Historisch Archief 1877-1940
5 Oct. '13. No. 1392
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
H
De Balkan-lancier
HET VOORNAAMSTE MOTIEF VAN DEN LANCIER IS NADEREN EN
TERUGWIJKEN, TERUGWIJKEN EN ELKAAR WEER NADEREN."
Handboeken voor studie van den dans.
WANNEER DE VOLGENDE FIGUUR?
SCH OKKLST
Constantijn's misstap (Kladderadatsch)
CONSTANTIJN, de Qricksche Bettelstudent": Och, ik
heb haar immers alleen maar op de schouder gekust!
Wagner-opvoeringen \ (Simplicissimus)
Het nieuwste uit Berlijn (Jugend)
Een gebrek der vliegmachine (Lustige Biatter)
DE HELD: Wat zou menige Wagner-vereerster er niet voor
geven, juffrouw Huber, om in uw plaats te mogen zijn!
Der^kluge Hans (LustigcïBlatter)
De crimineele politie heeft besloten, politiezwijnen in te
voeren tot opsporing van onzedelijke schilderijen.
iiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiHii
Schaakspel
niiiiiiii i iiiiiMiiMiiiiHiiimiMiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiiiiiliii
23e Jaargang 5 October 1913
Redacteur: RUD. J. LOMAN
36 Heathstreet, Hampstead, London N.W.
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, aan bovenstaand adres te richten.
No. 1257 Auteur onbekend
4e pr. (afd. A) jubileumtornooi N.S.B.
Motto: Barcarolle 2
Mat in drie (3) zetten
abcdefgh
Wit Kf8, Dc3, Pe8 en g3; a3, a4, c2, d6
en g2 9.
Zwart Kd5; c5, c6, d7, e2, f5, g5 en h6 8.
Oplossing van No. 1256
1. Dfl, Rfl 2. Te5f enz.
Kc6: 2. Df8 enz.
Ke5 2. Df5f enz.
Tf2 2. Da6: enz.
Opgelost door ds. R. de Haas, Winsum;
J. G. Arnoldus, Middelburg; A. Monster,
Rotterdam.
UIT DE SCHAAKWERELD
Een match om 't Kampioenschap van
Australië en een inzet van ? 600 (£50)
tusschen Vinar en Crackanshorpe werd door
eerstgenoemde met 7 tegen 2 schitterend
gewonnen.
In de Vierkamp te New-York, Marshall,
Duras, Jaffe, Chajes, kwam 't to! een zeer
hardnekkig gevecht tusschen de beide
favorites. Na een lang en ingewikkeld eindspel won
Marshall in 86 zetten van den Boheemschen
meester, en verkreeg door deze overwinning
de leiding.
Overal gaan in Engeland stemmen op
tegen 't exclusivisme dat in 't Engelsche
schaakleven meer en meer de overhand krijgt.
De voornaamste Engelsche schaaklichamen
de British Chess Federation en de City of
London Chess Club zijn, hoewel vijandig
tegenover elkaar staande, door een en
dezelfde gedachte bezield: Engeland voor
de Engelschen, weert den vreemdeling! De
bekende schaakredacteur der Morning Post,
A. Guest, wijst in een uitvoerig en treffend
artikel op de noodlottige gevolgen van een
dergelijke bekrompen en kortzichtige taktiek.
Wat, zoo vraagt de heer Guest,heeft Engeland
gedurende de laatste kwarteeuw op schaak
gebied gepresteerd, dat is sedert de dagen
toen eerste-rang professionals, buitenlanders
zoowel als Engelschen, nog in Londen een
bestaan konden vinden. Zeer zeker is de
getalsterkte en de gemiddelde speelkracht
der Engelsche schakers er de laatste jaren
verbazend op vooruitgegaan, doch spelers
die op een Internationaal Meestertornooi een
dragelijk figuur zouden slaan, zijn met een
lantaarn te zoeken. Sedert de veteranen
Blackburne en Burn niet langer de
schaakroem van hun land in 't buitenland kunnen
hooghouden, wordt Engeland niet meer op
Internationale congressen vertegenwoordigd.
En dit is 't land dat vroeger in de dagen
van Staunton, Bluckle, Löwenthal, Horwitz,
Steinitz, Zukertort, Blackburne en Mason
de eerste plaats in de schaakwereld innam!
Nog geen dertig jaar geleden was 't een
gewoon verschijnsel dat de hoofdprijzen op
de groote tornooien alle door Londensche
meesters werden gewonnen en thans moet
't zich twee achtereenvolgende nederlagen
tegen een klein landje als Nederland laten
welgevalen. Terwijl in Rusland, Duitschland
en Oostenrijk-Hongarije telkens Internat.
Meestertornooien worden georganiseerd, waar
groote sommen mee gemoeid zijn, heeft in
't rijke Engeland sinds 1899 geen
schaakgebeurtenis van eenige beteekenis plaats
gegrepen. Jaarlijks worden in Engeland aan
zienlijke sommen uitgegeven voor Nationale
wedstrijden en County matches, die door
hun exclusief karakter, in kweekplaatsen van
middelmatigheden dreigen tt- ontaarden.
Ergerlijk, ehem, die vliegerij, op vijfhonderd
nieter hoog is een luitenant waarachtig, ehem,
niet meer van een kraai te onderscheiden !
Waarlijk, 't wordt tijd dat aan deze
familieregeering een eind komt en dat den
talentvollen Engelschen spelers gelegenheid wordt
geschonken hun krachten in wedstrijden met
buitenlandsche matadors te stalen/t Engelsche
schaakleven gaat anders een zekeren en
rassen ondergang tegemoet.
De stand der match in de City of London
Chess Club was na de 3e partij : Cole l,
Lasker O, remise 2.
Aan de Kampioenschap wedstrijden der City,
Metropolitan en Hampstead clubs zal dezen
winter flink worden deelgenomen, dat van
laatstgenoemde club is reeds in vollen gang,
Scot heeft met 5 uit de 5 de leiding, ook
Griffith, Saunders, Ed. Lasker e.a. nemen
aan dezen wedstrijd deel.
Voor den diepbetreurden Hoffer is nog
steeds geen opvolger gevonden, 't Aantal
candidaten voor 't schaakredacteurschap der
Field is verbazend groot, doch geen enkele
der in Engeland woonachtige schakers
vereenigt al de eigenschappen die voor deze
betrekking vereischt worden. De Engelsche
candidaten zijn buitengesloten door hun
gebrekkige kennis of totale onkunde der
vreemde talen, 't Gerucht gaat dat de uit
gevers in onderhandeling zijn met Em. Lasker;
zooals men echter weet is de Wereldkampioen
niet bepaald bescheiden in 't stellen van
condities en 't zou ons niet verwonderen
dat zelfs een rijk blad als de Field hiervoor
terugdeinst.
Mijnheer de Redacteur!
Het berichtje, dat u in de vorige rubriek
aangaande onze partij te Scheveningen
plaatste, maakt den indruk, dat deze partij,
toen u haar door tijdsoverschrijding ver
loor, feitelijk reeds voor u gewonnen was.
De waarheid echter is, dat u niet 33. f4
heeft gespeeld doch 33. Dg5. Van winnen
door 33. f4 was dus geen sprake.
Eerst na afloop der partij is u, door
analyseeren met andere spelers, de meening
bijgebracht, dat 33. f4 beter ware geweest.
J. W. TE
KOLSTF's-Gravenhage, 29 Sept. 1913
Hoe de heer te Kolstéer toe komt te
beweren dat wij 33. Dg5 gespeeld hebben
is ons een raadsel, daar er feitelijk geen
33e /e! in cli- partij gedaan is! He partij
HET PAARD : Toe, wacht even,... ze krijgen elkaar net...
iiniüiiiiiiii
werd bij den 32en zet van zwart door den
heer te K. wegens tijdsoverschrijding
opgeeischt. De copie, in 't bezit van den
bondssecretaris, zal dit bevestigen. Dat de zet
33. f4 ons door anderen is bijgebracht is
eveneens een onwaarheid. De h.h. dr. A. G.
Olland en mr. I. D. Tresling, met wie wij
de stelling analyseerden, kunnen getuigen
dat de zet 33. f4 door ons en door niemand
anders werd aangegeven, trouwens hij ligt
voor 't grijpen, 't Is natuurlijk onpleizierig
voor een ambitieus speler als de heer K. te
moeten erkennen dat hij nog nooit recht
streeks een partij van ons heeft kunnen
winnen, dit behoefde echter voor hem nog
geen reden te zijn om tot dergelijke onware
voorstellingen zijn toevlucht te nemen.
R. J. LOMAN
iiiiiiiiiiiiiifiMiiiiiiiiuiiiiiijiiiiiiiiiltiiiiiiniiiiii
Damspel
10e Jaargang 5 October 1913
Redacteur: J. DE HAAS
Graaf Florisstraat 15', Amsterdam
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, aan bovenstaand adres te richten.
ONZE CURSUS
Wij zullen nu een paar typeslagen be
handelen van aardige constructie. Het spel
dat tot den slag leidt is onregelmatig. In 't
algemeen wordt bij den aanvang der partij
niet zoo gespeeld, doch de slag is zeer
leerzaam en gelijk wij meermalen betoogden
men moet deze slagen kennen, om ze te
kunnen toepassen. Wij spelen als volgt:
Wit Zwart
1.
2.
3.
4.
5.
6.
34-30
30:19
31-27
33-28
36-31
39-34
19-24
13:24
18-23
14-19
12-18
20-25
Op 7 of 8-12 volgt:
Wit 28-22 34-29 38 : 29 32 : 25
Zwart 17:28 24:33 23 : 34'""
7. 44-39 7-12
8. 50-44 1-7?
Nu is de slag mogelijk.
Q. 27-22 18:36
10. 34-30 25:34
11. 40:18 12:23
12. 37-31 36:27
ZWART
WIT
13 32: l 23:32
14.' 38:27 Aardige slagzet.
De volgende slag is heel eenvoudig doch
kan vaak voorkomen in de partij.
Wit Zwart
1. 33-28 18-23
2. 34-29 23:34
3. 39:30 20-24
4. 44-39 15:20
Deze zet is niet aan te bevelen.
5. 39-33 10-15
6. 31-27 17-21
7. 43-39 12-18?
Wit wint nu een schijf.
ZWART
t
1 *t
WIT
8. 27-22
9. 28-23
10. 30:10
11. 33:31
Eenvoudig; toch is
dien slag te kennen.
18:27
19:28
5:14
het een vereischte