De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1913 2 november pagina 6

2 november 1913 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 2 Nov. '13. No. 1897 Fig. 1. 'sLands wijs, 'slands eer. Bedienden in Engelsch-Indië, trotsch op hun hemden en daarom onder het vest een flink stuk van toonend De misvorming van het menschelijk lichaam ter wille van de mode en uit sleur De verbetering der vrouwenkleeding is eene der voorwaarden voor de vrij making der vrouw, want de slavin der mode is voor de wedergeboorte der menschheid onbruikbaar." LAHMANN Er bestaat een uitstekend middel om op sommige vraagstukken een ruimer blik te krijgen, dat is: een stap terug te doen, een wijderen blik te slaan op andere volkeren of andere tijden, en zoo, _door vergelijking, den gezichtskring te verruimen en het inzicht vrij te maken van die be krompenheid, die de tijde lijke sleur in eigen land en tijd voor een onverbreekbare wereld orde houdt. Deze me thode van ver gelijking blijkt ook bij het vraagstuk van de fichaamsmisvorming ter wille van de mode zeer nuttig, want daardoor zien wij dat de mis vormingen, die de blanke vrouwen haar lichaam doen ondergaan, op n lijn te stellen zijn met de lichaamsmisvormingen, die wij bij z.g. barbaarsche" volkeren aantreffen. Zelfs blijkt het, dat de lichaamsmis vorming der blanke vrouwen het ergst van alle is, wat betreft het nadeel dat aan inwendige organen en aan de ge zondheid wordt toegebracht. En verder wordt ons bij deze vergelijking nog iets duidelijk: het verbazingwekkende, het bedroevende, het ergerlijke feit, dat wij zoozeer aan het zien dezer misvormde vrouwen gewend zijn geraakt, dat wij dez.e karikatuur van het vrouwelijke Fig. 2. Tatoeage bij een meisje van Nieuw-Guinea. De V-vormige strepen wor den aangebracht als het meisje op huwbaren leef tijd komt (Customs of the World) Fig. 3. Litteekenversiering bij een vrouw van den Larrakia stam. Deze rugver siering toont aan, dat de vrouw weduwe is (Women of all nations) Fig. 4. De pepele- of lipschijf, die door vrouwen van ver schillende stammen wordt gedragen (Customs of the World) Fig. 5. In het Putumayo-gebied. Insnoeringen aan de beenen, door metalen ringen veroorzaakt ((London News) lichaam langzamerhand als het normale zijn gaan beschouwen. Hoe ongelooflijk het moge klinken, het blijkt dat zelfs zeer vele beschaafde menschen een ge heel verkeerde voorstelling hebben van den natuurlijken vrouwelijken lichaams vorm, en ten zeerste verbaasd zijn als zij bij gelegenheid hun dwaling bespeuren. Dat de begrippen, omtrent hetgeen mooi of fatsoenlijk staat, op verschillende punten van den aardbol zeer varieeren, is bekend. Onlangs zag ik daarvan nog een eigenaardig staaltje. Terwijl bij ons iemand zich geneert, als de onderste helft van zijn hemd uit zijn kleeding hangt, schrijft mij iemand die in Tfiibet rondreist, dat haar bedienden, en* vele Hindoes, die een gedeeltelijk europeesche kleeding dragen, hierop zoo trotsch zijn, dat zij hun hemd over hun broek heen laten hangen! Ik reproduceer ziefig. l de foto, die zij mij tot staving van haar woorden zendt. Het wordt ons vreemd te moede, wanneer wij zien op welke zonderlinge manieren de vrouwen van allerlei landaard haar lichaam trachten te ver fraaien. Het tatoeëeren, bij vele volken in zwang, is nog een der onschuldigste verfraaiingen. Door prikken wordt indigo of een andere kleurstof onder de opperhuid gebracht, en worden meer of minder fraaie figuren op het lichaam geteekend. (Fig. 2. Let op de zijdelingsche begrenzing van den romp. De sterke insnoering der corsetfiguren ontbreekt en de schoone liahaamslijn is bij deze onbeschaafde vrouw bewaard.) Bij talrijke stammen in Australië en Afrika bestaat de gewoonte het lichaam te versieren met litteekens. Met behulp van een stomp instrument worden korte en ook lange verwondingen gemaakt, die men zoo laat genezen, dat er harde dikke strengen van litteekenweefsel overblijven. Deze litteekens worden meestal in rijen op het lichaam aange bracht. Bij sommige stammen (o. a. aan den Boven-Congo) overdekt men het geheele gelaat met kleine litteekens, die i»gebogen lijnen rondom de oogen en den mond worden gerangschikt. Worden dan bovendien van de tanden er om de andere een uitgetrokken, en de overblij vende puntig afgevijld, dan ontstaat een tronie, die, als zij grijnslacht, goed is om de kinderen naar bed te jagen. Som mige negerinnen in den Congo dragen bovendien om den hals een zwaren koperen ring, die dikwijls 30 pond of meer weegt! De litteekenversiering dient ook wel om de aandacht op den weduwstaat der draagster te vestigen. (Zie de lustige Witwe" fig. 3). Het dragen van ringen in de ooren is ten onzent gelukkig veel minder in zwang dan vroeger, gelukkig, omdat zeer dikwijls de zonder voorzorgen gemaakte wond in het oorlelletje tot langdurige infecties leidde. Bij sommige volken wordt een zoodanig gewicht aan ringen aan de oorschelp gehangen, dat deze langzamer hand uitrekt of uitscheurt, soms zóver, dat het oorlel op de borst komt te hangen. De zeer verspreide gewoonte van het dragen van een pen door den neus is bekend. Minder bekend is de pelele of Fig. 6. Padaung-vrouwen (Burmah), wier nek door een hoogen boord van 20 tot 30 metalen ringen wordt uitgerekt (Webb. The heritage of dress) Fig. 7. De leliënvoetjes" der Chineesche dames. De voetmisvorming begint op het 4e jaar. De schoen wordt alleen aan den grooten teen gedragen (Women of all Nations) Fig. 8. Een dames- Fig. 9. De onmisschoen, zooals men ze vormde voet, en overal geadverteerd de misvormde ziet en die eigenlijk voet, die Eurovan de Chineesche niet peanen meestal veel verschilt hebben Fig. 10. De wieg der PlathoofdIndianen, waardoor het voorhoofd van het kind eiken dag mér wordt platgedrukt lipschijf. In n of in beide lippen wordt op jeugdigen leeftijd een dun houten pennetje gestoken. Dit wordt telkens door een dikker houtje vervangen, zoodat ten laatste een groote houten schijf of ring in de lip een plaats vindt (fig. 4). Bij sommige stammen zit alleen in de onderlip een groote ring; bij het lachen wordt de onderlip met den ring zooFig. 11." Nog dwazer zijn sommige modernelcorsetten, die ten doel hebben het vrouwelijk bekken gewelddadig in zijn groei te belemmeren en te vervormen danig omhooggeklapt, dat de neus daardoorheen steekt, hetgeen een onbe schrijfelijk liefelijk schouwspel moet opleveren. Veel komt ook voor, dat de vrouwen (soms ook de mannen) om armen of beenen nauwsluitende metalen ringen of gewonden metaaldraad dragen, waar door dikwijls sterk misvormende insnoeringen ontstaan (fig. 5. Uit het Putumayogebied, bekend door de gruwelen, door de rubber-ondernemingen gepleegd). Als een meisje een zekeren leeftijd heeft bereikt, worden met eenige plechtigheid de ringen aangelegd. Bij het plaatje van de Putumayovrouw dient opgemerkt, dat deze vrouw natuurlijk elke vrouw, die geen insnoeringen in haar beenen heeft, belachelijk vindt. Zij vindt deze taille'' in haar beenen even gewoon als de blanke vrouw de taille" in haar middel, die er evenmin in hoort, maar alleen door de insnoering van het corset ontstaat. (Al kan er nog een hand tusschen", toch snoert het!) Een der gekste gewoonten is die van de Padaung-vrouwen (in Burmah), die een hoogen kraag van metalen ringen dragen, waardoor hun hals op de zonderlingste wijze wordt uitgerekt (fig. 6). Bij de Chineesche vrouwen (althans bij een groot deel der bevolking) wor den de voeten systematisch vermi/fkt. Van het 4e tot het 6e jaar toe worden de teenen (behalve de groote teen) met kracht zoover mogelijk onder den voet gebogen, waarna men den voet zwachtelt. Eiken dag wordt de zwachtel losgemaakt, de voet gemasseerd, de vier teenen iets verder onder de voetzool gebogen, en de voet weer stijf gezwachteld. Na eenigen tijd begint de tweede helft der verminking. Midden onder den voet wordt in dwarsche richting een koperen cylinder gelegd, de voet daaroverheen krachtig in voor-achterwaartsche richting samengevouwen, en weer zoo gezwachteld. (Iets eigenaardigs hierbij is, dat het zien van de kleine misvormde voetjes prikkelend op de verbeelding der Chineezen werkt, en dat afbeeldingen van een vrouw, die. haar voeten zwachtelt, in China als prikkel-prenten worden verkocht, zooals bij ons afbeeldingen van een vrouw in zekere stadiën van haar toilet). Na een jarenlange bewerking zijn de leliën voetjes" (fig. 7) gereed; een klein schoentje wordt aan den grooten teen gedragen, en de nog steeds gezwachtelde voet steunt op een hoog houten blokje. De Westerlingen vinden dit nu wel afschuwelijk en barbaarsch, maar eigenlijk zijn zij zelf niet veel verstandiger. Vele dames wringen haar voeten in schoeisel van zonderlingen vorm (fig. 8), lijden daardoor bij het loopen veel pijn, en bovendien lijken haar voeten (door de lange punt) veel grooter dan in een ruimen maar korten schoen. Is het niet teekenend, dat in onzen tijd, waarin iedereen het heeft over hygiëne, er nog tal van schoenwinkels zijn, waarin niet n schoen te vinden is, die behoorlijk om een onmisvormden voet past? (zie fig. 9). Gelukkig wordt het den laatsten tijd wat beter, er worden eindelijk schoe nen van een vrij goed model gemaakt, en ook dames kunnen zoowaar schoenen krijgen, waarin al heur teenen een plaats vinden zonder dat deze o ver elkaar geperst worden. Zou het werkelijk nog eens zoover komen, dat de meeste vrouwen gingen inzien, dat een onmisvormde menschenvoet mooier is dan een ver wrongen vleeschklompje met krom en scheefgeperste teenen, vol eeltknobbels en eksteroogen ? Wie weet! In dat geval zal een nobel beroep verdwijnen: de likdoornsnijders zullen door gebrek aan werk een ander vak moeten kiezen. De mode, die zich over 't algemeen niet veel aan de hygiëne stoort, gaat voort met, als een half-toerekenbare of heelemaal krankzinnige, maar machtige vorstin, haar zotte bevelen uit te vaar digen. En de massa gehoorzaamt de suggesties van het gevaarlijke personage. Jarenlang hebben de blanke vrouwen (haast schreef ik: blanke slavinnen, want zijn zij niet haast allen slavinnen van de mode?) het middengedeelte van haar romp, dat zich bij de ademhaling flink moet kunnen uitzetten, zoo sterk mogelijk samengesnoerd door middel van het corset. Daardoor werd het schoone vrouwen lichaam zooveel mogelijk in een belachelijken zandloppervorm gebracht. De vrije borst- en buikademhaling, die de vrouw evenzeer behoort te hebben als de man (zooals men kan zien bij corsetlooze volken, en ook hier bij vrouwen die een hygiënische kleeding dragen), werd be lemmerd, en de buik- en rugspieren werden slap doordat zij niet meer werden gebruikt, en het stijve pantser hun werk overbodig of onmogelijk maakte. Om van de andere schadelijkheden van het corset uit den tijd der wespentailles te zwijgen! De laatste jaren is de corset-waanzin in een ander stadium overgeslagen. Thans moet de bekkenstreek het ontgelden! Was het eerst het ideaal, onder het tot het uiterste misvormde versnoerde middenstukje als tegenstelling de breede heupen en bekkenstreek te toonen, thans is slankheid het wachtwoord. Het corset omvangt het bekken in zijn greep en wordt verlengd tot aan de knieën, en van extra banden voorzien, om de heupstreek te mouleeren. Weet ge wat dat zeggen wil?! Een ruim bekken is immers voor de vrouw juist gunstig, met het oog op de gemakkelijker bevalling!... Maar ik zou u plaatjes van vreemde volkeren laten zien. Ziehier de wieg der Plathoofd-Indianen (fig. 10), waarin het hoofdje van den zuigeling door een steeds vaster aangehaald plankje wordt ver vormd. Deze wieg wordt nog overtroffen door het corset met den reducing-band (fig. 11), waarmee men een ernstige en krachtige poging kan doen bij aankomende meisjes den groei van het bekken te belemmeren, ter wille van de zoo vurig begeerde slankheid. In de aanprijzing van dergelijke corsetten leest men: mouleert (d. w. z. vervormt) de heupen, zonder druk uit te oefenen." (Dat is alsof men zei: hij was stomdronken, doch in 't minst niet beneveld). Wordt het niet mér dan tijd, dat de verkoop en het adverteeren van zulke schadelij'ke arti kelen, als een gevaar voor de volksge zondheid, wordt verboden? Zelfs in het bad, waar, zooals men zou meenen, zelfs de corset-dragende vrouw haar versnoerden romp wel eens gaarne vrij zou willen bewegen, kan zij door een roestvrij harnas haar slankheid be waren (fig. 13)! Nog een laatste vergelijking: fig. 12a, een monster van slankheid, het ideaal van den wansmaak van dit oogenblik; fig. 12ö, ongesnoerde schoonheid die blijft, in alle tijden. Op aesthetische gronden kan men het hedendaagsche -corset niet verdedigen (zie toch die vreemde corsetvormen in a. b. Fig. 12. a. Het schoonheidsideaal van den corsettenfabrikant (Anno 1913) b. Een bronzen beeldje van een kun stenaar uit de 5e eeuw v. Christus Fig. 13. Een niet-roestend bad-corset. (Adv.) de winkels, moet daar een menschenlijf in passen?) Hygiënisch is het corset in geenen deele, noodzakelijk is het ook niet: evenmin als een man een corset noodig heeft, behoeft een gezonde vrouw een corset te dragen. De hedendaagsche ver beterde vrouwenkleeding maakt het ieder meisje en iedere vrouw bovendien moge lijk, zich naar eigen keuze en smaak gemakkelijk en gezond te kleeden, zonder corset. Reformkleeding beteekent tegen woordig niet meer: wijde soepjurk, of hobbezak. Reformkleeding beteekent tegenwoordig: niet n model, maar ontelbare modellen van kleeding, wijde en sluitende, feesttoiletten en werkjaponnen, bontgekleurde en stemmige, grillige en gewone, zelfs een grooter keuze en smaakvoller kleedij dan de Fransche modejournalen vertoonen, maar in elk geval: een gezonde kleeding, zonder corset. Holland stoft dit jaar zoo op zijn onafhankelijkheid. Het zou nu wel aardig zijn, als in dit jaar alle Hollandscne vrouwen de slavernij van het corset niet langer wilden dragen l * De bevrijding uit de Fransche overheersching? Die zal pas komen als wij niet meer ieder jaar slaafsch naapen wat uit Frankrijk tot ons komt. De Vrouw 1813?1913? Weer honderd jaar heeft de vrouw het knellende keurs lijf gedragen; zoo zij het eindelijk afwerpt, zal het vooral te danken zijn aan die vrouwen, die gestadig en onvermoeid de nieuwe denkbeelden omtrent gezonde kleeding hebben verspreid. De aanhouder wint. Vele moeders komen al vragen: hoe moet ik mijn dochtertje nu kleeden ... want ik wil haar geen corset laten dragen." Langs de oude straten en grachten een nieuwe bekoring, jonge meisjes en vrouwen aardig gekleed, maar van het corset bevrijd, met bewegelijk lichaam en veerkrachtigen gang. JOHAN ST3RCKE * * * Tentoonstellingen Emile Gastemans, de jonge belgische schilder" exposeert in den kunsthandel Kever, N. Doelenstraat. Een landgenoot, de schrijver Lodewijk Baekelmans beveelt ons zijn werk dringend aan met de bekentenis, dat hij voor dezen hél enkelen keer zijn weerzin van de literaire liefhebberij om over schilders, beeldhouwers en muzikanten te schrijven," eens overwonnen heeft. Het komt me voor, dat hij zich nu ook bezondigt aan het spel van woorden, waarmee hij zoo menig literator in stilte natuurlijk" zegt hij (maar hij schrijft het toch maar) zijn onbe voegdheid verwijt. Hij wil trouwens geen beschouwingen over het werk als schilderwerk" geven. Toch moet het juist als zoodanig beoor deeld worden, want de schilderkunstige pretentie is er lang niet gering. Het geliefkoosde onderwerp van dezen jongen Belgischen schilder is het Antwerpsche volksleven; de afwisseling van arbeid aan de dokken, en de jool in de danshuizen van het proletariaat, 't Zijn motieven, die hem 't allermeest interesseerden voor zijn schilderbedrijf, het moderne paletmes-schilderbedrijf, veel veel verder niet. Want van een eigenen kijk op die ruige realiteit, van eenig diep doorwoelen dier ongefatsoeneerde, maar bruischende levensuitingen, is er in zijn werk geen spoor. Hij vertelt er ons van wat we uit zooveel ander schilder-, teeken en illustratiewerk al wel droomen kunnen, op zijn Vlaamsch in den minder gunstigen zin, met schor-luidruchtige stem en wilde gesticulatie. Het schilderwerk is grof en groeselig. Op de academie behoorde hij misschien niet tot de onbekwaamsten, maar dan heeft toch zeker al te ontijdig zijne (voorgewende) persoonlijkheid zich uit het ingespannen studiewerk losgebroken in een verslordigde en vergrofde schilderpraktijk. Dat er nu niets te apprecieeren valt, zal ik niet beweren. Buiten die brallende groote lappen, zijn er onder het klein-goed op deze tentoonstelling, zeker eenige studietjes aan teiwijzen met wel niet zeer belangrijke.dan toch waardeerbare kleurkwaliteiten. Vooral in enkele.waar een witte boot het motief is,vindt hij

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl