Historisch Archief 1877-1940
12 April '14, No. 1920
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
VROUWENRUBRIEK
«iiitiiHmiiHHiiHiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Nationale Vrouwenraad
Te Leeuwarden heeft de Nationale Vrou
wenraad van Nederland, federatief lichaam,
omvattende genootschappen, vereenigingen
en bonden, in wier bestuur n of meer
vrouwen zitting hebben",, vergaderd. Een
openbare bijeenkomst, met mevr. mr. M.
van Woudenberg Hamstra-Ppuw, mej. mr. H.
O. Veth en prof. mr. J. A.' van Hamel als
sprekers, was gewijd aan de bespreking van
de wenschelijkheid van het instellen van
kinderrechtbanken.
Het voorstel, waarin dit aldus werd uitge
drukt: De Raad spreke zich uit voor het
instellen van kinderrechtbanken, werd bij
acclamatie aangenomen. Het is te hopen, dat
de pressie van een dergelijke uitspraak groot
genoeg mag zijn, dat kinderrechtbanken
worden ingesteld en de vrouw in de
berechtiging der zorg-gevende spes patriae ook
haar rechtmatig aandeel krijgt.
Behalve met uitbrengen van jaarverslagen
en overzichten van verschillende vereeni
gingen, bij de federatie aangesloten, werd
de vergadering bezig gehouden met de be
handeling van nog een tweetal voorstellen.
Het eene, waarin de Vrouwenraad zich
voor de grondwettelijke gelijkstelling van
man en vrouw uitspreekt, werd aangenomen.
Alleen de dames van Arbeid Adelt", dat
blanco stemde, schenen (nu nog!) bevreesd
voor de gevolgen van met mannen gelijk
gesteld te worden ! Het andere voorstel, zich
uitsprekende voor steun aan het
Petionnement voor grondwettelijke gelijkstelling,
werd verworpen omdat de Bond voor Vrou
wenkiesrecht zich ertegen verzette. En in de
Vrouwenraad, met vogels van zoo verschil
lende pluimage, moeten voorstellen met
algemeene stemmen werden aangenomen.
Van officeele beteekenis is, dat de burge
meester van Leeuwarden den Vrouwenraad
recipieerde.
*
*
De Pers en het Volkspetitionnement
voor Grondwettelike Gelijkstel
ling van Man en Vrouw
In afwachting van wat H. M. de Koningin
der Nederlanden door middel van haar
regering zal zeggen, wanneer het
volkspetitionnement wordt aangeboden, zullen
wij vast eens nagaan, wat de koningin
der aarde" er tot heden alzo van gezegd
heeft.
Zodra het plan voor de grote adresbe
weging ten gunste van algemeen vrouwen
kiesrecht bekend werd, waren er enige bladen
met kritiek gereed. De onderneming leek
gewaagd enkel voor het burgerrecht der
vrouwen zoveel drukte te maken en ver
scheiden grote kranten namen het weife
lende Stuk over het petitionnement uit De
Ploeger over.. Het voornemen om een mobi
lisatiemeeting te beleggen in volksvlijt op
15 Febr. maakte echter de tongen wat meer
los en wel zeventien bladen van allerlei
richting namen de weigering van de Ver
eniging tot Verbetering v. d. Rechtstoestand
der Vrouw op, die verklaarde de toestand
van uitsluiting der vrouw van het kiesrecht
«iet zo onmiddellik en niet zo radikaal te
willen verbeteren, als de petitionnerende
vereniging dat tans voorstelde. De bladen
kozen echter zelf geen partij tegen de be
weging, want de meeste namen evenzeer
het antwoord van het Hoofdbestuur der
Ver. v. Vrouwenkiesrecht op, waarin werd
uitgelegd, waarom de vrouwen niet tevreden
zijn met een blanko-artikel in de Grond
wet en aan het Ministerie de volkswil" in
dezen willen laten blijken.
Het onmiskenbaar sukses der betoging
van 15 Febr. en de invloed, die zij in het
land begon te oefenen, kon niet nalaten de
UIT DE NA TUUR
DLXXV Ze vliegen met strootjes
Een heel enkele zomervogel is al met
nestbouwen klaar, heeft misschien al eieren,
zooals de roeken van de kolonie in mijn
buurt, een spreeuwenpaar op mijn dak, en
een merel in den tuin; maar ook de meeste
musschen, spreeuwen en lijsters vliegen van
de week nog met strootjes.
Dat is een merkwaardig iets, dat vliegen
met vezels, pluisjes, veertjes, met alles
wat maar licht is en tot het vlechten of
voeren van een vogelnest gebruikt zou
kunnen worden. Het begint lang voor den
tijd, dat met bouwen ernst gemaakt dient te
worden. Op een Zondagmorgen in Februari
van dit jaar zag ik, dat een spreeuw, die een
andere nazat en haastig dwars over den
tuin vloog, wankelde in zijn vlucht. Wat
hem zoo op eens afleidde en uit de koers
bracht, wat hem zijn vechtlust deed vergeten
en hem nolens volens uit de lucht deed
vallen, dat was een lang, wit uitgebleekt
sprietje een stukje stengel van een
OostIndische kers; het-was van het vorig .jaar,
een oud strootje dus, dat bij het opruimen
was terug gevallen op de zwarte aarde van
het juist omgewerkte bloemperk.
Nu was het inderdaad de moeite waard,
den mooien vogel een poosje waar te nemen,
zooals die daar stond bij het strootje, kopje
Een merelnest in een boomgaffel
Foto Steenhuizen
politieke partijen, vooral de
Koncentratiepartijen, duidelik het feit voor ogen te
stellen, dat tans de vrouwen voor zich,
tussen hen in, plaats verlangen aan de poli
tieke dis. Het bleek nu ook hier, gelijk altijd
waar de vrouwenbeweging zich baan breekt,
dat haar eis voor- en tegenstanders in ieder
politiek kamp vindt, en bij de Unieliberalen
en de Vrijliberalen, ten minste in hun of
ficiële partijorganen, schijnt de mening der
laatsten de overhand te hebben; de
behoudzucht paart zich hier aan het
Koncentratiebelang.
Daarop volgde het grote sukses van de
meeting op 15 Februarie en letterlik alle
bladen waren vol van het indrukwekkende
van de vergadering, hoewel allen er natuurlik
niet evenzeer over gesticht waren. Daar
was o. a. het R. K. blad Ons Noorden
dat sprak van het ^geklets en gejouw van
die teetantes op 15 Februarie" en De Vrije
Socialist en De Tribune, die zeiden, dat
zo'n flinke betoging een betere zaak waardig
was en dat de heren Wibaut en van Heutsz
de meeting bijwoonden in het belang van
het imperialisme!" Overigens maakte aller
verslag van de betoging een goede indruk
en alom in het land moet men wel hebben
bemerkt, dat het de vrouwen ernst was met
haar eis en dat hét haar niet aan simpatie
ontbreekt ook onder de machthebbers en
politici. De toespraken in Volksvlijt ge
houden werden door alle bladen tamelik
uitvoerig weergegeven. Vooral de passages
uit het openingswoord der presidente
dr. Aletta Jacobs, waarin zij de politieke
partijen, die medewerking geweigerd had
den, a faire nam en o.a. van de Vrijliberalen
zeide, dat dezen vonden, dat dit niet op hun
weg ligt en van de Unieliberalen dat zij deze
demonstratie niet in overeenstemming met
het werkplan der regeering vonden. De pers
vergat ook niet te melden, hoe de heer
Herman Snijders het petitionnement sterk
aanbeval en voor de Vrijzinnig-demokratiese
partij het recht vindiceerde om te blijven
ijveren voor het vrouwenkiesrecht, en hoe
de heer Wibaut srpak van het mariage de
raison" van S.D.A.P. en Ver. v.
Vrouwenkiesr. bij gelegenheid van dit petitionnement.
Daar kwam op 16 Febr. déNieuwe Cou
rant in een hoofdartikel, Alles of Niets"
getiteld, verzekeren, dat de vrouwen nu het
onderste uit de kan willen hebben en zeker
het lid op de neus zullen krijgen, terwijl
men beweerde, dat de heer Snijders, die
vór het petitionnement gesproken had, best
wist dat zijn hulp ijdel is-en dat deze be
weging bij de komende grondwetsherziening
niet slagen kan." Het Vaderland bleef niet
achter en noemde het petitionnement een
beweging, die het uiterst gewichtige werk,
dat het Kabinet in zake kiesrecht wil ver
richten, denigreert," zodat het van de heer
Snijders niet korrekt" was daaraan mede
te werken. Zeer ad rem antwoordde dr. Bos
hun in de Vrijzinnig-Demokraat met te wij
zen op de mijlpalen door de beide liberale
partijen sedert 1908 reeds voorbijgewandeld
op de weg naar het Algemeen Kiesrecht,
n.l. het echte A. K. voor mannen en vrouwen,
als bewijs, hoe volkseisen zich eerst in po
litieke programma's en overeenkomsten een
plaats veroveren om eindelik tot praktiese
uitvoering door een regeringsmeerderheid te
komen. De hoefijzerkorrespondent van Het
Handelsblad van 18 Febr. komt krachtig op
tegen onbillike beoordeling1 van het streven
naar grondwettelike gelijkstelling van man
en vrouw en laat doorschemeren, dat hij de
verwezenliking daarvan ook niet als gans
onmogelik beschouwt.
Intussen gaat de aktie voort, een zeventigtal
Plaatselijke Komitees zijn alom in 't land
aan het werk en het inzamelen van hand
tekeningen gaat bij duizenden. Dat wordt
de Nieuwe Courant te erg; zij vreest gevaar
voor het Koncentratie-belang, en als een
scherpzinnig veldoverste uit eigen Jcamp als
de heer Elout de politieke gelijkstelling
tussen man en vrouw ook al ziet aankomen,
dan doorleven behoudzucht en
sekse-overschuins-Iinks, als in gedachten. Men wordt
zoodoende onwillekeurig gedwongen studie
van de vogelziel te maken. Hij of was
het een zij ? dacht na, ongetwijfeld. Hij
draaide om het strootje heen, vloog even
op, kwam weer terug. Het leek mij volkomen
duidelijk, dat bij het dier iets in herinnering
kwam, iets dat hem sterk boeide, en hem
belette verder te stoeien met zijn kame
raden, die in den tuin, vlak naast de mijne,
geweldig rumoerden.
Komiek-hupperig, met de kopbeweginkjes,
die alleen een spreeuw kan maken, stapte hij
het strootje in de volle lengte langs haast
een halven meter en bleef aan het eene eind
gekomen in gepeinzen staan. Toen ging het
naar het andere eind van het stroo. Daarop
stak hij den kop in de hoogte, vloog op den
schuttingrand, vandaar in het kale
kersenboompje ; op het hoogste twijgje klemde de
vogel zijn pootjes vast; maar de kop en het
lijf werden precies gericht naar het lange
strootje op het bloemperk. Hij rekt zich nog
meer uit, de bek kleppert; 't is evenwel zoo
zwak, dat ik op tien meter niets kan hooren,
alleen maar zien, dat hij een poging doet
om te zingen.
Het strootje moet wel gewichtige dingen
wakker roepen in zijn kopje, dat hij zoo
sterk met voorjaars-gebaren reageert.
Als een spreeuw in Februari al zingt, komt
er altijd dadelijk een tweede bij, die vraagt
wat hem mankeert, of verwonderd blijft
staan kijken, en dan is het gewone resultaat: f
dat er twee zingen, f dat er een geweldige
maar bloedelooze vechtpartij ontstaat.
Maar. dezen keer liep het anders. Mis
schien was de tweede een spreeuw die
in sexe verschilde met den eerste; ik weet
het niet; mannetjes-en wijfjesspreeuw lijken
te veel op elkander, om ze op een afstand
te kunnen onderscheiden.
Nummer twee zag het strootje, en blijk
baar begreep het diertje volkomen de
aandoeningen, die het bij den eersten ont
dekker had gewekt. Ook de tweede spreeuw
stond een oogenblik in gedachten. Met hun
beiden stapten ze daarop naar het bloem
perk en bestudeerden gezamenlijk de merk
waardigheid. Zoo'n lang, blank, buigzaam
strootje ook! Schuddend en draaiend, als
een pronkerig kind dat een nieuwe
paaschjurk aan heeft, marcheerden beide spreeuwen
het strootje een paar maal in de volle lengte
af; rechts en links. Daar krijgt een van de
twee een bevlieging, hij springt toe en vat
het eene eind van het stroo; zooheftig.dat
de ander schrikt en een eind op zij stuift.
En daar vliegt een spreeuw omhoog, met
lang stroo in den bek of het April.was.
htersingstraditie benauwde ogenblikken en
het orgaan der vrij-liberalen zucht: o
tempora, o mores!
Zie maar hoe de Nieuwe Courant van
12 Maart schrijft: dat zij vergaat van mede
lijden met de arme verblinden", die het
petitionnement aanbieden en die het tekenen
zonder er in 't minst de strekking van te
beseffen. Over het recht der vrouwen, geen
woord. Over onze afzijdige voorlichting in
de pers, in openbare vergaderingen en pro
pagandageschriften etc., geen woord. En
vraagt men de redaktie: Eilieve, zijt gij ook
zo ongerust over het gehalte uwer kiezers,
die uw partij een machtspositie in het par
lement verre boven haar aantal hebben
verschaft, en weegt gij het inzicht en
intellekt dier kiezers ook zo consciëntieus? dan
begrijpt zij niet." In een onderschrift bij een
ingezonden stuk, dat op het vage van het
Koncentratieprogramma ten opzichte van het
vrouwenkiesrecht wijst en daar
onzeduidelike leuze tegenoverstelt, vertoont zich ook
weder die intellekt-taxatielust bij de N.
Ct.redaktie en geeft zij een geheel nieuwe, nog
nergens gehoorde uitleg van
welstandsgrens", hetwelk N. B. capaciteiten-kiesrecht
moet betekenen! Gelukkig voor de
Vrijliberale Kamerfraktie, dat deze interpretatie
niet gegeven is vór de Junie-verkiezingen.
Om met een stukje slotvuurwerk voor dit
maal te eindigen moeten wij nog de helder
schijnende Fakkel vermelden, die, over de
meeting van 15 Febr. sprekende, meewarig
zegt: De vrouwtjes begrepen van dat alles
natuurlik niets". Zich verlustigend in eigen
schijnsel, ziet zij niet, wat vróuwenintellekt,
nationaal en internationaal, op politiek ge
bied praesteert, n zet zij zichzelf zoo in
't donker, dat wij haar te gelegener tijd
eens bij zullen lichten met ons vetkaarsje,
opdat zij tegen al te fel licht niet behoeft
te knipogen.
(Slot volgt) MARTINA G. KRAMERS,
Sekretares der Perskomm. v. h. Centraal
Komitee v. h. Volkspetitionment.
Allerlei
Gevaarlijk
Een bekend Fransen aviateur schrijft in
een van de Parijsche dagbladen, dat de
dames er volle recht op hebben vlinders"
te zijn, maar dat ze buiten het gebied van
mode en coquetterie maar niet moeten trach
ten te fladderen of te vliegen. Voor het rustig
en zeker besturen van een vliegmachine,
meent hij, missen ze nagenoeg alle eigen
schappen. Ze zijn niet rustig-overleggend
genoeg, het faalt haar aan koele tegen
woordigheid van geest en ze doen juist op
grond van haar veel-geroemde intuïtie soms
dingen, die averechtsch verkeerd zijn.
Wat mij betreft," zegt onze aviateur,
ik zou er zelfs niet aan denken een vrouw
als passagier mede te nemen, want als
ik in gevaar kom, maakt zij de redding
onmogelijk.. ."
Helaas!... dus hoogvliegers zijn we ook
al niet!... En wat dan wel ?
* *
Troost
Men leest toch ook nog weieens wat
troostrijks!... Aan het patentbureau in
Engeland werd het voorgaand jaar patent
gevraagd op 400 uitvindingen van vrouwen.
5 Jaar geleden waren er in n jaar nog
maar 16 vrouwelijke uitvindsters. Dat is dus
in n lustrum een flink accres.
* *
Verrassing
In de oorlogstaktiek gaat men een nieuw
element invoeren, namelijk de kunst om
door eenvoudige middeltjes vrees te ver
wekken.
In den Bulgaarschen oorlog gebruikten de
Servische en Montenegrijnsche troepen ge
weldig groote ratels, om het snelvuur van
Omhoog! Ja, maar waarheen? Als een bootje
zonder roer, draait hij in de lucht rond. Hij
heeft een strootje, maar geen nestplaats.
Het is nog geen nestel-tijd. Dat is beslis
send ; hij laat het ding vallen en kijkt er
niet eens naar, hoe het naar beneden dwar
relt. De tweede spreeuw komt weer naderbij,
die pakt het in het midden, ook omhoog,
een klein eindje, tot op de schutting. Dan in
de klimop. Daar zitten musschen, en in een
wip heeft een drietal van die geweldenaars
zich meester gemaakt van het strootje; de
spreeuw, die wil protesteeren, wordt weg
gehoond.
De musschen sleepen het witte stengeltje
tusschen de harde groene klimopbladeren,
en daar laten ze het verder ongebruikt lig
gen: de heele klimop ligt al vol met zulke
omhooggehaalde strootjes; toch nestelende
musschen er nooit in.
Dit strootjes-zoeken zit alle jonge vogels
in het bloed; soms uit het zich al in den
winter; het vlechten er van heb ik nooit
anders dan in het voorjaar zien beproeven.
Lang niet altijd is het nestjes-bouwen volle
ernst; verscheidene vogels maken
speelnesten: roodborstje, winterkoning, ook merels
wel. Dit is niet zoozeer een probeeren en
stellig geen bewust oefenen; alleen een van
de puberteitsuitingen of de jaarlijksche her
haling ervan die het voorjaar in de warme
vogellijfjes wekt.De dieren hebben hun winter
pakjes uitgetrokken; de nieuwe veertjes
fleuren en glanzen op hun mooist; de keeltjes
gaas den ganschen dag. Als ze niet stoeien
of vechten, dan zingen ze. Dat begint in
den vroegen morgen, eigenlijk al in donker.
Van den nanacht duurt het tot in den avond,
bijna zonder ophouden; aan eten of drinken
denken ze haast niet. Dat behoort allemaal
bij elkaar, het is de voorjaars-stemming; die
past weer bij de witte en gele knoopjes
in het gras, bij de eerste madeliefjes; bij het
speenkruid en de gouden dotterbloem aan
den dijk en in de natte wei; bij de bloeiende
rozeroode amandel en den perzik in den tuin,
bij de anemonen in het bosch, die als appel
bloesems op den grond in het jonge gras
liggen; ook bij de sapgroene bladeren en
bloemknopjes van kastanje en eschdoorn
en. het eerste groen van de wilgen.
Natuurlijk zoeken niet alle vogels uit
sluitend strootjes. Er zijn er, die het vooral
op paardenhaar en mosstammetjes gemunt
hebben, zooals de vinken. De meeste zijn
ook dol op veertjes, ook de musschen;
grappig is het te zien, hoe een heele
vogelsociëteit in rep en roer komt, als een dienst
meisje van mijn overburen, achteruit, een
slecht gewast peluw uitklopt. Dan waaien
mitrailleurs en machine-geweren na te boot
sen, en aldus den vijand in den waan te
brengen, dat zijn tegenstanders sterker wa
ren dan men vermoedda.
Thans heeft men een werktuig uitgevon
den, dat op bedriegelijke wijze het geluid
nabootst van een vliegmachine. De
Duitschers willen daarmee de Franschen op de
vlucht jagen. Een zegen voor de menschheid
dat streven naar een oorlogstaktiek van loos
alarm en bangmakerij. Als men het eens
zóver konden brengen, dat oorlog-voeren
alleen op deze listige manier mocht, en dat
het bloedvergieten verboden werd...
Vrouwen-uitvindsters doet uw best eens.Misschien
brengt gij den wereldvrede!
* * *
't Penningske"
Een aardig belastingduitje betaalt de
Amerikaansche millionnair John D.
Rockefeller. Men heeft zijn jaarlijksch inkomen
geschat op 240 millioen gulden en daarvan
ontvangt de fiscus 14Vs millioen gulden.
-Ik vermoed, dat dit toch in elk geval wel
het belastingbetalers-record zal zijn. Ge
lukkig is de rijkaard geenzins onwillig"
om zijn penningske" te offeren. Stel u voor,
dat hij eens op de boosaardige gedachte
kwam zijn jaarlijksche bijdrage in dollar
centen uit te tellen.
* , *
Collectioneur
Dezer dagen stierf een aristocratisch
Fransch heertje (nomina sunt odiosa), die
een zonderling zwak had: hij was namelijk
buitengewoon gesteld op fraai schoeisel, en
wanneer hij voorbij een schoenwinkel kwam
en daar iets bizondersjieks of fraais of nieuws
zag, verzuimde hij nimmer het te koopen ...
Zijn erfgenamen vonden in zijn nalaten
schap 5000 paren schoenen. Men zegt zelfs,
dat er meer schoenen waren dan geld.
De fijne gelakte laarsjes, tennisschoenen,
balschoenen, ware allen keurig bij elkander
gezet in een afzonderlijke kamer, welke hij
zijn Chaussarium" noemde. Naast elkaar
stonden ze genummerd op planken, en een
catalogus maakte den bezitter wegwijs
in zijn collectie, die meer dan 40 jaar
schoenenmode te zien geeft.
* **
Machinaal
Een Russische uitvinder heeft een nieuw
instrumentje bedacht, dat automatisch de
blaadjes keert van het muziekboek, dat op de
piano staat. Eén druk op een klein ivoren
knopje dat zich in den rand van 't klavier
bevindt, in het onmiddellijk bereik van de
rechterhand, doet vliegensvlug het blad
omslaan.
Ik vrees dat lang niet alle jonge dames
met deze inventie ngenomen zijn, want 't is
toch bizonder heerlijk, om naast je, aan 't
klavier, een beau cavalier te hebben, die
blaadjes voor je omslaat. En moet dat nu
ook al machinaal gebeuren ?
* * *
Turksch.
Allerzonderlingste toilet-artikelen worden
tegenwoordig vervaardigd voor de Turksche
dames. De Turkinnetjes zijn meer kin
deren" dan wij Westerschen, en 't nieuwtje
gaat dus op in Constantinopel. Borstels
en haarkammen met muziek worden bij
massa's verkocht. Men vindt het een hemelsch
genot, om zich de lange, zwarte lokken te
borstelen met een borstel die O, mein
lieber Augustin" speelt, het hoofd gehuld in
een sfeer van muzikalen klank.
Echt
't Is maar een weet, en dan schijnt het
dood-eenvoudig!... weet ge, hoe ge zien kunt,
of een diamant echt is? Ge hebt daar geen
radium voor noodig, dat de eigenschap be
zit de onechte diamant te doen verkleuren,
terwijl de echte de bestraling weerstaat,
zonder er eenig nadeel van te ondervinden.
IIIMIIII iiimiiiiiiimii iiiiiiiimiiiiiimiiini iiiiiiniiiiiiiiii
de veertjes bij tientallen; de vogeltjes
worden er door geprikkeld tot een wilde
jacht, al is het heelemaal. geen tijd van
nestelen.
Vroeger dacht ik, dat de musschen die
veertjes voor witte kappellen, misschien voor
witjes-vlinders hielden, en er daarom jacht
op maakten. Ik geloof nu, dat het net anders
om is. Toen ik nog veel rupsen kweekte,
liet ik meermalen verscheidene uitgekomen
witjes en andere vlinders, tegelijk wegvlie
gen; en dan zaten dadelijk de musschen er
achterheen. Maar sedert ik heb opgemerkt,
dat ze de vlinders weer lieten vallen, zonder
er iets van afgepikt te hebben, houd ik het
er voor, dat de musschen ze voor veertjes
aanzagen.
Een raar geval heb jk eens beleefd met
mijn vogels in een volière. Ik hield indertijd
allerlei vogels in school, om de kinderen
het geluid te laten bestudeeren, zoo dat ze
het buiten en op grooten afstand konden
herkennen. Het waren grootendeels manne
tjes, die ik in het najaar van vogelaars in
den Jordaan had gekocht. Midden in den
winter stierf me een geelgors. Het dier lag
nog te trekken, toen ik naar huis moest.
Misschien een stuip, hij kan nog bijkomen,
dacht ik. 's Middags bij mijn terugkomst,
hoor ik tot mijn verbazing geweldig
gefladder en een gesmoord gepiep in de volière.
De kooi lag vol veertjes en alle vogels vlogen
met veertjes. Het zaadbakje was er mee
volgestopt. De diertjes vochten met elkaar,
om de donsveertjes machtig te worden. En
' op den bodem lag de arme geelgors, zoo
volkomen kaal geplukt als een braadkip die
van een poelier komt.
Hier moet imitatie in het spel geweest
zijn; l'esprit des masses had er zelfs een
mannetjes-merel toegebracht met een veertje
te gaan vliegen. En toch gebruikt een merel
nooit veeren bij den nestbouw, gezwegen
nog van het feit dat een mannetjes-merel
niet meehelpt bij het nestje-bouwen.
Dit laatste, psychologisch moeilijk te ver
klaren geval, kwam mij vandaag op de wan
deling herhaaldelijk in gedachten. Ik heb er
eiken vogel op aangekeken, die zich lang
genoeg wilde laten waarnemen. Het was
voorjaarsweer, maar niet bijzonder mooi;
i alleen van tijd tot tijd een zonnetje; een
i kil windje en voor de rest buitjes.
De vogels evenwel waren door het dolle
l heen. Ik had een paar groenvinken, die
: als straatjongen vochten, met de hand kunnen
i grijpen, zoo tolden ze op en over elkaar
voor mijn voeten. Al wat niet vocht dat zong;
de meezen zoo goed als de ringmusschen,
i bastaard-nachtigaal en vinken ook; vreemd
Sketch
NIEUWE MODE
De tijd, dat de vrouwen nooit hare
sleutels of haar zakdoek kunnen vinden
is nu wel uit: voorzoolang boven
staande mode zich handhaaft
iiiiimimminiiiimi iiiiiiiiiliiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiii
Maar deze methode is kostbaar, en mijn
apparaat om een diamant te toetsen hebt
ge altijd bij de hand: teeken op een wit
stuk papier met potlood een zwarte stip en
kijk daarnaar door de diamant. Wanneer
ge meer dan n stip ziet, of een lange
streep of een kartelrand, dan kunt ge er
verzekerd van zijn, dat de steen valsch is.
Door de echte diamant ziet ge de stip en
kelvoudig en zonder afwijking in den vorm.
Bekijk op deze manier eens die prachtige
brillant, in den ring van uw beste vriendin,
die ge haar altijd zoo benijdt, wie weet
welk een verrassing de proef brengt.
* *
Ideaal
Een Russisch echtgenoot, die terecht stond
wegens mishandeling van zijn vrouw, be
kende onmiddellijk, dat hij haar had gesla
gen, maar alleen, omdat zij hem sterk
provoceerde... Zij had het namelijk ge
waagd !... hem tegen te spreken, toen hij
haar uitschold. Vandaar het woord liefde."
ALLEGRA
v
minimum iiiiiiiiiiiiiiiin
genoeg, ik heb geen enkele wijfjesvinkgezien,
die zijn er anders toch al genoeg tegen half
April. Heel stil alleen waren de geelgorzen;
n mannetje zong heel kalm op een telegraaf
draad; een paar zanglijsters en een merel
zongen een trio, dat hoe langer hoe wilder
en rauwer werd tot de beestjes elkaar in de
veeren vlogen, n oogenblikje maar; toen
begon het concert weer op het gewone tempo:
Piedewiet, Qui vive of Gerrit, Gerrit hier!
Terwijl ik doodstil aan den zuidzoom van
een eikenbosch stond, om te zien wat een
hagedis ging uitvoeren,die daar in de namid
dagzon tusschen het dorre blad heenritselde,
sprong er een tjiftjaf of maatslagertje vlak
voor mij over den grond. Dat piepertje"
zocht ook strootjes, hij had er al drie of
vier in zijn bek. Waarschijnlijk was het bij
| hem ook maar een Ahnung, een voorgevoel
i van wat er komen zou; want hij kon pas een
l dag of wat in het land zijn. Hij had misschien
nog niet eens een maatje voor dit jaar
, gevonden. Ik zag tenminste geen tweede
piepertje in de buurt.
Graag had ik er langer naar uitgekeken,
om zoo mogelijk het nestje of de uitverkoren
nestplaats te vinden, maar ik moest weer
terug naar de stad. Misschien ga ik er de
volgende week weer heen, dan vertel ik er
wel verder van.
Dicht bij het station Muiderpoort zag ik
uit den trein de roeken vliegen met takKen
: in den bek; die hebben allemaal al nesten;
' ze blijven echter net als de meeste vogels
gestadig aan het herstellen en aanvullen.
j Toen ik dien zelfden avond de winkelstraten
j in de stad zoo overvol zag, ook met menschen
l die toch wel eens een namiddag in de week
vrij hebben, of vrij kunnen maken, zonder
groote opoffering, dacht ik er weer aan, dat
ik op de kostelijke lentewandeling van dien
middag geen enkel stadsmensch, jong of
oud, had ontmoet.
Wat deden nu al die menschen op straat?
! Het waren meest jonge lui, verscheidene
ook gepaard, net als de vogeltjes. Ik ging
er eenige ongemerkt na. Ze winkelden;
inkoopen deden ze weinig of niet, wel slenteren
van den eenen meubel winkel naar den anderen,
dan weer heel lang stilstaan voor magazijnen
van huishoudelijke artikelen. Zij dachten
blijkbaar ook, net als de vogeltjes, aan het
inrichten van het toekomstig huishouden
of misschien aan het repareeren. Ik keek
ze eens aan en trachtte wat woorden op te
vangen. Oude, vaee herinneringen kwamen
bij mij op. Ja wel: ook heel wat van die
jonge menschenpaartjes vlogen met strootjes.
E. HEIMANS