De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1913 2 februari pagina 6

2 februari 1913 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 2 Febr. '13. - Nö. 1858 ERTEH.T UNENTGELTUCH DAS De reclameplaat voor de tentoonstellingen 1913, op te hangen in reis-bureaux Nederland in 1913 geblameerd Nederland wil in 1913 feestvieren; het wil de ontwikkeling van handel, nijver heid en kunst van 1813?1913aantoonen. Hierbij zal de historie van 1813 worden opgehaald?Maar dit is het historische. Het. belangrijkste van heel de actie zal zijn te demonstreeren in hoeverre Neder land een waardige plaats inneemt in het Europa van 1913. Nederland wil de overtuigende bewijzen leveren aan landgenoot en vreemdeling, dat het, met eigen karakter en in volle waardeering van zijn groot verleden, toch is van dézen tijd. Want zou het dit niet kunnen aantoonen, zoo ware er zeker geen reden heel de wereld op te roepen om haar te overtuigen van de achterlijk heid van ons vaderland. Of het nu verstandig gezien is ons land met talrijke plaatselijke kleine ten toonstellingen te bezaaien (typische uiting van ons individualisme), in plaats van te houden enkele groote moderne Neder landsche tentoonstellingen, die zeker een grootscher beeld zouden geven van wat Nederland op het oogenblik vermag, zal ik hier niet bespreken. Ik wil alleen de aandacht vestigen op de wijze, waarop Nederland de wereld inviteert op zijn feest te verschijnen, de reclameplaten, briefkaarten en inleggers, die door de Centrale Commissie voor Plan 1913 bij duizenden en honderd duizenden in het buitenland zijn verspreid. Deze kaarten zijn van veel belang: zij introduceeren en zijn misschien de eerste kennismaking met ons land. En in dit opzicht hebben wij een naam te ver beteren, den naam, dat ons vaderland eigenlijk een vermakelijk achterlijk land is van boeren, weiden en molens. In onze reclameplaten moéten wij toonen, dat wij niet meer zijn van 1813, niet meer van 1850, maar van 1913. l EERSTE NEDERLANDSCHE TENTOONSTELLING OP L'SC HEEPVA ARTCEB1E D) ^) VAN JUNlTOTOCTOBER AMSTERDAM EXHIBITIOWS m3OTowNS 1MDUSTRY, ART, AGRICULTURE PARTiCULARS FREE OF CHARGE BY THE OFFICIAL INFORMATION OFFICE 45. (..VOORHOUT, THE HAGUE DE RECLAMEPLAAT VAN E. N. T. O. S. Het bekroonde en uitgevoerde ontwerp van C. Rol De reclame-briefkaart voor^de tentoonstel lingen 1913 Is dit gebeurd? Er is een z.g. artistieke plaat, die ver dienste heeft, maar weinig verdienste als reclame plaat. (Afb. 3). Het is een illu stratieve prent, echter geen goed en krachtig decoratief affiche. Deze prent zou van plm. 1880 kunnen zijn en staat voor een groot gedeelte buiten de betere inzichten van onzen tijd. Zij is voorna melijk verspreid onder de Vereenigingen voor Vreemdelingenverkeer in het buiten land, hotels, clubs, enz. Een tweede reclamebiljet, geplaatst bij de meeste spoorweg-maatschappijen in het buitenland is volkomen karakterloos wat zijn kunstgehalte betreft. Deze plaat (afb. 1) is handig van be doeling; maar de opdrachtgevers hebben getoond niet te weten welke groote waarde een kunstvolle reclameplaat heeft;zij be grijpen blijkbaar niet, dat hetzelfde ge geven, in pikante kleurwerking, in straffer compositie, in grooter en rustiger decora tieve werking, d.w.z. ontworpen door een talentvol affiche-teekenaar, tot een sterke, origineele, boeiende en daardoor reclame makende plaat had kunnen worden. Zooals zij nu is, zou zij goed zijn voor de stations wachtkamer van een provinciaal trammetje uit 1880. Is dit de wijze, waarop Nederland zijn moderniteit moet toonen? Deze ont kenning van een goede moderne Nederlandsche affiche-kunst is een beleediging voor het Jonge Holland. Een plaat, niet geteekend door een kunstenaar, maar ontworpen door de lith. inrichting" Lankhout, zal Nederland in het buitenland vertegenwoordigen! Het ergst zijn echter de briefkaarten en inleggers, voorstellend een zoetsappig lachende en wuivende boerin. De teekening hiervan is slecht, het zetwerk ordi nair, maar het ergerlijkst is de geest van dit product. Daar hebben wij het weer! Nederland wordt nu niet door het buitenland afgebeeld als een land van boeren, neen het presenteert zich nu zelf als zoodanig. Het versterkt bewust, en met volle voldoening, den indruk, alsof Neder land is een land van ouderwetsche boerenwindmolens en doode steden, een curieus brok geschiedenis, een levende antiquiteit te midden der moderne volkeren; een land waarvan de onmoderniteit, de stilte en de afgestorvenheid, een pikanterie zijn voor den modernen buitenlander. Nederland wordt in deze kaarten ge toond, alsof het na 1813 is gaan slapen en niets gemerkt heeft van de intellectueele evolutie in de 19de eeuw. Deze hoon, ons land aangedaan door Nederlanders zelf, is grievend. Dergelijke platen blameeren ons op de ergste wijze. Wij vieren toch geen feest om 1813, maar om 1913, wij willen laten zien hoe alles bij ons is vooruitgegaan. Deze onwaardige producten komen van de Centrale Commissie. Zij heeft alles op eigen houtje bedisseld; zij Heeft ook voor hare andere drukwerken, als briefhoof den, enveloppes, enz., geen aesthetisch adviseur benoemd, zooals bij alle goede moderne tentoonstellingen wel geschiedt. De Commissie heeft, behalve in de z. g. artistieke plaat, de Nederlandsche kunst genegeerd, het moderne Nederland ge hoond. De gevolgen zijn voor hare rekening. De Commissie wenscht vór alles, dat het gansene Nederland zal deelnemen aan de feesten 1913, dat het een nationaal feest zal zijn. Maar als zij zoo doorgaat kan zij zeker niet op de medewerking van het moderne intellectueele Neder land rekenen. Waarom zijn niet de meest begaafde krachten aan het werk gesteld om de beste en mooiste, dus waardigste, platen te verkrijgen? Waarom zijn hiervoor geen openbare nationale prijsvragen uitgeschreven? Men had hiermede tevens een goede propa ganda voor het doel gemaakt. Wat met prijsvragen in deze te be reiken is, toont het biljet voor E. N. T. O. S., het bekroonde en uitgevoerde ontwerp van C. Rol. Deze plaat is goed, zuiver van decoratief begrip, duidelijk van werking, aardig en levendig van aspect, een plaat waarover wij ons verheugen kunnen. Het origineel was nog iets mooier; met meer rijkdom in de kleuren; in de repro ductie is dit alles ietwat verkild. Toch is het een zeer te waardeeren uiting. De artistieke reclameplaat voor de tentoonstellingen 1913 Gaat de Centrale Commissie op den ingeslagen weg voort, dan is de kans groot dat, dank zij hare leiding, heel het tentoonstellings-gefeest in 1913 n groote blamage wordt voor Nederland in de oogen van de modernen aller naties, die niet alleen naar het verleden kijken, maar het vaderland hoog op willen stuwen in den vaart der volkeren," zooals Van Deyssel het heeft gezegd. JAN GRATAMA Tentoonstelling Louis Raemaekers bij Buffa Het is nu al sinds eenige jaren dat Raemaekers als illustrator de geregelde medewerker is van de Telegraaf" en daarmee, wil me lijken, zijn ware richting heeft gevonden. Ik heb al eens gelegen heid gehad op den goeden kant van zijn il lustratieven arbeid te wijzen, dat is: op zijn juiste begrip van het karakter eener prent in aansluiting met de omgevende kolom men drukwerk van een dagblad. Dat is een eigenschap aan zijn werk van niet geringe beteekenis. Men zou meenen bij hem bevestigd te zien de waarheid van het spreekwoord: met het ambt komt het verstand. Zijn vroegere teekeningen toonen wel een zekere raphandigheid in het zoogen. artistiek schetsen van figuurstanden, typische tronie's en heele groepen met bijhoorige achtergronden, maar hebben overigens weinig opmerkelijks. Dat hij daarbij wel wat van Steinlen heeft afge keken, kan op deze tentoonstelling vooral blijken uit de teekening: staking in het Ruhrgebied. Raemaekers toont zich in zulke tafereelen van dramatischen inhoud dan ook minder origineel dan Hahn. Er is bij hem ook nooit de schrijnende le vensontroering als bij dezen. Van dat artistiekerig vertoon in zijn teekenwijze heeft hij zich echter gaandeweg ontdaan, om eindelijk te vinden den rechten stijl voor dit werk, het graphische karakter, voor deze platen. Alle overtolligs van teekenachtige lijntjes en streepjes, van schilderachtige streepjes werd op zij gezet voor den meest sprekenden algemeenen lijn, voor de simpelste aanduiding der tinten in effene vlakken, voor zoover deze noodzakelijk zijn tot een samen hang van het geheel, of, als een nadere omschrijving van de situatie der voor stelling. Natuurlijk is zijn praktijk nog voor verdere ontwikkeling vatbaar. De voor stelling kan nog frappanter of onder houdender zijn door een verhooging der behagelijkheid in kunstwaardig opzicht. De zegging kan aan stijl nog winnen, de bevattelijkheid aan directe uitdrukkingsmacht. Er zijn in zijn werk alle teekenen om te veronderstellen, dat Raemaekers nog niet aan 't vegeteeren is op zijn verworven kwaliteiten, dat hij streeft naar meerder gaafheid in een sobere, effene vlakverdeeling, naar een verrijking ook van het versierende element, naar DE VLEESCHPOTTEN VAN EGYPTE Abrahamses I: Geef ze vór de verkiezingen alleen de lucht, geliefde Talmaris!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl