Historisch Archief 1877-1940
27 Juli '13. No. 1883
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
WOXiSEXiEY-CARS.
Het bekende Engelaohe merk.
inlichtingen en prfisopgave verstrekt de vertegenwoor
diger voor Znid-Holland :
P.OVERGAAUW, Balistraat 85-87, 's-Gravenhage.
IMRNfM
Nieuw comfortabel Hotel; 80 bedden, groot res
taurant, voortreffelijke keuken, heldere Munchener
en Pilsener bieren, lift, electr. licht. Baden. Centr.
verw. Omnibus en garage. Kamers van fr. 2.50?fr. 5.
GEBRS. SCHINDLER.
Sokken welke zes maanden gedragen kunnen worden
ZIJN GOEDKOOPER
dan sokken welke na twee maanden versleten zijn.
Verlang daarom nog heden een half dozijn
AVIATA" GARANTIE-SOKKEN
van Uwen leverancier.
Pil d'Ecosse Fl. 4.25 en Fl. 5.40
' Merino 6.00
per half dozgn.
Utrechtsche Tricotage Fabriek
WICHER JANSEN, Utrecht.
boven hunne hoofden boogt. De nacht is
niet uitgesomberd voor hen en de zon ook
niet in lichtglansen opgegaan.
Hunne taal is erbarmelijk. Zij is boekerig,
onnatuurlijk. Men voelt er' de machteloos
heid der schrijvers in, om hunne gedachten
in een vloeienden, welluidenden vorm om
te zetten. Voor een Nederlandsch oor is
het een mengelmoes van foutieve zinnen,
verkeerd gebruikte woorden, scheeve zins
wendingen en vooral van gallicismen. De
invloed van het Fransch doet zich hier hevig
gelden, en aan de zuivere Nederlandsche
taal hebben de Vlaamsche dramaturgen"
geen kennis. Zoolang zij trachten min of
meer fatsoenlijk Nederlandsch te schrijven
en niet in het platte dialect vervallen (zoo
als dit zeer dikwijls gebeurt) is hun dit
gebrek aan taaljuistheid te vergeven. Want
ook hier laat het werk der vorige eeuwen
zich . herkennen. De Fransche taal is altijd
in België met de Vlaamsche in botsing
gekomen 1) en door hare wereldmacht heeft
zij zich in deze laatste ingewerkt, zoo stevig
en zoo onmerkbaar veelal, dat het moeilijk
is voor de Vlamingen, die een goed onderwijs
in de moedertaal derven moeten, het zuivere
van het onzuivere te onderscheiden.
Dit gebrek aan onderscheidingsvermogen
bij den Vlaming heeft zich niet bij zijn taal
bepaald, doch heeft zich omgewerkt tot een
gebrek van zijn karakter. In Vlaanderen is
men bijvoorbeeld zeer gauw een groot man. 2)
De werkelijke talenten zijn er zoo zeldzaam,
dat zij, die een weinig gladheid vertoonen,
dadelijk omhoog getorst en de bewondering
van den volke prijs gegeven worden. De
beroemdheden der moderne Vlamingen zijn
met hun werken zelden over de grenzen
gekomen. En vermits wij hier vooral over
tooneel spreken, kan een staaltje van dit
kijken door een vergrootingsprisma niet
zonder belang zijn.
Onlangs is in den Nederlandschen Schouw
burg te Antwerpen het borstbeeld onthuld
van Frans Gittens, verleden jaar gestorven,
die geprezen wordt als zijnde de beste der
Vlaamsche tooneelschrijvers". Vermits hij
door de Vlamingen zelf als de eerste wordt
verkozen, kunnen wij ons bij die uitspraak
neerleggen. Nu weten,wij niet, of ooit een
stuk van Gittens voor den Hollandschen
lezer is vertoond geworden. Maar uit eigen,
Och wat," antwoordde ik wat zou je nu
in de Belten vinden, niks dan wormen, steenen
en misschien een paar kapotte schelpen."
Maar Mien liet zich door mijn ^ombere
voorspellingen niet van haar stuk brengen
en hoopte nog altijd wat te vinden : gouden
muntstukken bijvoorbeeld, of halssnoeren
van paarlen.
Om de waarheid te zeggen, was ik wat
jaloersch op Mien; die zou nu een wezenlijke
goede daad gaan verrichten, een daad, die
dagen lang du ren zou en waarvoor ze massa's
aanteekeningen zou krijgen en ik had niets
in het vooruitzicht; zelfs al wilde ik ook
mee graven gaan, dan zouden de anderen
best weten, dat ik het toch alleen voor mijn
plezier deed en het zou me niets helpen.
Zoo dacht ik erover na, het was onder de
algemeene geschiedenisles en de meester
zeurde zoo'n beetje over den tweeden
Punischen oorlog, hoe ik misschien dien ouden
professor wat troosten kon, wanneer hij,
na den heelen dag in de Belten
omgekrabbeld te hebben, 's avonds moe thuis kwam
en niets gevonden had. Het stond namelijk
bij mij vast, dat hij nooit iets vinden zou,
en ineens viel het me in, dat ik hem een
groot plezier zou aandoen, als ik hem wat
oudheden vinden liet. Het was een prachtig
idee en ik was er zoo van vervuld, dat twee
maal mijn beurt overgeslagen werd zonder
dat ik het merkte. Het was jammer, want
daardoor kwam ik pas tegen half zes thuis
en ik brandde van verlangen om alles met
de anderen te bespreken. Frits en Mien
waren vol vuur voor mijn plan en Frits,
die foch niet naar school mocht, zocht uit
vaders boekenkast alle mogenlijke boeken over
oudheden (ze noemen het meest antiquiteiten
in boeken) en deelde ons 's avonds zijn
opgedane kennis mee. Het schijnt, dat er
verschillende soorten zijn van oudheden.
heele oude, meest scherven van potten, die
de Romeinen gebroken hebben en minderoude,
dat zijn munten of verroeste wapens, of arm
banden van koper en olielampjes, zooals de
boeren in 't veen nog branden. We hadden
van alles genoeg. Ik had een cent, die ik eens
echt in de Belten s -v gevonden had
en waarop stond / OVEB. \ ; op zolder lagen
verroeste spee- ( YSEL j ren, die oom Jan
van de Dajakkers v 16S5 J uit Indië meege
bracht had en > / gordijnenringen
voor armbanden waren daar ook meer dan
genoeg. We moesten alleen alles nog maar
een beetje echt maken. Gelukkig vond Frits
een boek met gekleurde platen, en kontoen
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMtiniiiiiiiitiiiMMiiiuithiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
critisch, onderzoek mogen wij dit zeggen:
geen oogenblik kunnen de drama's en de
comedie's van dien beste der Vlaamsche
tooneelschrijvers" den toets eener grondige
beoordeeling, zij weze dan nog zeer wel
willend, doorstaan. Zij zijn leeg, onnatuur
lijk, melodramatisch, geschreven in een
gebrekkelijke taal, zonder een zweem van
karakterteekening. Doch in het land der
blinden is eenoog koning. 3)
In het blijspel is de Vlaming niet geestig,
maar kluchtig, leutig". Zijn blijspelen zijn
dan ook eerder kluchten, possen". De kunst
van fijne woordspeling is hem volkomen
vreemd. Zij zou trouwens bij zijn karakter
niet passen.
Het Vlaamsche drama is veelal een melo
drama. Het is geïnspireerd door de Fransche
draken, die zoovele jaren zeeën van tranen
hebben doen vloeien. Het is dezelfde jacht
op effecten, op huiveringwekkende
moordtooneelen. Maar de Vlaamsche drama's missen
het lan, de fougue der Fransche draken.
Zij zijn bleeke copieën van toch reeds niet
interessante origineelen. Er zit geen allure
in de personages.
In de comedie, naast de algemeene ge
breken, die wij reeds hebben aangeduid,
komt het romantische karakter van den
Vlaming vooral op den voorgrond. Want hij
is romantisch gebleven. Het romantisme van
voor zeventig, tachtig jaar, dat in de
Europeesche literatuur heeft uitgeleefd, is boven
Vlaanderen blijven hangen. Verwonderlijk is
dat niet. Toen de golfslagen van de roman
tiek over Europa schuimden, wisten de
Vlamingen van de letterkundige beweging
niets af. Het romantisme, waarmee zij zoo
ineens, zonder voorbereiding, na een
eeuwenlangen slaap, kennis maakten, scheen hun
het nee plus ultra van het literaire streven.
Het volk zelf, dat nu nog in de
ontwakingsperiode leeft, dat honderden jaren de wreede
werkelijkheid heeft gekend en zich dus be
grijpelijkerwijze van de realiteit afwendt,
houdt gretig aan het romantisch-getinte vast.
Dit verklaart het overgroote succes van
Conscience. Hij heeft het smachtend ver
langen van zijn volk naar eene opgesmukte,
vermooide levens-visie gevoeld en in zijne
romans uitgewerkt. Dit verklaart tevens de
absolute onverschilligheid van het Vlaam
sche lezerspubliek voor zijne (weinige)
tegenalles prachtig namaken. De gordijnenringen
vooral lukten uitstekend, na een week zou
je zweren, dat ze honderd jaar in de modder
gelegen hadden, inplaats van het vorige jaar
nog bij ons op de kinderkamer te hangen.
De scherven waren het moeilijkst te
krijgen, maar eindelijk vonden we er toch
wat op. Onze bruine stroopkan was net
geschikt en toen we Woensdags
karnemelksche grutten aten, brak Mien ze, als bij
toeval. Het lukte prachtig, maar het trof
jammer, dat ik me nog niet bediend had,
toen moest ik al dat zure goed zoo opeten,
maar je moet iets voor de goede zaak over
hebben.
Toen Juf Donderdag haar vriendin op
visite had, gingen we naar de Belten en
begroeven alles. Het was een heel werk,
vooral omdat we maar met ons drieën waren,
daar Frits nog niet uit mocht. We probeerden
de sporen zoo goed mogenlijk weer te doen
verdwijnen, maar dat lukte slecht. Gelukkig
regende het 's nachts flink en toen ik den
volgenden dag nog eens kijken ging, wist
ik haast zelf de plaatsen niet meer.
Zaterdags al vroeg kwam de professor;
hij was een vriendelijke oude heer met wit
haar, hij bracht een jongen student met een
groote snor mee, zeker om te graven, want
dat de oude heer er niet veel van maken
zou, zag je zoo wel. Na de koffie (Juf zegt
altijd lunch" als er vreemden zijn) togen ze
op weg en wij mochten meegaan. Ze hadden
meetstokken meegenomen, en dien middag
was voor ons een groote teleurstelling, want
ze kwamen heelemaal niet aan het graven toe.
Ze liepen heen en weer over de Belten en
vertelden aan Arie en Dries, die hun helpen
zouden, hoe ze hun schoppen houden moes
ten; en Dries gaf ons een knipoog, het was
dan ook allermalst, dat ze hem nog spitten
wilden leeren, hij was toch niet voor niks
zijn heele leven tuinman geweest.
Zondag groeven ze ook niet, maar gingen
tot onze groote spijt naar de kerk. Broer
wilde aldoor naar de Belten gaan en vast
wat opgraven, om onzen ouden heer mee
te verrassen, als hij thuis kwam. We waren
toen bang, dat broer zijn mond niet houden
zou en daarom las Mien nog eens artikel 16
van ons reglement, waarin staat, degene,
die onze padvindersgeheimen schendt, wordt
voor altijd uit onzen club verwijderd" en
ik legde broer uit, dat dat zeggen wilde,
dat ik hem een flink pak slaag zou geven
en dat hij nooit meer mee mocht doen, als
hij iets aan Juf vertelde. Broer heeft toen
BOUWT TE NUNSPEET.
Mooie boschrijke terreinen.
Spoor, Tram, Electriach licht, Telephoon.
Inlichtingen M.üDE VELU WE", Nunspeet.
GRANDS VINS DE CHAMPAGNE
Perrier-Jouet
Eperriay.
Concessionnaires,
Sauter «& Polis, Maastricht.
DE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
kost slechts ?1.50 per kwartaal,
franco per poat ? 1.65.
DELAUNAY BELLEVILLE
AUTOMOBIELEN.
Hoofd-Agent roor Xederlmti
J. LEONARD LARfi,
114t Stadhouderskade
woordige schrijvers. Niet alleen zijn deze
boven hunne medemenschen uitgegroeid
door het contact met de Ncderlandsche
literatuur, doch zij hebben zich tevens van
hen vervreemd, omdat zij den lust voor het
romantische van de menigte niet hebben
bevredigd.
In de Vlaamsche comedie moet men dus
geen realisme zoeken. Alleen goeie, brave,
deugdvolle ofwel aartsslechte menschen, en
het slot is altijd gelukkig, om de toeschou
wers niet ontevreden te stemmen. Wanneer
hier en daar eene realistische poging gedaan
wordt, verraadt zij weer de ingeboren ruw
heid van het ras en wordt zij terugstootend.
Een enkel woord willen wij nog wijden
aan de acteurs en aan de critici.
Er zijn in België drie Vlaamsche schouw
burgen: een in elk der steden Antwerpen,
Gent en Brussel. De twee laatste doen nog
volgaarnc grepen in het drakenrepertorium
en spelen ook operettes. Wij kunnen ze dus
gerust buiten bespreking laten. Alleen te
Antwerpen werden in de laatste jaren loffe
lijke pogingen gedaan om het Vlaamsch
publiek degelijk tooneel voor te zetten. On
gelukkig is dit niet altijd mogelijk geweest,
omdat de acteurs meestal de door hen wér
te geven werken niet begrijpen. Ook hun
ontbreekt geestelijke ontwikkeling. Bijna
alle, om niet te zeggen alle, tooneelspelers
van den Nederlandschen Schouwburg te
Antwerpen zijn eenvoudige volksmenschen,
die hunne eerste sporen in de
liefhebberijvereenigingen verdiend hebben.
Eentooneelschool hebben zij nooit bezocht. Hun ingeboren
aanleg is niet in de goede richting geleid,
en slechts bij hooge uitzonderingen komt
hun natuurlijk talent tot eene waardevolle
uiting. Kunst, in den echten zin van het
woord, mag men dus van hen niet eischen.
Hunne prestaties zijn gewetensvol, meer niet
Hun uitspraak der Nederlandsche taal laat
zeer veel te wenschen over. In spel en geba
ren zijn zij meestal zonder distinctie. Eenheid
in voelen en begrijpen van des schrijvers
inzichten is hun gewoonlijk vreemd. 4)
En thans de critici... O, de Vlaamsche
critici, die in de pers den scepter zwaaien!
Als men hun oordeel leest vraagt men zich
af of men medelijden moet gevoelen of
verachting. Aan een volslagen
ontwetendiiiimiiiMiiiimi
ook gelukkig niets oververteld, maar ik ben
zeker, dat onze waarschuwing nog maar
net op tijd kwam.
Mien en ik dachten ons suf, om een reden
te bedenken om Maandag niet naar school
te hoeven; ziek zijn zou niet helpen, want
dan stopt Juf ons dadelijk in bed en hadden
we toch ook niets aan de opgravingen. We
vonden dan ook geen uitweg en moesten
toezien hoe Frits met den student en den
ouden heer Maandagochtend om acht uur
de Belten introk ; het was een sneu gezicht.
Gelukkig had Frits om twaalf uur goede
tijding voor ons; ze waren heelemaal aan
de verkeerde kant met graven begonnen en
kwamen maar langzaam vooruit, als ze zoo
doorgingen, zouden ze net Woensdag bij de
eerste gordijnenring zijn en daar we Woens
dag Biddag voor het Gewas" vierden en
dus vrij van school hadden, zouden we
den eersten vondst bij kunnen wonen.
En zoo gebeurde het dan ook. Woensdag
trok Juf ons oude pakken aan, want het
motregende en mochten we mee gaan graven.
We waren vreeselijk opgewonden; het was
al zoo lang geleden, dat we alles begraven
hadden, dat we zelf de plaatsen alweer ver
geten waren! Het was pas na de koffie ech
ter, dat er wat kwam en wel de Indische
speer. De student vond ze en de professor
riep maar al: voorzichtig, voorzichtig toch,
wie weet wat er nog meer bij ligt!" en toen
groeven ze al maar op hetzelfde plekje en
vonden daardoor natuurlijk niets meer, want
we hadden de dingen zoo hier en daar ver
spreid.
Toen we het tweede ding vonden was het
dan ook al bijna donker en de student had
al lang gepraat van naar huis gaan, omdat
graven in het donker de voorwerpen allicht
beschadigen zou", maar dat deed hij, omdat
hij in de serre met Hannah en Juf teaën
wilde en daar nam dan ook niemand notitie
van. (Hannah is de oudste van ons allemaal en
met de Faaschvacantie van kostschool over).
Het tweede ding was de grootste scherf
van de stroopkan; we hadden namelijk de
mooiste, scherven bij elkaar begraven en de
anderen in de kolk gegooid. Maar nu had
je de blijdschap van dien ouden heer eens
moeten zien ; het was of hij heelemaal weer
jong werd. Heb ik het niet gezegd," riep
hij uit, een Romeinsche nederzetting!" en
hij sprong als een kakkerlak heen en weer
en we moesten allemaal op datzelfde plaatsje
graven, maar alleen met onze handen, om
niets te beschadigen.
18:tWOOMHUY5"Bi
AMSTERDAM. m$ ARM HEM
VIJZELSTRAAT-HEERENGRACHT.- ROGGESTRAAT.
COMBINATIE
f25OO.
5ALOM-HUISKAMERSLA APK AM ER-LOGEERKAMER
IM V3ER VOOR DIT DOEL SPECIAAL
INGERICHTE KAMERS TENTOONGESTELD.
heid, paren zij eene ruwheid, die weerzin
wekkend is. Hun verwaandheid wordt alleen
geëvenaard door hunne domheid.
Het zal nog duren, maar door de logische
ontwikkeling komt Vlaanderen toch eens in
de tooneel-letterkunde op|de plaats, die andere
volken reeds bekleedcn, ondanks zijn tooneel
schrijvers" van nu en ondanks zijn critici''.
Het feit, dat Maetcrlinck en Verhaeren, twee
Vlamingen, in de Fransche en in de wereld
literatuur op den eersten rang uitblinken, is
daarvoor een voldoende bewijs. Want onder
de harde korst van onbeholpenheid, die door
eeuwen van verguizing en verdrukking is
aangedikt, onder dat pantser van
geestesloomheid schuilt levendig en blijmoedig
verstand. Die korst moet weggehakt met
onmeedoogende maar bekwaam gemikte
houwen, tot eindelijk blootkomt de frissche,
krachtige gedachte.
Dit weze de taak van hen, die hun volk
willen ontvoogden.
(Slot volgt) B. ABRAHAM
1) M. Wilmotte, La Culture fruncaisc en
Belg/que.
2) In Nederland ook. Red.
3) Gittens was de zoon van een Engelschen
vader en eene Waalsche moeder.
4) Sinds September 1912 is de heer A.
van der Horst als directeur en regisseur aan
dezen schouwburg verbonden. Op zijn beleid
zijn groote verwachtingen in verbeterenden
zin gebouwd. Doch de in den aanvang
betoonde ijver verflauwt reeds en alles zal
waarschijnlijk bij het oude blijven. Intusschen
wordt mij verzekerd, dat de tegenwoordig
heid van het echtpaar Van der Horst in den
Ned. Schouwburg misnoegen wekt in zekere
Flaminganten-kringen. Vermits de Hollanders
de Vlaamsche beweging niet steunen, wordt
gezegd, is het onnoodig dat Hollanders in
Vlaanderen eene officieele plaats bekleeden.
Een campagne wordt, naar het schijnt, op
touw gezet, met het doel aan het echtpaar
Van der Horst het leven onmogelijk te maken!
* 5»*
Nieuwe Uitgaven
H. Z. ZEGERS DE BEIJL De moed om te
leven, deel I en II, 460 pag. Amersfoort,
Valkhof & Co.
CORNELIS VETH, Prikkel Idyllen IV. Robert
en Ewalda!of|wel!Rooverhoofdman en Harem
dame. Familie-Roman,Jl48 ] pag.> Bussum,
C. A. J. v. Dishoeck.
CORNELIS VETH, PrikkeHIdyllen^V. Ont
hullingen door een kamenier.ten hove, 30 pag.
Bussum, C. A. J. v. Dishoeck.
HANS MARTIN, Malle gevallen. Een kluchtig
verhaal, 200 pag. Rotterdam. W. L. en \. Brussc.
TINE VAN AALST-GOBIUS. Ecnig Kind. Een
verhaal voor kinderen van 6?12 jaar.
Bandteekening en 15 illustraties van B.
MIDDERICHBOKHORST, 132 pag. Prijs ing. ?0.90, geb.
?1.25. Gouda, G. B. van Goor Zonen.
KATH. LEOPOLD en HENR. DIETZ, Krekeitjes
in 't koren. Een bundel versjes voor 't kleine
volkje. Bandteekening en 33 illustraties van
E. A. v. n. VEER, 127 pag. Prijs ing.?0.90,
geb. ?1.25. Gouda, G. B. van Goor Zonen.
. VAN DER STAM, Overzicht van ons
Staatsbestuur, 2e druk, 150 pag. Prijs ing.
?0.90. Groningen, J. B. Wolters.
Dr. M. G. DE BOER, Van oude Voyagicn,
deel II. De wereld om, 111 pag. Amster
dam, H. Metilenhoff.
SLEESWIJK'S Atlas van Nederland. Voor
wandelaars, wielrijders en automobilisten.
Schaal 1?400.000. Prijs ? 0.90. Bussum,
J. A. Slceswijk.
SLEESWIJK'S Kaart van Noord Nederland.
Schaal 1?200.000. Prijs ?0.50. Bussum,
J. N. Sleeswijk.
Bijbel, Leidsche vertaling, afl. 2, 3, 4, 5 en
6. Zalt-Bommel, N. V. Uitg. Mij. voorheen
P. M. Wink.
Six promenades au Louvrc. De Giotto a
Puvis de Chavannes par FRITZ R. VAN DER
PIJL. Avec une préface par AD. VAN BEVER
et onze illustrations hors texte, 148 pages.
Prix 3 frs. 50. Paris, Collection Les Proses,"
George Crès & Cie.
Populair Wetenschappelijk Nederland, No.
18, No. l : Generaal WÜPPERMANN,
QuatreBras en Waterloo. No. 2: HENDR. C. DIFEREE,
Nederland's opkomst als Handelsnatie. No. 3:
Dr. H. J. TOXOPEUS. Erasmus, No. 4: J. D.
C. VAN DOKKUM, Nederlandsche Muziek in
de 19de eeuw. No.'S: T. TJALKENS, Slöjd als
opvoedingsmiddel. No. 7: Dr. C. E. DANIELS,
Een Domino-operateur in de 17de eeuw en
nog iets. No. 8: Jhr. G. A. A. ALTING VAN
GEUSAU, Onze weermacht te land. Elk deeltje
ongeveer 2 vel. Prijs ?0.50 per deel. Am
sterdam, Ipenbuur en Van Seldam.
Je hebt wel drie goede aanteekeningen
verdiend," fluisterde Frits mij in 't oor en
ik was wat trotsch er op, iemand zooveel
plezier te hebben aangedaan.
Toen snee de student zich aan de tweede
scherf en ik moet tot mijn spijt bekennen, dat
ik woorden als rotte oude lorren" van hem
meende te hooren. Maar toen Frits zei, dat
hij nu maar naar huis moest gaan, dan kon
Juf hem verbinden, monterde hij weer heele
maal op, hij dacht zeker aan de tea in de
serre en maakte als een haas, dat hij uit de
voeten kwam. Ik vond toen de derde scherf
maar en toen was het heelemaal donker en
gingen we allemaal naar huis.
De oude heer kon haast niet eten van
plezier en na den eten ging hij dadelijk
naar boven om te probeeren de scherven
aan elkaar te passen, maar we hadden er
natuurlijk goed voor gezorgd, dat dat niet
kon. Toen het theetijd was had hij een
jaartal op een van de stukken ontdekt en
ik gaf Frits een wenk en vroeg hem in de
gang, hoe hij dat jaartal erop gekregen had.
Maar hij zwoer, dat er alleen een L" op
een van de stukken stond, wat wel liter"
beduiden zou. Later merkten we, dat de
proffessor die L" voor een jaartal aange
zien had en hij zei, dat wilde zeggen vijftig
jaar vór Christus, ofschoon ik niet inzie,
waarom het niet vijftig jaar na Christus
beduiden kon!
Donderdag en Vrijdag vonden ze de andere
dingen: de beide gordijnenringen en het onder
stuk van de veenlamp van de moeder van
Bet; alles, behalve de cent met Over-IJsel
erop, die is in de Belten gebleven, totdat
een nieuwe professor hem misschien weer
eens opgraven zal. Frits stelde voor er nog
naar te gaan zoeken, maar ik heb voor lan
gen tijd genoeg van graven.
Zaterdag vertrok de professor; hij was
hoogst voldaan" en bedankte ons allemaal
wel voor onze onbaatzuchtige hulp". Hij
moest eens weten, dacht ik, wat we in
werkelijkheid voor hem deden!
Hiermee zou deze geschiedenis afgeloopen
zijn, als de student het niet in zijn hoofd
gekregen had, Zondag met Hannah naar een
tennis-match te willen gaan en daarom nog
twee dagen langer bleef. Toen praatten ze
aan tafel natuurlijk over de opgravingen en
de student vertelde, dat hij de gevonden
voorwerpen Maandag meenemen zou, daar
de professor nog onderweg een bezoek af
leggen wilde en bang was ze te verliezen,
of te beschadigen. Vader en Hannah vroegen
toen of ze alles nog eens op hun gemak
mochten bezien, want de oude heer was er
zoo bang voor geweest, dat hij niemand den
tijd gegund had, ze behoorlijk te bekijken. '
Toen ging de student naar boven en
haalde ze en toen.... toen herkende Juf
de stroopkan. Wel heeremijntijd, als dat
niet mijn oude strooppot is, mag ik Mietje
heeten!" riep ze. (Ze zegt altijd zulke gekke
dingen, als ze zenuwachtig wordt.)
Ik keek Frits aan en Frits keek mij aan
en samen keken we Mien aan; ik voelde,
hoe ik rood werd en de anderen werden
ook rood en niemand zei een woord.
Toen begon vader ons te ondervragen en
vertelde Broer, die trotsch was zooveel te
weten, alles: van onze padvindersclub en
de goede daden, van het konijn van Frits
en van de pijn, die hij gehad had, toen Frits
hem met de speld prikte, om hem zijn naam
met bloed te laten schrijven en eindelijk van
de dingen, die we uit medelijden met den
ouden professor, die in den laatsten tijd niets
gevonden had, voor hem begraven hadden.
Onder Broers verhaal hield de student
zich aan de tafel vast van 't lachen, hij bul
derde 't letterlijk uit. Ik wil geen student
worden, als ik groot ben, studenten zijn
ongevoelige menschen.
Vader was woedend. Juffrouw," zei hij, wilt
u zoo goed zijn de drie oudsten voorloopig
ieder in hun eigen kamertje op te sluiten,
dan zullen we later verder zien. Broer zal
ik ditmaal niet straffen, daar ik vermoed,
dat hij zich door de ouderen mee heeft
laten sleepen."
En zoo zitten we nu alle drie opgesloten
en als ik niet wist, dat Bet medelijden met
ons hebben zou en zeker in 't geheim
poffertjes voor ons bakt vanavond, ik zou der
wanhoop ten prooi worden" zooals ons
leesboek het noemt; want natuurlijk loopen
we Zondag die leuke football-match tegen
het tweede elftal uit Deventer mis, en we
zullen wel weken achtereen om zeven uur
naar bed moeten, juist nu de dagen zoo
lekker lengen.
Het gekste van de geschiedenis is echter,
dat vader eigenlijk de schuld van alles is.
Als hij ons, zooals het behoorde, lid van de
padvindersclub in stad had laten worden,
dan was er niets van al deze narigheid
gebeurd. Maar al doen groote menschen
ook nog zoo dom, ze merken er zelf nooit
iets van en dan komt alles maar weer op
de hoofden van hunne arme, kleine, onschul
dige kinderen terecht.