De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1913 8 juni pagina 10

8 juni 1913 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 8 Juni '13. No. 1876 geslonken, een dergelijke verhouding als ? voor de paniek in 1907. In het tijdsverloop van dertien jaren hebben de banken hare verbintenissen met 130 pCt. en den goud voorraad slechts met 76 pCt. zien toenemen. En hoe dichter men op den tegenwoordigen tijd aanrukt, des te ongunstiger worden de verhoudingen; zoo zijn in de laatste drie ja,ren de verbintenissen met $ 1240 millioen en de goudreserven slechts met $ 43 millioen of 3 H pCt. gestegen. Hierin ligt dan ook voor een belangrijk deel het geheim van de bij uitstek ongea nimeerde stemming der fondsenmarkt ver borgen, welke gedeprimeerde houding in den loop dezer week is ontaard in eene daling, welke veel had van een paniek en alle waarden even heftig aangreep. Daar waren natuurlijk nog bijkomstige factoren. Men verwachtte nieuwe actie van de re geering tegen de trusts, de spoorwegen; een minder gunstigen maandstaat van de Steel Corporation en ten slptte droegen de Europeesche beurzen er niet weinig toe bij, dat de inzinking hoe langer hoe dieper ging. Het is vooral ook het volstrekt gebrek aan steun van het continent, dat deze debacle heeft verhaast. Dat laat zich gereedelijk verklaren; de speculatieve elementen zijn de langwijlige ziektegeschiedenis der New-Yorksche markt hartgrondig beu geworden, terwijl ze daar" door bovendien in de laatste jaren enorme .verliezen hebben geleden en ze derhalve pogen te redden, wat nog te redden is. Europa verkoopt dus in hoofdzaak in stede van op te nemen en zoo doende de markt te steunen. Dan is het gebeurde met de Frisco" zeker geen stimulus om de Vereenigde Staten, ook in ander opzicht, de behulpzame hand te reiken. Want er wordt thans een eigenaardig licht geworpen op de jongste financieele transactie dezer maatschappij of van hare mandatarissen, te Parijs. In den aanvang van de maand April n.l. zijn nog 3-millioen 5 pCt. bonds a 88 pCt. geplaatst, terwijl toenmaals de koers dezer "óBligatiès in Duitschland reeds tot om en nabij de 80 pCt. was gedaald. Het is dan ook zeer begrijpelijk, dat de Fransche obligatie-houders, die hier blijk baar de dupe zijn geworden van schoonschijnende frazes over den toestand der maatschappij, tegen deze jongste plaatsing protest hebben aangeteekend en allicht, in dien de toegewezen inschrijvingen niet worden geannulleerd, in proces zullen gaan. Met die feiten voor oogen wordt men aan deze zijde van den Oceaan nog ns zoo voorzichtig en laat men zich, behalve dan ten onzent, zoo licht niet meer verlokken om, op hoe voordeelige condities dan ook, deel te nemen in Amer. obligatie-leeningen. Behalve ten onzent. Want hier bezwijkt men steeds voor mooie condities en op grond daarvan zal ook wel behoorlijk adhaesie wor den betuigd bij de inschrijving op 5.500.000 6 pGt. 2-jarige notes der National Railways of Mexico, die a 98 pCt. worden aangeboden en derhalve een netto-rendement van 7 pCt. vertegenwoordigen. Nu doen echter juist die aanhoudende notes-uitgiften de betreffende maatschappijen telkens in den uitersten nood verkeeren, ge tuige de National Railways of Mexico, welke groote kans heeft geloopen geene voorziening te kunnen treffen in de aflossing der $ 20 millioen notes, waarvan de helft op l Juni en de wederhelft op 15 Juni vervalt. Op uiterst bezwarende voorwaarden wordt thans eene leening aangegaan of worden die notes feitelijk voor twee jaren verlengd in de hoop, dat alsdan de algemeene toestand en ook die van de geldmarkt zoodanig zullen zijn verbeterd, dat het sluiten eener obligatieleening op langen termijn mogelijk zal zijn. Met die hoop zijn toch reeds eerder tal van spoorwegmaatschappijen bedrogen uit gekomen en dit is de reden waarom ook die kort loopende notes over 't geheel genomen, ondanks "het hooge rendement, geen bij uit stek gunstig onthaal meer krijgen. Wij laten thans hier een eenigszins uit gebreidere koerslijst dan gewoonlijk, volgen ten einde te laten zien hoe alle waarden zonder uitzondering door de daling werden aangedaan, waarbij sommige lichtere spoorweg-shares een niveau bereikten, dat weinig afwijkt van het laagste peil in het paniek jaar 1907. 26 Mei Amalgam. Copper Cy. 77 !4 American Beet Sugar 30V* Amer. Hide & Leather 227/H Amer. Smelting & Ren'. 69'4 5 Juni 67 Va ex-div. 23 Vu 16 Va 62 18 30l/4 54'i 21 41 !i 56 15 13J-4 97 94 60 15 23-V 21 V* 19* 30V2 Central Leather 23% Stand. Mill. Cy. gew. 33 , pref. 59 V, Studebaker gew. 27 United Cigar 's 45*4 United States Steel 61% Pittsburg Coal 18V2 Marine pref. 16% Atchison Topeka 102 Va Baltimore & Ohio 99 V3 Chesepeake & Ohio 64% Denver & Rio 20 Eiie 28fi Kansas City & Southern 24 Miss. Kans. & Texas 24% Missouri Pacific 35% Nat. Ry. of Mex. 2e pref. 20% 17% Rock Island 19 * 15 St. Louis & S. Francisco 2e pref. 14 7;s Southern Pacific 99 94 Union Pacific 154% 1453A , Southern Rails 25% 21 . Het behoeft geene verwondering te baren, dat nu toch ook de locale markt door deze ontreddering in de Amerikaansche afdeeling werd beïnvloed en aanmerkelijke koersda ling ook hier te memoreeren zijn. Petroleum-aandeelen'verloren daarbij, wat Koninklijke en Geconsolideerde betreft ca. 10 pCt., terwijl de overige soorten in ver houding lager werden verhandeld; van Mijnaandeelen gaven de pref. Ketahoen's ca. 7 pCt. prijs, werden Guyana's lager afgedaan en Limau's ongeveer 25 pCt. Rubber-aandeelen van 2 tot 5 pCt. lager, o.a. Ned. Rubber en Amsterdam, Rubber, terwijl de reeds zoo lang genoteerde Intercont. Rubber's nog 2 pCt. daalden. Ook Tabakswaarden konden aan deze alles overheerschende depressie niet ontkoLmen en moesten eveneens enkele procenten -inboeken. Slechts cultuurwaarden konden zich vrij i goed handhaven/ ij_; Het if i piet Pn\vjajjichijnjijk, dat het Hooggerechtshof in de Vereenigde Staten Maan dag a.s. uitspraak zal doen in de, allengs vermaard gewordene Minnesota tariefkwes tie en de vrees ,wellicht door baissiers aan gewakkerd, dat dfe beslissing ten nadeele van de spoorwegen zou uitvallen, is ver moedelijk ook niet geheel vreemd aan de huidige scherpe koersdaling. Het is echter evenzeer mogelijk, dat den spoorwegen eindelijk eens een gunstige uitspraak ten spraak deel valt en alsdan zou eene flinke koersverbetering niet uitgesloten zijn. Een derde mogelijkheid is echter, dat het Hof wederom tot den herfst uiteen gaat zonder 't vonnis te hebben uitgesproken en in dat geval zou de hangende kwestie voorloopig geen invloed meer op het verloop der markt hebben. De hier ter beurze plaats gehad hebbende liquidaties waren oorzaak, dat de geldmarkt nog ruimer werd, zoodat prolongatie-rente tot 2 pCt. daalde. De even scherpe koersreactie in aand. .Geconsolideerde als Koninklijke moet allichl ook zijn toe te schrijven aan het bericht, dat op deze aandeelen wederom slechts IC pCt. dividend zal worden uitgekeerd terwijl de aangekondigde kapitaalsuitbreiding der Shell Transport Trading Cy. ongetwijfeld op het koersverloop van de aand. Konin klijke influenceerde. 6 Juni v. d. M. *?* * De democratie en de Amerikaansche markt De gedrukte toestand, waarin de Ameri kaansche markt nu reeds eenige maanden lang verkeert, is voor de tegenstanders van de democratische partij, die thans in de Ver. Staten ,de teugels van het bewind in handen heeft, een welkome aanleiding om te betoogen, dat de jongste uitslag van de verkiezingen voor handel en nijverheid ern stige nadeelen heeft veroorzaakt. Zij verzuimen niet dan tevens te herin neren aan het tijdperk Maart 1893?1897, toen dezelfde partij aan de regeering was, het leergeld maar zóhoog is geweest, dat sedert dien tot Maart 1913 het Ameri kaansche volk de proef niet heeft durven herhalen. Inderdaad heeft zich dit tijdperk geken merkt door een ernstige financieele crisis, die eerst eindigde in het laatst van 1896, toen Mc. Kinley tot President was gekozen. In die jaren geraakte een aantal Ameri kaansche spoorwegmaatschappijen in een toestand, weinig verschillend van den staat van faillissement. En het waren niet alleen de kleine, maar ook de groote maatschap pijen, o.a. de Atchison Topeka en Santa Fe, de Baltimore en Ohio, de Reading en de Union Pacific, die thans tot de meest gunstig gevestigde behooren. Volgens dit betoog, zou men onwillekeurig het democratisch bewind onafscheidelijk verbonden achten met een economische crisis of depressie, wanneer men nagaat, in welke mate sedert de verkiezing van Pre sident Wilson alle waarde-papieren aan de Amerikaansche beurs zijn teruggegaan. Het totaal van dit verlies vertegenwoordigt een enorm bedrag, want het zijn niet alleen de spoorwegshares en in grootere mate nog de industrieele aandeelen, die door de voorgenomen tariefwijziging worden be dreigd, maar ook de bonds van de groote spoorwegmaatschappijen met hypothecaire zekerheid zijn gedaald tot bijna den laagsten koers van 1907, toen in den herfst van dat jaar het dure geld een ernstige paniek op de fondsenmarkt veroorzaakte. Thans zijn allereerst de zwakke onder nemingen, die in gewone tijden reeds met moeite aan hare verplichtingen kunnen vol doen, door de buitengewoon ongunstige omstandigheden, waarmede het verkrijgen van krediet gepaard gaat, in het gedrang ge komen. De geldmarkt echter verkeert niet in een abnormalen toestand, maar bij de algemeene waarde-vermindering der fondsen wordt de kredietwaardigheid van de niet sterke onder nemingen niet alleen naar hare vermoedelijke ontvangsten beoordeeld, doch eveneens reke ning gehouden met de geringere waarde van de fondsen, die als onderpand voor het benoodigd krediet moeten dienen. Is nu vraagt men zich af het dezer dagen met de St. Louis & San Franciscospoorwegmaatschappij gebeurde de voorbode van een herhaling van hetgeen men in de jaren 1893?1896 heeft aanschouwd? Deze maatschappij, die een schuldenlast heeft van ongeveer $ 250.000.000, kon, naar het schijnt, onder de tegenwoordige omstan digheden, ondanks hare relaties met groote bankfirma's, niet er in slagen de noodige voor zorgen treffen tot aflossing of hernieuwing van de op l dezer vervallen $2.125.000 notes. Hoe moet het dan gaan met de zwakkere maatschappijen, die alleen door het krediet, haar verstrekt, worden staande gehouden ? Ontegenzeggelijk zijn de kredietgevers ver ontrust door de aanhoudende en algemeene daling van de fondsenmarkt, een gevolg van de door de groote belanghebbenden ver oordeelde tariefherziening, waarom zij in de politiek der democraten, wat hunne houding tegenover de spoorweg-ondernemingen be treft een bedreiging zien van het daarin belegd kapitaal. De economische toestand was, nog niet lang geleden, zeer bevredigend, zelfs gunstig, zooals uit de gedurende langen tijd aanhou dende vraag naar staal was op te maken. De oogstvooruitzichten, die in dezen tijd des jaars van grooten invloed op de algemeene stemming en voor den handelstoestand in Amerika van groote beteekenis zijn, waren veelbelovend; de koperprijzen eveneens van groot belang voor de Ver. Staten bleven op een bevredigend niveau, maar dit alles schijnt thans geen gewicht in de schaal te leggen. Worden de gevolgen van de tariefherzie ning misschien overschat en is het pessi misme overdreven ? De toestand van thans verschilt immers belangrijk met dien van 1893. Bij de crisis toenmaals, verkeerden de spoor wegmaatschappijen, die in de eerste plaats er door werden getroffen, meerendeels in een financieel zeer zwakke positie. Thans zijn de meeste goed geconsolideerd, al zijn er nog verscheidene, waarvan de financieele toestand te wenschen laat. Behalve de St. Louis en San Francisco, behooren de Rock Island, de Erie en in de laatste 2 jaren ook de Denver en Rio Grande tot de niet-dividend betalende. Maar bij deze en ook bij de andere groote maatschappijen is, voor zoover men kan nagaan, een eventualiteit, als zich thans bij de St. Louis en San Francisco heeft voorgedaan, niet aanwezig, al bestaat de mogelijkheid, dat tijdelijk door een of andere maatschappij tot dividend-verlaging moet worden besloten. Immers, kort geleden, heeft nog de New York, New Haven en Hartford, die sedert 1896 8 pCt. uitkeerde, het dividend op 6 pCt. moeten verlagen. Een vreemde indruk maakt de mededeeling van de Standard", dat zeer kort na de ontvangst uit Parijs van de gelden voor aldaar geplaatste $ 3.500.000 5 pCt. General Lien Bonds der St. Louis en San Francisco, de aanvrage tot aanstelling van een receiver is geschied. Met die gelden zouden de op l dezer vervallen $ 2.125.000 notes hebben kunnen worden afgelost, maar er schijnen bovendieji nog andere dringende eischen te zijn geweest, waaraan moest worden voldaan. Behalve de Fransche markt, is ook de Duitsche en onze markt echter in mindere mate geïnteresseerd bij deze catastrofe. Maar in Parijs heeft men blijkbaar meer gelet op de groote koerswinst bij de jongste affaire, dan op de twijfelachtige krediet waardigheid der maatschappij, door de 5 pCt. General Lien bonds 8 pCt. boven den prijs van overname te emitteeren, terwijl boven dien de zekerstelling van dit fonds veel minder is, dan die van de 4 pCt's. refunding, die het laatst ruim 70 pCt. genoteerd waren, terwijl de 5 pCt's. inmiddels reeds tot onge veer 54 pCt. zijn gedaald. Maar opmerkelijk is het, dat tegenover de terughouding, die meestentijds wordt in acht genomen tegenover zelfs goede Amerikaan sche waarden, deze bonds, die toch steeds als speculatie-papier werden beschouwd, zoo gemakkelijk konden worden geplaatst. Zou nu, alles in aanmerking genomen, de intrinsieke toestand van de reeds lang wrakke maatschappij niet meer de oorzaak van hare instorting zijn, dan de overwinning van de democraten bij de jongste verkiezing? 6/6 '13. v. D. S. IIIIIIIMIIMIIIIIIIIIIIMIHIMIIMIIMIHIIIIIIIIIUMIIIMimillllll IIIIIIIIIII1II Naar Hagenbeck? Aanstaanden October zal het juist twintig jaren zijn geleden, dat zekere Paul Zeidit in de toentertijd bij Versluys uitgegeven Nieuwe Gids de volgende striemende woor den neerschreef: Een laag dier is de journalistiek, knielend voor den uitwendigen Schijn van vroeger gevoelde en gedachte Dingen, een elf-klau wige monster-parasiet op de Kunst van het Woord." Maar ondanks deze felle attaque van Zeidit's ontologica" met veel hoofdletters, ben ik, elf-klauwige monster-parasiet, naar Hagenbeck gegaan, teneinde waar te nemen en verslag te geven, en vervolledigde zoo doende belangloos, maar op niet onaardige wijze, de eerbiedwaardige collectie dieren Ik ben naar 't Vondelpark geweest een dezer dagen en in de zwarte, koele schaduw op een bank gezeten, heb ik gezien, hoe de vrouwen gaan in luchtige toiletten en hoe de bloot-beenige kinderen hun zorgenloos leven vieren in 't gewemel van licht en donker En gekeken heb ik naar de heeren, die boeken en kranten lazen: van Nick Carter" tot De Standaard" toe! Veel renteniers waren er, die hun weinige en nog vele jaren heerlijkjes verluierden met pijp en sigaar en spraken over 't weer en twistten of 't gister warmer was dan van daag. Die met soliede boorden om vonden 't vandaag warmer, omdat ze op dat oogenblik heel reëel met de nette iets hadden uit te staan! Een rentenier heeft mij gesproken over Hagenbeck, waar hij k was geweest en hoewel hij gemoedelijk was, heeft hij veel verstandigs gezeid: Hagenbeck is niks, meneer.'t Is er hoofd zakelijk, een spulletje van beren en leeuwen. Dan had je meer aan Barnum en Baily. Daar had je geen half-verhongerde beesten; daar had je goeie dressuur! Dit hier beteekent niks: de ijsberen zijn hier zwart van 't vuil. En bovendien ieder Amster dammer is in Artis geweest. (Toen vergiste de man zich!) En daar is alles veel netter. (Toen had de man gelijk.) Alleen Amster dam slaat er 'n fortuuntjen uit: die krijgt ?30.000 voor 't lapje grond en Sloten ? 15.000. Sloten heeft er maar n man van de po litie, Amsterdam 'n heele bende.' 't Is me niet recht duidelijk geworden, die kwestie van de twee gemeenten en boven dien werd de rentenier hoe langer hoe vager en z'n laatste woorden behelsden, dat hij den vorigen dag naar de Czaar Peterstraat en de Oude Waal was geweest en dat zooiets een heele tippel was met zullek weer... Ondanks Zeidit's geeseling der journa listen, ondanks des renteniers eerlijke kritiek, ben ik door veel vuuromlaaide" straten heen naar den Admiraal De Ruyterweg ge wandeld .... Ik ben naar Hagenbeck geweest!... Ik heb leeuwen gezien, grooter dan op de plaatjes in het dierkundeboek, dat ik vroeger gebruikte... Ik zag tijgers, die eveneens grooter waren dan in m'n boek voor natuurlijke historie ... Zebra's zag ik, die beroemd geworden zijn door kachelglans en kameelen wien dezelfde eer te beurt viel door wijlen Isaac da Costa ... En olifanten zag ik, die door 't slingeren van hun slurven en 't klappen van hun ooren een sensatie gaven van over elkaar gewreven stukken caoutchouc ... Herinneringen zingen": in mijn boven genoemde studieboek stond ook een houtsnede, die 't geraamte van zoo'n kolossus voorstelde. En 't achterste gedeelte van 't geraamte leende zich zoo magnifiek om er een hals boven op te teekenen, en aan dien hals een kop, en daar boven op een hoogen hoed, zooals de koetsiers in onze goede stad ze dragen. Het geheel werd een bizonder komisch kereltje !... En om een climax te bereiken : er waren vél dieren bij Hagenbeck, den bezitter van Ie plus grand Pare de Fauves domptés du monde." (Waarom Pare" en Fauves" met een kapitaal, terwijl monde", die toch veel grooter is, zich moet tevreden stellen met een kleine letter ? Men zie het billet d'entrée", waaruit ook haast volgt, dat elk Nederlander wordt verondersteld Fransch te kunnen ver staan ! Dat is wel naïef!) Zooals sommige schrijvers het l'ar( pour l'art" toepassen, heb ik tot nu toe niet gescherst enkel om de scherts, maar omdat ik heelemaal niet vind, dat het komen van Hagenbeck hier ter stede zoo belangwekkend is, dat men noodzakelijkerwijze dit moet ophemelen en met geweldig geprijs als een evenement voorstellen : 't Is alles gewoon, en de rentenier had. gelijk, wat jk niet vermoed had, omdat renteniers slechts n zaak in de puntjes kennen: het weer. Niet dat ik u wil afhouden van een be zoek ; integendeel: gij kunt er heuschelijk wilde beesten schouwen en ook dressuur. Maar waarom dan niet naar Artis, waar alles veel frisscher, veel comfortabeler, veel levender is? Of naar de Rotterdamsche Diergaarde? Ook daar hebt ge het hinderlijktentoonstellingachtige, maar daar veel minder opeengepropt, minder rommelig. Daar hebt ge nog mooie heesters, bloemen en boomen ; bij Hagenbeck waait de duf heid en aartsleelijkheid u tegemoet. En ook de stallen op 't stoffig, warboelig terreintje zijn n geduchte tegenvaller: veel te nauw (een dier heeft meer noodig aan ruimte dan zijn volumen bedraagt!) en veel te talrijk in hun wagenkooien opgesloten, lagen de beesten te hijgen in de zomerzwoelte, de koppen geprest tegen de koele kooistangen. Een wanhopigheid om aan te zien !... En onhygiënisch is het voor de bezoekers te.loopen door stinkende gangetjes. Ik ben ook weer naar huis gegaan, weer door veel vuuromlaaide" straten en 'k zag de trem naar Zandvoort rijden vol roodverhitte menschen.... Maar ik kwam zonder heerlijke souvenirs thuis, wel met veel souvenirs aan leelijke dingen: behalve aan de bovengenoemde aan deh stuitenden opschik van het carousselachtige voor-aanzichr, dat toegang tot de rotonde geeft, aan de schreeuwende affiches, waarvan een teekening van Muller, die der dressierte Hering" voorstelt, het minst is te laken. En met die affiches is een houten muur in de Hoogstraat o.a. gansch volgeplakt! 't Is godgeklaagd; dan liever de Tariefwethond die een mensen naar de keel vliegt! Voor de volledigheid zij nog vermeld, dat er idioterige aapjes waren met gezichtjes van moegeploeterde, magere, kleine werk mannetjes. Ze zaten elkaar in de haren vlootjes te vangen, die zij tusschen hun tandjes kraakten. Deze tusschentijdsche repas" (zie het billet d'entrée) was hun vermaak! Fij.fij! Gaat gij naar Hagenbeck ? Ik heb niet het recht u te weerhouden, want Holland is een vrij land ! A'd a m, Mei 1913. RINKK TOLMAN * * * Zedelij kheidswetten in Rusland a la Schiedam Gouverneur Goltzew in Woromesch nam aanstoot aan de gemeenschappelijke zeil- en roeipartijen van jonge mannen en dames, zoodat hij de eigenaars van booten streng verbood om aan een kavalier", die met een dame verscheen, een boot te verhuren. Maar ook in 't hart van Rusland maakt de liefde vindingrijk, en spoedig gewenden zich de Woromeschers er aan, altijd door twee heeren en door twee dames booten te huren, de heeren gingen in de eene, de dames in de andere; even buiten de stad had dan de gewenschte mutatie plaats. De verordening geeft aanleiding tot ver schillende interpretaties. Moet bijv. een echt paar, dat een boottochrje maken wil, bij 't huren de trouwacte overleggen ? Is een dame alleen, die niet roeien kan, en dus een roeier huurt, verplicht vooraf met hem te trouwen ? WA. De lok Het moge blague lijken, doch 't meest hervorragende in de figuur van Richard Strauss vind ik toch nog altijd, dat-ie z'n haar laat knippen. Hier steekt meer achter dan wel zoo lijkt. De lok heeft bij de artisten van alle tijden 'n groote rol gespeeld. Dat Strauss haar nu achterwege laat, heeft 'n ver-strekkende beteekenis. De artist ontdoet zich van z'n overtollige haar. Dat is symbool. Met die drukkende dracht legt-ie ook veel af van wat vroeger onafscheidelijk leek van den artist: de romantische Schwung, de behoefte aan bande loosheid, de drang naar 't avontuur. Hij wordt gemillimeterd. Dat kortwiekt 'm in zekeren zin, hij vliegt niet meer uit hoog boven de maatschappelijkheid, neen, treedt terug in de rangen van 't gewoon-menschlijke, braaf soldaat in 't leger van 't algemeen. Z'n wilde sprongen hebben uit; hij schikt zich gewillig onder 't tamme gediert'. Ook in dit opzicht is Strauss 'n baanbreker. 't Spreekt, dat hij ook nog andere bijzondere qualiteiten heeft, waar 'k zoo niet over kan oordeelen, als: onvergelijkelijke dissonanten, 'n meesterlijke beheersching van 't orchest, enzoovoort, enzoovoort (zie recensies!), doch dit alles, 'k herhaal, 'k ben overtuigd, valf weg bij 't feit, dat-ie z'n haar niet laat groeien. Dit heeft 'm gebracht in de voorste rij der modernen. De Kunst is hiermede 'n nieuwe phase ingetreden. Ze heeft de oude paden van kronkeling, zwier, zwaai verlaten, volgt nu de nieuwe lijn, de Lijn der Nuchterheid. Daardoor past ze zich direct aan bij 't moderne, practische leven, waarin koele berekening den boventoon voert. De ,'lok wordt weggeworpen als de staart door den Chinees. En 't oog staart op 'n wiskunstig zuivere scheiding, welke kruin en entourage onderwerpt aan 'r al-heerlijk gezag. De groote meester zal navolging vinden. En wat zal de artisten-wereld dan 'n geheel ander aanzien verkrijgen! Bezie maar eens 'n kop, welke, nog pas prijkend met z'n prachtdos, zich van dat tooisel heeft ontdaan! Nooit vermoede karakters treden te voorschijn, illusies ver dwijnen, droomen vervluchten. 'k Heb 'n dichter gekend, waarmee alle jongedames dweepten. Ze vonden 'm zoo bijzonder, zoo sympathiek, zoo... ach ja, hoe zal 'k 't zeggen ? p 'n dag verscheen-ie zonder z'n haar. 'k Herkende 'm niet. 'k Had 'm ook altijd zoo bijster interessant gevonden. Maar nu! 'n Ziekeneurige, erg met zichzelf ingenomen, hatelijk starende kreel. Z'n klepooren, welke zoo lang onzichtbaar waren gebleven, wiekten vleermuizig naar voren, z'n quasi klassieke, wilskrachtige neus speurde met al de inhaligheid van 'n gierigaard, z'n schedel had den vorm van 'n quadraat. Hij heeft zich contractueel met z'n uitgever moeten verbinden, zich nooit meer zoo te laten toetakelen, 't Ging om niets meer of minder dan om 't debiet van z'n bundels. 'k Herinner me ook nog 'n violist, die al de allures over zich had van 'n plafond-engel. Hij was van 'n ideaal-bolheid, welke 'm als deed zweven op vleugelen van bezonken rust en z'n lokken waren als hemelsche lauwers. Ontdaan van die trofeeën echter, was-ie precies 'n koppige, zon-verbrande, sterk-materialistische boer en z'n lippen sprongen op eens zoo sensueel naar voren, dat ze 'n waarschuwing waren voor al z'n vrouwlijke lèves. Dit zijn maar kleine voorbeelden. En 'k wil er slechts mee aantoonen, dat de moderne artist zeer sterk in z'n schoenen zal moeten staan, wil-ie den top des roems bereiken. Hoevelen zullen niet dadelijk hun illusies verliezen ? Hoe weinigen zullen bestand blijken tegen deze nieuwe eischen! Geen vet-lok meer, die toch de zwier is, de Schwung, de krul naar 't ideaal. Neen, slechts harde, electrisch-fel belichte, kubus-afgemetene nuchterheid ! 'n Lijnrecht, muurvast streven naar 't doel, insteêvan 'n kronkelig dwalen langs de slingerpaden van 't avontuurlijkonbekende! Hoe verliest hier 't'artist-zijn al 't bekoorlijke voor de hunkerende jeugd! Men wordt kunstenaar, zooals men ook ingenieur wordt! Neen, dan is 'n rooverhoofdman er heel wat beter aan toe! En groote artisten zelfs zouden er zich sterk ontgoocheld onder bevinden, 'k Heb een der groot-meesters der schilderkunst gekend z'n naam doet er nu niet toe; hij is sedert eenige jaren overleden , die onge looflijk gehecht was aan z'n algemeen bekend, overvloedig lang haar. In volle-maan-toestand hing 't ver, ver over z'n kraag heen en 't zwierde als de manen van 'n leeuw. Op 'n al maar wassende volgt echter noodzake lijkerwijs 'n afnemende, ja, eens zelfs 'n geheel nieuwe maan. Aan deze natuurwet kon helaas ook onze groote Nederlander niet ontkomen. Doch hoe zag-ie er tegen op! 'k Zie 'm nog als 'n ongelukkige ron,dloopen, wanneer-ie zich dan eindelijk aan z'n aartsvijand, den kapper, had overgegeven. Hij was zichzelf niet meer, kon dagen niet werken, 't Kwam 'm voor, dat-ie niet in z'n eigen vel zat. Hij voelde zich onbehaaglijk, was z'n gevoelens kwijt, z'n gedachten, z'n gewoonten. Als-ie nadenkend over z'n hoofd streek, voelde-ie niet die heerlijke war-bos, waarin 't zoo zalig graaien, wroeten en dolen was of, indien 't werk niet lukte, kon-ie er niet razend aan trekken, tot-ie er 'n nreuw idee aan ontrukte, dat 'm schadeloos stelde voor veel vergeefs verspilde energie. Neen, 't was alles glad, effen, onromantisch, illusieloos. Keek-ie toevallig in den spiegel, zoo zag-ie niet 't aangenaam omlijnde profiel, waarmee-ie vertrouwd was. Neen, 'n koud, koel, hem onbekend wezen loerde 'm aan. Hij was z'n zèlf-illusie kwijt. En wat is 'n kunstenaar zonder dei ? 'n Schilderij zonder achtergrond, 'n eendenkom zonder water, 'n meer zonder hemel-spiegeling. En dat alles door de lok ! Die tijden zijn nu uit. Strauss is ons in nieuwe richting voorgegaan, 'k zou haast zeggen, in de richting der Koele Kunst. We zijn den tijd te boven, dat 'n artist'n wilde man behoefde te zijn. Neen, artisten zijn tegenwoordig over 't algemeen heel nette menschen, waarmee je voor den dag kunt komen. Ze trouwen geheel volgens de regelen der kunst en presenteeren ook eerst hun meisje aan tante en oom. 't Zijn hupsche jongelui en ze drinken bij voorkeur limonade. En... ze laten zich knippen, zoo kort mogelijk. O, de invloed van Strauss! Er zijn er natuurlijk nog, die de lok betreuren* bijvoorbeeld de minnaars der Italiaansche opera , doch die raken meer en meer in de minderheid, zijn de achterlijken. Wie kind van z'n tijd is, komt slechts gemilli meterd voor den dag. Hieraan ontleent Richard Strauss zijn groote, wereld-ruchtige beteekenis. Dit zal z'n naam nog weerklank doen vinden in de harten der menschen, wanneer geen sterveling meer naar z'n muziek luisteren zal. Hij is de man, die de lok deed verdwijnen! LEUTE Inhoud van Tijdschriften De Gids, Juni 1912: Dr. H. T. Colenbrander, Voorwaarts Dr. Frederik van Eed,en, Sirius en Siderius (Tweede boek, Het kind III) Dr. P. C. Boutens, Twee verzen Dr. H. T. Colenbrander, Uit de gedenkschriften van Anton Reinhard Falck (II) Dr. J. Vürtheim, Over den oorsprong der Tragedie C. Kra mer, Bucoliques van AndréChénier Jacob Israël de Haan, Op den bloemendag van het Joodsche nationaal fonds (gedicht) Dr. |. Prinsen, Ned. Literatuurgeschiedenis. Prof. Dr. D. van Blom, De pisangs van de West Buitenlandsch Overzicht Bibliographie. De Nieuwe Gids, Juni 1912: Jacob Israël de Haan, Zilveren Bruiloft, De doode man in huis J. L. Walch, Indrukken van hel tooneel te Parijs Felix Ortt, Astrologie Dr. A. Aletrino, Rondom Napoleon Peter Spaan, Muziek en Beschaving Nico van Suchtelen, Gedichten Hein Boeken, Dans (gedicht) Cornelis Veth, Kunstnotities Willem Kloos, Litereire Kroniek De Ploeg No. 12: R. Casimir, Geestelijke stroomingen Guy de Maupassant, Het kleine vaatje Dr. Leon Polak, Friedrich Hebbel's Kunst- en Levensbeschouwing II (slot) Albert de Vries, De baddokter A. v. Gogh-Kaulbach, Uit de Stilte enz. De Vrouw en haar Huis No. 2: Klein Anneke Onze tijdschriftbanden Elis. M. Rogge, Het Huis in 1913 Maurits Wagenvoort, De Vrouw in het Oosten Over de Zuid-Afrikaansche Vrouw Margriet, Van vrienden buiten voor buiten-vrienden E. J. PelKTesch, Een kinderhuisje E. Pij pers-v, d. Voort, De Sanagresovens Ver siering van lersche kant Kinderjurken. -Zomerjaponnen Elck wat wils. . De Witte Mier No. 1: S. H. de Roos, Over eenige kalenders C. Ronner, De Hand aan den Ploeg Aty Brunt, J. G. Veldheer's Nürnberg Dr. Kurt Hiller, De begrijpelijkheidskwestie enz. De Samenwerking afl. 8: Daan v/d Zee, Luiende klokken. Dr. A. J. Resink, De aan staande Verkiezingen H. J. Rijsewijk, De Staat en het Socialisme Enka, Staking n arbeidersgezin. Daan v'd Zee, Het Christen Socialisme.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl