Historisch Archief 1877-1940
3 Aug. '13. No. 1884
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Sokken welke zes maanden gedragen kunnen worden
ZIJN GOEDKOOPER
dan sokken welke na twee maanden versleten zijn.
Verlang daarom nog heden een half dozijn
AVIATA" GABANTIE-SOKKEN
van Uwen leverancier.
Fil d'Ecosse Fl. 4.25 en FL 5.40
Merino 6.00
per half dozijn.
Utrechtsche Tricotage Fabriek
WICHER JANSEN, Utrecht.
I. T, EERSTE SEDERL JABRIEK VAN ASBESTCEfflTPLATEN
Marti n
H".HARTXNITPLATEN zgn:
brand-, trek- en
krimpvrfl.
Vraag-t prfjzen en momsters.
ADRES:
Ornqiiuweg 113, Amsterdam.
Ongelukken
Aansprakelijkheid
OCEAN
OUDE TURFMARKT 16 - AMSTERDAM
Ziekten
Automobiel
iiiitllliililiiiMiiiiiiiiiMiiimiiimiiiiii
Een Bossuet, de dingen ten volle ziende,
zou begrepen hebben dat Chateaubriand de
zielen bedierf met het onwezenlijke, dat hij
hun niet het behagen gaf in God maar de
afkeer van 't leven en 't verlangen naar het
Niet: de laatste zin, waarmee Berlioz: op
zestigjarigen leeftijd de Mémoires zal ein
digen, hij mag haar ontleenen aan
Shakespeare, maar de Engelsche verzen zullen
slechts het gevoel uitdrukken dat Chateau
briand overdroeg op den jongen Berlioz,
den toekomstigen romanticus het gevoel
dat de magiër der hopeloosheid griffelde,
entte op zijn jonge ziel: Mensch, gij zijt
niets dan een ijle droom, een smartelijke
droom, gij bestaat enkel door het ongeluk,
gij zijt slechts iets door de droefheid uwer
ziel, door de eeuwige melancholie uwer
gedachte." Zoo krijgt Berlioz zijne eerste
muzikale impressies bij zijne eerste communie;
later leest hij Byron knarsetandend in een
biechtstoel van den Sint Pieter te Rome,
doch dat is maar een diletantisme (naast
andere) vergeleken met den kreet van wan
hoop als hij alles verloren meent: God is
dom in zijne gruwelijke onverschilligheid.
Doch vanaf zijn zeventiende jaar zal hij nog
slechts retrospectief leven, alsof hij een
prehistorisch bestaan vervulde. Hij zal slechts
bemijrneren wat voorbij is, betreuren wat
was, tot even voor zijn dood wanneer hij
voor 't laatst Hamlet gaat zien, die hem zijne
Ophelia openbaarde (Harriet Smithson) om
smartelijk en fanatiek zijne passies, zijne
illusies te herleven, dezelfde passies die hij
herleeft in zijne liefdes-symphonieën, het
voorbije wordt zijn idee fixe, iedere gedachte
aan de toekomst eene nachtmerrie, want de
toekomst is voor hem'de dood, de dood de
ondoorgrondelijke oplossing in het
universeele Niets.
In 't begin gaat alles goed. Hij fanatiseert
eene school van latere bewonderaars, die
echter, helaas, altijd dezelfde zullen blijven
hoewel de geheele Parijsche pers op zijne
hand is. Hij componeert de Fantastique,
verovert den Prijs van Rome (met veel moeite
want alles is conservatief aan een conser
vatorium) verveelt en vermaakt zich in Italië,
schrijft Harold, het Requiem, wordt criticus
aan den Journal des Débats en de gunsteling
van het gouvernement van Louis Philippe.
Welk een felle natuur als hij muziek hoort!
Mijne levenskrachten schijnen aanvankelijk.
verdubbeld, ik onderga een verrukkelijk
genoegen, waaraan het verstand geen deel
heeft; de gewoonte der analyse komt daarna
derloos was, en hen wel eens 'n kwaje
maand had doorgeholpen, al moesten ze alles
schoon tot 't laatste halfje altijd terugbe
talen. ..
Klein vrouwtje durfde nu heelemaal niet
meer opkijken; 't was alsof zij dan 't
kamertje rondom behangen zou zien met
Gerrit's verzoekschriften aan tante Piëta,
haar eigen sullige bedelbrieven en tante's
resolute, koel zakelijke
toezeggings-schrifturen... Zij hoorde tante snuffelig de neus
ophalen, wist dat tante er nu heel
onvergenoegd, om niet te zeggen, dreigend uitzag.
Daarom schraapte zij alles bijeen wat ze
aan moed en zelfbeheersching verzamelen
kon en zei:
Truida zou als 't moest, ook nog wel
in de zaak kunnen blijven, ze is twaalf
geworden en ze is al wat handig... ze
kan slagropm kloppen als de beste..."
Als ik jou was zou ik ze allemaal thuis
laten en 'n bewaarschooltje van je
koekbakkerij maken," lachte tante nu luidruchtig
die plezier had in haar eigen grappigheid.
Toen opeens begon klein vrouwtje te
snikken en zei gelaten : Och... dan blijven
we ook maar allemaal thuis... dan zie ik
er maar ineens... heelemaal van af..."
Ze waren nu buiten. Al 'n heele dag.
Gerrit stond boven op 't omhekte
uitbouwseltje dat 't balcon heette, en 't platje
was, boven de bescheiden lighal die door
de pensionhoudster de open serre" werd
genoemd; daar overzag hij links en rechts
de laan waaraan het pension lag en die door
geen kip, gezwegen van 'n wandelaar, be
treden werd.
Onder hem, in de open serre" zat zij,
klein dik vrouwtje met 'n zwarte, glimmend
satijnen blouse, dotjes gitten op boezem en
mouwen, zware hoofdpijn en heel dikke
enkels, en keek droomerig naar buiten.
En ondanks de hoofdpijn en de benau
wenis van de gala-blouse met de al te
hooge boord waarvan de opstaande baleintjes
beursene plekjes bij haar nekklieren priem
den, was er 'n vredige, gelukkige
uitde bewondering vanzelf wekken ; de emotie
brengt spoedig eene eigenaardige gejaagd
heid teweeg in mijn bloedsomloop, mijn ade
ren kloppen hevig, de tranen, die gewoonlijk
't einde van het paroxisme aankondigen dui
den dikwijls maar een beginstadium aan, dat
nog verre overtroffen moet worden. In dat
geval krijg ik spierkrampen, een beving in
al mijn leden, een gedeeltelijke verlamming
der gezichts en gehoorzenuwen. ik zie niets
mee, ik hoor nauwlijks..." Lesueur schreef
ongeveer hetzelfde en Stendhal in zijn Vie
de Rossini": Te Brescia maakte ik kennis
met een Italiaan, die misschien de gevoeligste
van allen was voor muziek. Hij was zeer zacht
en zeer wellevend ; maar wanneer hij zich op
een concert bevond en de muziek hem beviel
dan deed hij zijn schoenen uit zonder het te
bemerken. Kwam men bij een sublieme pas
sage dan liet hij nooit na zijn schoenen
achteruit te gooien en op de hoofden der
toeschouwers".
Een felle natuur, Berlioz. Hij huwt Ophelia,
is eenigen tijd gelukkig te Montmartre en
krijgt een zoon die op zijn vader lijkt.
Maar Benvenuto valt, zijne concerten geeft
hij met 10, 8 of 3 francs winst. Harriet
verveelt zich langzamerhand, wordt jaloersch,
zwaarlijvig, de oude tragedienne gaat zich
bedrinken en de virtuoze der
Shakespeareaansche doodstrijden speelt haar echtge
noot gloeiende scènes, als hij 's nachts
terugkomt van een of andere opera, op
racomique, waarover hij den volgenden morgen
de martelende kronieken moet schrijven. Een
lang hoofdstuk wijst de biograaf aan een
génie sans public", het zijn immer successen
sans lendemain", terwijl de excrementieele
kunst' der Offenbachs, Meyerbeers etc. etc.,
waarin de violisten op Charivariussen"
musiceeren, zegeviert in Parijs en gansch
Europa. Hij wordt verliefd op een tweede
vrouw, die overal zingen wil en weinig stem
heeft; zijne Ophelia krijgt beroerten, wordt
lam en hij moet twee huishoudens onder
houden, want Marie Recio, eene
half-Spaansche, brengt een schoonmoeder mee. Hij
ontvlucht heimelijk naar Duitschland, met
Marie die hem sart, hij ontloopt haar maar
zij haalt hem in, zet den romantieken leeuw
gevangen en wordt meester over zijne ge
heele correspondentie, dicteert hem post
scriptums ! Hoe raadselachtig is deze liefdes
historie a la Carmen en hoe weinig verklaart
Boschot haar! al te weinig! Want wat boeide
Berlioz zoo onverbiddelijk in deze middel
matige zangeres, die un dieu en pauvre
drukking op haar tobbersgezichtje, omdat
't nu toch, tóch gelukt was,... omdat
ze nu buiten was, en weg van de stad
en de straat en de buren en de
koekbakkerij... O, o, alles was toch nog zoo
best, zoo boven verwachting gedraaid! De
vier oudsten in de zaak, Truida, die al zoo
handig was, met de twee allerjongsten met
haar mee, daar had je om zoo te zeggen
nu geen omkijken naar, en Sientje met tante
naar den Haag... die zou tante de heele
week bij d'r houden, dat ging best, kleine
Sien was al tien jaar, en tante zou d'r Zondag
zelf terugbrengen, dan hadden ze allemaal
met mekaar nog 'n prettig dagje, en dan
was de koek op !... gek toch dat je twintig
jaar naar iets kon verlangen, dat in zeven
dagen al weer voorbij zou zijn...
Ze keek den weg over; eerst 'n smal pad
waar veel onkruid stond, dan 'n grasrandje
met kale plekken, dan 'n breede laan, rul
begrint, dan weer 'n grasrandje van onregel
matige groeikracht, dan weer 'n smal pad
waar behalve veel onkruid, ook nog modder
stond, dan, driehoog prikkeldraad met kippen
gaas, en daarachter bosch, eikenstruiken en
halfwas dunne dennetjes, laag nog van kruin
en armelijk door te dicht op elkaar
gegroeidheid, tezamen hét bosch waaraan, volgens
den pensiongids", pension Ruimzicht"
liefelijk gelegen was.
't Is hier lief zitten, vindt u niet ?" zei
de pensionhoudster met 'n genoegelijken
blik naar haar twee gasten, n op 't
balcon, n in de open serre"; in deze
miserabele zomer waar ieder stadsmensen
z'n onnoozele spaarcentjes voor die
onafhankelijkheidsfeesten zat op te potten, moest
je je handen dichtknijpen als je nog een
paar logeermenschen bemachtigen kon, al
was 't dan maar voor een week, en wat
positie aanging niet veel soeps!
Ze lachte minzaam in de richting van de
satijnen blouse, keek toen meteen naar bo
ven Hém moest ze met goed fatsoen
naar beneden zien te krijgen,... hij had
daar even 't panorama mogen bekijken, maar
nou was 't welletjes; zulke menschen
moeGRANDS VINS DE CHAMPAGNE
Perrier-Jouet
Epernay.
Concessionnaires,
Sauter & Polis,Maastricht.
?UUT BELLEVILLE
AUTOMOBIELEN.
Jfederbuttt
J. LEONARD LAND,
AM8TEBDAJL
diable veranderde, gelijk Wagner schrijft aan
Liszt en zijn vriend vraagt of Ie bon Dieu
wel goed gedaan heeft met de vrouw een
zoo belangrijk aandeel te geven in de schep
pingen der kunstenaars.
Allengs begint .het doods-idee hem te
besluipen. Spontini, wien hij een onbe
grensde vereering toedroeg, sterft, en plot
seling voelt hij zich alleen op eene wereld
waar de muziek een gegiechel werd. Dan
begint de eerste campagne om een zetel in
de Academie, welke hij pas na vele verne
derende .nederlagen zal bemachtigen. Wan
hopig gaat hij concerten geven in Engeland,
waar Wagner zich eveneens bevindt. Zij
begrijpen elkaar niet: Berlioz me fait pitié"
zegt de een, als hij hem Romeo" ziet
dirigeeren, Wagner me fait danser sur la corde
laitre", zegt de ander, als hij een
Mozartsymphonie van hem hoort en Marie Recio is
er immer op tijd bij om iedere verstand
houding, iedere vriendschappelijkheid te ver
hinderen. Parijs is voor hem een stinkend
moeras, altijd en overal comische opera's,
een wereld vergiftigd met vergiftigers, geen
zalen voor hem, geen uitvoerders. En wat
een serie dooden! Chopin sterft, Heine sterft,
Brizeux, een dichter van wien hij verzen op
muziek zette, sterft. Parijs is voor mij een
kerkhof, de plaveien grafsteenen. Overal
vind ik herinneringen aan vrienden of vijan
den, die niet meer zijn. Daar ontmoette ik
Balzac voor 't laatst, hier wandelde ik met
Paganini, ginds begeleidde ik de hertogin
d'Abrantès, eene goede, dwaze vrouw, zie
daar 't huis waar mevr. de Girardin woonde,
een geestige dame, die mij vooreen domoor
hield, ginds het trottoir waar ik afscheid
nam van Adolphe Nourrit (beroemd zanger
die zich doodde in waanzin) den avond voor
zijn vertrek naar Napels, dat treurige huis
is van de arme Rachel. Allen zijn dood.
Hoeveel dooden! Waarom zijn wij nog niet
dood! Zoo klemmen de zieken zich aan hun
stokpaardje en altijd komt de zwarte
monomanie weerom!"
(Slot volgt) MATTHIJS VERMEULEN
* * *
Inhoud van Tijdschriften
Tijdschrift voor Wijsbegeerte, Juli '13:
Mr. J. J. Boasson, Het Rechtsbewustzijn.
E. A. von Schmit, Het karakter van den wil
en de grondslag der zedelijkheid. A. C.
Josephus Jitta, Kristallisatie.
Hedendaagsche Wijsbegeerte. Boekbespreking.
iiiimiimiiiiiHMiiii Minimi
l
ten niet denken dat ze voor d'r n-vijftig
per dag, 'n heele villa ter bewoning krijgen...
Als u daar klaar bent met 't bellevue,"
informeerde ze veelbeteekenend, dan kan
ik de balcondeuren weer komen sluiten...
't is maar van wege de tocht ziet u"...
U zult zeker wel veel vogels hebben,"
vroeg 't vrouwtje met droomerig gekijk naar
de dennenkruintjes.
Och, wat kippen, daar heb je altijd dub
bel en dwars je nut van, vooral met zoo'n
huis voj menschen," pochte de
Ruimzichteigenares die momenteel behalve de
pasaangekomenen nog een onderwijzer, die voor
'n acte-examen gezakt was, in de kost had.
Nee, nee, ik bedoel wilde vogels,...
boschvogels... van die... die, hoe zal ik 't zeg
gen, ... lijsters en vinkies"... legde 't vrouwtje
wat moeilijk uit, even met de oogleden
knippend vanwege de hoofdpijn en de slaap
die haar in de ongewone, zware buitenlucht
arglistiglijk bekroop, die zou ik zoo graag,
zoo in 't wild hooren zingen" voegde ze
erbij, met 'n klaar voor oogen hebben van
de leeuwerikken-kooi met 'tgraszoodje boven
buurman's pothuis, en 't puttertje dat bij
haar schoonmoeder negen jaar lang moei
zaam z'n water in 'n zwaargeroeste
vingerhoed en z'n eten in 'n roodgeverfd
rolwagentje ophaalde...
Nou! daar kan u plezier van hebben,"
zei de pensionhoudster, 't zit hier vol
nachtegalen ! gewoon vel!" ...
Nachte-galen ?" viel 't vrouwtje in.
Allemachtig... nach-te-gaale ?" vroeg hij
van over de balcon-rand.
Een duivelsche spijt beknaagde der juffrouw
ziel, dat zij voor deze, klaarblijkelijk zoo
buitensporig gewaardeerde attractie niet 'n
paar kwartjes pensionprijs mér berekend had.
Gut... bent u daar zoo op gesteld," zei
ze effen, toen, met 'n grootsch gebaar naar
't prikkeldraad en 't kippengaas, 't zit daar
vol... dat moet u van avond eens hooren
en van nacht..."
Klein dik vrouwtje's oogen volgden de
baan die de zwaaiende pensionhoudstersarm
in 't firmament had beschreven,.., bleven toen
IMRNKM
Nieuw comfortabel Hotel; 80 bedden, groot res
taurant, voortreffeigke keuken, heldere Munchener
en Pilsener bieren, lift, electr. licht. Baden. Centr.
verw. Omnibus en garage. Kamers van fr. 2.50?fr. 5.
GEBRS. SCHINDLER.
*1 'tWOONHüYS"flF
9^1 ef ?* V W VX \*/\ II l W l *J lfl$»e
AMSTERDAM, me ARM HEM
VIJZELSTRAAT-HEEREMGRACHT.- ROGGESTRAAT.!
COMBINATIE
f25OO.
5ALOM-HUISKAMERSLAAPKAMER-LOGEERKAMER
IM VIER VOOR DIT DOEL SPECIAAL
INGERICHTE KAMERS TENTOONGESTELD.
Ons Tijdschrift, afl. 7: Dr. J. F. Beerens,
De grondslag der Roomsen-Katholiek mo
raal. Dr. J. v. d. Valk, Het karakter van
Judas Iskarioth. Terugblik door ***.
Varium. Tentoonstelling de Vrouw
1813?1913" door Johanna Breevoort.
* ? *
Nieuwe Uitgaven
Prof. THEOBALD ZIEGLER, De Geestelijke
en Sociale Stroomingen der 19e eeuw, ver
taald door LEO POLAK, 2e deel, geïllustreerd.
Wereldbibl. No. 235?238,424 pag. Amsterdam,
Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur.
Vondels Spelen. Ingeleid en toegelicht door
C. R. DE KLERK en L. SIMONS, deel II, 3,
SALMONEUS, JEFTHA, SAMSON. Nederl. Bibl.
239?241. Amsterdam, Mij. v. Goede en Goedk.
Lectuur.
FRED. VAN EEDEN. In Kenterend Getij, 171
pag. Amsterdam, W. Versluys.
FRED. VAN EEDEN, Nieuwe Nederlandsche
dichtkunst. Rede uitgesproken te Gent in het
Congresgebouw der Weereldtentoonstelling
op 5 Juni 1913, 40 pag., ?0.40. Amsterdam,
W. Versluys.
De Vrouw, de Vrouwenbeweging en het
Vrouwenvraagstuk, afl. III. Amsterdam, Uitg.
Mij. Elsevier."
A. R. DE JONG, Maar n Uitweg. Een
woord ten gunste van het Christen-Socialisme,
45 pag. Prijs ?0.10. Schiedam, Drukkerij de
Toekomst."
E. HEIMANS, Geologie-boekje, 184 pag.
(Bibl. v. d. Levende Natuur). Amsterdam,
W. Versluys.
Dr. H. W. HEINSIUS en j. JASPERS JR.,
Hef Strandboekje, Ie deel, 2e stuk, 156 pag.
(Bibl. v. d. Levende Natuur). Amsterdam,
W. Versluys.
Mej. J. C. VAN LANSCHOT HUBRECHT,
Waarom is een wettelijke regeling van op
leiding en examens voor verplegenden van
staatswege dringend noodig? No. l der uit
gaven v. d. Ver. tot verkrijging van een
wettelijke regeling van opleiding en examens
voor ziekenverplegers en verpleegsters.
* * *
Correspondentie
Voor wat betreft abonnementen, adver
tenties, bezorging van het Weekblad,
uitbetaling van het honorarium e. d., wende
men zich uitsluitend tot de ADMINISTRATIE
lilliiiiimmmiiii
peinzend rusten op de dennetjes, de eiken
struiken, de bewolkte druil-hemel, 'n paal met
'n bord waarop vermeld stond dat 't streng
verboden was op die plek vuilnis neer te
werpen, en de niet te onderschatten heuvel
van bemodderde slierten behangselpapier,
vloerzeilreepen, sardines- en cacao-blikken,
scherven van 'n vuurvaste schotel, 'n pet,
'n gonje-zak en 'n pantoffel, die daar vreed
zaam tegen aan leunden.
Allemachtig... nachtegalen !" herhaalde hij,
ver over het balcon hangend, wil ik u eens
wat zeggen juffrouw ? Jaren geleden was er
bij ons in Amsterdam een, in 't Vondelpark;
de halve stad liep uit om 'm te hooren, en
de politie hield er de wacht bij dat ze 't
beest niks zouden doen!"...
Klein dik vrouwtje rekte haar hals uit de
nijping der boordbaleintjes en bemachtigde
'n glimp van haar man's hoofd en romp,
't onderste boven; goeierd toch, die Gerrit
van d'r... Wat was-ie in z'n sas, en wat
hadden ze 't nou toch goed!... zoo stil, en
geen buren, en geen winkel en geen bak
kerij. .. och got, och got, wat hadden ze 't
goed!... en die nachtegalen... zoo maar
vlak bij je... je behoefde er geen been voor
te verzetten.
Nu, afijn, ik ga maar weer eens aan m'n
werk," zei de juffrouw, en uit vale nijd dat
ze niet meer finantieel voordeel uit die
nachtegalen had weten te putten, lanceerde
ze 't kleine giftigheidje naar boven, dat ze
nu dadelijk direct de balcondeuren kwam
sluiten, want dat je beneden verging van
de tocht."
Dien avond plasregende het.
Ze zaten in de kleine kamer waar 't be
dompt rook naar petroleum-lamp, en
etenmet-uien van 's middags.
De regen bepetschte 't platje er boven.
Klein dik vrouwtje deed even de
raamdeuren open, snoof de prikkelende noten-lucht
op, van natte grond,paddestoelen en bladaarde.
Ze zullen niet komen," zei ze kleinmoedig
en tuurde luisterend in de richting van 't
kippengaas en de paal van de verboden
vuilnis.
Bruno Muller,
Kleedermaker,
ROK1N 6a, AMSTERDAM
TELEFOON 3514,
altijd, de
3TIECWSTE STOFFEN
voorradig.
ABONNEMENTEN vanaf ?140.
1ste klasse afwerking.
GEOPEND van 8?6 uur.
BOUWT TE NUNSPEET.
Mooie boschrijke terreinen.
Spoor, Tram, Electrisch licht, Telephoon.
Inlichtingen M.ij DE VELU WE",Nunspeet.
van De Amsterdammer, Keizersgracht 333,
Amsterdam.
Voor wat betreft artikels en ingezonden
stukken, uitsluitend tot de REDACTIE en
aan hetzelfde adres.
Om teleurstellingen te voorkomen is het
gewenscht, dat de inzender iederen keer,
dat hij een bijdrage zendt zoowel op zijn
brief als op zijn bijdrage zijn volledig adres
duidelijk leesbaar vermeldt,
dat de inzender een voldoend bedrag in
postzegels toevoege (los in den brief)
indien bij niet-plaatsing terugzending ver
langd wordt.
Op anonieme zendingen of berichten
wordt geen acht geslagen.
Verwacht u nog bezoek?" informeerde
minzaam de pensionhoudster die 't locale
krantje van twee dagen her bracht en in
ruil daarvoor 'n knus praatje met 'n kopje
thee en 'n koekje begnuifde.
Och, ik had zoo gehoopt op de nachte
galen," biechte 't vrouwtje.
Tja... dat zal je nu altijd zien," ant
woordde diepzinnig de juffrouw, wij
buitenmenschen geven er zoo veel niet om... en
dan zingen ze de godsganschelijke nacht,...
en komt er om zoo te zeggen voor over,...
en dan houden ze formeel d'r lui bek".. .
Tja"... zei Gerrit eveneens, diepzinniger
nog dan de juffrouw omdat hij er niets meer
wist bij te voegen.
Toen zwegen ze alle drie; maar de juf
frouw die de hoop op 't knusse kopje thee
met 'n koekje voor rekening van haar
menschen" maar niet zoo grif opgaf, be
gon weer: In ieder geval moet u de moed
niet laten zakken,... morgen komt er weer
een dag zeg ik maar"...
Ja, dat is wel waar," gaf 't vrouwje aar
zelend toe.
Gerrit geeuwde; mal toch, dacht-ie, dat
je zoo, die drukte om je heen mist... hij
rekte zich uit, achterover dat de stoel kraakte,
keek op z'n horloge,... negen uur... nou
gingen ze thuis de winkel sluiten...
Gerrit geeuwde behagelijk nog eens.
't Vrouwtje kwam bedrukt weer zitten; als
je twintig jaar verlangd hebt naar iets dat
in zeven dagen alweer voorbij is, dan kost
't je moeite om een van die dagen te zien
wegglippen...
De juffrouw voelde haar kans op 't knusse
kopje thee enz. annuleeren; draalde nog 'ir
oogenblik, zei nog eens vaag tja", draaide
de pit van de petroleumlamp wat op, veegde
haar hand aan haar heup af en ging.
Dien ganschen nacht bleef de regen 't platje
bepetschen en daar noch Gerrit noch 't vrouw
tje aan dat scherpe, fel rikketikkende,
zenuwtergende kletteren gewoon waren, deden ze
geen van beiden nagenoeg een oog dicht.
(Slot Volgt)