Historisch Archief 1877-1940
6 Sept. '14. No. 1941
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
W. G. van Nouhuys f
W. G. VAN NOUHUYS
Haast onbemerkt is hij gestorven in deze
dagen van ons vaak al te gewichtig toe
schijnend oorlogsrumoer, de man aan wien
de Hollandsche litteratuur in velerlei opzicht
verplicht was. Jaren lang heeft hij in haar
midden een zeer eigene en eenige plaats
bekleed als litteraire en tooneel-criticus van
Het Vaderland en redacteur-secretaris van
het tijdschrift Groot Nederland. Als scheppend
kunstenaar bracht hij eenige tooneelstukken
voort, maar hoewel een enkele daarvan wel
iets langer leven in zicht schijnt te hebben,
beteekent toch het geheel dezer, onder sterken
invloed van Ibsen, geschreven dramatiek
van Nouhuys' beste en sterkste zijde niet.
Hij zelf had het blijkbaar sedert lang be
grepen en zich bepaald tot hetgeen onmis
kenbaar in zijn aard en macht lag: de
letterkundige en de tooneelcritiek, liefst in
hun volmaaksten, kunstrijksten vorm van
letterkundig essay. Voor dit soort van werk
bezat hij de ruimte van inzicht, die niet den
eigenlijken artiste, maar den kunstgevoelige,
den letterkundige, eigen kan zijn, n 1. hem
die zonder fel persoonlijk kunststreven, voor
dat van allen ontvankelijk is, bezat hij verder
het analytisch geduld, het zuiver gevoel en
de eenvoudige, directe zeggingswijze, als de
uitdrukking van zijn eenvoudige.karaktervaste
persoonlijkheid, wie alle pose gelijk alle
wankelheid vreemd, was. Zijn zeer groote
belezenheid en doordringen in vreemde litte
raturen gaven hem bovendien den steun van
een internationalen en ontijdelijken maatstaf,
haast onmisbaar voor wie kunst beoordeelen
wil naar meer dan persoonlijk en
oogenblikkelijk welbehagen.
De Nederlandsche dramatische kunst vooral
had Van Nouhuys' belangstelling en liefde,
en waar hij maar even iets aannemelijks of
belovends speurde, verleende hij de hulp
van zijn tijdschrift aan den jongen auteur,
die allicht anders geen onderkomen had ge
vonden. Maar ook de jonge novellisten heeft
?Mi*W) deze wijze raim «n eerlijk geholpen,
zonder zich in al die jaren, zoover ik weet,
te zeer te vergissen, noch in toekenning van
waarde aan het volstrekt talentlooze, noch in
miskenning van het waarachtig beteekenende.
, En dat is meer dan men over het geheel
van onze tijdschriftredacteuren zeggen kan.
Eens in zijn latere jaren heeft Van
Nouhuys de illusie gehad ook direct en
practisch voor ons nationaal tooneel te
kunnen werken, toen hij zich in den Raad
van Beheer der Kon. Ver. Het Nederl. Tooneel
liet benoemen. Dat dit een illusie blijven
moest, zal gewis, naast veel leed van
intiemen -aard, hem lichter ontvankelijk hebben
gemaakt voor den slag, die zijn gezondheid
verwoestte en zijn dood ten gevolge had.
Met hem is een man gestorven, die kunst
en litteratuur op zeldzaam onbaatzuchtige
wijze in hooge bescheidenheid heeft gediend,
die in en door heur de kracht vond het
vaak moeilijk en zorgvol leven met kalmte
te dragen, in de overtuiging, dat de
beteekenis van dit leven niet lag in de nooden
van alle dagen, maar in de schoonheid en
dieperen zin, die de waarachtige kunst
openbaart, aan wie het vermogen bezit haar
te verstaan.
Wij zullen Van Nouhuys' kalme, bezonnen
stem en zijn vast oordeel, zijn ruimhartig
medegevoel en vertrouwbaren bijstand nog
lang missen en hem met hartelijke waar
deering blijven gedenken.
FRANS COENEN
? ? *
Werk van Le Fauconnier
DOMBURG
Het lijkt mij noodig geworden het werk
van Le Fauconnier na te gaan. De vraag,
dien men stellen kan, bij zulk (nieuw)?
werk is: Blijkt dit werk inderdaad nieuw?
2. zoo niet, vertoont het dan, desnoods in
zijn foute», groote plastische gevoeligheden;
3. of is het van een buitensporige
geestlijkheid, die, bij ommekeer, bij bezinning, bij
schilderlijke ervaring, bij verheldering van
het nog troebel inzicht, klaar als een klontje
kan worden, en overtuigend, 't zij in ge
weld, 't zij in rust?
Een werk kan sterk zijn, en uitgaand van
foutieve praemissen, nieuw zijn, nieuw lijken.
Het portret van Le Fauconnier in Domburg
leek niet nieuw, was psychologische studie
noch door de kleur, noch door den vorm;
het was anderszins evenmin een edel samen
spelen, noch roes en ruischen van een lyrisch
uitgesproken verrukking. Het was, ten diepste,
zeer gewoon, en zeker, buiten enkle buiten
issigheden (te moedwillig aangebracht om
geloofd te worden) zonder ne vondst.
Nieuw was het niet. De plastische gevoelig
heden waren geen bizondere. Er is werk
geweest van de nieuweren, 't zij Italianen
't zij anderen, dat rijk bleek in drang en
daardeor overtuigend; daardoor met de
mogelijkheden van het talent. De geeste
lijkheid" van het schilderij, waar zat die?
In andere constructies van Le Faucon
nier kondt ge een weidscher spel vin
den, in een abstacter kleur; dit portret is
door te velen rijklijk overtroffen om, ook
eenigszins, te kunnen gelden. En de stil
levens? Een gaf, met de li/st mee, in een
gamma iets van een kleurigheid, maar rond
ziende vindt ge velen, die dit werk maklijk
overwinnen.
PLASSCHAERT
* « *
Oorlog en de vrienden des Vredes
Het gewone argument van onze
vredesvrienden, en waarop feitelijk hun heele
beweging berust, is, dat het volk, d.w.z.
de overgroote meerderheid des volks, den
oorlog niet wil, en dat het slechts als een
soort slachtvee door eerzuchtige staatslieden
en gewetenlooze speculanten daartoe gedre
ven wordt. Zoo dit echter het geval ware,
dan rijst de vraag: hoe komt het, dat die
overgroote massa van het volk, dat den
oorlog niet wil, zich maar zoo door deze
kleine groepen laat opdrijven ? Dit komt,
wordt er dan gezegd, omdat het volk nog
niet verlicht genoeg is, of nog te zeer onder
den invloed van priester en dominee staat,
die hen steeds een strikte gehoorzaamheid
aan hunne overheden prediken.
Maar dan is het,toch merkwaardig, dat
in landen zooals Engeland, Frankrijk en vooral
in Duitschland het juist de hoogelijk intel
lectueel ontwikkelden en vaak geheel van
elke kerk los staanden zijn, die, hoewel ze
absoluut geen direkt belang bij militairisme
of oorlog hebben, toch juist uit geestelijke
motieven er de krachtigste propaganda voor
maken. Zoo komt men voor het volgende
dilemma te staan: waar de groote meerderheid
van een volk onontwikkeld blijft, is het een
gemakkelijk werktuig in de handen zijner
heerschers; als het echter een zekeren trap
van intellectualisme bereikt, wordt het vat
baar voor idealen, die het bewust een oor
log doet voeren; zooals dit heel duidelijk
in Duitschland het geval is.
Ik geef toe, dat er in vele landen een
groote massa van menschen is, die den
oorlog niet wenscht. Zij wenscht den
oorlog niet, omdat deze den gewonen gang
van zaken verstoort, en dood en honger
snood en allerlei ellende na zich sleept. Zij
wenschen dus den vrede; maar slechts in
negatieven zin. In positieven zin: strijden
voor den vrede, er desnoods goed en bloed
voor over hebben, dat is absoluut niet van
hen te verwachten. Indien de overgroote
meerderheid der volkeren werkelijk den
vrede actief wenschten; indien het begrip
vrede en werkelijkheid voor hen was, waar
naar zij vurig begeerden, en de oorlog slechts
een gevolg van kuiperijen van staatslieden
en financiers, dan hadden we nu geen oor
log. Want dan zouden ze eenvoudig weige
ren als werktuigen dezer menschen te dienen,
en zich niet door gevangenis of terechtstel
ling laten afschrikken. En dit is dan ook
wat konsekwente socialisten en vooral
anarchisten prediken, maar waaraan hunne
aanhangers geen gehoor geven en nooit
geven zullen.
Het is zoo gemakkelijk en 't lijkt zoo
doodeenvoudig als wij spreken over slacht
vee, gedreven door een handjevol macht- en
geldbegeerigen! Maar waarlijk, moet niet
een ieder, die de geschiedenis der
menschheid kent, die een beetje dieper heeft leeren
schouwen, dan wat zich al zoo aan de opper
vlakte der dingen openbaart toegeven, dat
er grootere, veel dieper liggende oorzaken
ook van dezen oorlog zijn? Allereerst is
het onzin te beweren, dat de groote massa
van het volk den oorlog niet wil. De meer
derheid van 't Engelsche volk, hoogere of
lagere standen, wil geen oorlog; dit is zoo.
Maar ook slechts op voorwaarde, dat Enge
land de baas in 't aardsche huishouden blijve.
Iedereen, die het Engelsche volk kent, weet
hoe 't voor een Engelschman, arbeider of
lord, feitelijk onmogelijk is, zich de wereld
voor te stellen zonder dat zijn land er den
eersten toon in aangeeft. Met wie der
vrijwilligen in Engeland ik bij het uitbreken
van den oorlog ook sprak, overal werd ik
weer in mijn overtuiging bevestigd, dat er
haast geen vechtlustiger volk is, dan de
Engelschen, en dat de honderdduizenden,
die zich nu vrijwillig voor het leger
aanos re * o oe
De Oorlogspolypen
DE POLYPEN AAN DE RUSSISCHE GRENS
De berichten van Russische en Duitsche
zijde zijn verschillend.'
Een bericht van von Stein over het ver
slaan van Russische troepen tusschen
Ortelsburg en Gilgenburg dat vlak bij Neidenburg
ligt slaat op troepen, die van de rivier de
Narew dus uit het Zuiden oprukten.
Allenstein is echter bereikt evenals K
nigsberg van uit het Oosten. Het terugslaan
van de Duitschers op de linie
OsterodeNeidentmrg kan dus geschied zijn voor of
na de slag tusschen Gilgenburg en
Ortelsburg.
Aangezien geen Duitsch tegenbericht
omtrent de bezetting van Allenstein is
gepubliceerd is het waarschijnlijk dat de
Duitschers terug zijn gegaan op de lijn
Osterode-Neidenburg.
De Oostenrijkers dringen Polen binnen
tot bij Ljublin met een uitlooper tot Pehoxow
die afgesneden is.
Het gebied van Ljublin tot ver in 't Oosten
is een gebied van strijd waarvan de uitslag
nog absoluut Onbekend is.
DE RUSSISCHE POLYP OP 27 AUG.
In Oost-Pruissen is de polyp doorgedron
gen, de Duitschers hebben geen troepen
disponibel om tegenstand te bieden.
De polypenarmen die Rusland in Galicië
trachtte te steken (hoofdstad Lemberg) zijn
bij Krasnik afgesneden door een
Oostenrijksche succesvolle tegenbeweging.
A- H LLE N 5 T£IN
& l 3 t *»O P i
w« *V TB W
N- Ne i D e w Bu na.
Q - o»* ?>"£(.
ZWI r S K.L.
VELDSLAG BIJ HOHENSTEIN TOT 31 AUG.
Zware verliezen der Russen.
De Duitsche linkervleugel is er in geslaagd
om over Wartenburg en Bischopbrug de
Russen tegen de Mareerische meeren te
drijven, terwijl de rechtervleugel over Nei
denburg tot Ortelsburg doordrong, waar
door een groote Russische polypenarm werd
afgesneden.
Intusschen heeft Oost-Pruissen hevig ge
leden.
Aan de Galicesche grens duurt de strijd
voort, de Duitsche berichten spreken van
overweldigende Russische scharen die nog
in aantocht zijn.
DE OORLOGSPOLYP IN FRANKRIJK 28?30 AUG.
De Duitsche polyp heeft ten noorden van
St. Quentin de Engelsche hevig aangevallen
en naar Duitsche lezing afgesneden, volgens
Engelsche lezing alleen teruggedrongen. De
Fransche polyp steekt hevige vangarmen uit
een front dat vrij wel Noord-Zuid ligt, met
succes bij Guise en met tegenslag bij la Fère *),
voorts met onbekenden uitslag bij Signy.
Mezières ligt vlak bij Sedan aan de Belgische
grens.
Volgens Duitsche berichten is het Fransche
legerfront nog ten oosten van Epinal.
De Belgische polyp heeft een venijnige
uitval gedaan naar Mechelen, terwijl ook in
Leuven op de Duitsche troepen is geschoten,
mogelijk in verband met dien uitval. De
Duitsche polyp heeft toen een klodder giftig
brandend braaksel over het oude Leuven
uitgespuwd dat platgebrand is.
*) De berichten van Fransche zijde spreken
van linkervleugel bij la Fère en rechter
vleugel bij Guise.
IIHIIIIIMIIIIinillllimillimilllllllllHIIMMHIIIIMIIMHIHIHIUM
IIIIMIIMinilllllllllttlllllinilMllllinil
melden, zulks wel degelijk vol bewustzijn
doen.
Het Duitsche volk wil geen oorlog; maar
hun energie en hun ondernemingsgeest
eischen een uitweg, en overal worden zij
door wantrouwende naties omringd, die in
den groei van 't Duitsche rijk een bedreiging
hunner nationaliteit zien, hetgeen hij dan ook
onvermijdelijk is. Hierbij komt ook de in
dezen oorlog zoo' bizonder groote factor van
rassenhaat; het groote verschil dat ook nu
nog heerscht tusschen de Germaansche vol
keren en de Latijnsche en Slavische, in
kleinigheden niet alleen, maar ook in de
hoogste idealen. En het Fransche volk heeft
zijn haat tegen de Duitschers zoo lang ge
koesterd en aangekweekt, dat hij van alle
klassen en standen een sterke karaktertrek
iiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiliiHimiiiiiiiiiimniiiiiiiiiiiimiii
n,n imiiiiiiiimiiiiiMimiiiiiiliiimiiimii i i i iniiii iiiiiniiili mm i i n i t in
BERHARD DE VRIES
KUNSTHANDEL =
N. SPIEGELSTRAAT CB
Tel. interc. 9739, AMSTERDAM
Moderne Schilderijen - Aqua
rellen - Groote collectie Etsen
- Platen - Kunstvoorwerpen
Encadrementen
05 MODELKA-MEJRS.
Directeuren: G. PELT J.Jzn., H. F. MERTENS B I.
PAAAAAA*AAAAAmAAAAAAIAAAAAAAAA*AAAAAAAAAAAA
VEE «Co.
AMSTERDAM.
MAGAZIJN VAN
Echte Bronzen Pendule-Garnituren
in alle stijlen.
Verlichtings-artikelen v. gas en elec. licht
Hoofdvertegenwoordigers van het ORFEVRERIE CHRISTOFLE
VEERHOFF & Co. 42 Kalverstraat.
??m??f?m?m?m??f?m?mm?mfff???ui
Doorloopende Tentoonstelling van mooie
OHDE BOI5'
UHAARLEM68KRUI5WEG
TABLEAUX-ESTAMPES,
EDITIONS DART
moderne graphiek. Bezichtiging vr|J; van
1O?5 uur.
CHEMIGRAEISCHE KUNSTINRICHTINO
V/H DIRK SCHNABEL
CLICHÉ'S
VOOR ZWART- EN KLEURENDRUK
ONS NIEUW PROCÉDÉIS
KOPERD1EPDRUK
GESCHIKT VOOli l-.I.K PAPIER
. VAN ZAKTEN,
Oostzeedtyh 134 Holt e r dam.
MODERNE SCHILDERIJEN EN AQUARELLEN.
usaR ncT UfTvoCKCN VAM
DlHC-£ÏÏC . J a DE. UJAAL
ne.e.PCji&.nA£rir JAP . Tfc-u eisi
Tütcoe.
. "Têt-. grss.
T BINNENHUIS
INRICHTINGTOT
MEUBELEERING
EN VERSIERING
DER WONING
DIRECTEUREN
JAC VAN DEN BOSCH
EN W. GIEBEN
GED COMMISS7
H P BERLAGE EN L SIMONS
RAADHUISSTRAAT 48-50 AMSTERDAM