De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 22 februari pagina 3

22 februari 1914 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

22 Febr. '14. No. 1913 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Mesdag-catalogus noemt die ets een grootsche interpretatie." Noch Jaap, noch Thijs hebben ooit gecopiëerd, hebben dat nooit gewild en wisten wat ze deden. De Zaaier Is een interpretatie en met welke nuances dan nog in het begrip! , Maak dat het publiek duidelijk en ge doet iets goeds. Oi tracht iets te doen begrijpen 'van de psychologie die zich laat inspireeren door een straatdeun, van die uitging van een mager verhaaltje, van die maakt naar een leelijke gravure. Gij had mij dankbaar moeten zijn voor de mededeeling van het ontstaan dier half slachtige Thijs Marissen, zooals gij eens den vriend dankbaar waart, die u dien brief gaf over de Twee Zusters." Dat bericht had u weer tot het juiste begrip moeten brengen, al was het maar tot een opper vlakkig inzicht, waar gij het gevoel nu toch eenmaal mist. Zoovelen vragen zich zoolang al af wat nog buiten de kunsthandelaren om de waarde is van de handigheidspen van wiens schilderwerk hoe langer zoo meer is gewor den: as dead as a nail in his father's shop. Doctor, doctor geef blijken nog van gevoel, dat is de eenigste ster die in dat alles leidt. Hoe lang ben je door dat gemis het zuivere onderscheidingsvermogen al kwijt! O Jan Veth, dat Keukentje", dat je zoo beroemd hebt gemaakt door die verlokkende beschrijving op verzoek van de makelaars , Frederik Muller & Co, in hun catalogus van Maart 1912 en dat toen door een Amster damsen collectionneur is gekocht in wiens bezit het nog steeds is... dat Keukentje... ? ach dat Keukentje... dat is niet van Thijs Maris, heeft zelfs niets van zijn karakter... dat is van Jaap uit zijn Antwerpschen tijd. Toen ik het in het voorjaar van 1912 aandachtig bij den eigenaar had bekeken, heb ik hem dadelijk als mijne meening gezegd, dat het niet van Thijs kon zijn. De goede heer zeide mij daarop, dat de heer Van Wisselingh in Londen er eveneens overdacht. Kort daarna heb ik met deze een foto er van aan Thijs Maris laten zien, die er toen achterop heeft geschreven : dit is niet door mij geschilderd." Toen ik hem later het schilderijtje zelf kon toonen schreef hij op den achterkant daarvan: Dit is van jaap (met datum en handteekening). En in een exemplaar van den catalogus in mijn bezit heeft hij datzelfde herhaald dwars door uw woorden: niet enkel heel het wonderlijk geval zelf met fijnen zin rijk vertellend, maar bovenal er een gehalte van weldoende heimelijkheid, er een blanke verdieptheid, er iets van een edelen ademtocht van innerlijk leven aan bijzettend, zooals men dat bij ons welbeschouwd, sedert Rembrandt, niet had gezien." De twee valsche emmetjes op het stukje hadden voor u een groote suggestie. Echt of onecht, hebben ze die suggestie fiog bijna overal, ja, zooals een doctors titel die voor het publiek kan hebben^ of n luitenants-uniform in Duitschland: zelfs iühangt dat om een stok daar in het veld, 1) Vorige eigenaar van de firma Buffa. Zijn dood is Th. M. nooit medegedeeld. 2) Zelfs de afbeelding ervan in het zomernummer van The Studio" van 1907 draagt hoe gebrekkig dat plaatje ook zij nog duidelijke blijken van het geheel aan Maris eigen karakter van dat vermogen. llllllllltlllllllHMIIIIIIIIIHIIHIIIIIIIIIIII G u i d o. Hoe was dat mogelijk ? - V a n n a. Omdat hij mij lief heeft... G u i d o. Aha! dat was het dus wat gij ons hadt te zeggen?Dat was het won der l ... Ja, ja, ik had bij uw eerste woorden Al iets opgevangen, wat niet goed kon wor den begrepen Als een bliksemflits was het niet meer ; ik had er geen acht Op geslagen?Ik meende dat de ontstel tenis en de bedwelming van den afschuw Doch thans bemerk ik, dat ik hier met klaar der blik heb te zien (Met plotseling rusttger_ stem). Dus toen hij u bij zich had, in zijn tent, bijna naakt, en alleen, den heelen langen nacht, toen heeft die man je niet aangeraakt ? V a n n a (met kracht). Neen!... Guido. Hij heeft je niet aangeraakt, niet gekust, niet in zijn armen genomen? Va n n a. Ik heb hem een kus gegeven op het voorhoofd en hij heeft die niét be antwoord Guido. Op het voorhoofd! Zie mij aan, Vanna Heb ik het uiterlijk van een man, die gelooft dat de sterren korreltjes nieskruid zijn en dat men de maan uitbluscht door in een put te spuwen ?... Sinds wan neer.... Neen, ik wil niets zeggen Ik wil ons nog niet onherstelbaar ongelukkig maken Ik zie je doel niet, of is het de waanzin van dez,en schrikkelijken nacht, die je verstand benevelt of het mijne verstoort.... Vanna. Het is geen waanzin; het is de waarheid Guido. De waarheid, mijn God !... Haar zoek ik slechts!... Doch hetistochnoodig, dat zij bijna menschelijk zij!... Hoe, een man begeert je zoo hevig, dat hij zijn land verraadt, dat hij alles veil heeft voor een enkelen nacht, dat hij zich te gronde richt, voor altijd en zoo diep als mogelijk is, en dat hij iets doet wat vór hem nog niemand ooit heeft gedaan en zich de wereld voor altijd onbewoonbaar maakt! Hoe ! de man die je zoo in zijn macht heeft, naakt en alleen, die niets meer bezit dan dezen nacht, welke hij tot zulk een prijs kocht, die man stelt zich tevreden «iet een kus op het voor hoofd en komt hierheen om het ons te doen gelooven!... Neen, men behoort billijk te wezen en niet te lang den spot te drijven met het ongeluk!... Was dit zijn verlangen geweest, waartoe had hij dan gansch een volk in zulk een nacht te dompelen en mij over te leveren aan een zielelijden, zoo hevig, dat ik er bijna krankzinnig en tien jaar ouder uit opsta?... Verlangde hij niet meer dan een kus op het voorhoofd, dan had hij ons kunnen redden zonder ons zoo schrikkelijk te kwellen !... Hij behoefde slechts te komen als een god die bevrijdt... Doch niet op deze wijze wordt een kus op het voorhoofd geëischt en voorbereid!... De waarheid ligt in onze kreten van wanhoop en van smart Neen, ik oordeel niet; want ik ben zelf partij en ik kan niet meer helder zien..... Doch dat de anderen oordeelen en voor mij antwoorden! (Zich tot het volk richtend). Hebt gij verstaan ? ... Ik begrijp ; niet, waarom zij zoo tot ons spreekt Doch wat zij gezegd heeft, is gezegd; en gij zult oordeelen Gij, gij moet haar ge looven, daar zij het is die u de redding heeft gebracht!... Zeg mij, gelooft gij haar? Dat dan zullen er nog altijd recruten zijn die er voor salueeren- met hun onderdanig Zum Befehl". Haarlem, 15 Febr. 1914 W. J. G. VAN MEURS Correctie: In mijn ingezonden stuk van 8 Febr. 1.1. staat: (Thijs Maris was toen al enkele jaren in Londen). Dit moet zijn: (Thijs Maris was toen al anderhalf jaar in Londen). The Dancing Figures zijn begin 1879 door Th. M. overschilderd. Deze correctie heeft reeds (als advertentie) gestaan in het Han delsblad, dat gelijktijdig met het nummer van De Amsterdammer" verscheen, waar mijn stuk instond: Zaterdagavond 8 Febr. Tentoonstellingen en Veilingen IN DEN KUNSTHANDEL C. M. VAN GOQH, AMSTERDAM, Rokin 115, is gedurende Februari?Maart, een kleine tentoonstelling geopend van werken door J. Bosboom. IN HET STEDELIJK MUSEUM, AMSTERDAM, is 17 Februari een tentoonstelling geopend van werken door A. v. d. Berg, Th. Goed vriend en Willem v. d. Berg, * * * Nieuwe Uitgaven EMMANUEL FOUQERAT, Holbein, 128 pages. Prix frs. 3.50. Paris, Librairie Felix Alcan. RENÉJEAN, Pu vis de Chavannes, 164 pages. Prix frs. 3.50. Paris, Librairie Felix Alcan. Nico VAN SUCHTELEN, Liefde's dool, 70 pag. Keurboekje, uitgegeven te Amsterdam, bij de Mij. voor Goede en Goedk. Lectuur. Uit Vondel's dramatische Lyriek, Ie stuk, 98 pag. Keurboekje, uitgegeven te Amsterdam, bij de Mij. voor Goede en Goedk. Lectuur. Onze Groote Mannen", serie I, No. l: G. F. HASPELS, Vondel, 42 pag., f 0.40. Baarn, Hollandia-drukkerij. Brieven van Johan de Witt, 4e deel, 1670 1672, bewerkt door ROBERT FRUIN, uitgege ven door N. JAPIKSE, 600 pag. Prijs f 6. Amsterdam, Johannes Muller. Geld und Irrenhaus. Auf aktenmassiger Grundlage. Beitrage für du Notwendigkeit der gesetslichen Sicherung persönlicher Freiheit von PAUL ELMER, 246 pag. Berlin, Rosenthal & Co. Is. QUERIDO, Saul en David. Treurspel in vier bedrijven (5 tafereelen) 120 pag., f 0.25. Amsterdam, Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur. A. L. G. BOSBOOM-TOUSSAINT, Het Huis Lauernesse. Met inleiding, aanteekeningen en portret, Nederl. Bibl. No. 259?261, 576 pag. Amsterdam, Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur. LODE MONTEIJNE, De Tweede Lente van Meneer Quistwater, 227- pag. Prijs f 1.25. Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel. GERARD BRANDT, Uit het Leven en Bedrijf van den heerc Michiel de Ruyter. Bloemlezing met inleiding door prof. dr. G. KALFF, 2e druk, 353 pag., Nederl. Bibl. VIII?X. Amsterdam, Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur. Prof. dr. J. BOEKE, De afstamming van den mensen. Met 27 tekstfiguren, register en eenige verklaringen] 134 pag. Wereldbibl. No. 262?263. Amsterdam, Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur. Dr. M. C. VAN MOURIK BROEKMAN, De Yankee in denken en doen, karakterteekening al degenen die haar gelooven dan uittreden en hier komen, om de menschelijke rede te logenstraffen !... Ik wil hen kennen en zien hoe zij bestaan !... (Marco treedt alleen naar voren uit het volk, dat slechts een verlegen en onbe stemd gemurmel laat hooren). Marco (naar het midden van het tooneel). Ik geloof haar!... Guido. Gij zijt haar medeplichtige !... Doch de anderen, de anderen ! Waar zijn ze die geloovigen ? ... (Tot Vanna). Hebt gij hunne stemmen gehoord ?... Zelfs de menschen ; die gij hebt gered, deinzen terug voor den lach die deze zaal zou vullen; zelfs degenen die murmureeren, wagen het niet zich te vertonnen... En ik, zou ik dan Vanna. Zij behoeven mij niet te ge looven ; maar gij wel, daar gij mij liefhebt! Guido- Ha zoo, ik moet bedrogene zijn, omdat ik u liefheb!.. Neen, neen, luister... Mijn stem is niet meer dezelfde. Mijn toorn is gedaald.... Zoo iets breekt de kracht; en ik ben plotseling als een man die oud wordt... Mijn toorn is dood... Neen, neen, het andere neemt zijn plaats in... Ouderdom, waanzin... Ik weet nog niet... Ik zoek, ik kijk, ik tast in mijzelf rond, om vast te houden, wat er nog over is van mijn armzalig geluk.... Ik hoop nog alleen maar dit eene... En het schijnt mij zoo broos, dat ik niet waag het aan te raken... Een! woord kan het doen breken, en toch, het lijden dwingt mij het te wagen... Vanna, ik heb groot ongelijk gehad met het volk terug te roepen, vórdat ik wist... Ik vergat de 'kuische schaamte die niet kon spreken... Gij durft hun niet te zeggen, dat het monster u in zijn bezit heeft gehad... Ja, ik had moeten wachten, totdat wij met ons beiden alleen waren... Gfj hadt mij de afzichtelijke waarheid toe vertrouwd... Doch ik ken haa/, helaas! en de anderen kennen haar... Waa'rtoe dan haar te verbergen, Vanna ?, het is te laat... Thans moet het wel, de schaamte moet over zichzelve triomfeeren... Gij zult het mij niet euvel duiden.. .?. Gij zult zelf ook begrij pen. .. In zulke oogenblikken weet het ver stand niet meer.... Vanna. Zie mij aan, Guido ... Ik leg al mijn kracht, al mijn oprechtheid, alles wat ik u verschuldigd ben, in dezen laatsten blik... Het is geen schaamte, het is de waarheid .... Deze man heeft mij niet gehad Guido. Goed, 't is goed, 't is heel goed... Er blijft mij niets over... Nu weet ik alles... Ja, 't is de waarheid, of beter, het is liefde... Ik begrijp nu... Gij wildet hem redden... Ik weet niet, wat een nacht heeft kunnen maken van een vrouw die ik zoozeer heb liefgehad... Doch niet op deze wijze hadt gij hem moeten redden ... (De stem verheffend). Hoor mij aan, gij allen! Het is thans voor de laatste maal!... Ik heb een eed af te leggen!... Ik houd mij thans nog vast aan den rand van iets dat geen bodem heeft.... Een minuut nog slechts en mijne handen zullen zich openen... Ik wil haar niet ongelukkig maken... Ver staat gij mij nog?... Komt naderbij, indien dit noodig is... Gij ziet deze vrouw en gij ziet dezen man?... Het is zeker, dat zij elkander liefhebben... Welnu! vergeet niet; worden, direct uit Zwitserlind, franco en vry \ an iiivne rechten huis geleverd. ihpora Bhuses vanaf vanaf fl. 5.75 fl. 1.95 vanaf fl. 'J. 91 Beste k \v-ilite' t Zwits'Tsch , orduu sol op batist, voïie, c pon, linnen en OD de a Iernieuwste soort°a zyde. Parysche niodep aten met stalen coll -ct-e J20 van hurduu ae.s franco o aanvraag. On e geborduurde j ponnen en blouses zyn ongiuiia.ikt. Knippatronen wordru echter hy bestellins: in elke gewenschteinaat gel.vérd. * - '*7 /** r£. (0O. 'Zwitserland DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland ? kost slechts ?1.65 per kwartaal GRANDS VINS DE OitAMPAGNK Rerrier-Jöuet ':t o.- * Epernay. CoWccftionnairesj Sautef&Polfs, Maastricht. BOUWT TE NUNSPEET. Mooie boschrijke terreinen. Spoor, Tram, Electrisch licht, Telephoon. Inlichtingen M.ij DE VELUWE", Nunspeet. lllllllltllllllllllllllllllllllllllllllHIIIHIIIIItll MiiillllllHillMlll van het Amerikaansche Leven, 266 pag. Prijs ing. f3.50, geb. f3.90. Haarlem, H. D. Tjeenk Willink & Zn. . Redelijke Godsdienst", serie III, No. 5: dr. J. M. J. KOOG, De voornaamste Rechtscheen Middenrichtingen in het Nederlandsche Protestantisme van onzen tijd. (Orthodoxie, Groninger (Evangelistische) richting, Gema tigde Orthodoxie, Ethische Richting) 64 pag., f 0.40. Baarn, Hollandia-drukkerij. De Vrouw, de Vrouwenbeweging en het Vrouwenvraagstuk, afl. IX. Amsterdam, Uitg. Mij. Elsevier." PETER KROPOTKINE, De Moderne Staat. Een bundel argumenten in den strijd tegen het Parlementarisme, 97 pag. Amsterdam, G. Rijnders. Besluiten van den len en 15en Dec. 1913 tot vaststellling van Algemeene Maatregelen van bestuur als bedoeld in art. 73 der peniiimiiMiiiMiiiiiiiiliiiiiMimiiimiiMHiiiMiiiiiiMiiiiiiiHiiiiiiimiiiiiiiiiii ik weeg elk woord met evenveel zorg, als waarmede een geneesmiddel wordt afge wogen aan een stervenssponde. Zij zullen van hier gaan .met mijn toestemming, vrij, zonder smaad, zonder dat hun het minste leed zal geschieden; en zij zullen met zich nemen al wat hun zal goeddunken... maakt ruimte voor hen, en werpt hun bloemen toe, indien gij dit wenscht... Zij zullen gaan, waarheen de liefde hunne vervoering zal leiden; mits slechts deze vrouw mij de waarheid zegge, die de eenig mogelijke is, en die nog het eenige is wat ik in haar liefheb, en welke zij mij toch waarlijk wel verschuldigd is voor dat wat ik haar geef... Hebt gij begrepen, Vanna ? Heeft deze man u in bezit gehad?... Ja of neen,antwoordt mij, dat is alles wat ik vraag... Ik wil u niet op de proef stellen en gij hebt geen valstrik te vreezen... Ik heb mijn eed ge daan. Allen zijn er getuigen van geweest Vanna. Ik heb de waarheid gesproken... Hij heeft mij niet aangeraakt Guido. Het is goed, gij hebt het gezegdGij hebt hem veroordeeld Er is niets meer tegen te doen... Thans ben ik ont waakt ... (De wachten naderend, en hun Prinzivalle aanwijzend). Deze man be hoort mij toe; grijpt hem; bindt hem ; daalt met hem af tot in de diepste kerkers onder deze zaal... Ik ga met u mede... (Tot Vanna). Gij zwlt hem niet weerzien en straks zal ik u de laatste waarheid brengen, welke zijne laatste woorden weldra zullen onthullen!... Vanna (zich te midden van de wachten werpend, die Prinzivalle grijpen). Neen! neen! Mij behoort hij toe!... Ik heb ge logen ! Ik heb gelogen! Hij heeft mij ge schonden !... Hij heeft mij gehad !... Hij heeft mij gehad !... (Duwt de wachten op zij). Op zij, zeg ik u! Weg van mijn aan deel in den buit!... Mij alleen behoort hij toe!... Ik wil dat mijn eigen handen alleen...! Laag en lafhartig heeft hij mij geschonden, mij geschonden !.... Prinzivalle (tracht haar te overstem men). Het is niet waar! Niet waar! Zij liegt om mij te redden, doch geen foltering Van a a. Zwijg!.. (Tot het volk gewend). Hij is bang!... (Prinzivalle naderend, als om hem de handen te binden). Geef mij toch koorden, ketenen en boeien!... Thans nu mijn haat een uitweg vindt, zal ik het zijn die hem knevelt, zal ik het zijn die hem overlevert!... (Met gedempte stem tegen Prinzivalle, terwijl zij hem de handen bindt). Zwijg toch !... Hij redt ons... Zwijg toch, hij vereenigt ons!... Ik behoor je toe, ik heb je lief!... Laat mij je binden, ik zal je bevrijden!... Ik zal je bewaakster zijn ... Wij zullen vluchten ... (Schreeuwend, als wilde zij Prinzivalle tot zwijgen dwingen). Zwijg dan!.,. (Tot het volk). Hij smeekt mij met zachte stem... (Het gelaat van Prinzivalle onthullend). Aanschouwt dit ge laat ... Het draagt nog de teekenen van den afschuwelijken nacht!... (Haar mantel bij den bebloeden schouder openrukkend). En ook ik draag er het téeken van!... De af schuwelijke liefdesnacrtit!... Ziet hem aan, hij is het!... Hij is laf en afzichtelijk!... (Zij bemerkt dat de wachten eene beweging maken om Prinzivallf weg te voeren). Neen, Utrechtsche Tricotage Fabriek W1CHER JANSEM. SpeciaalfaM voor alle soorten NIH8 DUID en UU In: in: ZUIVER WO f, JACQCARD FIL D'ECOSSE BAND G E B O R U ÏJ « REINE MAC O, ZIJDE «E PI, AT T EER Enz. Enz. S H O T E F F.E C T E N. ATIATA GARANTIEKOUSEtf EN SOKKEN met 6 maanden garantie. ZIJDEN SOKKEN met dubbele zooien, teenen en hielen, in Fil d'Ecoase. TRIPL.Y" ijzersterke wollen fantasiesok, gegarandeerd drie*draads geweven met extra versterkte bielen en teenen. LUG-ANO It r is tol. (ITAL1AANSCHE MEREN). Schoonste Winter- en Voorjaarsverblijfplaats. 1ste kl. Hotel, prachtig gelege», met gr. Panorama. Kamers vanaf fr. 4.?. Pension vanaf f r. 9.?. Eig.: C. CAMENZIND. Prosp. gr. en f r. Intern. Verkeersbur. Raadhuisstraat 16, Amst. Voor eerste klas PIANO 10 JAAR GARANTIE KUNSTSPEL en ELECTR: PIANO'S. VLEUGELSisHETADE PP-KESSELS'KON.FABRIEK. TILBURG VKAAGT CATALOGUS OOK TERMÜtlBETAllNG IIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMII' sioenwet voor de Gemeenteambtenaren 1913, behoorende bij de tekstuitgave door E. J. EGGINK, contr. der gem. bel., gedipl. cand.secr. te Zutfen, 33 pag., f 0.30. Zutfen,' W. J. Thieme & Cie. Morks' Beroepsbibliotheek, No. 20: J. A. GRUTTERINK, De Mijn-Ingenieur, 40 pag., f 0.50. Dordrecht, C. Morks Cz. De Hollandsche Stem. Herdenkingsnummer 1813?1913, aangeboden door de Nederl. Kolonie ie Argentinië. De Plant in Nijverheid en Handel, afl. XII. Amsterdam, Uitg. Mij. Elsevier." De besmettelijke veeziekten, hare oorzaken, wijze van. ontstaan, vórkomen, de schade die zij aart den landbouw en aan den exporthandel veroorzaken en de wijze waarop zij worden voorkomen en bestreden. Bekroond antwoord op de door de Ged. Staten van Friesland, ter voldoening aan de bepalingen neen, laat hem mij!... Hij is mijn aandeel! Mijn aandeel in den buit! Ik wil hem voor mij alleen!... Houdt hem, houdt hem vast!... Gij ziet toch, dat hij vluchten wil!... Guido. Waarom is hij gekomen?.., Waarom hebt gij gelogen ?... Vanna (aarzelend en naar woorden zoe kend). Ik heb gelogen ... Ik weet niet... Ik wilde niet zeggen... Luister, het komt omdat, nu... Ja, ja, gij zult het begrijpen ... Men weet niet wat men doet... Men ziet niet van te voren ... Toen ik heenging, neen, toen dacht ik er niet aan ... Maar de dingen gebeuren ... Ja, ja, gij zult weten... De sluier is ver scheurd!... Ach, ik vrees voor uwe smart, doch gij hebt het zelf gewild ... Ach, ik ben bang voor u geweest... Ik was bang voor de liefde en voor hare wanhoop... Gij wilt thans... Goed, ik zal het u zeggen ... (Met kalmer en zekerder stem). Neen, neen, dat waarvan gij hebt gesproken, was niet bij mij opgekomen. Ik heb hem niet midden tusschen beulen geleid om ons beiden te wreken... De gedachte die ik volgde was niet zoo schoon, doch had zij u meer lief... Ik wilde hem een wreeden dood te gemoet voeren; doch ik wilde tegelijkertijd, dat de gruwe lijke herinnering aan dezen gruwelijken nacht niet tot aan het einde onzer dagen op u zou drukken... Ik zou mij gewro ken hebben, geheel alleen, in het duister; ik zou hem langzaam hebben laten sterven, zoo heel langzaam, voelt gij wel? totdat zijn bloed, droppel na droppel zijn misdaad had uitgewischt... Nimmer had gij de af schuwelijke waarheid vernomen, en de af schuwelijke herinnering was nimmertusschen onze kussen opgerezen... Ik was bang, ik beken het, dat gij dit schrikbeeld ziende, mij nimmer meer zoudt kunnen lief heb ben... Ik was krankzinnig, ik weet het; ik heb te veel verlangd ... Ik heb het onmo gelijke gewild ... Doch gij zult alles erva ren ... (Tot het volk gewend). Daar wij zoo ver gekomen zijn en het nu niet meer den tijd is om onze liefde te ontzien, zoo moet ook gij weten ... Alles moet ik zeggen en gij zult mijne rechters zijn ... Ziehier wat ik heb gedaan: deze man heeft mij dus ge schonden, laf en laaghartig, zooals ik u heb gezegd... Ik wilde hem dooden, en wij hebben geworsteld ... Doch hij heeft mij ontwapend... Toen zag ik in, dat er dieper wraak bestond, en ik heb hem toegelachen ... Hij heeft mijne lachjes geloofd... Ach, de mannen zijn dwazen... Het is billijk dat men hen bedriegt!... Zij aanbidden den leugen!... Houdt men hun het leven voor, dan gelooven zij dat het de dood is. Wil men hun den dood geven, dan houden zij die voor het leven! Hij meende dat hij mij gevangen had, en ik was het die hem ving!... Daar is hij dan in zijn graf en ik ga dat graf sluiten... Hij moest meegevoerd wor den als een gewillig lam, door hem met kussen te tooien... Daar bevindt hij zich dan in mijne handen, olie zich niet meer zullen openen !... O, mijn schoone Prinzi valle ! Kussen zullen wij, zooals nog niemand ooit heeft gekust!... Guido (naar haar toe). Vanna!.. . Vanna. Beziet hem van dichter bij Hij was vol vertrouwen! Hij heeft mij onDEL« BELLEVIUI AUTOMOBIELEN, Hoofd- Agent Toor Nederland t J. LEONARD LAND, Stadhouderskade, AMSTERDAM. J AI DE BESTE B Ij S T bij A R M H M. omtrent het door wijlen dr. L. A. Buma, aan de provincie Friesland ten dienste der landbouwkunde vermaakt legaat, uitgeschreven prijsvraag door J. VLASKAMP, veearts te Deventer, 221 pag. Prijs f 1.50. Leeuwarden, Meijer en Schaafsma. ORNITHOPHILOS, Onze inheemsche zang vogels. Practische bibl. No. 51, f 0.35. Baarn, J. F. v. d. Ven. Vogelverdelging. Een woord aan het Ne derl. Volk, door J. H. JURRiAANSE. Gratis verkrijgbaar bij de electr. drukkerij M. Wijl & Zn., Rotterdam. Introduction a l'histoire de la Littérature francaise moderne. Lec,on publique faite Ie, 28 Janvier 1914 par CORNELIA SERRURIER,docteur es lettres, a l'occasion de son entree comme privat-docent a la facultédes lettres de l'Universitë de Leyde, 32 pag. Leyde, Van der Hoek frères 1914. middellijk geloofd toen ik hem zeide: Prinzivalle, ik heb je lief!..." O! hij zou mij gevolgd zijn tot in het hart van de hel!... Zóomhelsde ik hem... (Zij omhelst Prinzivalle hartstochtelijk). Gianello, ik heb je lief!... Geef mij mijne kussen weer!... Die alleen hebben waarde!... (Tot Guido). Nog kust hij mij!... Te dicht grenst de lach aan eene dergelijke afzichtelijkheid!... Thans is hij mijn man !. ?. Heer, mij behoort hij toe, voor God en de menschen!... Ik wil hem, ik zal hem hebben !... Het is het loon van mijn nacht, en het is een heerlijk loon!... (Zij wankelt en houdt zich aan een zuil vast). Geeft acht, ik val!... Ik draag te groote vreugde!... (Naar adem hijgend). Mijn va der, ik geef hem u, totdat mijne krachten... Dat men hem wegvoere vórdat... Dat men een kerker voor hem vinde, een kerker zódiep, dat niemand bij machte is... En ik moet den sleutel hebben !... Ik moet den sleutel hebben !... ik wil hem dadelijk hebben!... Dat niemand hem aanrake !... Het is mijn aandeel; onaangeroerd moet het blijven!... Guido, mij behoort hij toe!... (Doet een schrede naar Marco). Mijn vader, hij is van mij; en gij zijt mij borg voor hem !... (Marco vast aanziend). Mijn vader, gij begrijpt mij immers?... Gij zult zijn wachter zijn; dat zelfs geen schijn van smaad zijn aangezicht beroere, opdat hij mij weergegeven worde, zóals ik hem aan u overgeef!... (Men voert Prinzivalle weg). Vaarwel, mijn Prinzivalle... Wij zullen elkaar wederzien !... (Terwijl Guido zich te midden van de sol daten bevindt, die op ruwe. wijze Prinzivalle wegvoeren, slaakt Vanna een gil, wankelt en valt in de armen van Marco die op haar is toegesneld om haar te ondersteunen). Marco (zeer snel en met bedekte stem, terwijl hij Vanna ondersteunende zich over haar heenbuigt). Ja, ik heb begrepen, Vanna... Ik heb je leugen begrepen... Je hebt het onmogelijke volbracht... Het is goed en heel verkeerd, zooals alles wat men doet... En het leven heeft gelijk... Kom tot je zelf, Vanna... Er moet nog meer gelogen worden, daar men ons niet gelooft... (Roept Guido). Guido, zij roept je... Guido, zij ontwaakt... Guido (snelt toe en neemt Vanna in zijne armen). Mijn Vanna! Zij glimlacht... Mijn Vanna, geef mij antwoord... Ik heb nim mer getwijfeld... Nu is het voorbij, en alles zal vergeten zijn in zoete wraak... Het was een booze droom... Vanna (opent de oogen en zegt met zachte stem). Waar is hij ? ... Ja, ik weet... Maar geef mij den sleutel... Den sleutel van zijn kerker... Geen ander mag... Guido. De wachten zullen terugkeeren... Zij zullen je den sleutel brengen... Vanna. Ik wil hem voor mij alleen; zoodat ik zeker weet... Dat niemand an ders ... Het was een booze droom... Nu komt de schoone droom... De schoone droom !... (Scherm)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl