De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 21 juni pagina 11

21 juni 1914 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

21 Juni '14. No. 1930 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 11 Fransche Ministeries De Albaneesche Koning in nood^(Kladderadatsch) Nadruk verboden Oostenrijksche en Italiaansche redder voor zich zelf: De kerel zal mijn kleeren stelen." De Albaneesche troon in gevaar (Jagend) DE FOTOGRAAF: NOG N MINUUT EXCELLENTIES, DAN KUNT u WEER AFTREDEN! Het Albaneesche weermannetje (Le Rire) Snuffelaar (Simplicissimus) Touristen (Lustige Blatter) In tegenstelling met de gewoonte, verlaat hij zijn huisje als slecht weer in aantocht is en keert terug wanneer de lucht is opgeklaard. Vacantiegedachten (Judgc) Wees niet bang, Majesteit! Regeer in vrede! Als het te benauwd wordt, hijschen we u met uw troon aan boord! Op de recordjacht (Lustige Bluffer) Toe, Emil, hoe heet dit ook weer. de naam zweeft mij op de lippen. Ik weet het al: O sole mio. De bange Wilhelm (Wahre Jacob) In den strijd tegen de onzedelijkheid, schiet ook de knapste politiehond te kort. Men heeft het daarom noodig geacht, het instituut van het politiezwijn in te stellen. Het idee dat een stedeling heeft van het ontwaken op het land. Mijn lange beenen komen mij hier goed te pas! TOESCHOUWER : Maar controleur, waar betaal ik nu eigenlijk vijf gulden voor. Ik zie niets! CONTROLEUR : Meneer, de aviateur is zoo hoog, dat u hem niet meer ziet. De automobilist rijdt zoo snel, dat u hem niet meer zien kunt. En de duiker zit onder water. tiilMmiiimliiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiii Schaakspel inniimtttmmmiititiiittiiiiiuiuimi i mi mimi i immn 24e Jaargang 21 Juni 1914 Redacteur: RUD. J. LOMAN 36 Heathstreet, Hampstead, London N. W. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. No. 1288 B. J. M. Marx, Amsterdam Mat in drie (3) zetten abcdefgh Wit Ke6, Rb5, Pe4 en g3; b4, f2 en g5 = 7. Zwart Kd4; b6, d6 en g6 = 4. Oplossing van No. 1287 1. a8Püenz. Wij ontvingen geen enkele goede opl. van dit prachtprobleem. UIT DE SCHAAKWERELD Marshall vertrok vanPetersburg naar Berlijn, waar hij 7 Juni in CaféKerkau een simul taan séance van 36 partijen gaf. Uitslag: 30 gew. 4 verl. 2 rem. Vervolgens werden twee exhibition games tusschen hem en Teichmann georganiseerd, de eerste partij werd remise; de tweede werd door Marshall gewonnen. De Berliner Schachgesellschaft organi seerde een groot feest ter viering van Lasker's triomf te Petersburg. De wereldkampioen i(eere-lid der Berl. Schachges.) hield bij deze gelegenheid een voordracht over 't PetersBurger tornooi. Voor't Intern. Meestertornooi te Mannheim ihebben zich reeds 27 spelers aangemeld, waaronder verscheidene grootmeesters. Daar ?de wedstrijd binnen 3 weken moet afloopen, is slechts voor 18 meesters plaats. In onze volgende rubriek hopen wij de lijst der deelnemers te kunnen bekend maken. De volgende frappante eindstelling kwam voor in een onlangs te Kassei gespeelde partij. abcdefgh Wit (dr. Munk) aan den zet kondigde in deze stelling mat in 4 zetten aan. 1. Pc7f 2. Da6:f!! 3. PbSft 4. Ta7f. D. W. tiiiiiiiiiMiiiiiiiiiimiiimiiiiiiiim iiiiuuimiimtimiiiinmiiniimti Damspel iiniiiiiiiiiiiiHtuii lle Jaargang 21 Juni 1914 Redacteur: J. DE HAAS Graaf Florisstraat 15", Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. ONZE CURSUS Deze typeslag uit den omsingelingsstand is toch erg eenvoudig. Leclercq ging bij de publicatie dezer slagen blijkbaar niet syste matisch te werk, want de gemakkelijke slagen, gaan de moeilijke niet altijd vooraf. Gij kunt dit het best waarnemen bij ver gelijking van dezen slag met de beide vorigen. Deze waren moeilijker. Wij moeten ze echter allen bestudeeren en spelen dus maar weer. Wit Zwart 1. 32-27 17-21 2. 38-32 12-17 Sterker is 21-26, waardoor wit's langen vleugel eenigszins in de verdrukking komt. 3. 31-26 Gij ziet, men is spoedig in den omsinge lingsstand. 3. 20-25 7-12, 19-23 is heel wat sterker. 4. 36-31 15-20 Zwart speelt wel erg raar. 5. 33-28 18-23? Nu verliest zwart een schijf. (Stand na den 5den zet van zwart) ZWART l t 11 K 21 2C 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 WIT 17:28 11:22 6. 28-22 7. 26:17 8. 27:29 Wit heeft een schijf gewonnen met kans op nog een schijf winst. De volgende damslag is gedaan in een partij door Leclerq tegen Victor en zal u thans niet onbekend zijn. Het is wel aardig, dat de samensteller van deze typeslagen gelegenheid kreeg, deze in een partij toe te passen. ZWART l ( 11 U 21 2e 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Zooals gij ziet is wit een schijf achter. Deze heeft hij niet verloren in de partij, maar voorgegeven, iets dat de Franschen vaak doen. Aardig is het te zien hoe wit een fraaien damslag deed. Wit Zwart 1. 36-31 27:36 2. 37-31 36:27 3. 35-30 24:35 4. 34-29 23:34 5. 39:30 35:24 6. 28-23 19:37 7. 42:4 Een rake slag. Niet minder dan 6 schijven gaan in n slag van het bord. OPLOSSING VAN HET VRAAGSTUKJE Auteur H. R. O. S c h l t e r te Den Haag Zwart 6 schijven op 8, 9, 12/14, 30 en een dam op 50. Wit 6 schijven op 21, 23, 27, 29, 32, 39 en een dam op 26. Wit Zwart 1. 39-34 30:39 2. 21-17 12:21 3. 26:44! 35:49 4. 27-22 49:18 5. 23:3 gewonnen. Aardig in dit probleempje is de zet 39-34 en daarna het slaan met den dam tot 44. Minder mooi is, dat beide kleuren een dam hebben, maar voor een eersteling gaat het wel. Goede oplossingen ingezonden door: J. Oskam te Utrecht; D. v. Nieuwkerk te Rotterdam en Lucas Smid te Amsterdam. EEN BIJZONDER MOOIE SLAGWENDING ZWART WIT Zwart 14 schijven op 3, 6/9, 12, 15/17, 19 21 23 24 27. Wit *13 schijven op 28, 32, 34/39, 42, 43, 45, 48, 50. l 6 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 VIT Zwart 4 schijven op 12, 13, 18, 25 en een dam op 17. Wit 5 schijven op 23, 29, 32, 34, 37 en een dam op 1. Bij het analyseeren van een partij ge raakten wij in bovenstaanden stand en ont dekten, dat, zoo zwart speelt 17:26, wit als volgt een fraaien winstgang toepast. Wit Zwart 1. 17-26 2. 29-24! 26:28 Moet 4 schijven slaan, een volkomen zuiveren Coup de Turc". 3. 32:23 18:29 4. l :45 Gewonnen. Is dat niet een fraaie winstgang. VRAAGSTUKJE VAN ADR. J. OSKAM te Utrecht ZWART l t 11 U 21 2C 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 WIT Zwart 8 schijven op 2, 5, 6, 12, 19, 24, 30, 36. Wit 8 schijven op 16, 22, 33, 35, 37, 38, 47, 48. Wit speelt en wint. CORRESPONDENTIE Lucas Smid te A. Inderdaad hebt u voor zwart het beste spel aangegeven, doch het eindspel is eenvoudig. D. v. Nieuwkerk te R'dam. Bedankt voor het drietal. No. l is minder geschikt. Zwart heeft te veel schijven. Wij geven de voor keur aan een gelijk aantal. No. 2 is wel aardig. Stand is mooier, wordt geplaatst. No. 3. Wij vermoeden dat de stand daarin niet volkomen juist is, daar wit onmiddellijk wint door 32-28. Wees zoo vriendelijk ons nog eens den stand te doen toekomen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl