Historisch Archief 1877-1940
5 Juli '14. - No. 1932
DE AMSTERDAMMER, WEEKB.LAD VOO R NEDERLAND
HERTOGIN SOPHIE VAN HOHENBERQ f
in morganatisch huwelijk verbonden
met aartshertog Franz Ferdinand
Als gravin van Chotek van Chotkowa
en Wognin was zij voorlezeres bij
aartshertogin Isabella, een nicht van
Franz Ferdinand. Ondanks tegen
werking van het Hof huwde de
troonopvolger haar in 1900
iiiiiiiiimiitiiiiiimiiimiiiiiiiimiiiim
De Vrouwenbeweging en de Strijd voor
het Vrouwenkiesrecht in Nederland,
door dr. J. VAN LEEUWEN.
Hollandiadrukkerij, 40 cents.
De beweging voor het volkspetitionnement
voor Grondwettelike Gelijkstelling van Man
en Vrouw had geen meer welkome steun
kunnen krijgen, dan deze brochure van
een sociaaldemokraties Kamerlid, die niet
schroomt te erkennen, dat hij feminist is.
In dit boekje maakt de schrijver duidelik,
dat arbeidersbeweging en vrouwenbeweging,
wel verre van elkaar de rug toe te keren,
elkanders natuurlike bondgenoten zijn tegen
traditie en konservatisme; en hij doet meer
dan sectarische beschouwingen ten beste ge
ven, want met cijfers en feiten laat hij de
tegenwoordige stand der beweging zien en
spoort aan tot aktie, opdat de volkswil
krachtig tot uiting kome en in het belang
der onderdrukte klasse en sekse het Alge
meen Vrouwenkiesrecht weldra ingevoerd
worde.
Het eerste hoofdstuk behandelt de poli
tieke toestand en het vrouwenkiesrecht, het
twede de oorsprong, betekenis en omvang
der vrouwenbeweging.
Na een herinnering aan de verklaring van
minister Cort v. d. Linden, dat de hervor
ming van het kiesrecht een politieke
noodzakelikheid is, ontstaan uit de verkiezingen
van 1913 en door de regering uit te voeren,
naar de duurzame begeerte, die blijkt in het
volk te leven, wijst dr. van Leeuwen er op,
dat de stembus van 1913 geen nauwkeurig
omschreven formule voor het vrouwenkies
recht heeft voorgeschreven. De troonrede is
dan ook niet verder gegaan dan te beloven,
dat de grondwettelike beletselen er voor
zouIIIIIJIIMIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIHIIIMII
IIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIMIII
UIT DE NA TUUR
DLXXXII Van een muurhagedis en drie
wijngaardslakken
Tusschen middageten en theedrinken zitten
wij tegen den hoogen terras-muur boven den
grooten moestuin van het hotel in
Bollendorf, waarvan ik u de vorige week al wat
verteld heb. Zoo'n theeuurtje is een mooie
gelegenheid om aanteekeningen in het schets
boek te schrijven of een krabbeltje op te
zetten van het landschap of van plant en
dier. Veel gasten zijn er niet; de meeste
blijven den heelen dag weg en eten 's avonds,
zooals ze dat thuis gewoon zijn. 't Is dan
ook heel rustig op het terras, zoo stil dat ik
bij het schrijven een vreemd geritsel tegen
den muur kan waarnemen. Er beweegt iets;
het klimt en schuift onder mijn schetsboek
dat tegen den bovenrand van den ouden
muur rust. 't Wordt een zacht geschuifel
of er een muis onder zit.
Heej rustig doorgaan of nog beter onbe
weeglijk blijven is in zoo'n geval het eenige
middel om wat gewaar te worden. Dat bleek
dadelijk. Want tot mijn verrassing en groote
blijdschap steekt een muurhagedisje zijn kop
tusschen mijn duim en wijsvinger door. Het
mooie brons met blauw en groene lijfje hijscht
zich op, wringt zich langs het potlood om
hoog en blijft met schuins-links gebogen
ho_pfdje, n kraaloogje gericht houden op
mijn potloodpunt; die laat ik stilletjes
streepjes blijven trekken op het ruwe
schetspapier.
Dat moet een heel nieuw prooi-dier voor
het hagedisje zijn. Iets dat een zacht schui
vend geluid maakt als een knagend insect,
een rups of zoo; maar het beweegt toch zoo
vreemd en het zwarte larfje zit in een groote
gele stok, die ook beweegt.
Ik vind zulke zeldzame momenten waarop
je een vrij-levend dier, dat zijn instincten
volgt, kunt vragen, wat het in een buitenge
woon geval zal doen, de belangwekkendste
uit de studie van het dierenleven.
Vooral wanneer de omstandigheden zonder
opzet samenloopen, als het dus geen kun
stige, met een vooropgezet doel door den
waarnemer in elkaar gezette proef is; dan
kunnen zulke meevallertjes, zooals 't onver
wachts op theevisite komen van een muur
hagedisje, allicht iets leeren over het
zieleleven der dieren.
Gelukkig dat er geen nerveuse jongelui
of oudelui naast me zaten, die zoo iets al
licht eng of griezelig zouden vinden. Eén
filletje en het diertje was weggedoken in
n van de vele holletjes van den muur;
heel zacht en toonlpos zei ik tegen mijn
reisgezel! Verroer je eens niet, kijk naar
mijn schetsboek, daar komt een hagedis uit
den muur over mijn handen loopen." En hij,
ook gewoon aan waarnemen in de natuur,
deed precies zooals het moest.
Al twee jaar lang had ik vergeefs naar
muurhagedissen uitgekeken. Ook verleden
jaar regende het juist, toen ik in een streek
reisde, waar ze in massa wonen en ik dus ver
den worden weggenomen. Nu kan men kiezen
tussen de eis der S. D. A. P.: niemand wordt
van het kiesrecht uitgesloten om redenen,
rechtstreeks of middellik voortvloeiende uit
geslacht of maatschappelijke welstand", en
het Vrrjzinnig-demokratiese voorstel of het
program der Vrijzinnige Koncentrasie. De
volkswil zal de formule moeten aangeven.
Vervolgens gaat de schrijver de houding
onzer diverse politieke partijen in 1913 na
aan de hand van hun uitspraken in officiële
geschriften, waarbij ook de houding der
R.-K. (een internationale partij evenals de
S. D. A. P.) in België niet vergeten wordt,
en komt dan tot de konklusie, dat zij geen
van allen principiële tegenstanders van vrou
wenkiesrecht zijn. Dan bespreekt hij de hou
ding der Vereeniging voor Vrouwenkies
recht, die nooit een kieswet ontwerpt, maar
zich er toe bepaalt voor de vrouwen het
zelfde te eisen, wat men de mannen toe
denkt, zodat zij in de huidige omstandig
heden moet vragen: het algemeen vrouwen
kiesrecht in de grondwet.
Waar dr. .Van Leeuwen de vrouwenbewe
ging in 't algemeen bespreekt, is het zeer
in hem te prijzen, dat hij vrij is van het
veelal bij sociaal-demokraten heersende
veroordeel, als zou organisatie van vrouwen
voor vrouwenbelangen buiten de klassen
strijd om, schade doen aan de strijd van
het proletariaat voor zijn rechtmatige plaats
in de samenleving. Hij ziet wel, dat het
optreden der vrouw op de arbeidsmarkt in
plaats van in het eigen gezin in verschillende
maatschappelike klassen verschillend heeft
gewerkt, en dat het daardoor lijkt, alsof de
seksestrijd, die in de meer gegoede klasse het
eerst tot uiting kwam, aan de arbeidersklasse
vreemd, ja vijandig is, terwijl het toch in het
wezen der zaak het kapitalisme met zijn
warenproductie is, dat overal de arbeidskracht der
vrouw te zijnen behoeve is gaan gebruiken.
Een blik op de reusachtige toeneming van
het aantal in loondienst werkzame vrouwen
toont dat aan, immers het getal vrouwen in
ons land werkzaam in bedrijven vallende
onder de Arbeidswet is van 1889 tot 1909
met 53 procent toegenomen, terwijl dat der
aldus werkzame mannen slechts met 31 pro
cent steeg. Bij het onderwijs steeg het aan
tal mannen 26 procent en het aantal vrouwen
88 procent. Ook voor andere vakken gaat
de schrijver die toeneming na, wat ik natuurlik
in een korte aankondiging van zijn werk
slechts kan aanduiden. Vervolgens bespreekt
hij, hoe de individualisering der vrouw aan
leiding geeft tot de vrouwenbeweging, die
een hoger maatschappelik levenspeil en een
hogere beschavingsvorm mogelik maakt.
Dan bepaalt hij de plaats, die de strijd
om het kiesrecht in de ganse vrouwenbe
weging inireemt en laat zien, hoe het bezit
van het staatsburgerrecht haar losmaakt van
de haar door de maatschappij opgelegde on
verschilligheid en slaafsheid. Zo beschouwd
is het kiesrecht niet het doel maar slechts
een middel in het streven der vrouwenbe
weging, echter een zaak, waarvoor niet
krachtig en niet onvermoeid genoeg kan
worden gewerkt, vooral in onze politieke
omstandigheden van dit ogenblik.
Nu maakt de schrijver een onderscheiding,
die mij niet geheel helder is, tussen leid
sters der burgerlike vrouwenbeweging, die
haar aktie richten tegen de mannen der
bourgeoisie, en feministen, die een strijd
organisatie verlangen met de eis gelijk
stelling van vrouw en man." Hij verklaart
daaruit dat de burgerlike vrouwenbeweging
tot praktiese eisen kwam, die de vrouwen
wachten kon ze te zien. Maar zonder zon
geen muurhagedis. Het is dan ook het ware
diertje van zon, licht en warmte. In de zoele
zonnige zij-dalen van de Moezel zijn ze al
vrij algemeen. Hoe zuidelijker hoe
veelvuldiger, tot aan de kusten van de
Middellandsche Zee, waar het moet krioelen van
muurhagedissen. Toch kan het gebeuren
dat men in de heele zomervacantie er niet
n ziet. Het kan ook te heet en te droog
voor ze zijn.
Wat een eenig mooi wezentje toch. De
lichte goudbrons tint van de fijne rugschubjes,
het bleeke blauw van de flanken en oksels,
zeggen dat het een nog jong dier is, een man
netje in zijn eerste bruigomspakje. De
draaddunne nageltjes tikken haast onhoorbaar
op het papier, de slanke staart beweegt
vlug in slangebochtjes. Geluidloos trekt
de hagedis zich nog iets nader bij de pot
loodpunt. Het kleine tongetje net een
bloemstamper met dubbelen stempel komt
even te voorschijn, gaat bliksemsnel uit en
onderling vijandig tegenover elkander stel
den. Van de poletariese vrouwenbeweging
zegt hij: Hier wordt te uitsluitend de na
druk gelegd op de maatschappelike oorsprong
en betekenis der vrouwenbeweging en te
weinig gelet op (het feministies element
daarin.",Zijn eindoordeel is, dat de vrouwen
zich gezamenlik nog heel wat sterker moeten
maken om zodoende persoonlike en maat
schappelike gelijkberechtigdheid te bereiken.
Het laatste hoofdstuk der brochure is een
overzicht van de groei en relatieve sterkte
der Vereniging v. Vrouwen-kiesrecht, Bond(
v. Vrouwen-kiesrecht en Bond der S. D.'
Vrouwen-klubs, waaruit blijkt, dat daarin
resp. 73 pet., 23 pet., en 4 pet. der om kiesrecht
vragende vrouwen georganiseerd zijn. In zijn
slotwoord wijst dr. v. Leeuwen er de vrou
wen op, dat in de gegeven omstandigheden
bij voldoende krachtsontwikkeling, best te
bereiken is, dat het algemeen vrouwen
kiesrecht zal neergelegd worden in de grond
wet, maar dan moet onder de vrouwen
nergens meer laksheid zijn en overal samen
werking.
Het is, politiek gezien, juist zo goed, dat
daar eens op gewezen wordt, nu onze partij
ten opzichte van het Algemeen Kiesrecht
voor mannen wel degelik erkent, dat zij dit
niet allén als socialistiese Kamergroep kan
bereiken en dus samenwerking met burger
like elementen, met behoud van ieders zelf
standigheid, geboden is. Ter verkrijging
van het Algemeen Kiesrecht voor vrouwen
is immers die samenwerking precies even
noodzakelik. En nu 73 pCt. van de georgani
seerde burgerlike" vrouwen grondwettelike
gelijkstelling van man en vrouw vragen
dus in het huidig politiek stadium Algemeen
Kiesrecht voor de vrouw zou het voor
een socialistiese of burgerlik demokratiese
partij een onverantwoordëlike daad zijn deze
hulp niet met ieders behoud van zelfstan
digheid met beide handen te aanvaarden.
Wie hier durft af te stoten, die moet de
politieke yerantwoordelikheid daarvan maar
dragen. Hierop met andere woorden gewezen
te hebben, is de grote aktuële verdienste
van deze brochure.
MARTINA G. KRAMERS
Allerlei
Liefdesmart
In het dorp Tumbar in Schotland is dezer
dagen een oude vrouw gestorven.die als bloem
van achtien jaren een beroemde schoonheid
was, zoo blozend en bekoorlijk, dat thans nog
in den volksmond enkele liedjes leven, die
haar door de dorpsdichters werden toegewijd.
Fair Elly" doorleefde echter een roman van
bittere ontgoocheling. Zij, een niet onbemid
delde wees, had een innige genegenheid op
gevat voor een jongen man uit een dorp in
de nabijheid, en toen reeds nagenoeg alles
gereed was voor de bruiloft, verbrak deze
plotseling de verloving en huwde met een
schatrijke en veel oudere vrouw.
Niemand zag Fair Elly" schreien om haar
bedrogen liefde, niemand zag ooit meer haar
gelaat, ze sloot zich op in een vertrek van
haar kleine woning en zette geen stap meer
buiten de deur.
Toen zij kort geleden op 62-jarige leef
tijd stierf, zag men voor het eerst Fair
Elly" weer: een vervuilde, verschrompelde,
magere oude vrouw!... Arm, trouw hart,
dat zoo bitter geleden had! Wie zal het
zeggen, welk een drama zich in deze vrou
wenziel heeft afgespeeld.
in: maar het raakt het potlood bij lange na
niet. Een tasten is het niet, eer een zenuw
achtige vórbeweging van den hap, veroor
zaakt door het ongewone van het geval.
Blijkbaar durft de hagedis «iet toetasten.
En nu doet hij, wat ik meer dieren in zoo'n
geval heb zien doen en wat toch geen in
stinct in de gewone beteekenis van het
woord kan zijn tenminste, dat wil er bij
mij niet in: Het diertje vertrouwt het geval
niet, doordat hij het niet kent; dit is heel
natuurlijk en dit opzichzelf dwingt nog niet
tot het onderstellen van een nadenken door
dieren, of van iets dat met ménschelijk ver
stand overeenkomt.
Anders wordt het, nu de hagedis een
krijgslist toepast; hij wil dat rare ding dwin
gen kleur te bekennen, te laten kijken wat
het is en iets anders te doen dan dat eeuwige
heen en weer schuiven. In plaats van nog
dichter bij te sluipen en onverwachts toe
te happen, zooals hij met een echte vretende
of kruipende rups zou doen, maakt hij
ter' f;il i%M£^ W*
Muurhagedis (Illustratie uit De Levende Natuur)
WEGENS VERHUIZING
TOTALE UITVERKOOP
in alle A f deeling en
TOT ONGEKEND LAGE PRIJZEN.
MAGAZIJN
DE BIJENKORF
DAMRAK, AMSTERDAM.
Goede raad
Een buitengewoon-verstandig lezeresje
komt mij vertellen, wat men op een
vacantiedag niet doen moet, om er een werkelijken
feestdag van te maken, en er volop van te
kunnen genieten. M'n wijsneusje lanceert
de volgende raadgevingen:
l o. Begin niet reeds in de vroegte uw
dag te bederven door uw maag met choco
lade en andere zoetigheid te overladen.
2o. Kies voor een wandeling in den vroegen
morgen geen zonnigen weg zonder schaduw.
3o. Zorg dat uw schoenen u niet knellen
en dat uw kleederen u prettig en gemak
kelijk om 't lijf zitten.
4o. Drink niet te koud, eet niet te warm.
Doe zoowel het een als het ander met mate.
Overvloed zoowel als ontbering kunnen beide
uw vacantiegenot bederven.
5o. vór alles, zorg dat ge niet toegeeft
aan humeurigheid. Een goede stemming
vertienvoudigt uw genot. Men ziet de natuur
en het leven nog meer door zijn stemmingen
dan door zijn oogen.
Ik geloof, dat ons raadgeefstertje wel bijna
geheel en al gelijk heeft.
***
Aequivalent
Een Duitsch professor beweert, dat het
begrip aequivalentie" van man en vrouw
onzin is. Hij zegt, alleen reeds wat lichame
lijke kracht betreft, staat de man onher
roepelijk ver boven de vrouw. In alle takken
van sport blijft de vrouw ver bij den man
ten achter. Alleen in de zwemsport nadert
zij min of meer de records, maar ze heeft
het toch nimmer verder kunnen brengen
dan tot een derde plaats.
Van gelijkwaardigheid" zegt de
hopgleeraar, kan dus in geen geval sprake zijn,
geestelijk misschien, lichamelijk nimmer.
** *
Standbeelden
Geen beroemdheid ter wereld is mér in
brons en steen afgebeeld dan Keizer Wilhelm I,
de stichter van het Duitsche Rijk.
In Duitschland zijn thans 318 standbeelden
van deze vorst, die te zamen 20 millioen
mark hebben gekost.
Zou onder deze omstandigheden een
confectiemagazijn van standbeelden" in
Berlijn niet alle reden van bestaan hebben.
Men zou daar den ouden Wilhelm in alle maten
en houdingen voorradig" kunnnen hebben...
Levering goedkoop en snel!...
ALLEQRA
wijl hij naar het potlood kijkt op eens een
duidelijk hoorbare krabbende beweging met
zijn poot, en slaat met zijn staart op het
papier, dat het klapt. Nu moet ook de ver
meende prooi wel reageeren! Maar dat zou
kunnen tegenvallen en een gevaarlijke tegen
stander zou kunnen toespringen. De beste
taktiek is dus: meteen op den loop te gaan; niet
te ver evenwel, om te kunnen zien, wat uit het
onbekende worden zal. Inderdaad springt
de hagedis achteruit duikt veilig onder mijn
boek, hij draait om, en onmiddellijk strekt
bij zijn neus en oogen er weer boven uit,
blijkbaar om te verkennen wat er gebeurt;
een andere verklaring is niet denkbaar. Of
hij nu, op een afstandje, beter het geheel
overzien kan, en daardoor bemerkt, dat het
een groote hand met vingers is, die zich nu
naar hem toebeweegt, dat weet ik niet zeker,
maar ik denk het wel.
Want opeens geeft het heele lichaam
blijk, dat er een plotselinge hevige schrik
doorheen vaart; snel spreiden de teentjes
wijd uit, het lijfje valt neer, de bek spert
open, de staart staat stijf omhoog als een
koestaart bij zekere gelegenheid, de elegantie
is weg uit het hagedissenlijfje, een torpeur er
ingevaren. n moment maar! Dan slaat
met een schok het beestje om, kromt zich
als een boog en met een sprong, zooals
alleen muurhagedissen die doen kunnen, drie
maal zoo ver als zijn lichaam lang is,
zit hij weer op den muur en duikt weg in
een holletje.
Onze inlandsche duin- en kleihagedissen
maken zelden sprongen en in geen geval
zulke gewaagde, verre sprongen als de muur
hagedis, die dan ook een echte rotsbewoner is.
Dien zelfden dag hebben we op de
namiddagwandeling nog een ongewoon kijkje
gekregen in het dierenleven. Maar van een
heel ander genre. We waren met ons drieën
op weg naar een plek waar wij volgens de
Erlauterungen van de Geologische kaart en
ook volgens de ervaringen van Burgemeester
Faszbender stelligjura-fossielen moesten vin
den. Het was een kalkrijke plek; braakliggend
land vol kuilen, ontstaan door het graven
naar vejsteeningen door de geologen en van
kalkknollen door de boeren uit den omtrek.
De plantengroei was er schaars en vreemd;
daarover mag ik het evenwel dezen keer
niet hebben; nu wil ik er alleen van zeggen
dat daar tusschen de kalkbrokjes en de ijle
struiken een ongelooflijke menigte groote
volwassen wijngaardslakken bijeen waren
gekomen.
Bijna alle slakken waren in copulatie;
op elke vierkante meter stellig een stuk
of vier. Het schijnt wel dat ook slakken
van geslacht op geslacht bepaalde plekken
elk jaar opnieuw opzoeken, om te paren en
de eieren af te leggen.
Van visschen is dit een overbekend ver
schijnsel. Ook de watersalamanders hebben
waarschijnlijk dit zelfde instinct. Ik ken ten
minste een slootje geen honderd meter lang,
waar nu al sedert veertig jaar in den paartijd
alle salamanders uit de streek samen komen;
en stellig wel van een half uur gaans af stand.
Dat is wat voor dieren, die zich zoo
langAardbeienjam
8 pond aardbeien, 16 ons kandijsuiker.
Breng een weinig water in een zuivere
inmaakpan aan de kook, doe daarin de kandij,
die men door koken geheel laat smelten.
(Kandijsuiker is de beste voor den inmaak.)
Wasch de. aardbeien, maak ze schoon en
laat ze op een vergiet goed uitdruipen, ver
wijder alle groene blaadjes en steekjes.
Werp ze in de gesmolten kokende suiker en
laat de jam, onder zoo nu en dan roeren en
op een zacht vuur, inkoken tot een druppel
van de jam in een glas water zakt, dan is
ze goed.
Zet de fleschjes met koud water op, leg
op den bodem der pan een draadbodem om
het springen der fleschjes te voorkomen,
laat ze aan den kook komen, en doet de
kokende jam in de uitgekookte fleschjes, die
,men n voor n uit het water haalt. Zijn
het schroeffleschjes, bedek ze dan met Jiet
glazen dekseltje en schroef ze dicht, heeft
men Weck's fleschjes, stereliseer ze dan
nog even in het gekookte water van de
fleschjes op 80 of 90 graden gedurende een
paar minuten.
Dit is de beste methode om voor alle
schimmel gevrijwaard te zijn; moet men de
fleschjes met een perkamentpapier afsluiten,
doop dit dan in water, zoo warmlmogelijk, en
sluit ze zoo vlug mogelijk af. Stereliseeren
is echter de secuurste weg!
Aardbeien met custard
Een uitstekende toeschotel voor hen, die
de verkoelende aardbeien voor de maag
niet kunnen verdragen is de volgende:
Doe de aardbeien die schoongemaakt en
gewasschen zijn, in een diepe schotel en
besuiker ze naar smaak. Van de custard,
tegenwoordig hier te lande bij iederen
kruidenier verkrijgbaar, neemt men een
eetlepel op een halve kan melk, mengt de
rauwe custard met wat koude melk aan,
zet de rest der melk met suiker naar smaak
op het vuur, en breng die aan de kook,
doe de kokende melk al roerende bij het
aangemengde papje, waardoor de massa
bindend wordt, en giet dit over de
besuikerde aardbeien. Men behoeft dan niet bang
te zijn voor verkoeling, daar de heete custard
de koude aardbeien geheel verwarmt.
A. H.
zaam op het land bewegen; een waterweg
kunnen zij lang niet overal volgen.
Ik heb manden vol salamanders uit die
eene sloot bij Sloterdijk zien sleepen, terwijl
wijd en zijd 'm 't rond geen salamander in
andere slooten te vinden was. Na den paar
tijd echter weer wel. Maar dan in de
paarsloot alleen jongen.
Zoo hebben waarschijnlijk ook de wijn
gaardslakken daar bij chternach hun brui
loftszalen. Onder al die gepaarde slakken
kropen maar enkele eenlingen rond, die nog
geen partner gevonden hadden en die mis
schien ziek of gebrekkig of nog te jong waren.
De merkwaardigheid waarop ik doelde, vond
ik juist, toen ik bukte om met mijn hamer
een Lias-kalkknol door te tikken op een
anderen steen, om het inwendige op ver
steeningen te onderzoeken. Daar lagen niet
twee maar drie slakken gepaard en normaal
rustig zooals de andere.
Hoe is dat mogelijk?" vroegen mijn
metgezellen. Dat het mogelijk is, bewees
het feit. Hoe, dat is pok heel gauw te zeg
gen. Ik heb u indertijd al eens verteld van
de liefdepijlen en van het wonderlijk liefde
spel en dat de eigenlijke slakken-copulatie
voorafgaat. Zoo wil ik u alleen herinneren,
dat de meeste soorten van landslakken twee
slachtig zijn, mannelijk en vrouwelijk dus,
maar dat toch geen zelfbevruchting kan
intreden zooals bij de tweeslachtige bloemen.
De bevruchting heeft vice-versa plaats.
Elk mannetje-wijfje bevrucht een wijfje
mannetje. De uiterlijke mannelijke en vrouwe
lijke geslachtsorganen liggen een eindje van
elkaar, zoodat de wederzijdsche bevruchting
der eieren gemakkelijk kan plaats grijpen.
En nu hadik maar met mijn stok een figuurtje
in het zand te trekken om heel gemakkelijk
de mogelijkheid van een triple-verbinding
(?copulatie", is evenals paring in dit geval
een contradictio in terminis) te expliceeren,
ofschoon ik zelf nooit eerder het feit had
opgemerkt. Immers als ge u een driehoek
denkt en op de zijden a-b-c, de letters m en
v schrijft, die een mannelijk en een vrouwe
lijk orgaan aanduiden, dan kunt ge de
mogelijkheid der drie-slakken-bevruchting
door structuurlijnen licht aantoonen; permu
taties en zelf-bevruchting zooals bij planten,
kunnen hier niet voorkomen; anders waren
er nog meer combinaties mogelijk.
E. HEIMANS
* * *