De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 22 februari pagina 10

22 februari 1914 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 22 Febr. '14. No. 1913 5 pCt. Pandbrieven Hypotheekbank v. Amerika De houders hebben telkens na 10 jaren het recht aflossing a pari te eischen en zgn zoodoende tegen hapltaalverlles door koersdaling gevrijwaard. PROSPECTUS OP AANVRAAG TE VERKRIJGEN. De Pandbrieven, groot ?1000. , ?500. en ?100. zijn tegen den koen van 1OO procent verkrijgbaar door tussohenkomst van eiken Commissionair in Effecten. Anna Paulownastraat 97. De Directie: H. R. ORATAMA Jzn. HOLLUD-CAUDA HTPOTHEEKBÜE 's-GBAVENHAÖE, Noordeinde. Directeuren: Mr. J. D. P. TEN BOSCH te 's Gravenhage en J. G. COSTER te Winnipeg (Canada). De BANK geeft 5%> PANDBHIEVEtf uit in stukken van ? 1OOO?, ? 5OO.- en ? 1OO.tegen den koers van 1OOV»% te 's-GRAVENHAGE bij de Heeren TELDERS <S Co. en ten Kantore der Bank; te AMSTERDAM bij de Heeren KERKHOVEN & Co.; te ROTTERDAM bij MARX & Co's BANK. iiiiiinilil iiiiiiiiiiiiiiiiirimiiiiiiiiiiiiiiimii immuun minimum nul iiiiiiiiiiirtiiimniiiiiniiiiiiininiiiiiiiimniniiimniiiiiiiiiiiiniiiii iiiiiiiimniniiimninnitiii het noodgedrongen, is misschien tevens een ; voorkomen van ernstiger moeilijkheden en zou zoodoende toe te juichen zijn. Ter beurze viel deze week weinig voor, dat bijzondere bespreking noodzakelijk maakt. De New-Yorksche markt blijft een vasten grondtoon houden, doch het blijkt tevens uit de verschillende, elkander weersprekende berichten, van hoeveel belang een verhoo ging der tarieven bij de oostelijke spoor wegen in de Unie wordt beschouwd. Immers had het bericht, dat de uitspraak der tusschenstaatsche commissie tot Septem ber zou worden verschoven een deprimeerenden invloed en daartegenover deed een loos gerucht, dat Wilson . veel voor die tariefverhooging zou gevoelen, de markt weer in eene betere stemming omslaan. Ten slotte echter hadden vooral de industrieele waarden eene ferme houding, waartegen deze echter niet boven de koersen van voor acht dagen uitkwamen. De Denver & Rio shares hebben zich toch nog 'bij lange na niet van hunnen koersval kunnen herstellen; ze blijven nl. nog circa 3l/s pCt. beneden het cijfer van voor die plotselinge daling. Ongetwijfeld was deze in hoofdzaak ge provoceerd door den even plotselingen koersval in de Marine-shares, doch door een dergelijk verschijnsel konden toch slechts de intrinsiek zwakke waarden worden ge troffen. En inderdaad zijn dat de Denver's; erger nog, het zijn feitelijk evenzeer non-valeurs, doch daar komt bij, dat het Denver & Rio Grande systeem zelve zwak staat, in hoofd zaak tengevolge van den aanleg der Western Pacific Cy, welke als een veel te zware last op de schouderen der D. & R. Gr. rust. Vandaar dat reeds in 1911 het dividend op de pref. aandeelen moest worden inge houden. Het boekjaar 1912/3 bv. had een batig saldo van $ l Va millioen, welke som echter geheel benoodigd was om het tekort der Western Pacific te dekken en in het eerste halfjaar 1913/4 blijven de bedrijfsuitkomsten van de D. & R. Gr. ca. $ 650.000 bij die van de overeenkomstige periode 1912/3 ten achter, terwijl Januari en Februari verder ongunstige cijfers aantoonen. Onmogelijk zou het derhalve niet zijn, dat de lijn met een tekort afsloot, tenzij de laatste vier maanden nog eene belangrijke verbetering mochten brengen. Waar echter weer tegenover staat, dat de vaste lasten zijn toegenomen. In de locale markt waren de koersvariaties meerendeels vrij onbeduidend. Rubber-aandeelen moest een deel van het behaalde koersavans prijs geven; de boom" schijnt aan 't ebben te zijn. Aanvang Maart heeft wederom een rubberinschrijving plaats en de op die veiling be stede cijfers zullen allicht van eenigen in vloed op de koersen der aandeelen zijn. Ofschoon dient opgemerkt, dat te dezer zake veel'meer aandacht wordt geschonken aan de Londensche markt voor rubber waarden dan aan de voox het artikel be dongen prijzen. 'Van Petroleum-aandeelen hadden Gecon solideerde een vaste tendenz; aand. Perlak stegen tot over de 74 pCt. op het gerucht, dat hierop 5Va pCt. dividend zal worden uitgekeerd. Nu is dit niets nieuws, want de royalty-cijfers zijn sedert aanvang Januari reeds bekend en daaruit is precies af te leiden, hoeveel dividend zal kunnen worden betaald. Evenwel, in verband met de weinig roos kleurige vooruitzichten dezer onderneming de olieproductie neemt voortdurend af en nieuwe aanboringen leveren een negatief resultaat op is onlangs van antagonis tische zijde de idee gesuggereerd, dat geen dividend zou kunnen worden uitgekeerd, doch de winst feitelijk voor afschrijvingen zou moeten worden aangewend. Dit nu is onjuist, want evenmin als bij de Tarakan, heeft bij de Perlak ooit eenige afschrijving plaats gehad; het is hier eene kwestie van systeem, dat op zichzelve kan aangevochten worden, doch waarin thans geen de minste aanleiding bestaat om ver andering aan te brengen, wijl de Perlak Petroleum-Mij. haren bonafide-aandeelhouders reeds meer dan hun kapitaal heeft terugbetaald en bovendien elke aandeel houder wist of kon weten, dat waar de Mij. geen afschrijvingen voornam, hij zulks zelve op de ontvangen dividenden moest doen. Onzes inziens is er dan ook geene sprake van niet-uitkeering der winst en dit wordt ook officieel volstrekt niet ontkend, al wordt toegegeven, dat dienaangaande nog niets werd beslist. Nu de Koninklijke een interim-dividend van 15 pCt. heeft uitgekeerd, betaalt de Sumatra Palembang 5s/io pCt. of ?29 op rekening. Tabakswaarden verdeeld, doch over 't geheel genomen flink prijshoudend. Van Cultuur-waarden werden Int. Cred. & Hdvg. Rotterdam lager, af gfidSanvop de aankondiging eener nteuvf* %ittgifte van ?1.250.000 aandeelen a 160 pCt. met recht van voorkeur voor de oude aandeelhouders in verhouding van 6:1. 20 Febr. v. D. M. Puzzle DRIEHOEK-PUZZLE Dit is weer eens een luciferskunstje, waar van wij hoop hebben dat de oplossing niet al te zeer voor de hand ligt.JMet drie lucifers kan men n gelijkzijdigen driehoek vormen, doch onze opgave is ditmaal om zes lucifers zoodanig te plaatsen, dat er vier gelijk zijdige driehoeken ontstaan. Oplossingen met opgave' van benoodigden tijd, toegelicht met een schetsteekeningetje, worden gaarne ingewacht. Oplossing in het volgend nummer. M. J. pi a Red. Weekblad De Amsterdammer, Keizersgracht 333. * * * De agrariese kwestie Grond aan Landarbeiders O II Door de intensieve bebouwing van de grond, en de noeste vlijt van de kleine landgebruikers, zijn de resultaten van het kleinbedrijf veelal gunstiger dan van het groeibedrijf. Hoe de resultaten van grootbedrijf zouden zijn bij flinke exploitatie en verstandig beheer, is niet met zekerheid te zeggen. Maar ongetwijfeld zouden ook hier de voordelen van ruim bedrijfskapietaal en van ver-doorgevoerde arbeidsverdeling niet uit kunnen blijven. Het lijkt me echter onvruchtbaar op deze hypothese verder in te gaan, en ik zal dus maar weer tot de werkelikheid terugkeren. In ons land is een grote groep van de kleine grondgebruikers, tuinbouwers; naast de tuinbouwers staat nog de groep van de eigelike landbouwers, en daarnaast vinden we die grondgebruikers, die de opbrengst van hun lap grond als aanvulling op het arbeidsloon gebruiken. Juist die laatste groep zou door verwezènliking van de wet-Talma uitgebreid worden. Een dergelijke vorm van grondgebruik brengt echter een reeks van nadelen met zich mee, vooral waar het grondgebruikers geldt, die hun loonarbeid in de landbouw verrichten. Voor hen doet zich ten zeerste het bezwaar van seizoenarbeid gevoelen. Als het zaaitijd is op eigen grond, is het ook zaaitijd bij de boer, en in die drukke tijden moet er overmatig lang gewerkt worden, wil het lapje grond iets opleveren. Ten tweede: de gezinsarbeid, dus vrouwen en kinderarbeid. Dit geldt voor kleinland bouwbedrijf in 't algemeen, maar nog in 't biezonder voor die bedrijven waar het ge zinshoofd loonarbeid voor de hoofdver dienste' verricht. Tegelijk met de vermeerdering van het aantal kleine bedrijven, werd in het tijdperk, liggende tussen de beroepstellingen van 1899 en 1909 voor. de landbouw een sterke toename van vrouwenarbeid gekonstateerd. Het aantal vrouwen, arbeidend in de land bouw, was per 100 mannen in: 1889 17 1899 17 1909 25. Van 100 vrouwen waren: Jaartal 1889 1909 Onge huwd 64 51 Gehuwd 15 34 Weduwe of gescheiden 21 15 Een stijging dus tevens van de arbeid van de gehuwde vrouw. ? * * Ondanks deze nadelen, en dit zei ik reeds in de inleiding, beschouwen de landarbeiders het gebruik van een stukje grond, als iets begeerliks. Het versterkt vooral hun pozitie bij werkeloosheid; in de slechte tijden waren zij, die 'n klein stukje land bebouwden, er altijd nog iets beter aan toe, dan de land arbeiders zonder enig bezit. Het is'althans een feit dat 'n groot aantal landarbeiders wat grond in gebruik heeft. Grootte klasse Hectaren 0.05-0.15 0.15?0.25 0.25-0.50 0.50-1 1?2 2?3 3-5 Totaal Aantal Landar beiders 16094 10018 16425 19487 15386 5767 2907 86084 pCt. van het totaal 18.7 11.6 19.1 22.6 17.9 6.7 3.4 100.2) err.J. ' c Je!« c-o Min Een gedeelte van deze landarbeiders heeft het stuk grond in eigendom, de rest heeft het in pacht. Daar het de bedoeling van de wetgever is, dat een groot aantal van de landarbeiders aan wie grond zal worden uitgegeven, na verloop van jaren de grond in eigendom zal verkrijgen, zal de groep eigenaars dus een flinke uitbreiding verkrij gen. Het lijkt mij daarom wel interessant te dien opzichte de bedrijfsontwikkeling in ons land na te gaan. Een reeks van historiese cijfers toont ver meerdering van het pachtwezen aan; alleen bij bedrijven van 100 H.A. viel na 1904 een toename van eigen exploitatie waar te nemen. 3) Grootte klasse 1-5 H. A. 5-10 10-20 10-50 50?100 100 H.A. en meer Gemiddeld Percentage v/d bedrijven van minstens 1 H.A. geëxploiteerd door eigenaars 1888 59.2 61.7 59.9 51.8 44.7 58.1 58.5 1898 57.1 60.5 58.3 49.1 42.3 52.8 56.6 1904 54.3 58.5 56.7 46.9 40.8 52.5 54.4 1910 50.4 55.7 52.4 43.9 37.4 63.4 50.8 Bij de 86084 landarbeiders, die grondge bruik hebben, is de verhouding als volgt: Grootte klasse Hectaren 0.05?0.15 0.15?0.25 0.25-0.50 0.50?1 1?2 2?3 3-5 Totaal Eigenaars 2238 1754 4318 7328 6587 2751 1354 26330 Pachters 13856 8264 12107 12159 8799 3016 1553 59754 Eigenaars in pCt. 13.91 17.51 26.29 37.60 42.81 47.70 46.58 Gem. 30.59 Het gemiddelde percentage eigenaars is 30.59; overheersend is er dus pacht. Het cijfer is daarbij nog sterk naar boven toe beïnvloed door de beide laatste kategoriën, die nauweliks meer als loonarbeiders of als heel kleine grondbezitters beschouwd moeten worden, en die waarschijnlik grotere wel vaart hebben. Het is niet te verwonderen, dat de pacht zo overheerst, waar het kleine lappen be treft; de boeren die maar klein grond bezit hebben, zijn merendeels toch niet kapietaalkrachtig genoeg, om hun eigendom onbelast te kunnen laten, en de lasten en kosten van het hypothekaire krediet is waar het kleine stukken grond geldt naar ver houding zeer zwaar. Daarbij wordt vaak boven de geoorloofde grens verhypothekeerd, en dat betekent voor de bezitters een zorgelike toestand. Voor de meesten is pacht, een jaarliks te betalen huursom, verreweg te verkiezen, en die gebruiksvorm zou nog rationeler zijn, als de pachtsommen minder hoog waren. De pachtsom op matig peil te houden, is dus een dringend vereiste, en hierin is dan ook m.i. het zwaartepunt van de overheids zorg gelegen. De vraag naar kleine percelen grond in pacht is groter dan het aanbod; op de publieke veiling drijven de vaak al te begerige landarbeiders de pacht zelf omhoog. Door in de vraag naar land te voorzien, door ruime uitgifte van grond van staats wege of door de gemeenten, zal de pacht prijs vanzelf genormalizeerd worden. * * Hier is dus achtereenvolgens door cijfers aangetoond, dat het aantal kleine bedrijven is toegenomen, en ten tweede, dat de pacht vorm zich ten koste van de eigendomsvorm heeft uitgebreid. De vermeerdering van kleine bedrijven, als gevolg van de uitgifte van nieuwe per celen grond voor landarbeiders, behoeft op grond van de statistiek volstrekt niet tegen gegaan. Doch op bazis weer van het boven staande, moet als gebruiksvorm slechts de pacht gekozen worden. Er zit namelik voor de landarbeiders, om wier lotsverbetering het hier toch gaat, aan de eigendomsvorm nog een belangrijk nadeel vast. Voor hen is hetgeen de grond op brengt, slechts een verdienste naast het loon. Het is voor hen dus van belang, dat ze niet de stabiele boerenbevolking worden, waarop in de Memorie van Toelichting gehoopt wordt. Ze moeten zo nodig kunnen trek ken daarheen, waar een goed arbeidsloon betaald wordt; ze kunnen en mogen niet aangewezen zijn op een paar werkgevers in de buurt van hun eigen erf. In dat geval zou 't zelfs denkbaar zijn, dat hun arbeids loon langzamerhand zou verminderen met de opbrengst van hun eigen grond, om tot normaal landarbeidersinkomen terug te keren. Hierdoor wordt het ingrijpen van staats wege op de landbouw niet onbelangrijk beperkt. Het wordt teruggebracht tot het voorzien in de dringende behoefte aan grond in pacht, en verlaat daardoor het terrein van z.g. Innere Kolonisation, die in Duits land op grote schaal geschiedt. De zorg voor grotere welvaart wordt daardoor op de schouders van de arbeiders zelf gelegd. En dat ze meer en meer begrij pen, hoe ze ekonomies sterker komen te staan is gebleken uit de groei van de vakorganizatie de moderne landarbeidersbond die in 1910 nog maar 857, in 1912 INTERNATiONALE APELDOORN [-PAND-] O BRIEVEN iiimiiiiiiimiiiiHHiiiiiiiriiiiiiiiiiimiiiiiinmHHiiiiiiiiiiiiiiiiimiMHiMHmm^ 2130 en op 26 Dec. 1913 ± 4800 leden telde. Op het jaarliks kongres van die bond kwam het wetsontwerp Talma in behande ling, en ook daar kwam men tot de konklusie, dat slechts ruimere uitgifte van grond tegen pacht wenselik was, een uitspraak, die dus volkomen in overeenstemming met mijn vorige beschouwingen is. ALICE WOLFF-GERZON 1) In de laatste tabel der tweede kolom van mijn artikel in het vorige nummer, moe ten de cijfers voor 1904 procent bebouwde oppervlakte" worden: 13.09, 14.17, 23.49, 37.15, 10.56, 1.54, terwijl in de eerste cijferreeks dezer tabel 1.69 in plaats van 1.59 moet staan. 2) Ontleend aan het Verslag v/d Direktie v. d. Landbouw, waar terecht betwijfeld wordt, of de beide laatste groepen, wel gerekend mogen worden, tot de groep grondgebruikers, hun hoofdverdiensten in loonarbeid vindend. 3) Versl. en Meded. v. d. Dir. v. d. Land bouw 1912. ? * * Drie millioen Millioennairs De oplossing van het maatschappelijke vraagstuk in Nederland is gevonden en 't is nu maar 't beste er zoo spoedig mogelijk gebruik van te maken. Over vijftig jaar is 't misschien te laat. Hebt u wel 's iemand ontmoet, bijvoor beeld in 't Haagsche bosch, die met tranen in de blauwe oogen naar u toekwam en u niet vroeg: Hebt u mijn manchetknoop soms gevonden?" maar zei: Nee, nee, nim mer wil ik een millioen guldens bezitten!" Vraag eens hoofd voor hoofd aan alle leden en bestuurders van de S. D. A. P.: Kanik u misschien van dienst zijn met duizend roode ruggetjes ?" en teeken hunne antwoor den eens op, u zult dan lezen dat zij er allen vór zijn en ze hebben gelijk. Wij ook. Welnu 't is mogelijk. Binnen tien jaar kun nen alle mannelijke Nederlanders millioenair zijn en krijgen alle twijfelaars en moedeloözen hun zin. Allen die lachen om ons leger en onze vloot, zullen dan geen last meer hebben van zenuwprikkeling en belas ting omdat er dan geen vloot en leger meer behoeven te bestaan; we zijn geen Oranjes, de Ruyters, Vondels, v. Kampens, Boerhaves, de Groots, Huygensen. Rembrandts en Erasmussen meer. We zijn patroons, boek houders, ertswerkers, enz. enz. Weg met deze maatschappij! Weg met Holland! Weg er mee wat rot is en geen reden van bestaan heeft! Opruimen de boel! We kunnen ons Land niet verdedigen tegen de Duitschers, Franschen en Engelschen. We kunnen de Chineezen en Japaneezen niet buiten onze Koloniën houden. Schrijven de'Duitschers niet dat onze taal plat-Duitsch is en ons volk een deel van 't hunne is? Uitverkoop houden, dat is 't afdoende middel. Neem de gelegenheid waar, laat de kans niet voorbij gaan. Leef als je 't leven hebt. Doode Nederlanders eten niet meer. Als de vuurwolken van de Zon door botsingen met hemellichamen scheuren zijn we naar de maan. Geen licht geen leven. Geen zon, geen Pyramiden, Nachtwachts, Auto's, Wilhelms en Bioscopen meer. Geniet van 't oogenblik of geniet er niet van, maar laat 'n ander 't doen als hij er trek in heeft. Die geen millioenairs willen worden zullen we niet lastig vallen met villa's, renpaarden en caviaar. Gaarne staan we ze een plaatsje af als armoedzaaiers en willen we ze als verstrooing-aanbrengers dulden in onze nieuwe maatschappij van millioenairs. Lang genoeg hebben we. geploegd, gevischt, gecijferd, gebikt, gelost, geladen, ge sponnen, getimmerd en gepoetst. Lang ge noeg hebben we aardappelen met azijn genuttigd en grootboeken volgeschreven. En nu de oplossing, mijne heeren: Aangenomen dat er zeven millioen Nederlandsche belanghebbenden zijn. Daar gaan af de vrouwen, de millioenairs, de gekken en ontoerekenbaren, samen dus vier millioen zielen (zoogenaamd want vrouwen en gekken hebben geen zielen volgens Prof. Primmer). We moeten dus aan drie millioen millioen zien te komen. Drie duizend milliard. Zeer eenvoudig. We verkoopen aan Duitschland de Waal, de Merwede, de Noord en de Maas in n koop voor tien milliard, wat 'n bof is, en wat ze daar best kunnen missen als we rekenen hoe hoog hun oorlogsbegrooting is. Rotterdam met de haven werken, enz. kunnen ze er eveneens bij over nemen voor tien milliard. De Maas 't Hollandsch Diep en 't Haringvliet met Hellevoetsluis komen vanzelf aan de Fransche en de Schelde met Vlissingen aan onze Vlaamsche broeders die misschien niet zoo pienter zullen zijn om te realiseeren. Amsterdam wordt Engelsch. Groningen Deensch. Elke stad en elke hectare land en water worden bij opbod verkocht. Dan onze Oost- en West-Indische Koloniën voor de meestbiedenden. Komen we dan niet aan de drie duizend milliard? Brengen we 't niet tot veel meer? Is Java geen twintig en meer milliarden waard voor de Japanneeezen, als ze de duiten hebben? Welnu lieve landgenooten zullen we het zaakje maar niet 'r 's ondernemen, voor 't te laat is? Over vijftig jaar waait hier de Duitsche vlag, drinken we nog meer whisky en hebben we nog meer op met l' amour". Zullen onze kinds-kinds-achterkleinkinderen ons niet zegenen voor deze prachtige affaire"? Is 't niet keurig ingepikt: te gaan wonen waar we willen. Kiest maar uit. Dui ten genoeg. De rente wordt ons op tijd uit betaald door de koopers, wij laten ze voor ons werken. We komen van tijd tot tijd eens kijken hoe 't met 't Paleis p den Dam gaat of 't al Raadhuis of Kazerne is? Fransch, Duitsch en Engelsch spreken we al. Verstaan doen ze ons dus best. Met dikke buiken en vroolijke oogen stappen we eens af in Rotterdam om na te gaan of er wel doorgewerkt wordt. Ik zie die Duitsche, Fransche en Engelsche Lords en Baronnen en Bankiers als voor ons zwoegen en zweeten. En ze zullen er nog drie duizend milliard bij maken. Betalen ze niet dan verkoopen we hun perceeltje Leiden, of Deventer aan 'n Amerikaan. Is Urk geen paar millioen waard voor 'n snaak van 'n Chinees? Laten onze voorouders zich vrijelijk in hun grafgewelven omwentelen, wij zien 't niet, wij ruiken 't niet, wij zijn millioenairs en wonen op Haïti of Monako. Mooie boel als ze van je eischen 't plekje waar je wiegje stond met je bloed te verdedigen. Laten ze dan je wiegje liever ergens anders zetten waar 't veiliger staat. Verbeeldt je : er komen een honderd duizend piekelhauben op je af en je gaat je verde digen ; vór ze in Utrecht zijn, zijn er geen Nederlanders meer om dood gepiekeld te worden, al hebben we Krupp-kanonnen. Be lachelijk is 't al die heldenmoed als je toch dood moet. Neen en duizendmaal neen. Dan liever de boel samen deelen en 't er lekker van nemen. Is 't niet zoo ? Komt, Nederlanders van de heete grond, organiseert U. Slaat de handen in een, maakt er een nerinkie" van ! Hebt medelijden, gij gegoeden, met de hongerlijdende broederen en zusteren! Maakt ze millioennairs! Ge woont toch ook liever op de Avenue Louise in Brussel, of inde Champs Elysees te Parijs, dan in de Tweede Jansteeristraat ? Maar we vergeten de Nederlandsche vrouwen? Welnee, die vergeten we niet. Hoe zouden we? Die zorgen wel, dat er om haar gedacht wordt. Weet u wat vrouwen zijn hier in Holland?: Schoonmoeders, keukenmeiden, kiesrechtdames, vrije vrouwen ! Belachelijke schepsels ; wat hebben we daar aan ? Niets ! Daar doen we k nog zaken mee bij de eventueele koopers, we verloten ze, of geven ze bij de boter kado. Nee, die laten we hier lekker in 't kikkerland. Vrijgezel willen we wezen. Geen gezinnen, geen schreeuwers, geen huiselijke haarden. Drie millioenen vrijge zellen die millioenair zijn. -de manlijke zuige lingen er bij gerekend. Wat 'n slag, wat n toekomst. Ik zie Herm. Heyermans en Barbarossa al genoeg van de heele boel en elkaar hebben. Ik zie Duys al tuffen van Zaandam naar Jeruzalem of Tokio. Kijk 's aan: Kuyper en Talma in een tweedekker boven Parijs. En dat kasteel op St. Helena is dat niet van Nap de la Mar, en die villa van marmeren albast woont daar niet Cocadorus ? Daar zit warempel Royaards in zijn park te luisteren naar zijn Oedipus-privée. Wat 'n weelde, welk een geluk; hoe een feest en genot. Geen leger, vloot, belasting meer. Geen schoolhoofden en bakkersstakingen meer. Alles, alles vreugde op aarde waar men een Hollander ziet. Een rijke vierkante Hollander. Een buzzinesman" van de bovenste plank. De oplossing is gevonden voor alle twijfe laars en moedeloozen. Weest er bij, maakt voort! Misschien is 't over vijftig jaar te laat ! ! ! J. H. SPEENHOFF * * * Niet zoo erg Bonmot zegt wat. Hij beweert, dat het voor den Belgischen Koning zoo erg niet is een arm te hebben gebroken. Waarom niet ? Mais puisqu'il a Quatre-bras! Inhoud van Tijdschriften De Samenwerking, Afl. 3 : Dr. H. W. Th. E. v. d. Bergh v. Eysinga, Sonnet. Lod. van Mierop, Der geslachten onderlinge ver houding. Daan v. d. Zee, Luiende klokken. C. v. d. Pol, Noblesse oblige. Dr. A. J. Resink, De nadering van den grooten slag. Leo Niehorster, Verzen. W. Bauning, Socialisme en persoonlijkheid. De Nieuwe Tijd, No. 2 : J. C. Ceton, Onderwijsbeschouwingen (Slot). Mr. W. M. Bonger, Twee tegen n (II) (Een repliek in zake Marxisme en Revisionisme"). J. Egner, Het typografencontract. JosLoopuit, De briefwisseling van Marx en Engels II. W. Wolda, De Socialistische eenheid in Engeland. Dr. W. van Ravesteyn Jr., Internationale verhoudingen, (Het rijk van het midden na de revolutie II). Van alle Tijden, No. l : Esmoreit, Abel spel uit de XlVe eeuw. Beeldende Kunst, No.4: Acht reproducties naar schilder-beeldhouwwerken van verschil lende meesters.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl