De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1913 22 juni pagina 11

22 juni 1913 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

22 Juni '13. No. 1878 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 11 Verkiezingsdrukte op den Nieuwe Zijds Voorburgwal te Amsterdam voor het gebouw van het Handelsblad, Dinsdag den 17den Juni MlllllllllllllllllllimilllllllllllllllllllllllllllllllUimlIlllllMIMIIIIIIIIIIIIIIIIII Puzzle EENHEIDSPUZZLE Het probleem van de varkens heeft velen eerst wanhopig gemaakt en toen boos! Een van hen, die bijna altijd een oplossing von den, zond ons, vór hij 't antwoord kende, een zeer gróote teekening, die welsprekend" is, al spreekt er ook 'n varken bij en die ik hier heel in het klein reproduceer. Ditmaal een bizonder eenvoudige puzzle: Met luciferstokjes legge men deze figuur: J_ VII Verleg n enkel luciferstokje zó, dat gij een cjjfer-figuur krijgt waarvan de waarde n is. Antwoord, met tijdopgave voor de oplos sing benoodigd, aan: M. J. p. a. Red. Amst. Wbl. v. Ned. wilden optrekken naar Brussel, hoewel zij niet veroordeeld waren. Gedurende dit op onthoud had echter Engel Kors het plan tot reizen opgegeven en was zij besloten, over tuigd door haar man, de vijftig gulden boete maar te betalen, Er gingen echter eenige andere vrouwen mede en wel: l e de dochter van Griet Hugenzoon hierboven vermeld, zij was de huisvrouw van den zoon van Coman Jan van Purmerende, 2e de weduwe van Gerrit Janszoon Pegge, 3e de dochter van deze weduwe, gehuwd met Egge Gerbrandszoon, 4e Geert Zwarte Klaas. De geestelijke Klaas Otter had alzoo tien vrouwen onder zijn geleide. Zoolang zij te Brussel waren, veroorzaakten zij onzen afge vaardigden, den burgemeester Ruysch Jan Bethszoon en den pensionaris Andries Jacobszoon gróote moeite, daar zij veel kwaad van Amsterdam spraken en beweerden, dat daar veel Luthery was, enz. Met praten gingen de dagen voorbij, het duurde zelfs lllmiiiiiiiilitliil DE LIEVE VREDESENGEL Teekening van Ton van Tast Vredeè, Vredeè, Vredeè. tot 14 Juli voordat zij bij den keizer ten gehoore werden ontvangen. De priester Cornelis Schol maakte in die dagen te Amsterdam zoo veel leven, dat de rechtbank hem deed gevangen nemen. Door deze arres tatie ontstonden echter moeielijkheden met den bisschop van Utrecht, aldaar werd zelfs met den ban gedreigd, het Hof van Holland en de regeering te Brussel kwamen er zelfs aan te pas. Eindelijk op den 14en Juli wer den de dames bij den keizer toegelaten, (zij trachtten een roerende vertooning te geven, maar de keizer) die reeds zooveel ver tooningen gezien had, werd volstrekt niet ontroerd. De vrouwen wachtten hem op toen hij in zijn bidvertrek ging. Toen de keizer er uit kwam, lagen zij allen geknield. Geert Zwarte Klaas deed het woord. De keizer luisterde echter niet, hij liep door naar de eetzaal, daarheen volgden ook de vrouwen. Toen de keizer zijn maal be-eindigd had, lagen.tien vrouwen geknield op den vloer, zeven dames lagen op een rij in het voorste gelid, daar achter knielden de dienst boden. Mr Klaas, bacularius, stond terzijde van de knielende schare en sprak den keizer aan, dat het zijne majesteit mocht behagen aan deze vrouwen gratie te doen. De keizer antwoordde aan de vrouwen, dat zij zich tot den kanselier des keizers zouden wenden, deze laatste zou de zaak verder afhandelen. Dit viel de dames niet mede. Mr Klaas moest alzoo gehoor vragen aan den aarts bisschop van Palermo en hem de questie uiteen zetten. De vrouwen baden onderdanig, de kanselier gaf ten antwoord, dat hij de zaak zou onderzoeken. Na conferentie met burgemeester Ruysch Jan Bethzoon deelde hij aan de vrouwen mede, dat de keizer het vonnis bevestigd had, zij moesten of de boete betalen of in ballingschap gaan. Op denzelfden dag werd een vijfde vrouw te Amsterdam veroordeeld. Zij heette Griet en was de dochter van Dirk Wouterszoon. Denkende dat de vrouwen te Brussel het pleit gewonnen hadden, wilde zij geen schuld bekennen, zij was brutaal genoeg zich op haar daden te beroemen en had volgens haar zeggen geen gratie noodig. Bijna alle vrouwen, die mede gedaan hadden aan het dichtwerpen van het fundament en voor de rechtbank verschenen waren, hadden hun schuld bekend en om gratie verzocht. Er waren er echter vier, die hardnekkig weigerden dit te doen. Het waren Nelle, de huisvrouw van den kaarsemaker Willem Modder, Marry de vrouw van Maurits Willemszoon, Barbara de vrouw van Wigert den smid en Griet de schuurster. Deze vier werden, omdat zij zoo rijk niet waren als de vroeger genoemden tot zes gulden boete veroordeeld en een jaar gebannen in hun eigen huis. Op heilige dagen mochten zij naar de kerk gaan, doch zoodra de dienst geëindigd was weer .dadelijk naar huis". Zoo was het consigne. De dames te Brussel waren over de uit spraak van den aartsbisschop van Palermo volstrekt niet tevreden. Zij gingen nu naar den biechtvader des keizers, maar deze dacht er op dezelfde wijze over. Nu werd nog een poging gewaagd en wel bij den pauselijken legaat Laurens Campeggi, doch ook hier kregen zij ongelijk. Geen der heeren van het hof hoe machtig ook, bleek gezind te luisteren naar hunne beden. Den 28en Juli kwamen zij weer te Amsterdam terug, na een afwezigheid van zes weken, zij namen bij de terugkomst in de stad een houding aan alsof zij een overwinning hadden behaald. Dit was in hooge mate ergerlijk voor de stedelijke regenten. Reeds den volgenden dag kwam een stadsbode uit naam van het gerecht hun aanzeggen, dat zij de stad weer onmiddelijk moesten verlaten, anders zouden zij zwaar gestraft worden. Nu wilden de dames gaarne de verschul digde boete betalen en schuld bekennen, maar nu wilden de stedelijke regenten noch van schuldbekentenis noch van boete hooren. De dames verlieten op nieuw de stad en trokken in bij de Reguliers, in een herberg, om betere dagen af te wachten. Op den 9en Augustus kwam nu burge meester Ruijsch weer terug, de klucht was uit. Hij bracht brieven mede van den kan selier, de keizer had het vonnis van de Amsterdamsche rechtbank bekrachtigd. De vrouwen werden op het stadhuis geroepen en betaalden elk vijftig gulden. Het funda ment werd op nieuw gegraven en het Wolhuis, waarvan hierboven sprake was, bij de Heilige Stede gebouwd. Watergraafsmeer 1913. F. LOTSY " imiiiniiiiiimniiiiiiimiiiiiiiuiHiiiMiiiiimiMiMiiiiiiiiimiMniiiiHiiiMi Damspel «IIIIIIIimillllimillUllllllllllllHIIIIIIIIIIIIIIIlHIIMimimilimillllllllllll 10e Jaargang 22 Juni 1913 Redacteur: J. DE HAAS Graaf Florisstraat 15", Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. ONZE NOTATIE Onder dit opschrift zullen wij een voor alle dammers belangrijke zaak behandelen en wel het noteeren van partijen en standen. Het spreekt vanzelf, dat men bij de invoe ring der notatie het spel tot gróote ontwik keling bracht. Het werd toen mogelijk partijen van oude meesters te volgen, eigen partijen op papier te brengen om na te spelen. In 't kort stelde het noteeren in staat, te vereeuwi gen wat mooi was en de ontwikkeling van het spel nauwkeurig te volgen. Logisch vtoeit hieruit voort, dat het samenstellen van een deugdelijke notatie van het aller grootste gewicht is. Velen hebben hieraan tijd en kennis besteed, doch het systeem, dat het verreweg won, is dat wat _wij nog heden gebruiken en wel dat van den Fransch man Manoury, dat wij nu reeds 126 jaren toepassen. Duidelijkheidshalve volgt hier onder de notatie Manoury ZWART 1 6 11 16 21 26 31 36 41 46 12345 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 IIIIIM iiiimiiiniii in i uu n in iiiiimiiiimi iinimii iiiiiiiiiiiiiiiuii WIT Een zeer eenvoudig systeem. Heeft men wit voor zich dan is de volgorde juist zoo als men schrijft. Verder ziet men, dat in de verticale kolommen telkenmale hetzelfde cijfer terugkomt. Bijv.: 1ste kolom 6, 2de kolom l, 3de kolom 7 enz. Er is iets logisch in dit systeem. Manoury was een wetenschappelijk man en zoo is ook zijn systeem. Ondanks alle genoemde voor deden is het merkwaardig, dat men steeds getracht heeft een beter systeem daar te stellen. Ontelbaar is het aantal dat wij reeds zagen van buitenlanders en Hollanders. Zelfs wiskundigen hebben naar een beter systeem gezocht. Het heeft geen nut hier uiteen te zetten welke systemen men alzoo samen stelde. Niets was zoo goed als dat van Manoury. De oude notatie van van Emden moest daarvoor plaats maken. Nu zou men zoo zeggen, houdt je bij het goede en zoek niet naar wat anders. Er is echter nog steeds een groot percentage spelers, dat niet goed noteert ondanks de genoemde voordeelen der notatie Manoury. In ons 8-jarig redakteurschap van het tijdschrift Het Damspel" hebben wij natuur lijk een groot aantal partijen gecontroleerd en zonder overdrijving mogen wij zeggen dat 60 pCt. niet goed noteert. Een voorbeeld van jongen datum. Eenige jaren geleden was er een groepenwedstrijd in verschillende dammerscentra van ons land. Wij ontvingen ongeveer alle partijen uit dezen wedstrijd, doch slechts weinige konden wij in het tijdschrift plaatsen. Pakken partijen hadden wij nagespeeld, doch moesten ze als niet te volgen op zijde leggen. Men meene nu niet, dat het spelers waren die pas in een club waren, doch er waren er bij die 6 a 7 jaren bij een club waren aangesloten. Wat moet de conclusie zijn? Zoo langzamerhand zijn wij er van over tuigd geworden, dat men een zoo eenvoudig mogelijk systeem moet trachten uit te den ken. Een systeem, dat nog gemakkelijker moet zijn. Wij herinneren ons een 4tal jaren geleden hierover met den bekenden schaak meester Frank Marshall te hebben gespro ken en deze zeide toen. Wellicht dat het ligt aan jelui systeem van noteeren" en letterlijk liet hij toen volgen: Wel als het den dammers 200 dollars waard is, dan wil ik de moeite doen om een systeem uit te denken waarbij men blind kan spelen." Of het laatste Marshall zou zijn gelukt is aan eenigen twijfel onderhevig. Wij halen dit slechts aan als bewijs dat ook Marshall voelde dat iets aan de notatie haperde. Uit dit alles blijkt, dat het zoeken naar een ander systeem wel waarde heeft. Dat men steeds zoekende is blijkt wel hieruit dat wij een korten tijd geleden van een Franschman, den heer Felix Jean een systeem ontvingen waardoor opnieuw onzen aandacht op het notatie-vraagstuk geves tigd werd. Systeem de Haas. ZWART 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56 58 60 62 64 66 68 70 72 74 76 78 80 82 84 86 88 90 92 94 96 98 100 WIT Beziet eens aandachtig dit diagram, doch schrik niet terug van het nieuwe en even min van de grootere getallen. Bestudeert het diagram goed en vergelijk het met de notatie van Manoury. Het zal u dan opvallen dat wjj de cijfers van Manoury verdubbeld hebben, hierdoor zijn alle oneven getallen uitgeschakeld, heeft men dus slechts met even getallen te maken. Het ei van Columbus! Het is een wet, dat even getallen gemak kelijker voor het bevattingsvermogen zijn dan oneven. O.i. een belangrijk voordeel. Doch van veel meer gewicht is, dat alle getallen der eerste vakken links (als men wit voor zich heeft) eindigen op 2. Bijvoorbeeld 2, 12, 22, 32 enz. Bij Manoury hebben alle eerste vakken eentjes, bijv.: l, 6, 11, 16,21. Precies hetzelfde geldt voor de 2de vakken. Bij ons is elk getal, dat eindigt op 4 het 2de vak. Bij Manoury hebben wij na tuurlijk met 2 cijfers te maken 2, 7, 12, 17 enz. Wat is hiervan het gevolg? Wanneer men een getal noemt in ons systeem, dat eindigt op 8, dan weet men onmiddellijk dat dit het vierde vak van een lijn zijn moet. Bijvoorbeeld: Indien men speelt 48?38 dan weet men onmiddellijk dat dit het vierde vak is op de 5de horizontale rij. Daar elke horizontale rij 10 verspringt 10, 20, 30 enz. Ons systeem heeft in verticale lijn, dezelfde voordeelen als dat van Manoury. Ja zelfs nog in sterkere mate. Wij hebben feitelijk met 5 eenheden te maken. De eerste en tweede kolom be vatten allemaal tweeën, de 3de en 4de kolom vieren enz. In het systeem Manoury, zijn 10 eenheden. Bijvoorbeeld 1ste kolom zessen, 2de kolom eenen, 3de zevens enz. Het brengen van de notatie op even nommers biedt dus alle mogelijke voordeelen, zal o.i. het noteeren vergemakkelijken en minder fouten zullen voorkomen. Wij laten thans het systeem van den heer Felix Jean volgen, een gewijzigd systeem Petit van 1865. Ook dit is een vernuftig systeem. Het is o.i. geen verbetering der notatie van Manoury. Omtrent de verticale eenheden ziet men de bespreking bij ons voorbeeld. Het goede in dit systeem is, dat iedere horizontale lijn de nummers van l tot 5 bevat, gevoegd bij het tiental van iedere lijn. Bij Manoury gebeurt hetzelfde op de 1ste, 3de, 5de, 7de en 9de horizontale lijn. In horizontale richting is dit een voordeel, doch een groot nadeel is het beginnen met 11 het verspringen met 6 cijfers. Bijvoor beeld 15 en dan 21; 25 en dan 31. Men zal zich dus in dit systeem 2 factoren eigen moeten maken. Eerstens het nommer der horizontale lijnen, en dat van het vak. Wil men in dit systeem iets toepassen, dan lijkt ons het volgende wel het allereenvoudigste. Systeem de Haas. ZWART a b c d e f g h i j 1 1 2 1 1 2 1 1 2 1 1 2 1 1 2 2 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 ZWART 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 11 12 13 14 15 21 22 23 24 25 31 32 33 34 35 41 42 43 44 45 51 52 53 54 55 61 62 63 64 65 71 72 73 74 75 81 82 83 84 85 91 92 93 94 95 101 102 103 104 105 WIT WIT Eenvoudiger systeem is o.i. niet denkbaar. Wij hebben slechts te maken met 5 cijfers en 10 letters. De volgorde der vakken wordt aangegeven door de nummers van l tot 5. Tweede ruit is steeds 2, derde 3 enz. Wanneer men voor zwart zit, levert de notatie geen moeilijkheden op. De dammers weten wel, dat wij bij het analyseeren van partijen steeds wit voor ons nemen, daar de cijfers gemakkelijk zijn te volgen; en het is ook bekend, dat bij het noteeren de meeste fouten worden gemaakt door de spelers die voor zwart zitten. Dit is licht te begrijpen, als men het diagram van Manoury omkeert. Wel in dit eenvoudige systeem is dit buitengesloten. De dammers moeten in dit systeem dus getallen met letters leeren en.het is ons bekend, dat op dit punt dammers nog al bezwaar hebben, doch laten zij nu eens de proef hiermede nemen. Men denke er vooral aan, dat men met 5 cijfers te maken heeft. De schakers hebben 8 letters en 8 cijfers. Daar gaat het noteeren best. Wij zijn er zeker van dat bij hen geen 60 pCt. foutief noteert. Volgens den heer Dambrun, redakteur van het fransche damtijdschrift, is o.m. het be zwaar tegen ieder nieuw systeem, dat in al de boeken over het damspel genoteerd is volgens Manoury. Een bezwaar dat o.i. geen hout snijdt. Boeken zijn voor studie. Haast is daar nooit bij. Men kijkt even op het genummerd diagram, dat in elk damboek geplaatst is en men kan de partijen volgen. Geef dammers van onzen tijd het boek van van Emden, waarin alles volgens een oude notatie genoteerd is en wij zijn er zeker van, dat zij de vraagstukken kunnen opzetten, als ook de partij naspelen, omdat, wij her halen het, er geen haast bij is. Bij het noteeren der partij is vlugheid en correctheid noodzakelijk, daarom moet een systeem, dat na deugdelijke proeven blijkt dit te vergemakkelijken, aanvaard worden. Wij willen nu niet beweren, dat ons systeem het ware is. Men vatte het echter op als een poging om het noteeren te ver gemakkelijken. Men schrikke niet terug voor het nieuwe. Alles wat nieuw is ondervindt tegenkan ting. Bestudeer echter deze notaties. Wij zullen de meening van deskundigen hier over vragen en hiervan het een en ander mededeelen in onze rubriek. Onze cursus moeten wij voor dezen keer laten rusten. De kwestie van het noteeren is voor deel nemers aan onze cursus eveneens belangrijk. Laten zij dit nu ook eens bestudeeren en ons een berichtje zenden of zij met dit systeem gemakkelijk kunnen noteeren. Doch niet haasten. Eerst heel wat partijen noteeren en daarna hoor ik uw meening wel.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl