Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
22 Maart '14. No. 1917
GUILIELMUS TlTSINGH
de stichter van de Kweekschool voor de Zeevaart
naar een portret dat in de Kweekschool bewaard wordt
De Kweekschool voor de
Zeevaart" te Amsterdam
1785?1811 en 1814?1914
Den 28sten Februari herdacht deze
oud-vaderlandsche instelling op feeste
lijke wijze den dag, Daarop 100 jaar
geleden de school in eere werd hersteld,
na door Napoleon te zijn opgeheven.
Naar aanleiding hiervan willen wij nog
eens de voornaamste gebeurtenissen uit
de geschiedenis dezer school in herin
nering brengen.
De mannen, die in 1785 feitelijk den
stoot hebben gegeven tot de oprichting
van 't Kweekschool", zooals de Stichting
vroeger algemeen en heden ten dage
nog wel in het oostelijk deel van onze
oude stad wordt genoemd, waren Zout
man, van Kinsbergen en Titsingh.
Vice-admiraal J. Zoutman en
luitenantadmiraal Ridder van Kinsbergen waren
beiden bevelhebbers van de eskaders,
die bij Doggersbank op 5 Augustus 1781
door hun moedig optreden de ngelschen
hebben belet onze schepen te nemen en
dezen zeeslag voor ons land tot een goed
einde brachten. Zij hebben wel geen
schepen veroverd en rijke buit thuis ge
bracht, maar dat stond ook niet op het
programma. Een gedeelte onzer vloot
mqest immers een groot aantal
koopvaarders naar de Oostzee convoyeeren,
terwijl een ander gedeelte de thuisvarende
?O. I. vaarders moest ophalen en veilig
naar Texel brengen. Door aan de op buit
beluste Engelsche vloot slag te leveren
en gevoelige verliezen toe te bretjgen,
werden onze koopvaarders in staat ge
steld hun bestemming te bereiken en
onze oude roem als moedige zeelieden
werd, na een langen tijd van insluimering,
door hen weer eens in de oogen van
geheel Europa gehandhaafd.
Wij kunnen ons dan ook niet begrijpen,
dat er schrijvers zijn, die hun daden
trachten te verkleinen of hen in een
bespottelijk daglicht stellen; dit hebben
zij toch niet verdiend.
De tevredenheid en het enthousiasme
in ons land waren dan ook zógroot,
dat men allerwege geld inzamelde voor
de verminkten en de nagelaten betrek
kingen der gesneuvelden uit dit zeege
vecht en van deze gelden stichtte men
het Vaderlandsch fonds ter aanmoediging
van 's lands zeedienst. Hadden dus deze
mannen zich niet zoo moedig gedragen,
dan was er van het bijeenzamelen van
gelden niets gekomen en waarschijnlijk
de Kweekschool nooit gesticht.
Nadat ruimschoots in de behoeften van
weduwen, weezen en verminkten was
voorzien, bleef er nog zooveel geld over,
dat men, voornamelijk op aandringen
van Titsingh, besloot hiermede een af
zonderlijk fonds te stichten tot oprich
ting van een Kweekschool voor de
Zeevaart".
Mr. Guillelmus Titsingh, regent van
het stedelijk werkhuis, had reeds vanaf
1776 gewezen op het nut, in navolging
van Engeland, tot stichting van een
Etablissement om zeelieden te kwee
ken" en in 1780 verscheen zelfs van
KWEEKSCHOOL, VOOK DE ZEEVAART BINNEN AM S E 11 D AM,
Opgedragen aan den Heer Gailielmus itfi
3)oor H. CA«T»AN, -w. v
. KW j.-w. SMIT Boekverkopers.
De Kweekschool voor de Zeevaart in 't begin van de 19e eeuw. Het was het oude Rasphuis,
maar van een nieuwen gevel voorzien
BINNENPLAATS VAN DE KWEEKSCHOOL VOOR DE ZEEVAART,
aan de Prins Hendrikkade te Amsterdam, en het honderd jaar oude oefenschip
zijn hand bij H. W. & C. Drossberg een
tractaatje, getiteld: Bedenkingen over
de schaarschheid van zeevarend volk in
het gemeen en het verval van onze natio
nale zeevaart in het bijzonder.
Er was reeds vroeger, vór 1781, eenig
geld bijeengebracht voor dit doel. Door
legaten en donatiën werd het fonds
daarna grooter en het was voornamelijk
door den steun van Haarlemsche inge
zetenen, later vereenigd met dien van
Amsterdamsche vrienden en bovenal door
de ruime bijdragen uit Indië, die door
de particuliere bekendheid van Titsingh
aldaar en met medewerking van den
Gouverneur-Generaal Alting toevloeiden,
dat in 1784 de oprichting van 't Kweek
school" was verzekerd.
Dit werd verder gemakkelijk gemaakt,
doordat het oude Werkhuis of willige
rasphuis" (het voormalige pakhuis De
Pool"), staande aan den Buitenkant bij
de Schippersgracht, werd ontruimd en
de bewoners er-van werden overgebracht
naar het nieuwe Werkhuis bij het
Roeterseiland, waar het zich thans nog bevindt.
Het was weer Titsingh, die als regent
van het Werkhuis zijn invloed beproefde
bij de regeerders der stad om dit ge
bouw af te staan tot inrichting van 't
Kweekschool", welke pogingen met succes
werden bekroond, want aan Commissa
rissen van het fonds werd het voor 4
jaren in bruikleen gegeven om een
proeve te nemen", hetwelk bij besluit
van 2 Maart 1785 reeds werd veranderd
in een gift voor altijd.
Voor de verbouwing tot Kweekschool
werd door de Staten van Holland en
West-Friesland ? 10,000 gegeven en werd,
zonder eenig voordeel voor henzelven,
door Mr. timmerman J. Smit en Mr. met
selaar Tijko de Valk voor den maatigen
prijs van ? 9000 uitgevoerd".
Op 25 April 1785 werden de eerste
steenen van den nieuwen voorgevel ge
legd door Claude Pierre Titsingh, David
Jacob van Lennep en Hendrik Bicker,
zoons van Commissarissen der stichting.
De zilveren troffel waarmede deze plech
tigheid is geschiedt, bevindt zich in de
school; waarop de volgende dichtregelen
van F. Valck zijn gegraveerd.
Terwijl der Vadren deugd der Scheepvaart
stigt een Tempel,
Legt hun beloovend Kroost den Hoek
steen aan het Y,
Dus word een Heldenstoet gekweekt aan
dezen Drempel
Zo lang mijn Nederland den Eernaam
draagt van vrij.
Aan dezen troffel is nog eene andere
geschiedenis verbonden. Zij werd na
melijk indertijd uitgeleend voor de eerste
steenlegging van het vrijheidsbeeld op
den Dam.
Mr. Titsingh schonk als versiering
van den voorgevel van 't Kweekschool"
een toepasselijk kolossaal beeld, dat door
den stadsbeeldhouwer A. Ziesenis werd
vervaardigd. Dit beeld, Een Maagd
met vlag, steunende op een scheepsroer,
voorstellende de Zeevaart, en omgeven
door den Mercuriusstaf, graadstok, haan,
bijenkorf, zeekaart, passer etc., is nog
steeds het wapen der school en wordt
door de kweekelingen als monogram
gedragen op de uniformpet en de
knoopen en is bij deze jongelui beter bekend
onder den naam van Kaatje".
Na afbraak der oude school is dit
beeld in het nieuwe gebouw in het gym
nastieklokaal geplaatst, waar het thans
nog prijkt. Door tusschenkomst weer
van Titsingh werden door regenten van
het Werkhuis aan de Kweekschool ver
maakt de 2 schilderijen van den Tocht
naar Chattam en de Blocade van Cadix.
Van Zoutman en van Van Kinsbergen
zijn nog ontvangen de degens, die zij
bij den slag van Doggersbank droegen
en hun portretten; terwijl Van Kinsbergen,
die later het zeevaartkundig onderwijs
in hooge mate bevorderde, nog legaten
vermaakte, waaruit nog jaarlijks twee
kweekelingen een octant en een zee
kijker als prijs ontvangen, dus waarvan
al meer dan 100 jaren wordt geprofiteerd.
Wij hopen hiermede in het licht te
hehben gesteld, hoeveel ,,'tiKweekschool"
aan deze drie mannen heeft te danken.
De Stichting mocht zich voorts bij de
oprichting verheugen in veel belangstel
ling van alle zijden. De bankier Henry
Hope schonk het instructieschip op de
plaats, de Admiraliteit van Amsterdam
het tuigage ervan; verscheidene perso
nen en lichamen schonken schilderijen i
en kostbaarheden, op de scheepvaart
betrekkin g hebbende, zoodat deze in den
loop der jaren tot eene merkwaardige
verzameling zijn toegenomen en steeds
mocht de Kweekschool de bijzondere
vriendschap van tal van stad- en
landgenooten ondervinden.
De beschikbare ruimte laat hier niet
toe nog verder over de geschiedenis
der school uit te weiden, doch de ge
beurtenissen gedurende de jaren 1811
1814 dienen toch nog even te worden
genoemd.
Onder de Fransche overheersching,
nadat Holland bij het Keizerrijk was
ingelijfd, brak er voor 't Kweekschool
een donkere tijd aan. Na de tierceering
der renten der Publieke Schuld, volgens
Decreet van Napoleon, waren Commis
sarissen van het Vaderlandsch Fonds
ter aanmoediging van 's Lands Zeedienst"
niet in staat aan hun verplichtingen tegen
over het weduwenfonds en dat der Kweek
school te voldoen; de subsidie van
's landswege was ook al reeds ingehouden.
Zij besloten door middel van het indie
nen van een request bij den keizer te
trachten hierin verbetering te krijgen en
hoewel dit eindigde met:
Nous avons l'honneur d'être avec Ie
plus profond respect, Sire!
de votre Majestéimperiale et royale
les tres humbles et tres obéissants
serviteurs et tres fidèles sujets
Les Commissaires du Fonds
Patriotique pour l'encouragement de la Marine
et pour tous
Daniël Hooft, Président",
Jacques Teysset, Secrétaire",
was het antwoord van Napoleon hierop,
dat het fonds nu toch een tekort had
en niet kon bestaan (nadat n.b. de roover
de rente der staatsschuld tot op 1/3 had
verminderd) en overwegende, dat eene
instelling van dien aard niet af hankelijk
kon blijven van de wisselvalligheden van
vrijwillige giften, gelastte de gelden ook
van het weduwenfonds in de Staatskas
te storten en de kweekelingen in te
deelen op de Fransche oorlogsvloot en
aldus geschiedde.
Commissarissen droegen de sleutels
der Kweekschool af aan den Prefect en
gingen huistoe. Algeloopen. Van dien kant
moesten wij het dus niet hebben.
Over deze transactie zou nog veel
verteld kunnen worden.
Gelukkig heeft het niet-bestaan der
Kweekschool kort geduurd; het jaar 1813
bracht betere tijden. De hulp kwam toen
van andere zijde, want toen in 1813
Napoleon ten val kwam en Prins Willem I
als souverein vorst in Holland werd uit
geroepen, gaf hij dadelijk, uit eigen be
weging, zelfs vór het oude bestuur der
school dit had overwogen, zijn wensch
te kennen, 't Kweekschool" in zijn ouden
toestand te herstellen, noodigde de vorige
Commissarissen uit de leiding weder op
zich te nemen en gelastte, dat de kosten
tot onmiddellijken onderstand gedeeltelijk
door 's lands schatkist zouden worden
gedragen. Voorts vaardigde de vorst nog
bevelen uit, dat alle goederen en bezit
tingen der school, die haar door het
Fransche gouvernement waren ontnomen,
zouden worden teruggegeven en dat
dezelfde jaarlijksche subsidiën, als van
voorheen, door den Lande zouden worden
toegekend. Ofschoon het Fransche
Marinebestuur wel getracht had, tusschen 1811
en 1813, de effecten der school in handen
te krijgen, is haar dit door de bijzondere
zeemanschap van den heer Tengbergen,
Trésorier des Invalides", niet gelukt.
Ook de verbouwing van 't Kweek
school" tot andere doeleinden en de sloo
ping van het scheepje wist de
equipagemeester Roepel op de lange baan te schui
ven, zoodat alles zich nog bij het herstel in
den ouden toestand bevond. De
wederoprichting werd hierdoor zeer gemakke
lijk gemaakt.
De souverein voorkwam onze wenschen,
zooals professor J. H. van Swinden, de
voorzitter-commissaris, dit in zijn aan
spraak bij de heropening uitdrukte.
Deze daad van Willem I valt des te
meer te prijzen, daar tijdens de woelingen
in onze stad onder Burgemeester Hooft
vór de Fransche overheersching het
bestuur der school niet aan den kant
van Oranje stond. Zelfs bij het bombar
dement van Kattenburg, dat zeer
oranjegezind was, waren de Patriotische troepen
in 't Kweekschool gelegerd.
28 Februari 1814 werd het onderwijs
weer hervat. Er was dus op dezen datum
van 1914 wel reden tot feestvieren.
Dadelijk na het herstel mocht 't Kweek
school" zich weer in de sympathie en
steun van velen verblijden en stond
sindsdien altijd onder bijzondere be
scherming van de oranjevorsten.
IIHIIIIIIIIIIMIlllUMIIIItllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIHnilllllllllllMHItllllllllllUnillllllllllltllllinilllllHIllllllllMIIII
Hooge waterstand: De Waalkade te Nijmegen overstroomd