De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 5 juli pagina 5

5 juli 1914 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

5 Juli '14. - No. 1932 DE AMSTERDAMMER, WEEKB.LAD VOO R NEDERLAND HERTOGIN SOPHIE VAN HOHENBERQ f in morganatisch huwelijk verbonden met aartshertog Franz Ferdinand Als gravin van Chotek van Chotkowa en Wognin was zij voorlezeres bij aartshertogin Isabella, een nicht van Franz Ferdinand. Ondanks tegen werking van het Hof huwde de troonopvolger haar in 1900 iiiiiiiiimiitiiiiiimiiimiiiiiiiimiiiim De Vrouwenbeweging en de Strijd voor het Vrouwenkiesrecht in Nederland, door dr. J. VAN LEEUWEN. Hollandiadrukkerij, 40 cents. De beweging voor het volkspetitionnement voor Grondwettelike Gelijkstelling van Man en Vrouw had geen meer welkome steun kunnen krijgen, dan deze brochure van een sociaaldemokraties Kamerlid, die niet schroomt te erkennen, dat hij feminist is. In dit boekje maakt de schrijver duidelik, dat arbeidersbeweging en vrouwenbeweging, wel verre van elkaar de rug toe te keren, elkanders natuurlike bondgenoten zijn tegen traditie en konservatisme; en hij doet meer dan sectarische beschouwingen ten beste ge ven, want met cijfers en feiten laat hij de tegenwoordige stand der beweging zien en spoort aan tot aktie, opdat de volkswil krachtig tot uiting kome en in het belang der onderdrukte klasse en sekse het Alge meen Vrouwenkiesrecht weldra ingevoerd worde. Het eerste hoofdstuk behandelt de poli tieke toestand en het vrouwenkiesrecht, het twede de oorsprong, betekenis en omvang der vrouwenbeweging. Na een herinnering aan de verklaring van minister Cort v. d. Linden, dat de hervor ming van het kiesrecht een politieke noodzakelikheid is, ontstaan uit de verkiezingen van 1913 en door de regering uit te voeren, naar de duurzame begeerte, die blijkt in het volk te leven, wijst dr. van Leeuwen er op, dat de stembus van 1913 geen nauwkeurig omschreven formule voor het vrouwenkies recht heeft voorgeschreven. De troonrede is dan ook niet verder gegaan dan te beloven, dat de grondwettelike beletselen er voor zouIIIIIJIIMIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIHIIIMII IIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIMIII UIT DE NA TUUR DLXXXII Van een muurhagedis en drie wijngaardslakken Tusschen middageten en theedrinken zitten wij tegen den hoogen terras-muur boven den grooten moestuin van het hotel in Bollendorf, waarvan ik u de vorige week al wat verteld heb. Zoo'n theeuurtje is een mooie gelegenheid om aanteekeningen in het schets boek te schrijven of een krabbeltje op te zetten van het landschap of van plant en dier. Veel gasten zijn er niet; de meeste blijven den heelen dag weg en eten 's avonds, zooals ze dat thuis gewoon zijn. 't Is dan ook heel rustig op het terras, zoo stil dat ik bij het schrijven een vreemd geritsel tegen den muur kan waarnemen. Er beweegt iets; het klimt en schuift onder mijn schetsboek dat tegen den bovenrand van den ouden muur rust. 't Wordt een zacht geschuifel of er een muis onder zit. Heej rustig doorgaan of nog beter onbe weeglijk blijven is in zoo'n geval het eenige middel om wat gewaar te worden. Dat bleek dadelijk. Want tot mijn verrassing en groote blijdschap steekt een muurhagedisje zijn kop tusschen mijn duim en wijsvinger door. Het mooie brons met blauw en groene lijfje hijscht zich op, wringt zich langs het potlood om hoog en blijft met schuins-links gebogen ho_pfdje, n kraaloogje gericht houden op mijn potloodpunt; die laat ik stilletjes streepjes blijven trekken op het ruwe schetspapier. Dat moet een heel nieuw prooi-dier voor het hagedisje zijn. Iets dat een zacht schui vend geluid maakt als een knagend insect, een rups of zoo; maar het beweegt toch zoo vreemd en het zwarte larfje zit in een groote gele stok, die ook beweegt. Ik vind zulke zeldzame momenten waarop je een vrij-levend dier, dat zijn instincten volgt, kunt vragen, wat het in een buitenge woon geval zal doen, de belangwekkendste uit de studie van het dierenleven. Vooral wanneer de omstandigheden zonder opzet samenloopen, als het dus geen kun stige, met een vooropgezet doel door den waarnemer in elkaar gezette proef is; dan kunnen zulke meevallertjes, zooals 't onver wachts op theevisite komen van een muur hagedisje, allicht iets leeren over het zieleleven der dieren. Gelukkig dat er geen nerveuse jongelui of oudelui naast me zaten, die zoo iets al licht eng of griezelig zouden vinden. Eén filletje en het diertje was weggedoken in n van de vele holletjes van den muur; heel zacht en toonlpos zei ik tegen mijn reisgezel! Verroer je eens niet, kijk naar mijn schetsboek, daar komt een hagedis uit den muur over mijn handen loopen." En hij, ook gewoon aan waarnemen in de natuur, deed precies zooals het moest. Al twee jaar lang had ik vergeefs naar muurhagedissen uitgekeken. Ook verleden jaar regende het juist, toen ik in een streek reisde, waar ze in massa wonen en ik dus ver den worden weggenomen. Nu kan men kiezen tussen de eis der S. D. A. P.: niemand wordt van het kiesrecht uitgesloten om redenen, rechtstreeks of middellik voortvloeiende uit geslacht of maatschappelijke welstand", en het Vrrjzinnig-demokratiese voorstel of het program der Vrijzinnige Koncentrasie. De volkswil zal de formule moeten aangeven. Vervolgens gaat de schrijver de houding onzer diverse politieke partijen in 1913 na aan de hand van hun uitspraken in officiële geschriften, waarbij ook de houding der R.-K. (een internationale partij evenals de S. D. A. P.) in België niet vergeten wordt, en komt dan tot de konklusie, dat zij geen van allen principiële tegenstanders van vrou wenkiesrecht zijn. Dan bespreekt hij de hou ding der Vereeniging voor Vrouwenkies recht, die nooit een kieswet ontwerpt, maar zich er toe bepaalt voor de vrouwen het zelfde te eisen, wat men de mannen toe denkt, zodat zij in de huidige omstandig heden moet vragen: het algemeen vrouwen kiesrecht in de grondwet. Waar dr. .Van Leeuwen de vrouwenbewe ging in 't algemeen bespreekt, is het zeer in hem te prijzen, dat hij vrij is van het veelal bij sociaal-demokraten heersende veroordeel, als zou organisatie van vrouwen voor vrouwenbelangen buiten de klassen strijd om, schade doen aan de strijd van het proletariaat voor zijn rechtmatige plaats in de samenleving. Hij ziet wel, dat het optreden der vrouw op de arbeidsmarkt in plaats van in het eigen gezin in verschillende maatschappelike klassen verschillend heeft gewerkt, en dat het daardoor lijkt, alsof de seksestrijd, die in de meer gegoede klasse het eerst tot uiting kwam, aan de arbeidersklasse vreemd, ja vijandig is, terwijl het toch in het wezen der zaak het kapitalisme met zijn warenproductie is, dat overal de arbeidskracht der vrouw te zijnen behoeve is gaan gebruiken. Een blik op de reusachtige toeneming van het aantal in loondienst werkzame vrouwen toont dat aan, immers het getal vrouwen in ons land werkzaam in bedrijven vallende onder de Arbeidswet is van 1889 tot 1909 met 53 procent toegenomen, terwijl dat der aldus werkzame mannen slechts met 31 pro cent steeg. Bij het onderwijs steeg het aan tal mannen 26 procent en het aantal vrouwen 88 procent. Ook voor andere vakken gaat de schrijver die toeneming na, wat ik natuurlik in een korte aankondiging van zijn werk slechts kan aanduiden. Vervolgens bespreekt hij, hoe de individualisering der vrouw aan leiding geeft tot de vrouwenbeweging, die een hoger maatschappelik levenspeil en een hogere beschavingsvorm mogelik maakt. Dan bepaalt hij de plaats, die de strijd om het kiesrecht in de ganse vrouwenbe weging inireemt en laat zien, hoe het bezit van het staatsburgerrecht haar losmaakt van de haar door de maatschappij opgelegde on verschilligheid en slaafsheid. Zo beschouwd is het kiesrecht niet het doel maar slechts een middel in het streven der vrouwenbe weging, echter een zaak, waarvoor niet krachtig en niet onvermoeid genoeg kan worden gewerkt, vooral in onze politieke omstandigheden van dit ogenblik. Nu maakt de schrijver een onderscheiding, die mij niet geheel helder is, tussen leid sters der burgerlike vrouwenbeweging, die haar aktie richten tegen de mannen der bourgeoisie, en feministen, die een strijd organisatie verlangen met de eis gelijk stelling van vrouw en man." Hij verklaart daaruit dat de burgerlike vrouwenbeweging tot praktiese eisen kwam, die de vrouwen wachten kon ze te zien. Maar zonder zon geen muurhagedis. Het is dan ook het ware diertje van zon, licht en warmte. In de zoele zonnige zij-dalen van de Moezel zijn ze al vrij algemeen. Hoe zuidelijker hoe veelvuldiger, tot aan de kusten van de Middellandsche Zee, waar het moet krioelen van muurhagedissen. Toch kan het gebeuren dat men in de heele zomervacantie er niet n ziet. Het kan ook te heet en te droog voor ze zijn. Wat een eenig mooi wezentje toch. De lichte goudbrons tint van de fijne rugschubjes, het bleeke blauw van de flanken en oksels, zeggen dat het een nog jong dier is, een man netje in zijn eerste bruigomspakje. De draaddunne nageltjes tikken haast onhoorbaar op het papier, de slanke staart beweegt vlug in slangebochtjes. Geluidloos trekt de hagedis zich nog iets nader bij de pot loodpunt. Het kleine tongetje net een bloemstamper met dubbelen stempel komt even te voorschijn, gaat bliksemsnel uit en onderling vijandig tegenover elkander stel den. Van de poletariese vrouwenbeweging zegt hij: Hier wordt te uitsluitend de na druk gelegd op de maatschappelike oorsprong en betekenis der vrouwenbeweging en te weinig gelet op (het feministies element daarin.",Zijn eindoordeel is, dat de vrouwen zich gezamenlik nog heel wat sterker moeten maken om zodoende persoonlike en maat schappelike gelijkberechtigdheid te bereiken. Het laatste hoofdstuk der brochure is een overzicht van de groei en relatieve sterkte der Vereniging v. Vrouwen-kiesrecht, Bond( v. Vrouwen-kiesrecht en Bond der S. D.' Vrouwen-klubs, waaruit blijkt, dat daarin resp. 73 pet., 23 pet., en 4 pet. der om kiesrecht vragende vrouwen georganiseerd zijn. In zijn slotwoord wijst dr. v. Leeuwen er de vrou wen op, dat in de gegeven omstandigheden bij voldoende krachtsontwikkeling, best te bereiken is, dat het algemeen vrouwen kiesrecht zal neergelegd worden in de grond wet, maar dan moet onder de vrouwen nergens meer laksheid zijn en overal samen werking. Het is, politiek gezien, juist zo goed, dat daar eens op gewezen wordt, nu onze partij ten opzichte van het Algemeen Kiesrecht voor mannen wel degelik erkent, dat zij dit niet allén als socialistiese Kamergroep kan bereiken en dus samenwerking met burger like elementen, met behoud van ieders zelf standigheid, geboden is. Ter verkrijging van het Algemeen Kiesrecht voor vrouwen is immers die samenwerking precies even noodzakelik. En nu 73 pCt. van de georgani seerde burgerlike" vrouwen grondwettelike gelijkstelling van man en vrouw vragen dus in het huidig politiek stadium Algemeen Kiesrecht voor de vrouw zou het voor een socialistiese of burgerlik demokratiese partij een onverantwoordëlike daad zijn deze hulp niet met ieders behoud van zelfstan digheid met beide handen te aanvaarden. Wie hier durft af te stoten, die moet de politieke yerantwoordelikheid daarvan maar dragen. Hierop met andere woorden gewezen te hebben, is de grote aktuële verdienste van deze brochure. MARTINA G. KRAMERS Allerlei Liefdesmart In het dorp Tumbar in Schotland is dezer dagen een oude vrouw gestorven.die als bloem van achtien jaren een beroemde schoonheid was, zoo blozend en bekoorlijk, dat thans nog in den volksmond enkele liedjes leven, die haar door de dorpsdichters werden toegewijd. Fair Elly" doorleefde echter een roman van bittere ontgoocheling. Zij, een niet onbemid delde wees, had een innige genegenheid op gevat voor een jongen man uit een dorp in de nabijheid, en toen reeds nagenoeg alles gereed was voor de bruiloft, verbrak deze plotseling de verloving en huwde met een schatrijke en veel oudere vrouw. Niemand zag Fair Elly" schreien om haar bedrogen liefde, niemand zag ooit meer haar gelaat, ze sloot zich op in een vertrek van haar kleine woning en zette geen stap meer buiten de deur. Toen zij kort geleden op 62-jarige leef tijd stierf, zag men voor het eerst Fair Elly" weer: een vervuilde, verschrompelde, magere oude vrouw!... Arm, trouw hart, dat zoo bitter geleden had! Wie zal het zeggen, welk een drama zich in deze vrou wenziel heeft afgespeeld. in: maar het raakt het potlood bij lange na niet. Een tasten is het niet, eer een zenuw achtige vórbeweging van den hap, veroor zaakt door het ongewone van het geval. Blijkbaar durft de hagedis «iet toetasten. En nu doet hij, wat ik meer dieren in zoo'n geval heb zien doen en wat toch geen in stinct in de gewone beteekenis van het woord kan zijn tenminste, dat wil er bij mij niet in: Het diertje vertrouwt het geval niet, doordat hij het niet kent; dit is heel natuurlijk en dit opzichzelf dwingt nog niet tot het onderstellen van een nadenken door dieren, of van iets dat met ménschelijk ver stand overeenkomt. Anders wordt het, nu de hagedis een krijgslist toepast; hij wil dat rare ding dwin gen kleur te bekennen, te laten kijken wat het is en iets anders te doen dan dat eeuwige heen en weer schuiven. In plaats van nog dichter bij te sluipen en onverwachts toe te happen, zooals hij met een echte vretende of kruipende rups zou doen, maakt hij ter' f;il i%M£^ W* Muurhagedis (Illustratie uit De Levende Natuur) WEGENS VERHUIZING TOTALE UITVERKOOP in alle A f deeling en TOT ONGEKEND LAGE PRIJZEN. MAGAZIJN DE BIJENKORF DAMRAK, AMSTERDAM. Goede raad Een buitengewoon-verstandig lezeresje komt mij vertellen, wat men op een vacantiedag niet doen moet, om er een werkelijken feestdag van te maken, en er volop van te kunnen genieten. M'n wijsneusje lanceert de volgende raadgevingen: l o. Begin niet reeds in de vroegte uw dag te bederven door uw maag met choco lade en andere zoetigheid te overladen. 2o. Kies voor een wandeling in den vroegen morgen geen zonnigen weg zonder schaduw. 3o. Zorg dat uw schoenen u niet knellen en dat uw kleederen u prettig en gemak kelijk om 't lijf zitten. 4o. Drink niet te koud, eet niet te warm. Doe zoowel het een als het ander met mate. Overvloed zoowel als ontbering kunnen beide uw vacantiegenot bederven. 5o. vór alles, zorg dat ge niet toegeeft aan humeurigheid. Een goede stemming vertienvoudigt uw genot. Men ziet de natuur en het leven nog meer door zijn stemmingen dan door zijn oogen. Ik geloof, dat ons raadgeefstertje wel bijna geheel en al gelijk heeft. *** Aequivalent Een Duitsch professor beweert, dat het begrip aequivalentie" van man en vrouw onzin is. Hij zegt, alleen reeds wat lichame lijke kracht betreft, staat de man onher roepelijk ver boven de vrouw. In alle takken van sport blijft de vrouw ver bij den man ten achter. Alleen in de zwemsport nadert zij min of meer de records, maar ze heeft het toch nimmer verder kunnen brengen dan tot een derde plaats. Van gelijkwaardigheid" zegt de hopgleeraar, kan dus in geen geval sprake zijn, geestelijk misschien, lichamelijk nimmer. ** * Standbeelden Geen beroemdheid ter wereld is mér in brons en steen afgebeeld dan Keizer Wilhelm I, de stichter van het Duitsche Rijk. In Duitschland zijn thans 318 standbeelden van deze vorst, die te zamen 20 millioen mark hebben gekost. Zou onder deze omstandigheden een confectiemagazijn van standbeelden" in Berlijn niet alle reden van bestaan hebben. Men zou daar den ouden Wilhelm in alle maten en houdingen voorradig" kunnnen hebben... Levering goedkoop en snel!... ALLEQRA wijl hij naar het potlood kijkt op eens een duidelijk hoorbare krabbende beweging met zijn poot, en slaat met zijn staart op het papier, dat het klapt. Nu moet ook de ver meende prooi wel reageeren! Maar dat zou kunnen tegenvallen en een gevaarlijke tegen stander zou kunnen toespringen. De beste taktiek is dus: meteen op den loop te gaan; niet te ver evenwel, om te kunnen zien, wat uit het onbekende worden zal. Inderdaad springt de hagedis achteruit duikt veilig onder mijn boek, hij draait om, en onmiddellijk strekt bij zijn neus en oogen er weer boven uit, blijkbaar om te verkennen wat er gebeurt; een andere verklaring is niet denkbaar. Of hij nu, op een afstandje, beter het geheel overzien kan, en daardoor bemerkt, dat het een groote hand met vingers is, die zich nu naar hem toebeweegt, dat weet ik niet zeker, maar ik denk het wel. Want opeens geeft het heele lichaam blijk, dat er een plotselinge hevige schrik doorheen vaart; snel spreiden de teentjes wijd uit, het lijfje valt neer, de bek spert open, de staart staat stijf omhoog als een koestaart bij zekere gelegenheid, de elegantie is weg uit het hagedissenlijfje, een torpeur er ingevaren. n moment maar! Dan slaat met een schok het beestje om, kromt zich als een boog en met een sprong, zooals alleen muurhagedissen die doen kunnen, drie maal zoo ver als zijn lichaam lang is, zit hij weer op den muur en duikt weg in een holletje. Onze inlandsche duin- en kleihagedissen maken zelden sprongen en in geen geval zulke gewaagde, verre sprongen als de muur hagedis, die dan ook een echte rotsbewoner is. Dien zelfden dag hebben we op de namiddagwandeling nog een ongewoon kijkje gekregen in het dierenleven. Maar van een heel ander genre. We waren met ons drieën op weg naar een plek waar wij volgens de Erlauterungen van de Geologische kaart en ook volgens de ervaringen van Burgemeester Faszbender stelligjura-fossielen moesten vin den. Het was een kalkrijke plek; braakliggend land vol kuilen, ontstaan door het graven naar vejsteeningen door de geologen en van kalkknollen door de boeren uit den omtrek. De plantengroei was er schaars en vreemd; daarover mag ik het evenwel dezen keer niet hebben; nu wil ik er alleen van zeggen dat daar tusschen de kalkbrokjes en de ijle struiken een ongelooflijke menigte groote volwassen wijngaardslakken bijeen waren gekomen. Bijna alle slakken waren in copulatie; op elke vierkante meter stellig een stuk of vier. Het schijnt wel dat ook slakken van geslacht op geslacht bepaalde plekken elk jaar opnieuw opzoeken, om te paren en de eieren af te leggen. Van visschen is dit een overbekend ver schijnsel. Ook de watersalamanders hebben waarschijnlijk dit zelfde instinct. Ik ken ten minste een slootje geen honderd meter lang, waar nu al sedert veertig jaar in den paartijd alle salamanders uit de streek samen komen; en stellig wel van een half uur gaans af stand. Dat is wat voor dieren, die zich zoo langAardbeienjam 8 pond aardbeien, 16 ons kandijsuiker. Breng een weinig water in een zuivere inmaakpan aan de kook, doe daarin de kandij, die men door koken geheel laat smelten. (Kandijsuiker is de beste voor den inmaak.) Wasch de. aardbeien, maak ze schoon en laat ze op een vergiet goed uitdruipen, ver wijder alle groene blaadjes en steekjes. Werp ze in de gesmolten kokende suiker en laat de jam, onder zoo nu en dan roeren en op een zacht vuur, inkoken tot een druppel van de jam in een glas water zakt, dan is ze goed. Zet de fleschjes met koud water op, leg op den bodem der pan een draadbodem om het springen der fleschjes te voorkomen, laat ze aan den kook komen, en doet de kokende jam in de uitgekookte fleschjes, die ,men n voor n uit het water haalt. Zijn het schroeffleschjes, bedek ze dan met Jiet glazen dekseltje en schroef ze dicht, heeft men Weck's fleschjes, stereliseer ze dan nog even in het gekookte water van de fleschjes op 80 of 90 graden gedurende een paar minuten. Dit is de beste methode om voor alle schimmel gevrijwaard te zijn; moet men de fleschjes met een perkamentpapier afsluiten, doop dit dan in water, zoo warmlmogelijk, en sluit ze zoo vlug mogelijk af. Stereliseeren is echter de secuurste weg! Aardbeien met custard Een uitstekende toeschotel voor hen, die de verkoelende aardbeien voor de maag niet kunnen verdragen is de volgende: Doe de aardbeien die schoongemaakt en gewasschen zijn, in een diepe schotel en besuiker ze naar smaak. Van de custard, tegenwoordig hier te lande bij iederen kruidenier verkrijgbaar, neemt men een eetlepel op een halve kan melk, mengt de rauwe custard met wat koude melk aan, zet de rest der melk met suiker naar smaak op het vuur, en breng die aan de kook, doe de kokende melk al roerende bij het aangemengde papje, waardoor de massa bindend wordt, en giet dit over de besuikerde aardbeien. Men behoeft dan niet bang te zijn voor verkoeling, daar de heete custard de koude aardbeien geheel verwarmt. A. H. zaam op het land bewegen; een waterweg kunnen zij lang niet overal volgen. Ik heb manden vol salamanders uit die eene sloot bij Sloterdijk zien sleepen, terwijl wijd en zijd 'm 't rond geen salamander in andere slooten te vinden was. Na den paar tijd echter weer wel. Maar dan in de paarsloot alleen jongen. Zoo hebben waarschijnlijk ook de wijn gaardslakken daar bij chternach hun brui loftszalen. Onder al die gepaarde slakken kropen maar enkele eenlingen rond, die nog geen partner gevonden hadden en die mis schien ziek of gebrekkig of nog te jong waren. De merkwaardigheid waarop ik doelde, vond ik juist, toen ik bukte om met mijn hamer een Lias-kalkknol door te tikken op een anderen steen, om het inwendige op ver steeningen te onderzoeken. Daar lagen niet twee maar drie slakken gepaard en normaal rustig zooals de andere. Hoe is dat mogelijk?" vroegen mijn metgezellen. Dat het mogelijk is, bewees het feit. Hoe, dat is pok heel gauw te zeg gen. Ik heb u indertijd al eens verteld van de liefdepijlen en van het wonderlijk liefde spel en dat de eigenlijke slakken-copulatie voorafgaat. Zoo wil ik u alleen herinneren, dat de meeste soorten van landslakken twee slachtig zijn, mannelijk en vrouwelijk dus, maar dat toch geen zelfbevruchting kan intreden zooals bij de tweeslachtige bloemen. De bevruchting heeft vice-versa plaats. Elk mannetje-wijfje bevrucht een wijfje mannetje. De uiterlijke mannelijke en vrouwe lijke geslachtsorganen liggen een eindje van elkaar, zoodat de wederzijdsche bevruchting der eieren gemakkelijk kan plaats grijpen. En nu hadik maar met mijn stok een figuurtje in het zand te trekken om heel gemakkelijk de mogelijkheid van een triple-verbinding (?copulatie", is evenals paring in dit geval een contradictio in terminis) te expliceeren, ofschoon ik zelf nooit eerder het feit had opgemerkt. Immers als ge u een driehoek denkt en op de zijden a-b-c, de letters m en v schrijft, die een mannelijk en een vrouwe lijk orgaan aanduiden, dan kunt ge de mogelijkheid der drie-slakken-bevruchting door structuurlijnen licht aantoonen; permu taties en zelf-bevruchting zooals bij planten, kunnen hier niet voorkomen; anders waren er nog meer combinaties mogelijk. E. HEIMANS * * *

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl