Maart '13, - No, 1862 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 11 Mobilisatie tegen de Suffragettes (Punch) De verdachte Een zoete jongenjfLustige Blattcr) Auto-banditisme in Mexico DE MEXICAAN TOT POINCARÉ: GEEF ZE AI.LKN ORATIE, MIJNHEER DE PRESIDENT, EN GEEF' ZE MIJ MEE. Wij UANKU.N ALLES AAN ZULKE MANNEN. Nieuwsgierig (Lustige Hliitter) In.Italië (Punch) MOEDER : F:ritsje, kom, ga nu mee als een zoete1? jongen. FRITSJE: Nei! MOEDER! Hoe zegjje?.3 FRITSJE : Nee ! MOEDER : Zoo is het lief. Dagverdeeling l(Jugend)} Een vendetta ? Volstrekt niet. Oiuseppe en Luigi maken de vensterruit schoon van hun meesteres. Er ontbrak weinig aan, of ik had met Nieuwj'aar mij met juffrouw Rosenblüt verloofd ! Hoeveel ontbrak er ? Mijne heeren, denk er om, tot het vijfde potje spreken we ernstig, daarna beginnen we met de politiek. niiimiiiiMMi Schaakspel llllllllllliilllllllMHIIIIIIIIMMMIMMIIIIIIHIIIMHIIIIIIIIIIIIII 11111111111111 Itt 23e Jaargang. 2 Maart 1913. Redacteur: RUD. J. LOMAN. 36 Heathstreet, Hampstead, London N.W. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. CORRESPONDENTIE P. H. N. Jr. te A. Volkomen juist. Zw. wint per slot van rekening met den brillanten zet Tg4 niet veel sneller dan met 't door ons gespeelde Th4f. 't Beste lijkt ons Tg4 2 Pg3!, Pf4 3 Dc2!, Th4f 4 Kgl, Thl:f 5 Phl:!, h5! Of hebt u iets beters ontdekt? J. H. de R. te H. en H. G. te A. Diploma in goede orde (zonder vouwen!) ontvangen. De inteekenlijst circuleert. No. 1229. A. A. Elkhan te Sebastopol Mat in drie (3) zetten abcdefgh Wit Kh2, Dc6, Pc2 en c5; a4, b3, c3 en g2 = 8. Zwart Ke5; a5, b5 en c4 = 4. Oplossing van No. 1228 l Del enz. Opgelost door ds. R. de Haas, Winsum; J. de Koning en K. Lindhout, Vlaardingen; J. Potteboom, Hoek van Holland; Sam. L. Dias, Amsterdam; L. H. Orondijs, Dordrecht; J. G. Arnoldus, Middelburg; H. C. Elzinga, Hilversum; C. G. te Sneek. Nog goede opl. van No. 1227 te vermelden van S. L. Dias, A'dam. , UIT DE SCHAAKWERELD Maandag 10 Maart, 's avonds 8'4 uur, zal de heer H. G. Reeders, voorzitter der Amsterd. Schaakclub, in het clublokaal, (?Nieuwe Karseboom", Rembrandtplein) een simultaanvoorstelling geven, uitsluitend voor schakers, die geen lid van een club zijn. Toegang vrij. Gelegenheid tot meespelen kosteloos. Simultaan-séance van Spielmann te Weenen: 21 gew., 4 ver!., 4 rem. Wereldkampioen Lasker speelde in 't Caf de la Régence te Parijs 20 simultaan-partijen met 't resultaat: 17 gèw., l verl., 2 rem. Club match Middelburg. Vlissingen 15 Febr.: Middelburg 5, Vlissingen 2. De vorige match tusschen deze beide steden werd eveneens door Middelburg met 5 tegen 2 gewonnen. Op 18 Febr. had een match plaats tusschen D. D. 's Hage en Leidsche Schaakgen. D. D. won 9 tegen 7. Dr. J. F. S. Esser en Dr. A. v. Rhijn wonnen aan de eerste borden voor Leiden tegen Vijzelaar en jhr. Strick v. Linschoten (D. D.). SPAANSCHE PARTIJ gespeeld te Budapest 24 Oct. 1912 Wit Kuhn l. e4 e5 2. Pf3 Pe« 3. Rl»5 a6 4. Ra4 Pf6 5. 0-0 Re7 Deze sedert het Londensche Congres van J899 meest popu laire verdediging der Spaansche partij is den laatsten tijd door Pe4: (6 d4, b5) ver drongen. 6. Tel b5 7. Rb3 d6 8. c3 Pa5 9. Rc2 c5 10. d3 Ons staat d4 beter aan. 10. Dc7 11. h3 Dat deze zet, voor dat zw. gerocheerd heeft,gevaren insluit, leert deze partij. Beter is Pd2?fl. Zw. opent nu een stormloopopde witte rochade stelling. 11. Pc6 12. Pbd2 g5 Neemt wit dezen pion dan wordt de open g lijn gevaar lijk, neemt hij niet dan volgt g4. Een lastig dilemma! 13. Pg5:- Tg8 14. Pfl h6 15. Pf3" Rh3: 16. Kh2? Hierdoor gooit wit een kostbaar tempo Zwart Gajdos weg. Waarschijnlijk rekende wit op Rg2:, waarna hij met 17 Pg3, Rf3: 18 Df3: benevens Pf5 nog een speelbare partij had verkregen. De juiste zet hier was Pg3: 16. Pg4f 17. Kgl Rg2:! 18. Pg3 Rh3 Nu dreigt de h pion te gaan spoken. 19. Ph2 Ph2: 20. Kh2: Rg4 Dwingt wit tot ver dere verzwakking van den K. vleugel, want op Dd2 volgt Rg5. 21. 22. 23. 24. f3 Re6 Re3 0?0?0 a4 Rh4 Rf2 De7! Hiermede opent zw. een slotcombinatie a la Morphy 25. ab5: 26. Rg3: 27. Tgl 28. Kg2 29. Kg3: 30. Kf2 31. Ke3 32. Tg8:f 33. Tel Dd2 dan Df4f. 33. f5 34. Tg7f Ke8 Wit geeff op. 't Mat is niet te dekken. Op ef5: volgt Pf5f enz. Rg3:f Dg5 Dh5f Tg3:f! Tg8f Dh2f Pd4! Kd7 De prijswinners van 't tornooi te NewYork vertrokken 19 Febr. met 't s.s. Saratoga" van New-York naar Havana. De club aldaar stelt ? 3C100 voor prijzen dispombel en de 6 prijswinners van New-York ont vangen ieder ?500 als onkostenvergoeding. 't Nieuwe Clublokaal der Imp. Chess Club te Londen wordt, l Maart feestelijk geopend. Mrs. Rawsow biedt bij die gelegenheid een lunch aan. De club verkeert in zeer bloeienden toestand en hoopt in Aug. a.s. met een flinke ploeg de Hollanders op eigen erf te bevechten. OPLOSSING EINDSPELSTUD1E van C. C. Manu, Amsterdam Ie Prijs Wiener Schachzeitung Wij geven hier nogmaals de stelling in diagram. De bizondere fijnheid van deze studie verdient een uitvoerige bespreking bij de oplossing. De lezers kunnen dan zelf beoordeelen of deze studie hoog genoeg kan geschat worden en niet ten volle de zoo eervolle onderscheiding verdient, die haar te beurt is gevallen. ZWART d e WIT f Beschouwen wij bovenstaande stelling, dan merken wij het volgende op: a) de witte figuren (koningin en raadsheer) zijn zeer gunstig geplaatst voor een mataanval op den zwarten koning; ft) de zwarte figuren (koningin en paarden) zijn zeer beperkt in hun beweging, immers gaat Pf8 van zijn plaats (bijv. Pf8?g6), dan wint Wit door Dhlf ge volgd door Dhlf de zwarte koningin. De zwarte Dame kan slechts naar f7 en g6, want gaat zij naar h3 dan wint Wit onmiddellijk door Lgl f en gaat zij naar h6, dan volgt weer Dglf en Dhlf. Spelen wij de koningin echter naar f7 of ge, dan is gemakkelijk te zien, dat door Le5f, Khl gevolgd door Dh3f, Kgl Wit door Ld4 mat kan geven. Zwart kan dus noch de dame noch Pf8 be wegen /onder terstond Ie verliezen. Spelen we nu eens Ph8?gti, dan zien we, dat Wit door Dglf, Kh3, Lf2 terstond kan winnen, daar het mat op g3 niet te pareeren is zonder dame-verlies. Blijft over Ph8?f7. Na dezen zet is de winst voor Wit niet zoo gemakkelijk te zien, daar het paard het veld e5 voor den looper afsluit. Stond de raads heer op e3 inplaats van op d4, dan zou na Pf7 Wit als volgt kunnen winnen: 1. Lf4f, Khl, 2. Df6f, Kgl, 3. Lg3 (dreigt Df2f en Dfl mat) Dh3, 4. Lf2f Kh2, 5. Lglfenwint de dame. Nu leert ons een blik op het diagram, dat Wit inderdaad dezelfde positie als in het diagram kon krijgen met den looper op e3 en Wit aan den zet, en wel door de ma noeuvre 1. Lgl f, Khl, 2, Le3, Kh2. Zwart toch moet Kh2 spelen daarna 2 .. Dh2 (om het mat op gl te beletten) Wit wint door 3. Df3f, Dg2, 4. Ddlf, Kh2, 5. Lf4, Kh3, 6. Dh5 mat. We hebben dus nu gevonden, aannemende, dat de raadsheer op e3 staat, dat Zwart verloren is, wanneer hij een zijner paarden of de koningin beweegt. Wanneer Wit dus na 1. Lgl, Khl, 2. Le3, Kh2 slechts een onverschilligen zet doet, bijv. Ka2, dan is Zwart verloren als hij met een der paarden of de koningin speelt. Nu heeft Zwart echter nog 2 pionnen om mede te spelen. Stel, dat Zwart na 1. Lglf, Khl, 2. Le3, Kh2, 3. Ka2 speelt 3.. d2. We vinden, dat Wit dan wint door 4. Lf4t, Khl, 5. Ddlf, Kg2, 6. De2f, Kgl, 7. Le3f, Khl, 8. Dflf, Kh2, 9. Lf4 mat. Ten slotte kan Zwart na 1. Lgl f Khl, 2. Le3, Kh2, 3. Ka2 den b-pion naar b6 spelen. Wit kan nu niet weer een tempo winnen door de manoeuvre Lglf, Khl, Le3, daar nu Dh2f zou kunnen volgen. Er is echter nog een andere manier om een tempo te winnen, en wel door de ma noeuvre: 4. Lf4f, Khl, 5. Df3f Kgl, 6. Le3f Kh2, 7. Dg4. We hebben nu weer dezelfde stelling als in het oorspronkelijke diagram, doch met den witten koning op a2, den raadsheer op e3 en den zwarten pion op b6. In deze stelling nu blijft Zwart niets anders over, dan met een der paarden, de koningin of den d-pion te spelen en we hebben aangetoond, dat in dit geval de winst voor Wit steeds snel te bereiken is. Na deze beredeneerde oplossing geven we hier onder de oplossing zonder meer. 1. Ld4 gif, Kh2?hl, 2. Lgl-e3, Khl?h2 (speelt Zwart 2.. Dh7?h2 dan volgt: 3. Dg4-i3f, Dh2?g2, 4. Df3?dlf. Khl?h2, 5. Le3?f4f, Kh2?h3, 6. Ddl?h5 mat.) 3. Kal?a2, b7?b6 (het beste) 4. Le3?f4f, Kh2?hl, 5. Dg4?f3f, Khi-gl, 6. Lf4-e3f, Kgl?h2, 7. Df3-g4, d3-d2 (A.) 8. Le3-f4f, Kh2-hl, 9. Dg4dlf, Khl-g2, 10. Ddl-e2f, Kg2-gl, 11. Lf4?e3f, Kgl?hl, 12. De2?flf, Khl?h2, 13. Le3?f4 mat. A. 7.. Ph8-g9, (B.) 8. Dg4-glt, Kh2-h3, 9. Le3?f2, en mat op den volgenden zet of dame-verlies. B. 7.. Ph8-f7, (C.) 8. Le3-f4f, Kh2-hl, 9. Dg4-"f3t, Khl -gl, 10. I.f4~--g3 (dreigt Df2f en Dfl mat) Dh7?h3, II. Lg3?i2f, Kgl?h2, 12. Lf2- gl en wint de koningin. C. 7.. Dh7-g6, (D) 8. Le3-f4f, Kh2?hl, 9. Dg4?h3f, Kht?gl, 10. Lf4?e3 mat. D. 7.. Pf8-e6, (E.) of -g6, 8. Dg4-glf, Kh2?h3, 9. Dgl?hlf en wint de koningin. . 7.. Dh7?h3, 8. Le3?gif en wint de koningin. De bestudeering van de oplossing zal vooral hun, die getracht hebben haar te vinden een groot genot verschaffen. Dit eindspel is daarom zoo zeldzaam moeilijk en uiterst fijn, omdat de componist er in geslaagd is een combinatie van probleemen eindspelstudie te fabriceeren. Het pro bleem-idee, dat aan dit eindspel ten grond slag ligt, is de tempodwang, die Zwart doet verliezen. Eerst wanneer men uit de eigen aardige stelling gedistilleerd heeft, dat Zwart in tempodwang verkeert, gaat er den oplosser een licht op en vindt hij de oplossing be trekkelijk gemakkelijk. Mann's eindspelstudie is zonder twijfel een der meest oorspronke lijke studies, die wij ooit zagen. (Utrechtsch Dagblad) De eenige goede en volledige opl., die wij van dit eindspel ontvingen, was van Mr. A. v. d. Ven te Arnhem. NASCHRIFT Mr. A. v. d. Veil schrijft naar aanleiding van dit eindspel: Als ik al 't schitterende van deze compositie moest releveeren, kon ik een boekdeel vullen. Ik heb aan de oplos sing 4 volle uren van ingespannen studie besteed, terwijl ik voor oplossingen van eindspelen heusch niet bang ben. Jubileum-tornooi te Londen. Prijswinnersgroep. Thomas . . . Loman. . . . Ward . . . . ~Cole. . "V" . . Jacobs .... Muller. . . . Lasker. . . . Davidson. . . Thomas. ? 10 ? Loman. || ?p n 0 0 1 ?d ra ~~ 1 0 O 8 i __ v Vs t/5 J3 O U ra ?f f !0 Muller. || 1 r v, 0 Lasker. || 1 0 Davidson. || 0 ~ 1 1 Walker. || 1 1 V. 2 2 2 2' IVs n* IV r Walker . . . i O ? hangpartij. 't Onlangs door ons gepubliceerde eind spel van Pillsbury is volgens Mr. J. D. Tresling niet echt. 't Is een compositie, van den auteur van't zoogen. Indische.probleem.