f 1.?, grootere bedragen zijn welkom. R*eda hebben zestig medici, paedagogen, moeders, schrijf s'ers etc. hun, naam onder't voorloopig prospectus geplaatst. Wel be *) Ik zon zeggen: ons waterland eigent zich voor een motorschip en dit is ook om de ruimte verkieslijk. het kometen-vraagstuk. De baHstochr, dien hij voor deze kosmische Don Q'iichotesaaH den dag legde, was tweeledig. In de eerste plaats hield hij zich, als zakelijk geleerde, natuurlijk bezig met de berekening hunner banen en met de analyse hunner samen stellende gassen. Dit was zijn vak. Daar naast echter had hij reeds van jongs af eene groote voorliefde voor de studie der oude sterrenwichelarij, voorprognosticaties, almanak-occultisme, planeten- en kometenboekjes en al die andere astronomische en supernaturalistische snakerijen, die in vroe ger t;jd aan meer menschen den razenden waanzin hebben aangedaan, dan gij 7,00 oppervlakkig wel zoudt vermoeden. Het wonderlijke was, dat hij aan die onbeholpen stommiteiten met de taaiheid van een ouden conservatief een ongelooflijk geloof was gaan hechten en dat hij die had uitgeplozen en ontwikkeld tot eene fataliteitsleer, die in onze verlichte 20e eeuw allerzorderlingst aandeed en die ook ik langen tijd voor absurd, schoon niet onvermakelijk heb ge houden, totdat Halard door zijn eigen dood de houdbaarheid van zijne overtuiging heeft bewezen! Was bjj op zijn observato rium de koude, onverbiddellijke, objectieve waarnemer en registrator van het heelal, tehuis, in zijne woonkamer, tusschen eetgerei en verstelwerk zijner vrouw, toonde hij het beeld van den meest onlogischen phantast, in zijne droomerijen en verbeel dingen wellicht onbewust het tegenwicht zoekende tegen de harde gestrengheid van zyn maatschappelijk werk. Op zijn buffet had hij, naast zijn wijntiesch, een stapeltje versleten banden liggen, middeleeuwsche geschriften vol dwaze, on waarschijnlijke verhalen en vreemdsoortige figuren. Vooral een wellicht heel zeldzame Aldus-druk eener Venetiaansche kroniek, die omstandig relaas doet van al de onge lukken, door de komeet van 1473 veroor zaakt, genoot zijne voorkeur. Stormen, vulkanische uitbarstingen, overstroomingen, pest, oorlog, koningsmoord, wisselden elkaar teekent ieder van die namen nog geen warm hart en geen bergenverzettende activiteit, maar «y vormen dan toch een stevige sneeuw bal, die eenmaal aan 't rollen gebracht, naar ik hartelijk hoop, een lawine van sympathie betuigingen zal doen ontstaan. Proficiat! Een paar bestuursleden der jonge vereeniging hebben m\j verblijd met de parti culiere mededeeling, dat mijn artikel de totkomst der paedagogie" in den jaargang 1911 van het maandschrift Nieuw Vrouwen leven" niet geheel vreemd is aan de oprichtingsplannen. Inderdaad beoogt de vereeniglng dan ook precies hetzelfde, wat ik twee jaar geleden in den Haag tot stand heb trachten te brengen, maar bij totaal gemis aan fiaantieele steun en sympathieën ten slotte heb moeten opgeven. Mocht het dezen en genen verwonderen, dat onder de zestig eympathiebetnigers mijn naam ontbreekt, ik moet in diepen ootmoed erkennen, dat ik bi;|kbaar riet waardia; gekeurd ben, een be scheiden plaatfje onder hen te krijgen. J. RLBEFSTRA, Emailleerwert Tan Jai EisialofM. In den kunsthandel Erven Dorens op het Rokin is werk van Jan Eisenloefel te zien, dat om zijn hooge kunstwaarde ruime be langstelling verdient. De moderne vlakversieringsknnst, zoo bescheiden begonnen en in den aanvang vaak wat armelijk, toont in den laatsten tijd ook superieure rijkdom te kunnen bereiken. Hoofdiakelijk zijn tentoongesteld een tweetal schoorsteenklokken met bij behoorende vazen en luchters, een byouteriekistja, sier-paueelen, broches enz. Dit alles in gedreven koper of in brons en gesierd in fijne en rijke ornamentatie met email. Het lijkt op het bekende cloiaonré, al verschilt het eenigszins in tech niek. Prachtig zijn de emailklenren: oud blauw, rose en geel, zacht groen enz. vooral naast de doffe koperlijnen. Ho9wel de ver siering fijn en preciens is, is toch de geheele vlakversieriog rustig, wel overwogen en van aangename werking. Het is edele kunstnijverheid van groote schoonheid, en het behoort tot het beste wat onze Hollandsche moderne kunst heeft gegeven. Interessant is te zien, dat Eisenloefel in zijn voorstellingen ook het memcbfignnr gaat opnemen. Decoratief is dit non niet zoo uitmuntend behandeld als het ornament zelf; maar het is te verwachten, dat de kunstenaar ook hierin iets zeer goeds zal bereiken. Plaatsgebrek noopt ons, kort te zijn. Alleen zij nog gewezen op het merkwaardige feit, dat het koopkrachtig publiek in het algellltltlllllltllllllHMIIIlllllllllllllllllMIIIIMIItllinlIllllllllllllltllllllllllllllllll meen de groote kunstwaarde van deze niting niet voldoende iniiet. Wel is bet in staat groote sommen nit te geven voor een schil derij ; maai dat feitelijk zoo'n prachtig stak werk van Eisenloefel ook kunst van beteeknnst is, zal het langiaam aan moeten gaan begrijpen. Een bezoek aan dese tentoonstel ling zij warm aanbevolen. _ JAK GRATAMA. Moonstellijp en Veil! DB LAEENSCHK KUNSTHASDEL, AMSTERDAM, Heerengracht 495, opent Zaterdag 30 Novem ber baar December -tentoonsteUiij?. Exposan ten zijn : L i z z y Ansingh (portret en poppen), G. van Nifterik (landschap), Groepen van A r t h u r B r i ë t (boereninterieur) en 8. G a r f (burger-interieur). Du KUNSTHAKDSL BEBNABD DB VBIBS, AM STERDAM, N. Spiegelatraat 45, stelt tot 15 December ten toon aquarellen, penteekeningen en klenr-etsen van den Deen Louis Moe. IN DE KUNSTZALEN UNGBK BN VAN MEES, ROTTERDAM, Eendraehtsweg 27, stelt Jan T o o r o p tot 15 December een groot aantal schilderijen, aquarellen, teekeningen en stu dies ten toon. Benemen. ANATOLB FKANCE. Binnenkort verschijnt van dezen schrijver een tooneelstnk in twee bedrijnen, onder den titel La comédie de celui qui pousa une femme muette. EEN KVTTIGB YEREKNIQINO is de Deutsche Dichter- Gedaehtnis-Stiftung, die elk jaar een aantal bibliotheken van goede lectuur voor ziet. Dit jaar zendt sjj aan 1800 volksbiblio theken elk weer 37 boeken, te zamen alzoo 66.600 boeken, ten geschenke. Daaronder zijn zoowel eigen uitgaven als die van andere uitgevers; boeken van overleden auteurs als Adolf Wilbrandt en Tolstoi als van bedendaagsche als Paul Schreckenbach en Jacob Sebaffner. IIIIIIIHII1MIMIIII daar af... d'une maniere tout aimable. Hij las mij in genoegelijke middaguurtjes vaak uit dat boek voor en placht daarna een voordracht te houden, waarin hij met klem betoogde, hoezeer hij in het oorzakelijk verband tusschen die evenementen en het opdagen der komeet geloofde, zijne vrouw en mij min of meer pressende, dat geloof met Hem te deelen. Hij meende, dat, zoo in dezen tiid een komeet al niet meer ge heele volkeren in de ellende zou storten, toch zulk een hemelmonster zijn daemonischen invloed zou doen gelden, door, zij het slechts hier en daar, een enkel individu, doch dan ook op zooveel geslepener, helscher wijze te verderven, zooals over het algemeen dan ook de menschen elkaar nu minder lichamelijk leed aandoen, moorden doodslag en gros" uit den tijd zijn, doch men beter dan ooit tevoren de kunst ver staat, om elkander in het verborgene de meest verfijnde en wreede physieke folte ringen aan te doen en elkaar onder den schijn van glimlachende vredelievendheid om te brengen volgens methoden, waarvan da middeleeuwers niet gedroomd hebben. Op deze wijze bracht de goede Halard de kosmische en aardsche verschijnselen in een geheel persoonlijk uitgedacht, oor zakelijk verband en hij kon dat zónatuur lijk dat hij, ik moet het erkennen, mij dikwijls bijna voor zijne theorieën wist te winnen. Daarbij wond hij zich echter zoo danig op en zetten de aderen aan zijn voorhoofd zich op zóonheilspellende wijze uit, dat ik meermaals, uit vrees dat de hem door het fatum beschoren beroerte hem voor mijn oogen mocht overvallen, het gesprek afbrak om hem op eene wan deling in den Luxembourg tot adem en rustig evenwicht te doen komen. De welsprekende Franschman zweeg even. De blauwwitte booglampen op den Boulevard waren ontstoken, de pier schitterde van electrisch licht, als ware het een pronkerige kermistent. Het was nu zeer druk. Den Haag was uitgeloopen, om aan den zeekant eenige Een Kenitólüke gift. Bovenstaande woorden kon men eenige dagen geleden weder in de dagbladen leien als opschrift van een bericht, dat een Rotterdam°che dame voor het Zeehospitnm te Katwijk aan Zee ?250,000 heeft geschonken. In aansluiting bij wat ik in het Weekblad De Amsterdammer" schreef, zou ik de vraag willen doen, of er vel ooit een koning of e»n koningin is geweest dieeen ' bedrag van 2]/2 ton gouds ten behoeve van een liefdadig of ;nuttig doel heeft geschon ken? LEO. IIIIIUIMIMIIIIIIIIIllllllllllllllllMIIIIIIIMIIIHMIIIIMIIIllMIIIIIIIIIIIIIIIHIIII verkoeling te zoeken en in het gedrang slechts verhitting te vinden. Op het terras van het Kurhaus, in de pauze van het concert, bewoog zich eene lichtkleurige menigte, en het was Merion, of het geraf fineerde parfum der vele schoone vrouwen daarboven met den zoelen wind tot hem overwoei, een parfum, dat maar al te zeer de herinnering aan zijne meineedige ,Alle mande" opwekte. Vagelijk, van uit de verte, klonk het kwijnend, vibreerend en glisaeerend spel van het Palaee-sMjkje, dat de zoete melodieën van La Bohème'' nog met een maximum van sentimentaliteit confijtte en de geheele avondlijke atmospheer van den boulevard van eene licht sensueele weekelijkheid deed huiveren. Bij Aliman was het voller geworden, de tafeltjes waren nu alle bezet: eene blijkbaar Botterdamsche familie, een vadzige vader met rooien snor en puisterigen neus, den ' dophoed achter op het dampend hoofd, en eene okergele moeder stelden twee verlepte spitsneuzige dochters ten pronk; een paar chic-doende departements-ambtenaartjes ia avondtoilet waren van het Kurhaus geko men en hadden zich met eene zoo juist opgepikte, opvallend geschminkte strandmug" in een hoekje verdekt opgesteld: twee wielrijders met korte broek, geruite kousen: en grijze petten zaten vór de beide Franschsprekenden, verderop klonk oavervalscht Keulsch, achter hen zat een mager mannetje, met verschrikte, diep liggende oogen, uit staande lap-ooren en een baard als een heiboender, die niets anders dan een apothe ker of een leeraar in de vaderlamdscha ge schiedenis kon z\jn. Aliman had het druk en transpireerde vervaarlijk. Hu nam vele bestellingen op, deed beloften en maakte excuses in vele talen, die in zyn mond alle even slecht klonken. Dan liep hij naar de deur en riep den buffetknaap zijne orders toe: Willem, t wei orangeaadl... ein thé... ein cafésoignó... ein milk... kare s»eré." (Slot volgt.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl