De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 11 oktober pagina 7

11 oktober 1914 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

11 .Oct. '14. JNo. 1946. . DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ..7 ... " - .?.' De rijwiel-rikshaw te Batavia ingevoerd Het is niet waar Aan Prof. Dr. J. J. M. de Groot, Hoogleeraar te Berlijn Het is niet waar, de Groot, dat in uw stem Een vrije zoon van ons vrij volk zich uit. Uw Pruisisch machtwoord, uw verduitscht geluid, Heeft op ons volk van mannen kracht noch klem. Het is niet waar" aanvaarden wij van hem, Die 't in de kracht van zijn bewijs besluit. Wijsheid wier kracht beweren is, heeft uit, En spreekt in 't is niet waar" haar requiem. Het is niet waar"... Vervreemde die ge zijt Van 't hoogste en dierste dat zich Holland won: De vrijheid die voor niemands dwang, zich kromm', Te meenen dat zich Holland buigen kon Voor hooggeleerd gezag. Staaf wat ge zeit, Of 't Is niet waar" roept Holland u weerom. Den Haag A. J. BARNOUW * * * Ingezonden Een van onze lezers zendt ons bijgaanden brief van een der bekendste hoogleeraren in de Philospphie van Duitschland. Het is op uitdrukkelij k verlangen van den geadresseerde, dat wij den naam van dezen briefschrijver aan tijdgenoot en nageslacht onthouden. 29. IX '14. Verehrter Hen und Freund! Seit Monaten habe ich keinem Auslander geschrieben. Auslander heisst Feind, dum probetur contrarium. Man kann zum deutschen Staat und Volk sich nicht neutral verhalten. Entweder man halt es für das vpllendetste Gebilde, das die Geschichte bisher erzeugt hat, oder man billigt seine Zertrümmerung, ja seine Ausrottung. Wer kein Deutscher ist, weiss vom deutschen Wesen nichts. 2 Millionen Freiwillige haben sich zum Könige angemeldet, darunter 2 Enkel von mir, einer 21 j. Stud. theol.,' der andere eben 18 j., Primaner, 8 Neffen und Grossneffen, mehr als 20 Vettern. Wir sind sittlich u. intellektuell berlegen, ohne allen Vergleich, ebenso unsere Organisationen, unsere Institutionen. Wilh. II, deliciae generis humani, hat im Besitze seiner Macht mit der er alles zu zerschmettern im Stande war, immer den Frieden, das Recht und die Ehre geschützt. Je grösser seine Erfolge, desto andachtiger und demütiger ist er.geworden. Sein Kanzier B. H., der weit hervorragendste unter den lebenden Menschen, kennt keine andere Motive als Wahrhaftigkeit, Treue, Recht. Unser Heer ist der Inbegriff deutscher Inteüigenz und sittlicher Tüchtigkeit; die vollkomene Disziplin ist bekannt. Jetzt ist kein deutsches Haus vom Kaiser bis zum Taglöhnerfrei von Trauer. Wir mussen unsere Liebsten, Besten, Edelsten hingeben zum Kampf mit russischen Bestien, englischen Söldlingen, belgischen Fanatikern ! Die FranHerinneringen van een Siebziger" door P. E. W. K. Uit het Zuiden kwam nog voortdurend de grommende dreuning van de artillerie uit het geplaagde Belgenland, toen ik in het Limburgsche grensdorp op zoek ging naar een paar oud-gedienden uit den oorlog van '70. Men had hen mij met naam en toenaam genoemd, zoodat er geen twijfel aan was, of ik zou hen wel vinden. Omtrent de aanwezigheid van den een was men echter altijd wat onzeker. Als pen sioentrekker mocht hij eigenlijk niet in het buitenland wonen, wilde hij z'n pensioen aanspraak niet verliezen. Maar den meesten tijd stoorde hij zich niet veel aan deze dwangbepaling; 't scheen hem gelukt te zijn een van de wel altijd aanwezige wetsmazen te ontdekken. Zijn huisje was het eerste, waar ik me aanmeldde. Een oude vrouw, waarschijnlijk zijn echtgenoote, deed me open. Is K. ook thuis?" was m'n vraag. Neen, die was er niet. Tenminste als ik den jongen bedoelde Ah, Sie meinen den alten Kriegsinvalide?!" Toen kon ze me toch helpen en langs een pad tusschen allerlei gebouwen door, wees ze mij de richting aan, waar ik hem wel zoo ongeveer zou aantreffen. En ik trof hem ook aan, druk harkend in een pas kort geleden aangelegden kloostertuin. Of hij den oorlog van 70 had medegegemaakt, vroeg ik hem. Een oogenblik keek hij me onderzoekend aan, of hij zeggen wilde : wat zal dat te beteekenen hebben... Toen woelde hij eens door zijn grijzen baard, liet zijn nog gave, blinkend witte tanden zien en antwoordde lachend: Leider nicht... In die dagen was ik al invaliede..." Den oorlog van '66 had hij meegemaakt. Naar Bohemen was hij gemarcheerd... En langzaam putte hij uit z'n herinnering het relaas samen van die vermoeiende tochten. Want vooral was het vermoeiend geweest. Die geforceerde marschen, uren en uren aaneen, hadden wel den sterksten indruk achtergelaten. zosen sind noch am ehesten ebenbürtig. Kein Friede, solange nicht die drei Rankeschmiede u. Schadenstifter, die Europa nicht nur Ruhe komen Hessen, völlig niedergeworfen sind. Wir wollen Ruhe und Sicherkeit für uns, um sie auch den andern verbürgen zu können. Wir wollen unermüdlich in Frieden unsere Kulturarbeit tun. Es muss auch idyllische Staaten geben wie Holland oder Schweiz, urn als Folie zu dienen für die heroischen Völker. Seit 2 Jahrhunderten sind wir duren allgemeine Schulpflicht und Wehrpflicht erzogen und stellen, wenn es not wird, 9 Millionen ausgebildete Krieger. Es ware nützlicher, uns nicht herauszufordern. Die Lügen, die man von uns verbreitet, sind lacherlich. Belgien natte sich mit Frankreich und England gegen uns verbündet: da sind wir zuvorgekomen. Von Holland erwarten wir keine Freundschaft. Wir haben nichts zu entschuldigen. Wir sind kein Gewaltstaat." Wir bedrohen niemand, so lange man nicht uns angreift. Wir erweisen allen Wohltaten. Löwen ist nicht verwüstet worden, nur die Hauser der Meuchelmörder. Die Fabel von den deutschen Spionen in Belgien ist boshafte Verleumdung. Wir Deutschen geben unser Urteil erst ab nach stattgefundener Untersuchung. Die Kathedrale m Rheims ist nicht zerstört; die Franzosen haben die Beschadigung herbeigeführt. England treibt Politik, als waren wir im 18. Jahrhundert. Deutschland aber hat gelehrt, wie man gewissenhaft und redlich Politik treibt und Krieg führt. England geht daran zu grunde, Frankreich kann hoffentlich noch gerettet werden. Aber Russland darf nicht mehr unser Grenznachbar bleiben. Wir werden diesmal reinen Tisch machen. Die eigentliche Feind ist England. Wehe dir, England! Gott ist mit uns und der gerechten Sache. Viele herzliche Grüsse von Ihren getreuen... 30. IX' 14. Verehrter Herr und Freund, Gestatten Sie mir noch einige Erganzungen, damit Sie sehen, wie ein einigermassen gebildeter Deutscher denkt. Wenn man deutschen Geschichtschreibern glauben darf, haben die Hollander Gelegenheit gehabt, die belgische Bevölkerung in ihren unangenehmen Eigen schaften 1815-30 zu studieren. Hollands Brauch u. Sitte, Wissenschaft, Kunst, Religion ist wie die Sprache deutsch. Daher doppelt interessant, dass die Hollander den Belgiern, Englandern und Franzosen ebenso gut sind wie den Deutschen, u. jetzt auch wohl für Serbier, Russen, Japaner ihr Herz entdeckt haben. Deutsche Geschichtschreiber erzahlen, dass England das machtige Holland von seiner Höhe gestürzt und zur Unbedeutendheit heruntergebracht hat, dass Napoleon III 1868 Belgien zu Frankreich schlagen wollte und Bismarck es verhindert hat. Wir Deutschen tragen unsere schwere R stung auch zum schutze von Holland. Waren wir nicht stark, so ware auch Holland lan gst annektiert; sich selbst zu schützen ist es völlig unfahig. Das Königreich führt ein bequemes Dasein auf unsere Kosten. Es zehrt vom alten Ruhm und alten. Geld in volkkommener geschichtlichenNichtigkeit, u. Amsterdam hat ungefahr in der Welt die Bedeutung von Kyritz a. d. Neen, veel liever dan tegen Oostenrijk zou hij mede opgetrokken zijn naar Sedan en Parijs. Daar in Böhmen was 't maar een ermelijke Gegend geweest, waar voor een gewoon soldaat niet veel te bikken viel... Ook een veldslag medegemaakt? vroeg ik. Ja, gewis z... Maar het duurde niet lang. Om vijf uur kwamen wij in het vuur en om half zes had ik al een schusz in het been... Dat was een beroerde gewaarwor ding, want ik wist dat de artillerie achter ons opdrong. Op handen en voeten ben ik toen voortgekropen, totdat ik achter wat struikgewas kwam. Ik had geen lust om nog in aanraking te komen met paarden hoeven en wielen." Meteen stroopte hij z'n broek op en toonde mij z'n omzwachtelde kuit. Als 't wat kouwelijk weer is, moet er nog altijd een verband om. Dat is indertijd niet schnell genoeg genezen, 't Transport duurde zoo lang, met een slechte boerenkar. Heel naar Schweidnitz moesten we, in 't Lazarett. Naast me lag er een met net zoo'n schot door den arm. Maar die moest er af, tot den elleboog .... Ik heb m'n been kunnen houden, al begon 't ook al blauw te zien . . . ." Of hij 't niet erg vond, dat ook nu weer zooveel duizenden jonge mannen op geofferd werden? Joa, och .... Dat musz al zoo zien. Mir hat der Krieg 's Glück gebracht!" Dat leek vreemd. Maar 't werd me dui delijk, toen hij van z'n pensioen vertelde. En zooals hij voorstelde, had 't er veel van, of hij en z'n kornuiten er in die dagen op uit waren getrokken in de hoop tot de gelukkigen te zullen behooren, die er een pensioentje aan verdienden. Zoo was ik met nog een uit m'n dorp bij 't zelfde bataljon. Maar toen we in 't vuur moesten... da hatt er sich gedriickt.. .1) Ik dacht eigenlijk niet meer aan den Kerl, tot ik hem een paar jaar later terugzag. Toen was ie ganz krüppel... Uit een appel boom was ie gevallen, de knoken kapot en ... geen pensioen." En nu eens harkend in den lossen zandKnattor oder der Kreishauptstadt Teltow. Holland ist ein blosses Anhangsel vpn Deutschland; eine sehr bequeme Existenz in Schlafrock und Pantoffeln die wenig kostet, mit wenig Mühe und wenig Nachdenken. Wenn das Spass macht dann ist 's zu gunnen; der Deutsche hat höherePflichtenu.höheres Streben als dies klagliche Philistertum. Hol land hat seine Gesinnung völlig f rei; aber eine Handlung die den deutschen Reiche feindlich ware, würde die ernstesten Folgen haben. Wir Deutschen haben für das gegenwartige Holland sehr wenig Wertschatzung, geringe Achtung u. Sympathie. Holland in seiner Isoliertheit versinkt mehr und mehr in die dumpfe Beschranktheit, die das Kennzeichen kleiner Sekten ist. Ohne den Halt, den es an Deutschland hat, würde es schon gestorben sein. Gott sei Dank, dass die Hollander nicht unsere Freunde sind! Wir leben im freien Hauch der Weltgeschichte, mit dem d rftigen Spiessbürgersinn haben wir keine Gemeinschaft. Wir Deutschen haben ber haupt nirgends Freunde. Weil wir tüchtig und sittlich berlegen sind, sind wir allen furchtbar, allen gefahrlich, die nicht die gleiche sittliche Kraft auftreiben können. Wir sind das freieste Volk auf der Erde; denn wir gehorchen, und unser Gesetz ist die Vernanft. Unsere Erfolge in Frieden und Krieg sind wohl verdient, der Preis unendlicher Mühen. Unser Kaiser, unser Kanzier, unsere führenden Manner haben nirgends ihres gleichen, wie unser ganzes Volk. Unsere Macht ist Geistesmacht, unser Sieg der Sieg des Gedankens. So nehmen wir es auf mit der ganzen Welt, wie einst unser alter Fritz. Die europ^ische Verschwörung hat uns eingesponnen in ein Netz der Lüge und Ver leumdung; wir sind wahrhaftig. Menschlichkeit, Milde, Gewissenhaftigkeit, Christentum ist unser Kennzeichen. In einer Welt der Bosheit vertreten wir die Liebe, die vom Himmel ist, un Gott ist mit uns. Sie dürfen von meinem schreiben jedem beliebigen Gebrauch machen. Ich griisse Sie herzlich und gönnte Ihnen wohl in den Franken dieses Gewaltstaats zu leben wie ich. Ihr.... Wij geven de plechtige verzekering, dat deze en andere brieven, die wij afdrukken volkomen echt zijn. Zulke brieven verzint men trouwens niet. De reeds beroemde brief van A. Mairich, welke wij afdrukten, was als document zelfs machtig mooi: ge leek het meest op een Russische pas. Wij stellen dat geschrift van Mairich te koop voor den meestbiedende. De opbrengst zen den wij aan het Comitévoor de Belgische uitgewekenen. RED. < < >& Leiden, 7 Oct. 1214 Zeer geachte Redactie, In het nummer van Het Leven" van Dinsdag 6 October 1914 op blz. 1224 komt een foto voor getiteld: De eerste foto van het allerwege zooveel besproken zware Duitsche belegeringsgeschut." Deze foto kwam ook voor op blz. 268 van The Graphic van 15 Aug. 1914. Kan iemand me dit ook verklaren ? Met dank voor de opname, W. F. BOTERHOVEN DE HAAN In Het Leven zal oorspronkelijk achter de eerste foto'1 van de Graphic" gestaan hebben. RED. * 8 * Steun voor de uitgewekenen uit België Sinds het laatste beroep, dat het Comit tot Steun van Belgische en andere slacht offers deed op het medegevoel van ons Nederlanders, is, tengevolge van de krijgsoperaties in het noorden van België, het aantal uitgewekenen naar ons land wederom schrikbarend toegenomen. Geheel Nederland wordt door deze deerniswaardigen gevuld. De uitgaven, welke van de kas van het Comitéworden geeischt, zullen met dien aanwas van behoeftigen gelijkeh tred moeten houden. Het Comitéhoopt, zooals ze ons schrijft, die te kunnen bestrijden, doch daar toe kan het alleen in staat worden gesteld indien elke Nederlander, die medelijden koestert met zoo vele ongelukkigen en die van het zijne iets kan en mag afstaan om zoo diepe smart te verzachten, het naar vermogen in deze pogingen steunt. Het grond, dan weer leunend op z'n riek, ver telde hij al levendiger voort van al de kleine voorvallen uit z'n soldatenjaren. Maar al hoorden we duidelijk de voort durende rommeling van het geschutvuur daar in het Zuiden, toch was er in z'n spreken zelden iets, dat eenig medegevoel verraadde met het lot van al die jongeren, die nu, een halve eeuw later, er reeds weder voor stonden om opgeofferd te worden voor 's lands eer. Oorlog is het onafwendbare Noodlot. Es musz all so sein, zegt de een. 't Moest toch ns komen, er zijn teveel menschen op de wereld, zegt de ander. Toen ik den tweeden Siebziger" had ge vonden en hem persoonlijk te spreken vroeg, werd ik eerst afgewezen met de mededee ling, dat hij met rheumatiek te bed lag. Maar als de boodschap erg dringend was.. . Dringend? Neen, dat was 't niet. Alleen maar eens wat praten over den Krieg. Vom Krieg? ... Kom toch binnen". Neen, den wilden ze hem gauw roepen. In een binnenvertrek werden de luiken opengestooten, de tafel werd iets teruggeschoven van de canapéen terwijl op een bovenkamer druk gestommel en heen-enweer geloop was, kwam de vrouw des huizes al aandragen met een flesch wijn en een blaadje met glazen. En onderwijl ontsnapte een niet te stelpen woordenvloed aan haar mond, zoodat 't me wat bang om 't hart werd, dat ik niet met den ouden krijgsman het gesprek zou kun nen voeren, doch slechts te luisteren zou hebben naar bittere klachten over het op treden van die Belgiër" tegen de Duitschers, die ze zoo ruw hadden uitgewezen en over de geheime mobilisatie in Rusland. ... Der Kaiser war ein Friedenskaiser... 44 jaar had Duitschland niet anders dan den vrede gewild... Maar die Belgiër waren nicht neutral geblieben, Fransche vliegers hadden ze laten passeeren ... En nu kostte de boter alweer n Mark het pond en toen de grenzen gesloten waren 46 cent... en de eieren waren van 2 cent opgeloopen tot 5 cent... En al die landbouwproducten Comitérekent dus op een flinke versterking zijner middelen. Door de hierboven genoemde oorzaak staat ook de Commissie voor de afdeeling Huis vesting" voor een zeer zware taak. Met ver langen ziet zij uit naar aanbiedingen van families die geneigd zijn aan een of meer uitgewekenen gratis huisvesting te verleenen. Formulieren ter invulling worden gaarne op aanvrage toegezonden. Men make het 't Comiténiet te moeilijk door allerlei wenschen en beperkende be palingen maar schrijve eenvoudig: Wij hebben plaats voor zooveel personen; gaarne willen wij hen huisvesten." De commissie voor de afdeeling Huis vesting" houdt overigens op eiken werkdag ?te Amsterdam zitting van 10?ll]/2 uurv.m. Rokin 73, (Telefoon Noord 5386). Aan hetzelfde adres worden zendingen kleederen, dekens, wollen ondergoed, enz. gaarne ingewacht. Voor de goede afdoening der correspon dentie verdient het aanbeveling deze te adresseeren aan het secretariaat van het Comité, Kalverstraat 64, Amsterdam, be houdens die brieven waaromtrent van de zijde der betreffende onderafdeeling om directe doorzending is verzocht. Het Bestuur bestaat uit de Heeren: G. van der Aa, Consul-Generaal van België, EereVoorzitter; Mr. Th. Stuart, Voorzitter; J.Th. Boelen, Léon Delhez en Bern. J. Veldhuis, Secretarissen; Mr. G. J. Fabius (Kasvereeniging), Penningmeester. Er kwam tot heden in 60.000 gulden, wat natuurlijk veel te weinig is. * * * Nieuwe Uitgaven VINCENT .VAN GOGH, Brieven aan zijn Broeder, II, 460 pag. Amsterdam, Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur. W. VAN NES, Jochem Theunissen en zijn tijdgenooten, 268 pag. Pi ijs ing. ?1.90, geb. f 2.40. Deventer, Johs. J. C. v. d. Burgh. JAN LIGTHART, Over Opvoeding. Paedagogische opstellen, Ie bundel, 3e druk, 290 pag. Groningen, J. B. Wolters. H. H. VAN KOL, Driemaal dwars door Sumatra en zwerftochten door Balt, met vele illustraties naar fotografieën en twee kaartjes, 436 pag. Rotterdam, W. L. en J. Brusse's Uitg. Mij. Pro en Contra", serie IX, No. 4: Ge neeskundig onderzoek vór het huwelijk. Pro: J. J. BERDENIS VAN BERLEKOM. Contra: Dr. CH BLES, f 0.40. Baarn, Hollandia-drukkerij. Prof. J. DE LOUTER, Hoofdpunten van het oorlogsrecht. Losse aanteekeningen van actueel belang, 50 pag. Den Haag, Mart. Nijhoff. Prof. dr. P. J. MULLER, De Europeesche oorlogsbrand, afl. I. (Compleet in 12 afleve ringen ad 20 et.) Rotterdam, J. M. Bredee's boekhandel. Damspel II IMMUUN 111 HUM 11III lle Jaargang 11 October 1914 Redacteur: J. DE HAAS Graaf Florisstraat 152, Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. De volgende leuke combinatie is uit een partij gespeeld tusschen den redakteur en den heer W. Vijn uit Hoogwoud, een der sterkste Noord-Hollandsche spelers. ZWART l 6 11 16 21 26 3! 36 41 46 5 10 15 20, 25 30 35 40, 45 50 U l T Zwart 13 schijven op l, 3, 4, 6, 7, 9, 12, 15/16, 18, 19, 24, 25. mochten zollfrei Duitschland ingevoerd worden ... Dat was toch een groot voor deel voor die Hollander... Vlissingen zou zich wel weten te verdedigen tegen de Engelschen ? ... Schrecklich, zoo enthousiast als het volk in Duitschland was. Oneindig veel meer dan in '70... Ha, daar was mijn Siebziger En wat denkt ge wel vaji den Krieg?" was een van m'n eerste vragen. En bedachtzaam, alsof hij zelf aan dit groote militaire schaakspel mededeed, be redeneerde hij de kansen, die de Duitschers met hun Belgischen doorbraak hadden. Tot hij zijn conclusie een paar maal herhaalde: Wir kommen noch mal wieder vor Paris." Maar ook hem wilde ik 't liefst terug hebben naar de dagen van '70. En 't ge lukte me, hem weer als cavalerist te laten chargeeren en z'n claireursdiensten te doen. Terwijl hij nu en dan een greep deed naar z'n rheumatischen arm, vertelde hij voort: In '70 trokken we g'rade op denzelfden tijd van het jaar uit. Het Getreide stond op het veld om geoogst te worden. Maar het duurde tot den 28 Aug. eer het tot den slag kwam bij Blamont tegen de Fraoschen, onder Mac Mahon... Op Sedan trokken die zich terug. Daar werd den len September de groote veldslag geleverd buiten de vesting. Maar dienzelfden avond nog moesten de Franschen bescherming zoeken in de vesting... Alleen Mac Mahon ging met 10.000 man op Belgisch gebied, om niet in handen van de Pruisen te vallen... Den 2en Sept., om 9 uur 's morgens, capitulierte Sedan: Napoleon mit 80.000 gesunden Sol daten und 10.000 gesunden Pferden..." En wat was uw werk in dien oorlog?" Immer zu Pferde ... De cavalerie moet vooruit .... Das geht so: twee man voor op, aan iederen kant van den weg n Dan volgt op een afstand, dat hij z'n voorrijders nog goed kan zien, de derde man. En ach ter dezen komt de troep van 30, 40 man met 'n officier . . . Dat is de verkenningsdienst. Als de groote legers optrekken, dan volgen Enkele lepels daags sterken zenuwen en lichaam. 20.000 Artsen erkennen dit schriftelijk. In Apotheken en Drogisterijen verkrijgbaar. Brochures bij het Gen. Agentschap, Sarphatistr. 34, Amsterdam. Wit 13 schijven op 10, 26, 31, 32, 35, 36, 38, 40, 41/43, 45, 48. Door een aardigen slag is wit op 10 ge komen. Daarna hadden eenige zetten plaats en bovenstaande stand ontstond. De laatste zet van wit is 37-31, waardoor zwart een damslag forceert. Wit Zwart W. Vijn 1. 2. 10-5 3. 35-22 4. 5:11 J. de Haas 9-14 24-30 3-8 6:46 Een aardige slag, die onzen tegenstander nog al verrastte. EEN AARDIG EINDSPELLETJE In een partij tusschen de heeren H. A. J. de Grebber uit Amsterdam en A. Noome te Beemster, kwam onderstaande stand voor. ZWART l e 11 lc 21 2C 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 WIT Wit 4 schijven op 7, 34, 35, 38. Zwart 2 schijven op 13,25 en een dam op 41. Wit Zwart A. Noome H. A. J. de Grebber 1. 7-2 Een fout waarbij de partij verloren gaat. 1. ? 41-47 2. 2:30 47:40! 3. 35:44 25:34 Gewonnen. Beide spelers, bekende veteranen, amu seerden zich bij dit aardige slot. VRAAGSTUKJE VAN D. V. NIEUWKERK TE ROTTERDAM ZWART l 6 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 WIT Zwart 9 schijven op 6/8, 11, 19, 23, 24, 26, 40. Wit 9 schijven op 17, 22, 32, 35, 37, 39, 43, 44, 49. CORRESPONDENTIE P. v. R. te A. Uw inzending in dank ontvangen. ze de breede chaussees. Hier een korps, ginds, 'n paar uur verder, een ander korps en tus schen de twee chaussees wordt het veld abgeritten door de cavalerie." Of hij zich nog persoonlijke ontmoetingen met de Franschen herinnerde? Ja, ze waren weieens gestooten op vijan delijke cavalerie. Maar als vleugelman had hij zelf nooit de botsing behoevfen te weer staan, al had hij wel mee er op ingestormd en een mêlée met de blanke sabel medege maakt .... Dat ging met geweld er op los .... rappattatta .... rappattatta . . . rrang .... 't speelde zich meestal zoo vliegensvlug af. Voor Parijs was het een lange rusttijd geweest. De eerste zes weken had hij er overal de Duitsche infanterie bezig gezien met het aanleggen van versterkingen. Ieder, die probeerde uit de stad te komen werd onverbiddelijk teruggewezen. Zoo herinnerde hij zich, dat zich eens een dame had aan gemeld om genade af te smeeken voor haar zoon, die den vorigen dag gegrepen was, terwijl hij als burger pp de Pruisen had geschoten. En hoe moeilijk dit geval voor den Hauptmann was geweest, toen een adjudant de mededeeling deed: er bammeltsclion. ..2) Ja, wir kommen wieder vor Paris... Ver liest Frankrijk," zoo besloot m'n verteller wijsgeerig, laat 't dan verstandig zijn en leering putten uit '70. Na de capitulatie van Sedan eischte Duitschland 2 milliard, na de overgave van Parijs wetd 't 5 miliard... Wat geeft het om den strijd te rekken, als de groote veldslagen verloren zijn?" En zelf reeds nu verlangend naar een spoedige beëindiging van deze moedwillige ellende, kon ik niet anders dan mijn Siebziger" gelijk geven. We hebben op den goeden afloop geklon ken ... t Was Italiaansche Rotwein; de neu traliteit bleef gehandhaafd. 1) Is in het veld gaan liggen. 2) Hij is reeds opgehangen. ? ? *

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl